getal voor- duytfch K r o t en d il l ; in het Eranfeh E spargoute
gefield. I I I , C ham/bmelum R omanum FLORE SIMPLICI 5
FI.ORE pleno j o f Roomfche Camille met een
o f Roomfche Camille met een enkele Bloem. IV . R omanum
dubbele ‘Bloem. V . H isp an icum nu do c a p it e ,
o f Spaanfche Camille met bloote Hoofdjens. V I . P ra-
tense H ispanicum , o f Spaanfche op grasachtige
plaatsen groepende Camille. V I I . Pa lus tr e L u -
s it an icum , o f Portugalfche Camille , wallende in
-waterachtige plaatzen ; en dan noch meer andere.
Niet alle zijn ze van de zelve Bouwing en Waarneedes
Ligchaams. Helpt de vermoeyde Leeden: maakt
los en flap het geen ftijf gefpannen is : verzacht alle
hardigheeden; opend de verfloptheeden, en is zeer dien-
ftig in alle Clift eer en, teegens de Koortsen, het Colt ft£
en andere ongeleegentheeden bereyd.
De Roomfche Camille, o f Chamomilla Romana, is
teegens al de gemeldde gebreeken van een noch krachtiger
werking.
De Syroop, van deeze gemaakt, word zeer gepreezen
^teegens de M ilt - , Water*, en Geelzucht.
ming.
Wat vóór Eevenwel beminnen ze alle een gemeene, zandige, -
een grond ongemeftte , doch liever een welgemeftte aarde ; een
zij bemin- v ” e w c \ ter £ on geleegene plaats, en matige reegen;
nen' doch ook veel vochtigheyd. Blijven ten deelen niet
meer dan eene Zomer in het leeyen: want als ze uyt-
gebloeyd, en gemeenelijk rijp Zaad gegeeyen hebben,
verfteryen ze. Moeten derhalven ieder Voorgaar , met
een wallende Maan van Ma er t, op nieuws weer ge-
zayd zijn. Doch flaan ook dikmaal genoeg van
zelfs pp.
Room- Het CHAMiEMELUM R omanum flore sim p l i-
fche, en c i , o f Roomfche Camil met een enkele Bloemj F lo- ,
CamüfChC RE PLENO* o f met een dubbele Bloem; en C hamuE-
' melum NUDO'c a p ite H i s p a n i c u m ., o f Spaanfche .
Camil met geele bloote Hoofdjens, geeven in deeze Ge- :
wellen noyt eenig rijp Zaad. Konnen de Winterkoude
tamelijk wel verdragen, en blijven eenige jaren lang
in het leeven.' Worden alleen aangewonnen en vermee- j
Aanwin- nigvuldigd door hare aangewaflene Scheuten : welke
mng* men in het midden een weynig in de aarde drukt, en
dan lichtelijk Wortel vatten. Zeer bequaamlijk kan
dit in den Herfft gefchieden. Het is ook goed , dat
men ze, als ze uytgebloeyd hebben, boven.een weynig af-
fnijdj want dan blijven ze dies te beeter over. Mogen
niet alleen in Apr il, maar ook in Auguftus opgenomen
en verplant worden.
Gemeene De wilde en gemeene tamme C am il le wor-
wilde en den over al in het wild op zandige plaatzen „gezien,
mmme Vermits ze malkander niet ongeliik z i j n z o o wörden
K onder- ze van yeele ten onregt voor eenerley gehouden ; zön-
Icheyden. der onderfcheyd geplukt, en de eene onder de andere
gebruykt. Dit misbruyk kan men voorkomen, als men
Jtlegts nauw let op de binnenfte Knoppens der Bloemen ;
welke in detamme Camillen veel fijner ei) teederder zijn,
als in de wilde. O o k zijn de Bladertjens wel zoo dun,
en van een beeter reuk.
k r a c h t e n .
Galen, lib. ~ï \ E Camille, o f Chamamelum, is verwarmende
1Med.simp. I 1 en verdrogende in den eerften graad. O ok fijn
jE^in l van deelen: daarbeneevens verteerende, ontfluyten
de, en verzachtende van aart.
Diofc.l.$. Camillen in Wijn gezoden, en daar van gedronken,
C l^ Ma driïft m de Nageboorte, én doode Vrucht. Verzacht
eer l. z. alle- harde en gez/wollene deelen des Ligchaams, en de
c. I,-. pijn van het Graveel. Neemt wech het Colijkj alle
¥hn.l.ai. Winden , en Buykfrimping. Is goed voor de Koortsen',
e' 11 ‘ de Geelzucht’, de gebreeken der Leevcr; en verteerd
alle rauwe vochtigheyd.
Bod. 1. 2. D e Bloemen gedroogd, gefloten , en daar van een
c‘ 'ï ' Drachma met Wijn ihgenomen, geneefl de beeten en
fteeken der giftige Dieren. Deeze Bloemen op alle
Wonden en Zweeringen gelegt, zuy veren en heden
de zelve.
Het Kruyd in Water gezoden , en op de Blaas gelegt,
verzacht.de fmerten van het Graveel: doed de
Steen rijzlen, en gemakkelijk Water lojfen«
Lonicer. Met het gediflilleerde Water de Mond gewaflehen ,
l.z .c. 68. geneefl de zweeringen van de zelve. Met Zuyker ge-
Tra usl i dron^en5 heeld.de gebreeken en fmerten der Borft.,
c *■ * De Oly van Camillen verzacht allerley weedommen
C V I H O O F D S T U K .
B R U Y N E T T E .
J,Ynde een meede ifoort van de voor-Nam», I
i gaande, is een aardige, beziens-waar-
L dige., en de geheele Zomer door bloe-
yende Plant. Word in het Jdeeder.
Uridfch dus genoemd : in het Latijn
'.Flos adonis, o f E r anthemum: in
het. Hoogduytfch Fe ld r o szle in »: en in het ha.
diaanfih E rantemo , o f F io r d i adonide.
Hier van zijn mij in haren aart bekend twee onder- Twee on; 1
fcheydene foorten, . namentlijk: - ■ " 1
I . F los ,A donis.elo re K.UBRO, o£Brujnette'met^'s,“' l
een roode Bloem, o f roode Zdonübloem. II, Flos ]
A donisI elorê LUTEpj^ d f Brupnette meteen geel.
achtige Bloem. Beyde zijn ze van' eeven de zelve Boa-
win o en Waarneeming.
Zij beminnen een goede, gemeene, zandige», enwclGioal I
gemeftte grond ; een v r ije , bequaam ter Zon geleé-
genè plaats; w e yn ig , en ook veel Water. j Woepa
zeer fchoon; geeven in den Herfft volkomen rijp Zaad,
en worden door de aankomende Vbrft \ichtëlijk wech.
genomen.
Men kan haar niet anders als door haar Zaad aan-hem.
. winnen, 't welk ieder Voorjaar, met een waflende Maan “ “ï'
van M a er t, op nieuws moet gezayd zijn.- Komen
ook wel van zelfs, géftöég op, door het neergevallene
Zaad', niet alleen iri de Voortijd, maar ook in de Zomer
en Herfft. Deeze dan niet wel bloeyen kónfleride,
verdragen tamelijk- de koude der Winter, zoo daeze
niet alle door de Vo r jly e r^ n .
Terwijl het Zaad noch groen is, valt het lichtelijk*“ ^“
af. Derhalven moét.men’er wel op letten; zomtijds met
de hand daar aanraken, en een weynig-drukken.,. Is het mrtt
dan rijp , 'zoo valt- het, yan boven begindendes,ifieer. wmm
Indien niet , zoo blijft het noch aan de Steel zitten.
Het is donker groen. Als het een weynig bleeker be-
gind te worden, heeft' het zijne volkomene rijpheyd
be reykt, en dan mag men het niet langer aan de Steel
laten.
K R»A C H T E N.
B Ruynette, o f Eranthemum, is warm en droog
van aart. Heefr de zelve krachten en deugden,
welke wij aangèwéezen hebben van de wilde,
■ ook. tamme Camillen , en van de Kocoog, ó f Bnp«-
thalmum. ' -• - ' in
Het Zaad gefloten, en daar van een Drachma met
.Wijn ingenomen, word zeer gepreezen teegens het:ft,8. I
Graveel. # ' » _ ' vutk0 '
Het gediflilleerde Water deezer Plant in de Oogen ge- ^ ^
daan, neemt de donkerbeyd van de zelve wèch. Ge-
neefl ook de Oog-zweeringen, daar opgelegt.
Het Kruyd zelfs gefloten, en gedaan op Wonden, o
oude Zweer en , zuyverd en heeld de zelve.
evil