D i c t a m n u m : in het Hoogduytfch D x p tam , welk
woord pok bij zommige der Ncederlanders in gebruyk
i$: 'in ’t Franfch D i p t a m n e r : in ’t Italiaanfch D r r -
T AM p , of ook D ic t a m o d i C a n d ia .
ï)rieon- Hier van zijn miji in haren aart bekend geworden drie
de ^ o r öH^rfcheydene foorten ; namentlijk:
ten.C 00 # L D ic t a m n u s c r e t i c u s v e r u s , o f opregte
Dittamnus uyt Candia; in welk Eyland zij alleen, als
in hare geboorte-plaats, groeyd. I I . D ic t a m n u s
c r e t i c u s a l t e r c r a s s io r e ' f o l ïo , dat is, een andere
, o f tweede Jbort va n Diflqtpnus uyt Candia, met
dikker Bladeren. III. D ic t a m n u s ,. o f PsEypo-
d i c t a m n u s , dat is, Bafiard-dïtlamnm. Alle zijn ze
van eeven de zelve Bouwing en JVaarneeming.
Grond. f i] beminnen een goede, zandige, met matig tweejarige
Paardemift wel vermengde grond : een warme
genoeg ter Zon geleegene plaats, en matige voch-
tigheyd.
Aart. Blij^ep wel; eenige jaren lang in ’ t leeven, doch zijn
teeder van aart, en konpen op geenerley wijze veel
koude Herfjl-reegenm, Sneeuw, fterke Winden, o f felle
Vorfi verdragen. Moeten derhalven in Potten geplant
zijnde, in ’t begin, vap OSbober binnens.huys worden
gebragt; op een luchtige plaats gezet, waar in men
niet anders vuurd, als bij vriezend Weer j vermits ze
de haat opnatuurlijke warmte des vuurs niet wel kon-
Hoe waar nen uytflaan. Gedurende dien tijd moet men ze met
te nee- een weynig laywgemaakt Reegenw^ter een o f tweemaal
van boven begieten j niet meer, anders; zouden ze lichtelijk
verrotten: en niet Voor in het begin-, o f ten hal-?
ven van April, met een aangename- Lucht en Reegen
weer buyten.ftellem: dan-noch eeyenwel haar nauw wag-
ten en dekken voor koude nqgten3 veel; Water, en hay-
rige oïf^TAle Qo$er . en. Noorde-winden.
Opregte Het Di.CTAMN.uSi c r it ic u s ; verus , o f opregte
Diébm- p iE h qm n u s v a n , C a n d i a geeft wel in deeze Geweften ,
Candia* 1 * I.bij goede Z o m e r s , B lo em e n , maar noyt volkomen
Z a a d i; Word echtér v e rn te en ig v u ld /g d d o o r hare aan-,
gewaflene- jo n g e : welke.-of van zelfs. W o r tel, vatten, of
die men fubtyl met. een .Mes ten, halyen infnijd, op
de wijze der A n g e l i e r e n , en dan lichtelijk W o r telen .•
Met een waffende Maan in A p r i l worden ze van de oud
e afgertomen', en' verplant, i |
Tweede, Het D ictamnus creticus a l t e r , o \ tw e ed e
~ P d d a m n u f ; v a n - C a n d ie n , en het Pseujdq-DÏctamNü£
mrtus. ° f B a f ta r d -d it tam n u s , geeven, ingoed z Z o m e r s , niet
• alleen 'B lo em e n , 'maar gök volkomen Zqad<\ het welk
met een wallende Maan van A p r i l o f M a y in eert P o t,
niet boven een ftroobreed diep hol en luchtig gelegt ,
de aarde; moet aanbevolen zijn. Hier. door worden ze
Zoo wel • v e r m e e n ig p u ld i g d gis door hare ingefheedene
jo n g e harde S t e e l t je n s : die men, als ze W o r telen hebben
gevats, 'op:de nu;geuQémdv tijd'-van de' o u d e 'afneemt,
en in dè a^rde zet.
K R A C H T E N.
Gal. Ub* 'f~ 'T E t opregte DiÜqmnus uyt Candien , o f Diftdr
shnpiMedi | . ~ Ij mnus verus Creticusj . is warm en droog in den
A derden. Gra^4:J ook heet én fëharp op de
T on g . i
Tbtophr. D e Blqder-en, welke, alleenlijk in de Geneeskonft
hifi. Plaat, worden gebryykg, in-W.ijn gezoden,, en daar. vanj ge-
l.y.c.iq. dronhen o f gedroogd, en daar van-, twee Drachmen
met Wijn ingenomen; o f ook het uytgeparftte Zap
met Wijn genüttigd, doed de Vrouwen voorfpoedig baren
: drjjft ixyt de.dobde .Vruchl, de Nageboorte, en ’t
Dio/c. 1.3. Graveel, Verwekt d ejMaapdJlotiden is. goed voorde
2>oJ*/ beeten der Slangefi, Adderen , anderer giftige Dieren;
c. i2. ' welke ook alleenlijk door den rook moeten fterven.
Apul de Strijd.Teegehs hèt* vergif ; en word met groot nut in-
''gegeeven teegeris.de .Spaanfche Bokken, ieder morgen ,
met het Water daar Pokhout, o f Guajacum, in gezoden
is geweeft. Verjaagt daarenboven de fmerten van
de M i l t ; en doed de zelve verminderen, als ze te
groot is gewórden.
Het Zap op de Navel geftreeken, verwekt Stoel- buranta
gang : in de Wonden gedaan, Xuyverd en geneejl de h,fl' Pl»nt,
z,elve. ■ . . s
De Bladeren gefloten, en opgelegt, trekken uyt alle
doornen en fplinteren.
De Wortel gepulverizeert, en daar van een Drachma Lonic i *
met Wijn ’s morgens rmgteren ingegeeven, dood d e f‘ io;.
Wormen der kinderen, en is goed voor de Waterzucht.
D e 'Baftard-diBamnus , o f PJcudo-diÏÏamnus, ver- ^
mag al het zelve; doch is eevenwel niet van zoo krach- r.
tige werking.
C X C V I I H O O F D S T U K .
VINGERHOED.
■ Eeft deezen mam in *t Neederlandfch: Nam«,
in het Latijn geheeten D ig it a l is ,
’twelk eeven ’t zelve bëteekend : in ’t
Hoogduytfch Fin g e rh u t : in ’t Franfch
D ig it a l e : in het- Italiaan fch eeven
Hier van zijn mij in haren aart bekend geworden ver- NMgen '
fcheydene aardige veranderlijke foorten; namentlijk: verander-
I. D ig it a l is major" blore al bo , ól-groote lijke foor.
gerhoed met een witte Bloem. I I. M ajor flore PUR-tca‘
PURED , o f groote Vingerhoed met een purpure Bloem.
II I . Major flore albo pu n c ta to , o f groote witte
Vingerhoed, met fiippelen van binnen. iV . Major
flore PURPUREO pu n c ta to , of grooto witte Vingerhoed
3 van binnen gefireept en gejfippeld. -V. Majo
r flore lu t e o . v i L L O S O o f groote Vingerhoed
met een geele ruyge Bloem. V I . M inor flore lut
eo , o f kleyne, met een geele Bloem. V IL M inor
flore CARNEO , o f kjeyne mef een lijfverwige Bloem.
V U L M inor ferRü g in e a -, o f kleyne met een als
verouderde geelvenwige Bloem. IX. D ig it a l is V ir-
g in ian a an gustifo lia s p ig a t a , o f fmab-gebladerde
Vingerhoed uyt Virginien met een geayrde purpure Bloem.
A l te zamen , benalven de laatft-genoemde , zijn ze
yan de zelve Bouwing en Waarneeming. ■
k Zij beminnen, een goede, gemeene , zandige, wel- Grond, j
gemeftte aa rdeheb b en zoo lief een vrije, Welgelegene,
:als een fchaduwachtigei plaats. Könnert veel Water
verdragen; fterke Vorfl,' en allé andere ongeléegenthee-
den der Winter uytflaan. - J
% Blijvenrniet langer als twee , o f rten 'hoögften drie BIocra«*|
jaren in ’t leeven.-! Bloeyen m de tweede Zomer zeer
vermakelijk; geeven volkomen rijp Zaad', en verfter-
ven daar meê. I
Moeten derhalven in het tweedejaar, met-een waf-. Aaiwin-1
fënde.Maan vah Maert oB September, op nieuws ge- nin^‘
zayd , en dé aarde aanbevolen worden; wijl men ze op
geen andere wijze kan-aanwinnen en vermeenigvuldigeni
Dikmaal flaan z e , door het.neergevallene Zaad, genoeg
van zelfs o p ..
Het D ig it a l is an g u s t ifo l ia sp ic a ta virgi- Soid^J
n ian a ,- o( fmal-gebladerde Vingerhoed uyt Virginien j
met een geayrde purpure Bloem, groeyd gemeenelijk in jjogd uy1!
deeze onze Geweften uyt hare dunne, wityè en veel- vir^oicfl*j
vöudige Veezeïworiel op tot dè hoogte van twee en een
halve, -ook wel drie voeten , mét 'nare dunne en vierkante
Steeltjens'', aan welke dé Bladeren voortfprtiyten,
twee en twee- regt teegens-over-malkander zittende.
lengte der zelve is van een vinger, de breedte van noch
niet de kléynftë vingér : in het midden zijn ze aller- a
bFëedft, aart de -Steel allerfmalft, en eyndigen voor in •
! een fpits punt. Hard van aart zijn z e ; .fteevig,, o ° .
regt uyt ftaande: aan de randen met korte, fpitze en
I teedere Tandjens gezaagd. D e verwe is zwart-gróen»