
 
        
         
		Hifi.  Tl.  mee de Slapen des Hoofds beftreeken, neemt de H o o fd -   
 caj>. 9.  p i jn wech.  Een Zalf bereyd van de W o r telen  en B la d e r 
 e n   ,   geneeft de S c h u r f th e y d  of K r a u w a g ie  ,  daarmee  
 beftreeken  zijnde. 
 Als de S ch a p en  van dit Kruyd eeten,  werden ze zoo  
 dorftig,  dat ze niet genoeg kpnnen drinken >  en daar af  
 komen  te  fterven. 
 Twee D r a c hm e n  van ’t P o ed e r  der gedroogde Bla d e r 
 e n  van de kleyne  C o n y za   ,. of C o n y za  m in o r ,  met roo-  
 de Wijn  ingenomen  ,  ftopt  de  B lo ed g an g  ,  of roode 
 w -   t  s ®   r 
 Duranns  De W o r t e l   van  C o n y z a   lo h g ifo lia   Z m e r i c a n a   ,   of  
 lib. Herb.  la n g -b lad er ig c   C o n y z a   u y t -A m e r ic a ,  is van een kleeven-  
 fo l'  den aart:  warm tot in den derden graad,  en zeer goed  
 voor  de  geene ,  welke  van de  roode L o o p werden geplaagd. 
   Een once van het P o ed e r  der zelve met Wijn  
 ingenomen,  ftild het B lo e d e n ,  en doet het veel B ra k en   
 ophouden. 
 C'LXXI  H O O F D S T U K . CORIANDÊR. 
 Namen.  N   ’t Neederlandfch  dus  genoemd  :  in 
 het  Latijn  C o r i a n d r u .m  ,  C o-  
 R iO N ,  en C o r ia n n u m :  in  ’t Hoog-  
 duytfch  ook  C o r ia n d e r   :  in  het  
 Franfch  meede  C o r ia n d r e ;  en  in  
 *tltaliannfch defgelijks  C o r ia NDRo , 
 o f   C o r ia n d o . 
 Twee  Hier  van  zijn  mij  in  haren  aart  bekend  geworden  
 r uderj   twee verfcheydene fcneydene  - _  _  J  foorten,  als: „ 
 foorten.  I»  C oR IANDRUM  VULGARE  SEMINE  MAJORI,  
 o f  gemeene  Coriander  met  een groot  Zaad.  I I.  C or 
 i  a n d r u m   VULGARE  SEMiNE  m in o r e   ,  o f  gemeene  
 Coriander  met  een  kleyn Zaad.  Beydc  van  dezelve  
 B omving. 
 Grond.  Zij  beminnen  zoo wel een goede  ,  gemeene,  Zandige  
 ,  als geen  zandige ;  doch  varfch omgefmeetene  en  
 wel-gemeftte  grond:  een warme,  vrije,  bequaam-ge-  
 leegene plaats,  en  veel Reegen.  Blijven niet meer dan  
 een jaar in  ’t  leeven.  Geeven  in de Zomer  Bloemen,  en  
 in den Herfft  rijp  Z a a d ;  het welk  eenige  jaren  goed  
 b li jft ,  en  hoe  ’t ouder is ,  hoe men  't beeter  acht óm  
 gezayd  te  werden. 
 Aanwin-  Na deeze Zaad-geeving vergaan ze.  Moeten derhal-  
 ning.  ven met  een wafTende Maan van  Zpril weer op  nieuws,  
 niet  diep,  werden  gezayd,  en  de  aarde  aanbevolen.  
 Hier door konnen ze aangewonnen ,  en eeuwig-durend  
 gemaakt  werden. 
 K R A C H T E N . 
 Cal. lib.  f   Oriander-kruyd, o f  Coriandrum, groen  zijnde, be- 
 Med simp.  I   ftaat uyt deden van verfcheydene aart;  waar door  
 6-  het zoo wel verdroogd als verkoeld.  Is geweldig 
 fchadelijk  ,  ja doodelijk ;  inzonderheyd het daar uyt-  
 geparftte Zap  ingenomen  zijnde.  Geeft ook  van zich  
 een  zware,  en  gantfch onaangename reuk. 
 JDiofc. I.  3.  Het Zap met Honig  vermengd ,  en gelegt op heete  
 cap. 71.  Pftyften,  Zweer en,  d e Roos,  het wild Vuur,  en Peftilentiale  
 Hpoftematien,  .geneeft dezelve. 
 Tuchf.  *tZaad droog geworden  zijnde,  legt al  zijne quaad- 
 Hift- Tl.  aardigheyd  a f ,  en  is dan  zeer goed  ,  ja gezond te  ge-  
 cap. 130.  bruyken  :  ook als men  ’t in Wijn o f  Edik vierentwintig  
 uuren  lang  laat  weyken  ,  en  daar  na  weer  droog  
 werden. 
 Het  is heet  in  den  eerften ,  droog  in  den  tweeden  
 graad;  te zamen-trekkend,  en  dun van Deelen.  
 xufit. 1. 3.  O p allerley wijzen  gebruykt,  verquikt het  ’t Hert:  
 e- 69-  is aangenaam voor de Maag: verfterkt en verwarmd de-  
 Ruel. 1.3.  2ejv e .  verdrijft de Winden  :  neemt wech  de verkoud-  
 C  it  '  heyd van de Moeder,   en doet  ophouden  de onnatuurl 
 i jk s   V lo e d e n   der Vrouwen :  ftopt  de Bu y k lo o p   \  be- Hipp0cra{.  
 voorderd  de  v e r te e r in g  der  Spijzen :  doet wel J la p e n i^ - i .d t   
 belet het opwerpen  v a n   d e  M a a g   ,   en ook het gedurig ij|jl  
 o v c rg e e v en . 
 Dit Z a a d  gefloten»  en met Wijn gedronken,  geeft  
 de W o rm en  de dood; verdrijft de 1koude P i s ;  en doet ge-  ‘  
 makkelijk  W a te r   lojfen.  Gekneufd  ,  en  op  allerley ^ I J   
 v le e f c h   van  geflagtede Beeften geftroyd ,  bewaard het TUrb.c.'  
 zelve  voor v e r v u y l in g ,  en laat niet toe,  dat’er eenige ^   
 Wormen  in  zouden  groeyen. 
 Een  dag lang in Edik  geweykt,  en  dan  geftroyt,  
 doet de Vlooyen fterven. 
 CLXXII  H O O F D S T U K . 
 SC O M Y N . Eeft deezen  naam  in ’t N e ed e r la n d f ch . Namen; 
 Werd  in  het L a t i jn  geheeten  Cu m in 
 u  m  :  in’ ïH o o g d u y t f c h  K o m i s c h e r 
 dn  het  I ta lia a n f c h   C im i n o   ,  of ook  
 .C oM iN O   R o m a n o . 
 Hier van  zijn mij in haren aart bekend  tovee onder- Twee  
 fcheydene foorten,  te weeten:  foorten.' 
 I.  C u m in u m   s a t i v u m   ,  of tam m e   C om ijn .  II.  
 C u m in u m   s y l v e s t r e   ,  of w i ld e   C om ijn .  Beyde  
 van dezelve B o uw in g  en W a a rn e em in g. 
 Zij beminnen een goede ,  gemeene,  zandige aarde, Grond.'  'I  
 met  twee-jarige Paardemift  door-mengd:  een warme,  
 vrije,  wel geleegene plaats,  en tamelijk veel Water. 
 Geeven  genoegzaam  B lo em e n ,   maar niet,' als met Bloemen, I  
 goede Z o m e r s ,   volkomen rijp Z a a d ,   en daar mee vergaan  
 ze.  Moeten  derhalven  ieder jaar weer op nieuws  
 gezayd zijn,  niet diep;  de tam m e  in de aarde; de wild 
 e ,   om harer teederheyds wil,  in een Pot,  wel warm  
 gefield,  met een wallende Maan.  Hier door  konnen  
 ze  alleen  aangew onn en  ,   en  altijd-durend  gemaakt  
 worden. 
 K R A C H T E N . 
 Et Zaad van  C o m i jn ,   of C u m in u m ,   is warm en Ga}m,  lil>I  
 droog  in  den  derden graad;  ook verteerende,  1 
 dun-makende,  en een weynig  te  zamen-trek-  
 kende  van  aart. 
 Is ieder aangenaam ,  op allerley wijzen gebruykt in- Diof  I  
 wendig.  Verwarmd  en  verfterkt de M a a g  :  verdrijft  
 de W in d e n ,  en de B u y k p ijn  ,  met Wijn  ingedronken.  j  
 Verbeeterd de L o n g e ,  en een koudeB o r d .  Doet ophouden  
 de overmatige V lo e d e n  der Vrouwen :  geneeft,  
 de beeten der g if t ig e  D ie r e n   :  neemt weeh de opblazing  
 der verkoude Leeden :  doet  gemakkelijk W a ter   lojfen,  
 en ftild  het  bloeden  u y t  d e  N e u s ,  met Edik gemengd  
 zijnde. 
 Is daarenboven zeer goed in allerley Spijzen en Cljftt- ^ r'  
 r i e n :  ook kleyn gefloten in Zakjens gedaan en zoo gelegt  
 op de C o n tu j ie n ,  of k n e u z in g e n   de s H o o fd s ;  en op  
 de B r eu k en   ,   met Winden  overladen.  Fijn gefloten,  
 en met Edik gelegt op de bla uw -ge fla g en e  L e e d e n ,   verdrijft  
 die  qüade plekken ,  en  doet het geronrten bloed  
 zich  fcheyden. 
 Op ’t vuur gelegt,  en de Rook van onder ontfan-  
 gen ,  doet  de  V r o uw e n   zw a n g e r  w e r d e n ,  wanneer ze  
 ftraks daar op  zich  tot den Man en het echte-werk be-  
 geeven,  volgens eeniger voorgeeven.  ^ -a 
 De Oly van Com yn met Wijn  ingenomen ,  is goed  ^-i  
 teegen ’t C o l i jk j ,  alle B u y k k r im p in g ,  deEngborJligheyd’, I0>  
 een gequetfte en opgeblazene M i l t :  geneeft de Hoeft,  
 en de ko u d e  P i s .   /  \ 
 ’ t Z a a d  van  w i ld e   C o m y n ,   of C um in nm   f y h e f t r e ,  \ 
 ook warm en droog in den  derden graad ,  met Honig ^  
 van Roozen en Wafch vermengd ,  verdrijft en genee  
 &  “  allerley 
 L u 1 1. allerley  G e zw e lle n   ,  daar  op  gelegt  zijnde*  Met  een  
 i/.poó.  weynig Zaad  van Peeterfelie vermengd,  en met Wijn  
 ingenomen,  helpt de geene die b lo e d p i j f e n ,e n  haar7^-  
 te r  n ie t w e l  ko n n en   loffèn.  Neemt wech de walging van  
 de M a a g  ,  de G e e U u g t ,   en Z w i jm e l in g   des H o o fd s  :  
 geneeft de beeten der G ift ig e  D i e r e n , met Wijn gedronken. 
   Met Edik gebruykt,  verdrijft  den H i k j   en is  
 zeer goed voor de geene ,  die van de S t e e n  en het G ra v 
 e e l werden  gequeld. 
 J'Vicr verraderlijke 
 ■ ;pcE  
 I de 
 ItJ 
 P»/. 1.. 
 H»  I. 
 h i - 
 CLXXIII  H O O F D S T U K . HARTSHOORN. Erd in ' t  N e e d e r la n d f c h ' niet alleen dus,  
 maar  ook  van  zommige  K r a y e n -   
 ^   v o e t  genoemd.  In ’t  L a t i jn  C o r o -  
 n o p u S j  C o r n u   C e r v i   ,  en S t e l ^  
 %  I-A r i a :  in 't H o o g d u y t jch   K r a e n .   
 'F u s z : in   t f-t'twfch  D e n   r   a i C h i e n ,  
 C o r n e   d e   C e r f ,   ofPiED d e   C o r n e i l l e ;  en in  
 't I t d iM U f ih   CORONOFO.  C o r n o   C e R v i n g   ,  en  
 H e r b a   S t e l l a . 
 ^ Hier van zijn mij in haren aart bekend geworden eenige  
 veranderlijke kluchtige foorten,  als:  ' 
 I.  CoRONOPus .  o f  Cornu Cervi vulgatus ,  
 o!gem e en e   H a r t sh o o r n .  II.  Coronopus  repens  
 o l   k r t t jfen d e  H a r t sh o o r n .  IIL  Sylvestris hirsu-  
 tior .  óf w i ld e   r u jg e   H a r t sh o o r n .  IV.  Corono-  
 Ptrs SYLVESTRiS minor, o f  kleyne w i ld e  H a r t sh o o r n , 
 ook genoemd C a d d aM u r is ,  of Mu yzestaart, 
 wijl haar Z a a d  de lM u y z ,e fia a r tcn   zeer gelijk is.  Niet'  
 alle zijn ze  van  eeven  dezelve  'B o tm in g   en  Waarne em 
 i t i g . '  " 
 Eevenwel  beminnen ze al te zamen  een goede,  gemeene, 
  zandige, zoo wel gemeftte als ongejnefttegrond:  
 een opene,  luchtige,  vrije,  en wel-geleegene plaats:  
 zoo,» matige droogte,  als veel Reegen.  Konnen felle  
 koude,  en alle andere .ongeleegentheeden  des  tijds  en  
 Winters uytftaan. • 
 Het  C o r o n o p u s   v u l g a r  i s  ,  of g em e en e  H a r t s -   
 L  en  s y l v e s t r i s   h i r s u t i o r ,   o f  w i ld e  H a r t s -   
 I hoorn m e t  ruyge  B la d e r en ,  blijven epnige jaren in ’t lee-  
 ven.  Geeven  zoo wel in het eprfte als in de volgende  
 jaren volkomen Z a a d ,   en zijn van een harden aart. 
 Het  C o r o n o p u s   r e p e n s   ,   o f  k rm f e n d e   H a r t s -   
 h m n   blijft  niet  langer  dan  twee jaren in  het leeyen.  
 Ceeft  de  tweede  Z o m e r   B lo em e n   ;  in  den H e r f f i   rijn  
 Zaad-,  en verderft. 
 Het  C o r o n o p u s   m in o r   s y l v e s t r i s   ,"of kleyne  
 m d e  Hartshoorn,  anders c a u d a   m u r i s ,   . of A iu f e -   
 \ J fp n ,  vergaat ieder Z o m e r ,   en kan niet langer in itand  
 Mjven.  Moet  derhalven met een waffende Maan van  
 M a a r t of H p r i l  door Z a a d   (gelijk  pok  al  de  andere  
 °  t’elkens weer  op nieuws,  niet diep ,  in de  
 aar  e gelegt,  werdén  aangewonn en.  Dikmaal, komen 
 van zelfs,  door ’t neergevallene Z a a d ,   overvloedig 
 genoeg  voort.  ° 
 k r a c h t e n . 
 H-A r tsh oorn , of C o r n u  C e r v i ,  is koud en droog van  
 aart;  ook te zamen-trekkend. 
 De B la d e r en  in een Salade gegeeten,  of in een  
 ^.armmoe$ §^°°kt,  of de  geheele  P la n t  met  zijne  
 Otic  iQ Wijn  gezoden ,  en daar  van ’s morgens  een  
 blo^61 V0^ Sec^ron^en j  flopt de Buykloop  ;  ftild het  
 enen van de N i e r e n  en andere Deelen :  neemt wech  
 1 „  rand e n andere Gebreeken der zelve;  in teegendeel  
 H  ver^ei'kende.  Koomt te hulp de geene  die b lo ed   
 C r a v ^ i9  ° jk ^ 5  b lo ed  p ijfen .  Is zeer goed teegens ’t  
 des B *  /,en  d e ,riJ zen£le  S te en   ;  de k r im p in g   en w in d en   
 hI k s .  ook dienflig voor alle K o o r t s e n ,   welke ha- 
 -fprong uyt yerftoptheyd hebben genomen; niet  
 alleen van deeze Wijn gedronken ,  maar ook de B lo d e *   
 r en van buyten op ’t hert gelegt;  waar door ze dan de  
 Menfchen als van ’t Lijf gevaagd werden. 
 Het kruypende H a r t sh o o r n ,  of Coronop us R e p e n s ,  is  
 een  weynig  verwarmende  en  verdrogende  van  aart*  
 Rauw,  of gezoden in een Salade gebruykt,  is niet onaangenaam  
 voor de Maag.  In Wijn gekookt»  en daar  
 van  eenige weeken  lang  ieder morgen  een  Roemertje  
 gedronken»  helpt de geene, welke beladen zijn met de  
 W a te r z -u g t ,   genoemd A n a fa r c a . 
 De  ff bvrf gedroogd,  gepulverizeert,  en daar van  
 ™et WlJn een JfcPel vol ingenomen ,  verdrijft het Co-  
 h j k j   en geneeft de b eeten der g i f t ig e  D ie r e n . 
 Dodón. 1.4» 
 Riièli. de  
 Nat.Stirpt 
 CLXXIV  h o o f d s t u k . 
 keyzerskroon. 
 ^3 j ^ 2^ g U s  genoemd  in  \  N e e d e r la n d f c h  :  in  Namertj  
 S |   L a t i jn  geheeten  C o r o n a   I m p e - 
 m   j ;  R iA L is  :  in I  H o o g d u y t fch  K a i s e r - 
 ™   B  f   K e y s e r - k r o n   :  in  het F r a n f c h   
 C o u r o n n e   d e   l ’E m p e r e u r   ;  in  
 ’t I ta lia a n f c h  C o r o n a   R e a l e . 
 Hier van zijn mij. in haren aart be- veele vet*  
 kend geworden eenige beziens-waardige ,  veranderlijke anderlijkó  
 foorten;  als:  ■  '  f   beziens- 
 I.  C o r o n a   I m p e r i a l i s   f l o r e   r u b r o   ,  of foorten?0  
 K ey z e r s k r o o n   m e t   e en  roode  Bloem*  II.  F l o r e   p a l -   
 l  1 d o   RUBRO, of m e t   een   b i e d e r  o o d e  B lo em .  III. F l o -   
 R e   a l b o   d ü p l i c i   o r d i n e   c i n c t o ,  o f  m e t   een  
 d u b b e le   ry  v a n   z -u y v e r -w it te   B lo em e n ,  b o v en   m a lk a n d 
 e r  ,  van  een  heerlijke  aanfehouwing.  IV.  F l o r e   
 l u t e o ,   oï  m e t   een  g e e le  B lo em .  V.  F l o r e   l u t e o   
 R u b e n t e  »  of m e t   een g e e le  B lo em ,  en  ble ek -ro o d e  p le k '7  
 k en .  VI.  F l o r e   l u t e o   l i n i i s   a l b i s   v a r i e g a -  
 t o ,  of m e t   een g e e le   B lo em  ,  v e r d e r d  m e t  w i t t e   S t r e e -  Van wel-  
 p e n  ;  hebbende  gemeenelijk  twee rijen B lo em en  boven ke hier  
 malkander.  VII.  F l o r o   r u b r o   b in i s   f l o r u m   Jlfwer"  
 ORDINIBUS  PR4EDITA  ,  of m e t   een  roode  B lo em ,  en gefteld°^ert  
 tw e e   o rd r en   v a n   Blo em en   b o v en   m a lk a n d e r .  VIII.  C o -   de  laatfte  
 ROn a   I m p e r i a l i s   f l o r e   d u p l i c i   »  of K e y z e r s -  zeer ^   
 k roon  m e t   een  d u b b e le   B lo em .  IX.  L a t i c a u l i s ,  0£^e^^*  
 bre ed-ge fte e lde  K e y z e r s k r o o n .  X .   M a x iMa   ,  of ^ e e r   
 g r o o t  e   K e y z e r s k r o o n .  XI.  C o r o n a   I m p e r i a l i s   
 C h j n e n s i s   f o l i o   v a r i e g a t o ,   of K ey z e r sk r o o n   
 u y t   C h in a   m e t   bon te   B la d e r en   van  een fchoon  gezigt:  
 welke  te B r u j fe l is te  vinden  in  den  H o f  van den eer-  
 waardigen Heer G o d e n i s  ;  en waar van tot noch toe,  
 weegens hare ongemeene raarheyd ,  een eenige B o l niet  
 te bekomen is onder de h o n d e rd  D u c a t e n .  Al te zamen  
 zijn ze van dezelve B o u w in g  en W a a rn e em in g . 
 Z ï )  beminnen een goede ,  gemeene,  zandige aarde, Grond,  
 met  twee-jarige Koeyemift wel  voorzien :  een vrije,  
 bequaam-geleegene plaats, en veel, of ook matige Ree- 
 In u ftpr il geeven ze B lo em e n ,  en in de Z om e r  volko- Bloemen,  
 men rijp Z a a d .   Verdragen Sneeuw,  fterke Vorft,  en Zaad.  
 allerley andere ongeleegentheeden der Winter. 
 Hare B o lle n ,   welke van een onaangename reuk 2ijn» Hoe m et  
 werden ieder jaar,  in ’t begin van f  u liu s   ,   uyt de aar- de Bollen  
 de genomen, op een drooge plaats gelegt, en in Septem-  
 b e r ,  met  een  volle Maan  (na  dat men  de grond  op  
 nieuws  omgeworpen ,  en met Mift  voorzien  heeft >  
 weer ingezet.  Hoe zulks dieper werd gedaan ,  hoe de  
 Bollen zich beeter vermeenigvuldigen.  Men laat ze ook  
 wel twee jaren over liaan, en neemt ze Hechts in ’t derde  
 jaar uyt;  het w e lk ,  na een ieders gelieven »  zonder  
 eenige fchade of ongeleegentheyd  kan gefchieden ;  inzonderheyd  
 als ze liaan onder andere B o lle n ;   gelijk hier  
 voorén  van meer andere  Bloemen met  B o l-w o r te le n   is  
 gez egt. 
 ‘  Kk Zij