
in de verschillende districten opgericht, waar het zout met een
prijsverhooging van 25 percent tot een bedrag van een pikol
verkrijgbaar was. Yoor den aanmaak werden met de bewoners
der zoutdessa’s vrjjwillige overeenkomsten aangegaan; gemiddeld
ontvingen zjj omstreeks zes ropijen per kojan ').
De koffieteelt verkeerde onder het bestuur van Raffles in
hoogst ongunstige omstandigheden, daar het continentale stelsel
de markten van het vasteland van Europa voor de Britschehan-
delsproducten gesloten hield. Het Gouvernement had alle reden
om de door Daendels zoozeer uitgebreide teelt te beschouwen
als een drukkenden last, waarvan het haakte zieh te ontdoen. De
nieuwe aanplantingen werden dus geheel verwaarloosd. De bevol-
king mocht koffie telen zooveel zij wilde, als zij zieh met den door
het Gouvernement geboden prijs van drie sp. matten per pikol wilde
vergenoegen of zelve hoogeren kon bedingen; maar zij werd
van de teelt meer afgeschrikt dan er toe aangemoedigd, en men
meent dat, zoo niet het uitzicht op den vrede in 1813 verbete-
ring van prijzen had beloofd, het wellicht tot algemeene uit-
roeiing der koffiecultuur zou zijn gekomen, die reeds gedeeltelijk
schijnt te hebben plaats gehad. Waarschijnlijk zou zonder die
günstige vooruitzichten ook de verpliehte leverantie in de Preanger
bij de regeling van het landelijk stelsel niet behouden zijn.
Zeker is het dat ook daar de productie van koffie onder' het En-
gelsch bestuur tot de helft verminderde
De tijding der omwenteling in Holland in November 1813
had reeds aangevangen Raffles eenige vrees voor de teruggave van
Java aan zijn oude meesters in te hoezemen / toen de conventie
van 13 Augustus 1814 hem daarvan de volkomen zekerheid
verschalte. Het bericht van Napoleon’s terugkeer verlevendigde
een oogenblik zijne hoop, en hij verzuimde niet om van het daaruit
voortvloeiend uitstel gebruik te maken, om het bestuur der Brit-
sche Compagnie door memories en rapporten op het groote ger
1) Levyssohn Norman. 274 v.
-) Levyssohn Norman. 239 v .; T. v. N. X. I I I . 2. 290. Polanen, Brieven. 125,
toont aan dat die vernieling der koffietuinen niet door het Gonvernement kan bevo-
len zijn; zij kan echter zeer wel zijdelinga zijn bevorderd.
wicht van het behoud van Java te wijzen. Maar niets mocht
baten. Een körte veldtocht, waarbij naast Engeland en Pruisen
ook Nederland eene hoofdrol vervulde, maakte aan het hersteld
gezag des Franschen Keizers een plotseling einde, en Nederland
deed al het mogelijke om de invoering der conventie te be-
spoedigen. Aan Raffles werd echter het verdriet bespaard om
Java in persoon aan de Nederlandsche Commissarissen over te
leveren. In Maart 1816 werd hij teruggeroepen en kort daarna
trad John Fendall als zijn opvolger op. Ofschoon nog vele moeie-
lijkheden aan de Nederlandsche Commissarissen in den weg
werden gelegd, had den 19^ Augustus 1816 de overdracht
werkelijk plaats.
Tot op het tjjdstip dat de teruggave waarschijnlijk werd, had
Raffles- zieh met alle kracht, zij het ook niet altijd met even
juiste inzichten, aan de bevordering van Java’s bloei en welzijn
gewijd ). Maar van dat oogenblik af werden de gewichtigste
takken van bestuur verwaarloosd en scheen het voornaamste
streven, alles wat nog eenige winst kon opleveren, zoo veel
mogelijk te realiseeren, ook al moest daaraan de toekomst van
Java worden opgeofferd 2). Yanhier de treurige, ofschoon mis-
schien niet volkomen onpartijdige tafereelen in de gesekriften dier
dagen opgehangen over den toestand waarin Java zieh op het
oogenblik der overneming bevond 3). Niet weinig zeker bracht
daartoe de zoo kortelings aangevangen en door ontijdige ver-
andering van inzichten gestoorde invoering van het landelijk
stelsel bij. Hoe het zij, ook door zijne laatste verrichtingen en
verzuimen toonde Raffles, dat hij op den naam van een waarlijk
groot en edel man geen aanspraak kan maken. Een zoodanige
zou, na zoo hoog van zijne belangstelling in het lot der arme
Javanen te hebben opgegeven, ook met opoffering van eigen
en nationale belangen, tot het laatste oogenblik voor hun welzijn
hebben blijven waken.
') Polanen, t. a. p. 124. 2) Levyssohn Norman. 161.
3) T. v. N. I . I I I . 2. 284—298.