
44 A G L A T IA . A G N A C A T . A G O U T Y .
gelyken naar een vliegende vlinder, en hebben
geen r e u k o p dezelve volgen peulen
die vier fpannen lang en een vinger breed
zyn: zy bevatten boonen die veel overeenkomt
met de onze hebben, doch veel ldein-
der zyn , welke men tot fpyze gebruikt.
Men zecht, dat in regenachtige jaaren dezen
boom drie o f vier malen in een jaar vruchten
geeft.
A G L A T I A , is een vrucht die de Egyp-
tenaren in February inzamelden; in de beeld-
fprakige merkte ekenen, van welke z y zich
bedienden om hunne maanden uittedrukken-,
beteekende deze vrucht die van den o ogt.
A G N A C A T , een boom die men in een
landftreek van Amerika, niet ver van de
Landengte van Dariën, vint. Dezen'boom
die zyne bladeren behoud, gelykt naar een
peereboom , en brengt een vrucht voort dié
veel overeenkomt met een peer heeft, en
die altoos groen i s , zelfs by haare rypheit.
Het vleefcn van deze vrucht is mede groen,
zacht en v e t, het heeft de (maak van booter.
Het zelve wort voor een krachtig uitlands
geneesmiddel gehouden..
A G O U T Y o f 'A c ou t y , een viervoetig
Amerikaans dier. Het heeft de groote
van een haas, en is zeer fn e l; deszelfs kop
gelykt na die van een rot , zyn ooren zyn
kort en geront; het is met rosachtig doch
wreed hair bedekt; deszelfs taart is kort en
van hair ontbloof, als mede de achterte
pooten, zyne pooten zyn’kort en dun.. De
Agouty voed- zich met Manioe wortelen en
Patatten; hy eet met behulp van zyn voor-
t e pooten gelyk de eekhorentjes.. Het wyf-
je van dit dier werpt twee o f drie malen m
het jaar: doch altoos niet meer als twee jongen.
De Agouty heeft een fcherp gehoor;
hy is zeer vreesachtig: houd t i l , en lu ité r t,
gelyk de haazen, wanneer men hem fluit;
en dit is het oogenblik dat m enin acht neemt
om hem te fchieten. Hy loopt zeer wel in
het vlakke veld, maar hy is gevangen wannéér
hy het ongein* heeft van in een veld
met afgefneden riet te komen ; by iedere
fprong die hy doet, zakt hy in de toppe-
len, aie zomtyds een voet hóóg z y n , en hy
heeft veel moeite om -zyne fprongen te herhalen
,. om dat zyne pooten te kort zyn.
Vermits zyn voo rte pooten korter als de
achterte zyn, zoo laat hy zich van de bergen,
afrollen.. Wanneer hy door de honden.
AGRA. AGRIMONIE.
vervolgt wo r t, tracht hy holle boomen ter
winnen, in welke hy gèwoonlyk zyn w y k -
plaats neemt; maar men noodzaakt hem door.
middel van rooken , om ’er uittekomen,
wanneer men hem- doot.. Wanneer dit dier
vergramt is , recht het de hairen van zynen
rug op; het trapt de aarde met zyn achterte
pooten gelyk de konynen: . werpt dé aarde met
zyn v o o r te pooten van zich: het knort alis
een varken , en b y t ; men kan het echter
tam maken. De Agouty is zeer gemeen in
Amerika, zoo wel op de eilanden als op
het v a te land, uitgezondert.op Martenique;
nïogelyk , zecht men, zyn de (langen hier
de oorzaak van. Wanneer men Guadaloupe
begon te bevolken, leefden men ’èr byna,
van niets anders; deszelfs vleefch heeft de.
fmaak van wild. De Wilden maken gebruik,
van de tanden der Agotitys, die zeer fcherp>
zyn-, om zich het vel in hunne plechtigheden:
te verfcheuren^
A G R A , een welriekent h o u t,. dat van
het Eiland Hainan in China koomt: men on--
derfcheid het in drie foorten;' het fchyntdat.
dit hout, van-’t welke men geen andere kum~
digheden heeft, zeer hooggefchat is , en tot
een hoogen prys te Canton verkogt word. De
Japannelen maken mede veel' werk van het.
Agra-Caramba , een foort van welriekent
hout, dat een buikzuiverende kracht bezit..
A G R IM O N I E o f B o e l k en s k ru id -
d e r o u d e G r i e k e n , Agrimonia,. een
foort van gewas met rooswyze 'bloemen.
Deszelfs deel. is omtrent drie voeten hoog,
wolachtig en getakt: deszelfs bladeren zyn-.
mede ruig,, langwerpig en getant; derzelver
fmaak is zamentrekkende, eeri weinig zoutachtig,
dat met iets bitterachtig gemengt is ,
en maken het blaauw papier eenigzins rood:
haare bloemen zyn aan het einde van kleine
takjes gefchikt, van een ïiefelyke reuk, geel
van kleur, en uit v y f bladeren zamengeftelt.
Deszelfs kelken zyn doornachtig; zy veranderen
in een vrucht die met doornen aan het
hovende gedeelte bezet i s z y groeit in de
velden en weiden.
De Agrimonie behoort onder het getal der
planten die afvegende, afzettende, verfris-
fchende en wondneelende zyn. Het afkook-
zei van Agrimonie en Alantswortel, is nuttig
voor de zwerende winter in handen en voeten;
men wafcht ’er des morgens en ’s avonts
deze deelen mede. Het is een byzonder geneesmiddel,
voor het bloedwateren...
Dft
AG UL . AGUT IG: A H A T E . AHOÜAI.
De gemeenfte gorgeldranken werden van
deszelfs afkookzel, garft,, en firoop van
moerbeziën gemaakt..
A G U L o f A l h a g i , een:kleine doomachtige
heefter, met langwerpige bladeren,
die in A rabie, Perfie , en Mefopotamie
'groeit. Het heeft veel roodachtige peulswy-
zc bloemen. Deszelfs bladeren en takken,
beladen z ie h , in de groote zomerhittens,
met een vetachtig en fmerig vocht, dat de
dikte van honing heeft. De koelte van den
nacht verdikt het zelve, en doet het in gedaante
van körlen byeenftremmen-, dit wort
Manna van Algebi genaamt. Men verzamelt
'deze korlen, die de groote van Korianderzaad
hebben , en maakt ’er vry groote
brooden v an , die van een- donkere gèele
kleur zyn. Drie oneen van deze manna- in
een aftrekzel van zenebladen , is een zeer
goed buikzuiverènt middel. Deze manna is
echter minder, in- deugt als de Manna van
Calabria.
A G U T I'GU'E P A ,. een plant die in Bra-
zil waft. Deszelfs fteel fchiet ter hoogte
van vier o f v y f voeten 'op; zy is met bladeren
van een voet lengte, b e z e t, en- die in
hunnen omtrek met een roode ftreep geboort
zyn. Op den- top van den fteel koomt een
vuurkleurige bloem-te voorfchyn, die'veel
overeenkomft in. de- gedaante met de lelie
he e ft; de wortel van deze plant is rond,
van een donker roode kleu r , en1-goed tót
fpyze : hierom wert hy uit gebrek- gekookt
o f gebraden gegeten. Deze wortel-.geftoo-
ten, geneeft de verzweringen-
A H A T E , een boom die uit Indie oor-
fpronkelyk is , en op-de Philippynfehe Eilanden
is overgebracht.- Hy groeit hoog;
zyne bladeren in de hand verbryzelt zynde,
geven een olie uit die géenreuk-heeft; deszelfs
vrueht h e e ft, wanneer zy ryp is , de
groote van een gemeens citroen', die uitwendig
groen- en- geftreept, en inwendig
wit is , met zappig vleefch vervult, dat een
aangename reuk- en fmaak heeft. - Deze vrucht
ryp t, zoo wel als de mispel, wanneer men
Haar laat liggen : deze boomen , die heete
• luchtftreken beminnen, bloe-ijen tweemalen
In ’t jaar.-
AHO V A I. AIMORRHOUS. AJUIN. 45
men zyn geel, beftaan uit een blad, en hebben
A H O U A I , een melkachtigen boom, die ■
op Cylon w a ft , en wiens bladeren na de ■
roos-laurier. van ïndië gelyken.. Zyn bloe- -
de gedaante van een trechter, met ver-
fcheide mfnydingen. Zyn vrucht heeft de
gedaante van een peer, en bevat een driehoekige
, zeer harde,- bruine n o o t, die de
Indianen aan hunne kouzebanden en andere
■ gcdceltens van hunne kleederen vafthechten ,
om het geluit dat deze nooten maken met-
tégen.- elkanderen te ftooten. De Vader La-
bat, in zyne Reisbefcbryving naar de Ame-
rikaanfche eilanden, noemt deze nooten
Slangen Nooten,. om dat hy voorgeeft dat de
kern van deze noot,, in een pap op de wond
gelecht, de beeten der Rateljlangen geneeft.
De Heer Lemery■ geeft verfcheide redenen
aan de hand, om te twyfelen dat de:vrucht,
die dezen Pater zecht gebruikt te hebben,
wezentlyk. de vracht van dezen boom- i s ;
want zyne befchryving ftemt geenzins overeen
met de boomen, die-men in denri.uindes
Konings van Vrankryk aangekweekt heeft,
van de vrucht van den Ahouai. Wat meer
is , de inwoonders der Eilanden fchryven
alle aan dezelve een vergiftige eigenfehap
to e ,.h e t vlakke tegengeftelde.van-het geen
deze Kloofterling zecht.,
A H O V A I ,-e e n vrucht van-Brazil’, die
de groote van een kaftanje heeft, zy is w it,
en heeft byna de gedaante der Waternooten
o f Minkyzers; deze vracht is een vergift.
In Amerika groeit noch een ander foort-, dat
niet minder gevaarlyk is. De boom welke
dezëlve voortbrengt, verfpreid eenen on--
aan genamen reuk , wanneer men ’er infny- ■
dingen in-doet..
A IM O R R H O U S - , - een- Afrikaanfche
Slang, welkers beet een vry .zeldzaam uit-
werkzel doet; ’t welk is om het bloed zuiver
door de long uit te doen vloeijen. Zoo
de ondervinding alleen deze fchadelyke uitwerkzelen
heeft leeren kennen, zoo is het
mede de ondervinding alleen die tot de ontdekking
der hulpmiddelen geleiden kan.
A J U IN , U i jen , Ccepa ■, is een moeskruid,
dat algemeen bekent is : deszelfs naam
is gemeen aan de plant en aan den wortel;
deze wortel is bolachtig, van verfchillende
kleuren en - gedaantens , volgens derzelver
foort. De Ajuin is- met een vlug en zeer
fcherp. vocht vervult, .dat in de oogen b y t,
en dezelve doet traanen ; deszelfs bladeren
zyn rypmakende; deze plant bloeit niet voor
het tweede jaar ; op deszelfs top. heeft het
E 3 , ectt