nen, zooverkrygt zy haarennatuurlykenRaat
weder ; en hoe fchoonder het weer is , hoe
meerder levendigheit haare groene kleur heeft.
De iehielyke opkomR van een donkere wolk
doet haar in Raat van zamentrekking. vallen,
die door eenige- Kruidkundigen , als een foort
van Raap befcnouwt is.
T e vergeeffch, zecht de Heer HUI, heeft
men de oorzaak van dit verfchynzel , in de
warmte o f koude , en in de droogte o f voch-
tigheit gezocht., de lucht is.aan te veel veranderingen
onderhevig, om een diergelyke regelmatige
aandoening uitte werken | in diervoegen
blyft ’ er niets onder de natüurlyke oorzaken
meer overig om te onderzoeken als het
licht alleen. Het is mede op het licht alleen
dat de Heer HUI de zamentrekking en verwelking
van eenige. planten grond : welke ver-
fcbynzeleneenige Natuurkundigen heeft doen
denken , dat de planten wezentlyk dieren
waaren : dit ftélczèl is. te- veeDvan bewyzcn
ontbloot, dan dat. wy -er ons rae_e.de zouden
Ophouden. De Heeren de JSlnïrcin en Ditba-
mefi; hebben meede byzondere proefneêmin-
gen op het Kruidje- roer my n ie tg e d a an
met-het uit de vrye lueht in een kelder, over
te brengen; maar zy hebben dezelven zeer
enftandvaftig,: en. zeer onzeker gevonden.
.- Men w i l , dat de bladeren van het Kruidje
roer my n ie t, gèkaa-uwt zynde-, het fpeekzel
verwekken , de hoeft ftillen , de .Item helde-
rer doen worden , en het nierenwee verzaclv-
ten. -
ï De Heer Garcin, gaf, by zyne wederkomt
van zyn-reis naar de.Ooit-Indië , -in het jaar
1730. aan de Akademie der Wetenfchappen
van Parys-, de befchryving van. de' Tocldu-
Waddi,. over een.plant die dus door de -Ma-
labaaren geiroemt w o rd , en een. foort. van-
Zonnewende , en-- Kruidje roer, my niet, o f
Mimofa is , gelyk de Kruidkundige haar noemen;
daris te zeggen ,. een plant die de die-
relyke bewegingen nabootft. Alle haare bladeren
, welke gewoonelyk in een vlak ge-
fchikt zyn-, dat een zonnefcherm, vormt, kee-
ren- zich naar de zon, ’t zy dezelve op. o f ondergaat,
en nygen zich na haar toe ; en op
den middach heeft dit vlak een ftand , welke
evenwydig' met den gezichteinder is,. Deze
plant is meede zoo-aandoenel-yk, wanneer, zy.
aangeroert word , als het gevqeligite Kruidje,
roer my n ie t;. maar in plaats dat alle andere
van dit foort van planten haare bladeren opwaarts
zatnenvouwen , dat is te z e g g e n , dat
z y de twee- halve de dien van ieder blad opheffen
,. om. ze regens,eikandereji. te leggen,
fluit deze hen nederwaarts tegens- een 5 wanneer
men hem,-, wanneer zy in hunnen natuur-
lyken ftand. zyn , een weinig, met de vingers,
opligt, om hen van de onderzyde te befchou-
weri, zoo fluiten zy zich in weerwil van den.
waarneemer to e, en verbergen het geene men,
bezichtigen wil. Z y doen het zelve, meede.
by het ondergaan der zon , en het fchynt alsdan
, dat zy zich tot flapen gereed maken ;
hierom noemt men deze plant, dan ééns de
Kuifcbe, en dan weder de Slaapjietv
Behaiven deze naamen , welke vry toepas-
felyk-op haare eigenfehappen zyn, heeft men
haar een meenigte ingebeelde krachten toege-
fchreven ; en liet is byna onmogclyk , zecht.
de Schryver , van de Hiftoric der lïanfche.
Akademie , dat' onkundige volken , dit niét.
doen zouden.
Deze plant, bemint warme en. vochtige-
plaatzen, en vooral lugtige bofien, in welke.,
men een. vry regelmatige verwifleling van zon-
nefchyn en fchaduuwc heeft,. De Heer Gar—
cin heeft twee foorten van deze. plant ontdekt:
hy heeft dit onderwérp afs een.uitmuntend
Kruidkundige behandelt; maar wy hebben,
’ er, het aanmerkenswaardigfte van byge-
braebt,.volgens de Hiftorie van de Akademie.
der. Wetenfchappen. van Barys ,' voor hét jaar
1730, pag. 6 7 , en ’t geen behaaggelyk zyn.
kan, voor lieden,. welke geen.Kruidkundigen,
van beroep zyn*
Het Kruidje roer. my niet, dat Hè Spanjaarden
Do>\midera noemen , is een foort van Oxis\
ó f Klaver-Zuurwg. Want de Klavers.,. Klim-
boonen , en een meenigte. andere planten
trekken haare bladeren hy heraannaderen varu
deu. nacht eenig^ins te. zaamen.„
K R U I D N A G E L E N , CaryopFylirdro--
m a t i c i dit zyn .kleine fpeeeryach.tige: vruchten
van OoRrlndië.,, of.veel eerder’ zyn het.,
de vruchtbeginfelen. van, de gedroogde bloemen,
van den. Kruidnagelbóom* Dit foort vam
vruchten zyn zes o f acht lynen lang",,, byna..
vierkant, g e r im p e lten van een zvvartachti- •
ge bruine, k(eur , haare. gedaante gel'ykt naar:-
die van een.nagel' o f fpyker; haare kruin 'is;
met vier kleine puntjes in een Rarswyze gedaante
b e z e t in het middën van. deze p u nt jes
, verheft zich.een knop-die dé groote van ;
een. zeer kleine er.weet h e e f td e z e knop i s ,
uit blaadjes. zamengeRelt, welke, pp .etkande—
ren hy wyze, van fchubben léggen- , , en die
wanneer zy uitgefpreid en vanelkandéren ver- -
wydert zyn ,. verfcheide rosachtige vezelen,
vertQonen , in welkers, midden uit‘een. vierkante;;
kante holligheit zich een Ryltje verheft,. dat
dezelve kleur heeft , en altoos met deszelfs
klein hoofdje niet bezet is , om dat het dik-
wyls afyalt wannéér men de kruidnagelen vervoert.
Men kan allé deze byzondere deelen
gemakkelyk befchouwen, wanneer men, ge-
duurende eenige uuren-^* een kruidnagel in
kauw water laat weeken-: alsdan'befpeurt
' men dat de kruidnagel te gelyk de kelk , de
bloemknop, en het vruchtbeginfel dér vruchten
is;
De. Kruidnagelen zyn zwaar en vetachtig,
z y hebben een uitnemende reuk, en een zoo
bytende fmaak, dat zy de zenuuw tepeltjes
en de keel branden* Wanneer men ze perR,
zoo koomt ’erheen olieaehtige- vophtighéit uit
voort*.
De boom die de Kruidnagelen voórtbrengt,
werd Kruidnagelboom, Caryophyllus aromati-
cits fruStu oblongo genoemt. Dezen boom, ■
die op de Molukfche Eilanden nabydeEven-
nachtlyn groeit, heeft de gedaante en-groote
van den Laauwiïerboom-; zynen Ram is een
en een halve voet dik;' hy is-hard-,, getakt,
en met een fchors bekleed welke naar die van'
den Olyfboom gelykt v de takken welke zich
zeer in het breede 'uitfpreidén , hebben*een
heldere rolïe kleur, en- zyn met een meenigte
beur tel ingfeh Raande bladeren bezet, welke
naar die van den Laauwrierboom gelyken,
zy zyn met zenuuwen vervult en aan de randen
èenigzins gewolkt: de bladeren iyn aan
Reeltjes van een duim lengte vaRgéhetht: de
bloemen komen in trollen aan de toppen der
takken vo o r t, zy beRaau- uit vier roöswys
gefchikte blaadjes, welke een blaauwe kleur
en zeer doordringende reuk hebben. Het
middelRe gedeelte van deze bloemen- bevate.
en groot getal purperachtige helmRyltjes,
welke met hunne hoofdjes bezet zyn : de kelk
der bloemen is kegelvormig, aan zynen top
in vier deelen gefeneiden, van een roet kleur,
en zeer. fpeceryachtigen fmaak, welke zich
naar dat de bloem verdord-is, in een eironde,
vrucht verandert, die de gedaante van een-’
o ly f heeft, nayelswys uitgeholt is , en maar
een zaadhuisje bevat, zy heeft een groene-
kleur, die eerR witachtig-is, vervolgens ros—
achtig word , en eindelyk zwartachtig bruin,
z>y bevat een langwerpige amandel o f p it,'d ie hard,
zwartachtig, en in haare geheele lengt-/
te met een voor gegroeft is*
In de Apothekers winkels noemt men deze-
vrucht wanneer zy ryp is, Aniopbyllus: de-
Indianen noemen, haar Moeder der vruchten»,
«n.de Eur.ogeanen M G ^ ' Nagelen. Vermits
men haar op de boomen laat, zoo vallen zy
niet voor het volgende jaar a f; en fchoon
haare fpeceryachtige kracht zwak is , zoo is-
zy echter in den vereifchten Raat om geplant
te worden; want wanneer men, ze in de aarde
Reekt, zoo fchiet z y , en binnen acht o f negen
jaaren brengt zy een groote boom voort
die vruchten draagt. De Hollanders confy-
teii deze vruchten op de Molukfche Eilanden
, wanneer zy noch verfch zyn, met fut—
ker; zy eeten haar op de zeetochten naarde'
maaltyd om de verteering. der fpyzen te bevorderen,
en om zich voor het fcorbut tebe-
waaren.
Inzameling der Kruidnagelen;
Men zamelt de Kruidnagelen in- voor dar
de bloemen ontluiken; dit gefchied van de
maand Oétober tot in February. De moogs—
ting gefchied voof een gedeelte met de handen
: men doet de overige door middel van-
rietRokken- o f ryzeren- afvalien; men vergadert
dit foort van vruchten op Rukken lyn—
waat welke men onder de boomen uitfpreid;'
zömtyds laat men haar op de aarde vallen,,
na dat men zorgvuldig de .kruiden onder deze-
boomen, in den tyd van de inzameling, af—
gefneden heeft. Op deze tyden zyn de kruidnagelen
rosachtig ; maar zy worden-onder
het droogen en door den rèok zwartachtig;'
want men wil dat men- ze op horden voorden
rook bkxotRelt , en dat men ze verder in*
de zon laat droogen. Niemant is hier vair
beter onderrkhc als de Hollanders welke op-
het ■ Eiland Ternate woon en ; want. zy zyn-
het alléén welke met veel zorgvuldigheden1
de kruidnagelen a ank we eken, inzamelen, bereiden,
en door de geheele weéreïd-ver voeren*
De Kruidnagelen, K an e cl - en -Muskaat-
npoten zyn- voor hen voórw-erpen van z e e r
veel aanbelang : zie deze woorden , en de-
aanmerkingen-welke men-achter het wooixf
M u.s-k a a t n o o t vind*.
Gebruiken* de? Kruidnagelen^
Dé vërfche- Kruidnagelen gevent door uitpers
(in g een dikke, rósachtigé, en welriekende
olie uit ; maardooroverhalingbekoomt--;
men ’er een .aanmerkeTyke - hoeveelheit wezentlyke
fpeeeryachtigen olie van, die eerR-'
helder ligt en klaar is,, vervolgens word hy-
rosachtig en zwaar, en zinkt door het water;
eindelyk koPmt ’er een dikke-olie uit welke:
een brandachtige fmaak heeft, benevens een«
Kkk-k 3, - rins^
|
ripi
m
ïM
%
-•j
ï t
i
i
'I3r
t