
en zoo-ras zy een porie gevonden heeft,. drukt
z y ’er haaren zuiger i n e n byna op hetzelve
oogenblik , ziet men een beekje van bloed
door de kop ftroomen, met een fnelheit'die
in ftaat is om den microscopifche Waarnee-
mer. te verfchrikken. Geduurende de zui-
drukken zich de nagelen in de huit, en
de weerhaken van de fcheede van den fnuit
haken zich in de wanden van de porie valt,
uit welke zy zuigt; indiervoegen dat de fcheede
valt. z it , terwyl de fnuit zich vryelyk beweegt*.
Het is niet mogelyk om zich van de
Luis te ontflaan. wanneer zy zich dus vaftge-
kramt heeft*.
Schoon Swammerdam verfcheide maaien
deze infeélen op elkanderen-heeft zien klimmen,
zoo heeft de ontlediging welke hy van
veertig Luizen gedaan heeft, hem echter.geen
verlichting konnen ge.even over het onder-
fcheid der Sexen, dit heeft hem doen denken
dat deze dieren hermaphroditen z yn , en dat
zy te gelyk een roede en een eijerhuis hebben
gelyk. de aardflakken. Het is andertuffehen
waar.dat dezen Waarneemer in een eijerhuis,
tien. groote en vier en veertig kleine eijeren
getelt heeft: hy zecht mede, dat alle de Luizen,
een dubbelt eijerhuis hebben. Wat de
huit betreft, die glad als perkament fchynt,
zy. is, op verfcheide plaatzen (zecht dezelve
Natuuronderzoeker) door fmalle ftreepen ge-
groeft, dat zoo- veel takken van dê luchtpyp
zyn.. Haare eijeren* (die men gewoonelyk
Neet en n o em t in verfcheide richtingen en
afftanden befchouwt zynde , vertoonen telkens
andere zakaa. Wanneer het ei o f de
N e e t , dat wezentlyk de Luis zelfs i s , uit
haar vlies voortkoomt, zoo werd zy aan-
ftonds, zoo ras de vochtigheitopgedroogt is ,
tot de voortteeling bekwaam; en het is door
deze bekwaamheit.om te konnen voortteelen,
zoo ras zy uit het ei voortkoomt, dat men
fpotswys zecht,.dat de Luis binnen vier en
twintig uuren overgrootvader word. Het is
waar dat dit ongedierte op een verbazende
wys in zeer korten tyd vermeenigtvuldigt;
maar hier toe is noodig dat haare eijeren in
een warme en vochtige plaats gehouden worden
, anders ftèrven dé neeten; dit ziet men
meede aan die geene gebeuren welke des nachts
in het hair voprtgeteelt worden, wanneerhet
warm en door dé uitwaaffeming bevochtigt
is , deze fterven geduurende den dach, wan-* •
neer zy voor den invloed der lucht blootge- -
ftélt zyn; en na dat zy eenige maanden aan-
het. haif, vaftgekleeft geweeft'. z y n ,. zoo, ver* -
liezen z y geheel en al de gedaante welke z y
voormaals hadden.
Dit foprt van Luizen onthoud zich aan alle
de deelen van het menfchelyk lichaam, maair
byzonder op de hoofden. der kinderen : zy
onthouden zich meenigvuldig in de kleederen .
der arme lieden, der bedelaars, matroozen,.
krygsknechten en havelooze lieden , welke
zeldzaam fchoon lynwaat aantrekken.
De Heer Lintueus zecht dat hy nergens groo-
ter Luizen, als in de warme hooien van Fal-~
hum in Zweede gevonden heeft; en dat de
Luis die zich in de kleederen onthoud, een
foort van die geene is welke op het. hooft
leeftL
Vermits dit ongedierte het bloed zuigt me&
de huit te doorbooren,. zoo ontftaan hier
door dikwyls puiften r welke in fchurft en
zomtyds- in.hairworm veranderen*. Men'heeft
zomtyds Lieden gezien welke dooreen, doo-*
delyke ziekte aangetaft wierden,. dezelve ontr-
ftont uit een groote meenigte Luizen die onder
het. v e t groeiden ,, en over het geheele
lichaam wonden maakten welke, tot op het:
gebeente doordrongen-
De Hiftoriën-maken van een groot getal
Heden gewag welke door Luisziektens aan--
getaft wierden-, en welke van dit ongedierte
even als levendig verflonden wierden*-. Dit
was de derde plage met welke. G od geheel;
Egypte ftrafte*
Oviedo heeft opgemerkt dat op een"zekere;
graad van breedte dé Spanjaarden welke naar
Indië gaan , door de Luizen verlaten worden',
en dat zy hen by. hunne te-rugkomft op
dezelve graad van breedte weder aan zich ontdekken;
want fchoon de Bedienden en Ma-?
troozen, welke een zeer groot getal op hunne
fchepen uitmaakten, zeer onrein zyn, zoo-
heeft men ’er echter niét een die Luizenvheeft*.
wanneer z y onder de Keerkringen, komen...
In Indië', hoe vuil men ’ér ook zyn mag,,
heeft niemand dit ongedierte als alleen op het
hooft: de Luizen vermeenigvuldigen zich op*
nieuw wanneer men op de hoogte van het-
Eiland Madera , in de overtocht uit Amerika i
naar Europa, gekomen is.
Schoon de Luis een zoo afzienelyk onge*
dterte is , zoo heeft men echter onder de men—
fchen de Hottentotten, en onder de dieren
de Aapen , die men hierom Pbthirophages.
noemt, welke dit infeél eeten.- Het is mede:
dus dat men, op de kuilen der Roode Zee,,
een volk van een kleine geflalte' ontmoet,
dat zich. met fprinkhaanen voed.,, welke zy
maar
Tïïaar alleen zouten* Met een diergelyk voedsel
bereiken deze fcbepzels den ouderdom
van veertig jaaren; eindelyk fterven zy door
Luisziektens. Gevleugelde Luizen verfcheu-
ren hen; hun lichaam verrot, en zy fterven
met geweldige fmerten. Men weet meede
dat het een der vermaken van de Negers van
de Weftkuft van Afrika is , om door hunne
Vrouwen de Luizen aan hun lichaam te laten
zoeken-, welke dezelve 'zorgvuldig, opeeten,
naar mate dat zy ze vangen.
De Schryvers zeggen dat men om zich
voor de Luizen te wachten, zich met voedzaam
vleefch moet voeden, gezonde dranken
drinken , en-zyn lichaam zinnelyk houden,
vooral wanneer men met wolle ftöffen bekleed
is. Om de ziekte zelfs te geneezen,
raad 'J: Mercuriel aan om dikwyls te purgee-
ren : men moet zich meede met Look en
moftert wryven, theriakel, en zoute en zuu-
rè fpyzen gebruiken , zich baden , en zich
met een afkookzel van lupinen o f galnoten
ftoven ; maar de hulpmiddelen welke men
met meer nut gebruikt, zyn het poeder van
het zaad van Luiskruid, van de Kokles, zwavel
en tabak.; men bedient zich meede van de
Kwik en azyn..
Men fchat de Luizen -in dë Geneeskonft
afzettende , koortsbreekende, en nuttig om
de bleekezugt te geneezen: den afkeer, gelyk
Lemery zecht, omderze affchuwelyke dieren
door te zwelgen, heeft mogelyk meer
kracht om de koorts te verdryven , als het
geneesmiddel zelfs ; tegens de geelzucht is
men gewoon om ’er nuchteren, v y f o f zes
met een zacht ei in te ge even. Voor de op-
ftopping van het water, waar aan zomtyds
de eeril gebooren kinderen onderhevig zyn ,
fteekt men ’er een in de pisbuis, die door de
kitteling welke zy in dit deel veroorzaakt,
dat een zeer teder gevoel heeft, de fluitfpier
noodzaakt onrzich te verwyderen, en de pis
te laaten uitvloeijen-: een weegluis- brengt,
hetzelfde uitwerkzel teweeg. Maar, om de
Luizen met vrucht als een geneesmiddel voor-
tefchryven, zeggen de Schryvers van het Vervolg
van de -Mattere Medicale, zou men in
Afrika moeten zyn , alwaar deze infeften
zorgvuldig opgezameit, en als een aangename
fpyze gegeeten worden*
De Luizen verfchillen volgens de plaatzen
op. welke zy voortkomen: men heeft groote
kleine, bruine , zwartachtige en witte; tot
deze laatfte1 behooren die geene van welke,
wy.gelpraken .hebben. W y zullen meede op:
hunne, byzondere artikelen eenige irifeéten be»
fchryven welke men meede Luizen noemt, en
die zeer wel by de Natuurkundigen bekent
zyn.
is gewoonelyk w it, en heeft een eironde gedaante.
De Heer Trembley, die het met een
vergrootglas waargenomen heeft, zecht dat
het hem plat aan de bovenzyde, en rond aan
de onderzyde toefcheen: het loopt zeer fnel
over het lichaam der Polypeir, het verlaat
hetzelve zomtyds, en zwemt. Deze Luizen
verzamelen zich vooral naby den kop der Po-
lypen : men ontdekt ’er echter een groote
meenigte welke over het geheele lichaam ea
over de armen yan deze dieren loopen*
L U I S K R U ID , Stapbis agria. Dit is
een plant die op de duiftere en vochtige plaatzen
van de warme landen groeit , gelyk in
Provence en Languedoc, uit welke men der-*
zelver zaad gedroogt bekoomt: men kweekt
haar meede in de ruinen om de fchoonheit
van haare bloemen aan : men zaait haar in de
Lente: zy vordert een bebouwde en befproei-
de aarde welke voor de middag zón niet te
veel blootgeftelt is. Haaren wortel is lang,
houtachtig, en-koomt ’s-jaarlyks op nieuw
voort; hy fchiet een fteel uit die een en een
halve voet lang, recht, rond, wollig en ge-'
takt is : haare bladeren zyn g ro o t, breed,
groen , diep in verfcheide deelen ingefne-
den, £n gelyken naar die van den Platanus-
boom , zy zyn aan ronde fteel en vaftge-
hecht: haare bloemen komen in den zoomer
aan de toppen- in den fchoot der bladeren
Voort, zy zyn uit v y f onregelmatige bloemen
te zamengeftelt, welke in het ronde gefchikt
zyn ; een donkere blaauwe kleur hebben, en
naar die van de Radderlpöoren gelyken, maar
zy zyn veel breeder; de bovenfte breid zich
achterwaarts uit, en ontvangt in haare Ipoor
deTpoor van een ander blad: op de bloemen
voigen de vruchten welke uit drie o f vier
groenachtige peulen zamengeftelt zyn, welke
zaaden ter groote van kleine erweeten bevatten,
de gedaante van deze is driehoekig, ge-
rimpelc, cn ruuvv, zy zyn naauwkeurig te
zamengevoegt, uitwendig zwartachtig , en
inwendig witachtighunnen fmaak is fcherp
brandende , bitter, en zeer onaangenaam.
Deze plant is zeer olieachtig:.en haar zaad
word alleen in de Geneeskonft gebruikt; men
gebruikt het nooit anders , als uitwendig
want deszelfs inwendig gebruik is niet zonder
gevaar, vermits het onder enboven-gewcldig
& pm>