
Reize naar Martenique , door Thibauf en
Cbauvalon.
Reize rondsom de Wereld , door den Admiraal
Anzon.
Reize van la Conchmine, naar Peru.
Renêaume, Natuurkundige en Kruidkundige
Diflèrtatiën.
Rondelet, Hiftorie der Viflchen.
Rumpbius, Hiftorie.der Schelpen, enz.
Ruyscb, over het Ryk der Dieren.
S.
Scheikundig Woordenboek,,tot letter E .,
Scboneveld, "over de Viflchen en-andere Zeedieren.
Schoole der Hoveniers.
Scbeuchzer, over de D e lf baare Lichaamen,errz.
S,eba, T hesaurus A nimalium.
Sloane QHans^j, Natuurlyke Hiftorie van Ja-
maika, enz...
Stichteiyke Brieven.
Steno», ■ Beginzelen der Myologia.
Storck, over j e Dolle Kervel,, Doornappel,
Bilzenkruid, enz.
Swammerdam, Bybel 'der Natuur.
T .
T h e v e tHiftorie der zeldzaamheden van*
Nieuw Vrankeryk in Amerika.
Tournefort (Piton de), Beginzelender.Kruid--
kunde, en Reize door de Levant.
Transaftions van de. Londenfche Akademie
der Wetenfchappen. •
Tremb/eyover de zoetwater Polypen..
V. ,
Falisnieri, , Verzameling, van verfchillende
Natuurkundige Verhandelingen.
Verhandeling over de Hyacinten, Ranoncu-
-len, Angelieren, enz.
Fillers , Dagelykfche Natuurkundige nafpo—
ringen.
W . ..
Wallerius, Mineraalkunde'. _
IVillughby, Hiftorie der Viflchen. .
PFolterdoff, over het Ryk der Dieren.
Woordenboek der Dieren.
Wofmius, Museum WoRMiANUM,ofHiftO»-
rie der Natuurlyke zaken..
Mén heeft in deze Lyft'geen melding gemaakt -van-een groot- getal 'Brieven , Memoriën en -
Diflèrtatiën , - betreffende de Natuurlyke- ■ Hiftorie , die afzonderlyk uitgegeeven , o f in
eenige Werken gedrukt zyn; maar die men by gelegentheit in dit Woordenboek heeft aan- -
gehaalt.,
NB: Men .geeft hier de.Tytels der Werken in .’t Nederduitfch o p , fchoon- verfcheide ia »
andere Talen z y n ..
Den Lezer voege,op bladzy 73 boovenaan A U R I C U L A . Zie -Bee .r e n -O or. ..
V O O R -
V O O R B E R I C H T
V A N D E N ' A A L E R..
Wanneer dit uitmuntent Woordenboek bet licht-zag, dachten wy ,.hetzelve onze Land»
genooten , in hunne Taal te* moeten meede deelen ; zoo wel om de waarde van net
Werk: zelve als om dat w y noch .niets van deezen aart in onze T a a l, bezaaten. Het is on»
nodig dat w y in het breede over deszelfs voortreffelykheit uitweiden, de algemeene goedkeu»
ring die het niet alleen in Vrankeryk , maar in andere Landen verworven heeft , is de befte.
Lorfpraak die w y ’er- aan geeven konnen ; wanneer men de Voorreede van den Geleerden
Schryver met oplettenheit inziet,, zoo zal'men ras gewaar worden , dat het ontwerp dat hy
zich voorgêftelt heeft, wel bedacht was; de uitvoering beantwoord volkoomen aan het ont»
werp.. Edoch vermits de Natuurlyke Hiftorie een onuitputbaare bron is , zoo kan men een
Werk van dezen aart altoos vermeerderen , dit is het geen den Schryver meede ter uitvoer
gebracht heeft. H y bericht ons y dat hy ons binne weinig tyd, een volledig Supplement zal
meede deelen; 9t geen noch een meenigte aanmerkelyke artikelen zal behelzen: en dat ny air
le Supplementen voor valfch verklaart, die een ander , onder wat naam en voorgeeven , het
zou moogen zyn, op zyn Woordenboek zou willen in ’t licht brengen-; dit Supplement zullen
w y op het Tweede Deel laaten volgen met de Mineraalkunde, gelyk ook alle de Werken
welke dezen Geleerden Schryver in ’ t toekomende uitgeeft, - door onzen Boekverkoper in
onze Taak, onze Landgenooten .zullen werden meede gedeelt. Wat de Vertaling betreft,
men heeft getracht dezelve met alle mogelyke naauwkeurigheit uit te voeren , en hebben zoo
veel mogelyk was , het Franfche Werk letterlyk gevolgt; dit begeerde den Schryver, met
welke wy BriefwifTeling over de Vertaling gehouden hebben. Voor ’ t o ver we wenlchen wy,
dat onzen- arbeid de Nederlanderen zoo behaaggelyk zyn mag, als zy den Geleerden bchry-
ver zelve bevallen heeft, die w y de afgedrukte bladen van tyd tot tyd toegezonden hebben,
en ’er ons zyne goedkeuring , meer dan eens , over betuigt heeft. De befcheide Leezer ge»
Heft de gebreken onzes arbeids, met een gunftig. oog te befchouwen , en te denken dat mets
volmaakt is ; w y hebben noch moeite., noch tyd.ontzien om dezelve zoo volmaakt te doen
verfchynen als mogelyk was. En dit is de reden dat we ónze Begunftigers zoo lang opmeH
den. De Rangfchikking der Artikelen heeft ons langer-opgehouden , als wy ons in den be»
ginne voorgeftelt hadden. . . .
Het.Tweede Deel zullen wy zoo fpoedig-.mogelyk is laaten volgen. -
& N A AM - -
* \