
een maand lang, doordien hij door zijn vruchten boven werd gehouden;
de andere zonken allen in 21 dagen, eenige in 5 en verschillende
in 7, 9 en 11 dagen. Ik beri intusschen niet zeker, of ik de proef juist
heb genomen; want ik hield de planten op een warme en donkere plaats,
wat haar ontbinding moet hebben bevorderd. Eindelijk wil ik opmer-
ken, dat, zoover wij thans weten, door een indompeling van tien dagen
sleehts de zaden van zeer weinige soorten worden gedood; dat som-
mige planten gedurende even langen tijd blijven drijven; dat in Johnston’s
»Physical Atlas” de tien stroom.en in den Atlantischen oceaan
een gemiddelde dagelijksche snelheid van 33 mijlen bezitten (de groote
equatoriaalstroom legt 60 en de Kaapstroom 80 mijlen daags af); ik
besluit daarom uit de voorhanden, uiterst spaarzame bouwstoffen, dat
enkele planten onder günstige omstandigheden over zeearmen van 300
en zelfs meer mijlen breedte vervoerd, en op een niet sterk met soorten
vervuld eiland kunnen worden genaturaliseerd, als zij aan de kust daar-
van worden geworpen.
In de volgende lijst heb ik, om herhalingen te vermijden, de door
den heer Berkeley bepioefde planten, welke na onderdompeling van een
maand nog kiemden, met een kruisje (f) gemerkt: als zij niet kiemden,
staat er zulks uitdrukkelijk bij. Het »koude water” heett betrekking
op de in den met sneeuw gevulden vijver geplaatste, in zout water
gedompelde zaden.
Ik heb de planten volgens Lindley’s » Vegetable Kingdom” gerangschikt.
ENDOGENEN (MONOCOTYLEDONEN).
Grammineae.
Avena (gewone haver) kiemde na onderdompeling van 85 dagen uitstekend
na 100 dagen kiemden eenige; na 120 dagen begonnen
eenige nog te kiemen.
Hordeum (gewone gerst) kiemde goed na 28 dagen, maar geen enkele korrel
na 42 dagen; in koud water goed na 30 dagen (f). '
t Triticum (tarwe).
Fhcdaris canariensis: na 70 dagen kiemden bijna allen; bij een andereparty
kiemden na 85 Jagen de meesten der zaden, maar de plan-
tjes stierven, na 100 dagen en eveneens na 120 dagen kwam
in geen van beide gevallen ook maar een enkel zaadje op.
Holcus saccharatus: na 30 dagen kiemden allen best; na 50 dagen waren
allen dood.
f Zea Mays: na onderdompeling van een maand kiemde geen enkel.
f Arum macidatum.
f Anomatheca cruenta.
f Babiana plicata.
f Trichoneura pudicum.
t Sisymbrium iridifölium.
Canna indica: na 50 dagen kiemden enkelen, maar niet zeer krachtig.
f Colchicum autumnale: kiemde niet.
Ällium Cepa: na onderdompeling gedurende 56 dagen kiemden drie van devijftien;
na onderdompeling in koud water gedurende 32
dagen groeiden de meeste zaden goed; na 100 dagen groei—
den van 25 planten 2—3 op (f).
f Bulbine annua.
+ Asphodelus luteus.
t Uropetalum.
EXOGENEN (dICOTYLEDONEn).
Ricinus communis {var.: major en minor): beide kiemden na 36 dagen.
Cucurbita Melopepo: kiemde na 100 dagen; van vier 82 dagen lang in h e t
koude water ondergedompelden kiemden twee,
f Cucumis Mdo (Meloen).
Cistus (gemengde, struikachtige tuinverscheidenheden): kiemden goed na 36
dagen en enkelen na 70 dagen.
Oruciferae.
Lepidium sativum: na onderdompeling van 85 dagen kiemde sleehts edn van
velen, na 56 dagen dagen groeiden yy, uit het koude water
groeiden na 65 dagen ( f var. „golden cress”). Deze zaden
geven een verbazende hoeveelheid slijm aan het water af.
Brassica oleracea, var. „ Witte Mammouth-Broccoli”, kiemden na 11 dagenr
waren echter na 22 dagen allen dood.
„ „ , var. „ Early Cauliflower”, na 22 dagen kiemden 5 van de-
100, na 36 dagen allen dood.
jj „ , var. „Cattels Cabbage”, kiemden uitstekend na 36 dagen;.
na 50 dagen allen dood.
„ „ , in het wild groeiende var. van de rots van het kasteel
Tenby; versehe zaden kiemden na 50 dagen uitstekend; na
110 dagen kiemden zij zeer goed; na 133 dagen kiemden
sleehts twee van meer dan honderd. (f)
t Brassica Rapa {var. yellow turnips).
Raphanus sativus: na 85 dagen kiemden Ä f het koude water scheen voor
het zaad schadelijk, want na 30 of 50 dagen waren alle zaden.
dood {var. zwarte rammenas). (f)
Erysimum PerowsJcianum■. na 36 dagen kiemden allen goed; na 50 sleehts
e6n zaad; na 70 waren allen dood. (f)
Matthiola annua: kiemden na 28 dagen; na 54 dagen allen dood.
Sinapis nigra: zaden sterk opgezwollen; kiemden na 11 dagen; na 22 dagen
allen dood; versehe zaden kiemden zeer aardig na 1 5 dagen;:
waren echter na een indompeling gedurende 25 dagen allen
dood.
Crambe maritima: kiemden na 37 dagen allen goed.