
gedurende den wasdom en de ontwikkeling, dat, als er geringe Veränderungen
in een deel voorvallen en die door de natuurlijke teeltkeus
worden opgehoopt, ook andere deelen tevens worden gewijzigd. Dit is
een hoogst belangrijk onderwerp, hetwelk gewoonlijk verkeerd wordt
begrepen, en ook hier kunnen zonder twijfel geheel verschillende Massen
van feiten gemakkelijk met elkander worden verward. Het duide-
lijkste geval is dit: wijzigingen opgehoopt ten nutte van het jong o fv an
de larve alleen, zullen zekerlijk de lichaamsinrichting van het volwas-
sen wezen wijzigen, op de zelfde wijze als een misvorming, die den
embryo treft, een ernstigen invloed op het volwassen dier zal oefenen.
De verschillende deelen des lichaams, die in den embryonalen staat aan
elkander gelijk zijn, schijnen vatbaar te zijn om op een gelijke wijze
veranderingen te ondergaan: wij zien dit in de linker- en rechterzijden
van het lichaam, die op de zelfde wijze afwijken, en in de bovenste en
onderste ledematen en zelfs in de kaken, welke op gelijke wijze als de
slachtsverhoudingen der cultuurgewassen.
„In ons land worden bij de rijkslandbouwschool en door enkele practiscke
landbouwers proeven genomen met het kruisen en veredelen van graan
„De resultaten bij de landbouwschool verkregen, zijn, zoover wij weten, nog
niet bekend gemaakt; en de proeven, genomen door practische landbouwers,
met zaad afkomstig van de landbouwschool, zijn nog zoo kort van duur, dat
nog geen oordeel kan worden geveld.
„Door kunstmatige kruising van verschillende graanvarieteiten zijn, zoo-
als wij hebben gezien, reeds zeer günstige uitkomsten verkregen. Ter loops
gezegd, bestaat de kunstmatige kruising daarin, de zelfbevruchting, wat bij
onze granen, uitgezonderd rogge, regel is, te voorkomen, en het stuifmeel
van eene andere plant en varißteit op de stampers over te brengen.
„Vereischt dit nu al eenige geschiktheid en veel oplettendheid, het kweeken
en vergelijken van de verkregene bestaähden is een zeer moeilijke, tijdroo-
vende en ook ondankbare arbeid.
„Zoo zegt Beseler, een voornaam Duitsch kweeker, in de „Landwirtschaftliche
Presse” :
„Met het oog op de zeer hooge opbrengsten, die de buitenlandsche, en
vooral Engelsehe tarwesoorten geven, lag het voor de hand, dat pogingen
werden aangewend om daarvan kruisingen te verkrijgen met inlandsche soor-
ten, die zieh door andere gewenschte eigenschappen kenmerkten, en welke
kruisingsproducten de hooge opbrengst met deze eigenschappen vereenigden.
„Het eerste resultaat van deze kruisingen is zonder uitzondering, dat men
een groot getal van alle mogelijke soorten verkrijgt; zoowel in vorm als in
kleur, daar de nakomelingen van de verkregene bastaarden zeer tot variSereii
geneigd zijn. Men vindt dan de e6ne, dan de andere eigenschap van een
der ouders terug. — Zeer langen tijd, 6—8 jaar, is er gewoonlijk noodig
voordat het kruisingsproduct eenigszins constant is geworden en slechts zeer
zelden zal het een bruikbaar product opleveren.””
„Ook Rimpou verklaart met al zijne kruisingen nog geen enkele soort te
ledematen varieeren. Sommige ontleedkundigen houden immers de o n -
derkaak zelfs voor een met de ledematen homoloog orgaan.
Dat streven kan min of meer door de natuurlijke teeltkeus worden
vermeesterd; zoo bestond er eens een familie van herten met slechts
een half gewei altijd aan de eene zijde; en als dit voor die dieren zeer
nuttig was geweest, dan twijfel ik niet o f het zou waarschijnlijk door
de natuurlijke teeltkeus blijvend zijn gemaakt.
Gelijke, homologe deelen, zooals door vele schrijvers is opgemerktr
trachten zieh met elkander te verbinden. Dit ziet men niet zelden in
gedrochtelijke planten, en niets is meer gewoon dan de vereeniging van
overeenkomstige deelen in welgevormde lichamen, bij voorbeeld de vereeniging
van de bloembladeren eener bloemkroon tot een buis. Harde
deelen schijnen de gedaante van naburige zachte deelen te wijzigen:
hebben verkregen, die de beste Engelsche soorten m opbrengst overtrof.
„Spoediger tot het gewenschte doel kan men komen door kunstmatige teeltkeus.-
» Beseler haalt een voorbeeld aan hoe spoedig en zeker hiermede iets is
tö bereiken.
Als kweeker van eene haversoort, afkomstig uit Probstei, werd hem te
kennen gegeven, dat vele korrels van donkergekleurde kafnaalden voorzien
waren, en deze eigenschap minder wenschelijk- werd geacht. In den tijd van
5 jaren had hij een soort gekweekt, waarbij deze donkergekleurde kafnaalden
niet voorkwamen, en dit verkregen door slechts korrels uit te poten, van planten
afkomstig. in welker risp geen enkele donker gekleurde kafnaald voorkwam ”
„Hier hebben wij het echter slechts met een geval te doen, waar alleen
een uitwendige en zichtbare eigenschap zal worden gewijzigd, maar niet met
een inwendige onzichtbare eigenschap: de geschiktheid tot hoogere opbrengsten.
Dit is veel moelijker. Dr. A. Nowacki zegt in zijn werk „Getreidebau” :
„Alle kunstmatige teeltkeus is vruchteloos indien de oorspronkelijke soort
niet de neiging en geschiktheid tot veredebng in zieh draagt ” Met andere
woorden: Er zijn onverbeterlijke varieteiten, en vermoedelijk zijn dit de oude,
oorspronkelijke landrassen, welker eigenschappen door den invloed der natuurlijke
teeltkeus zoo constant zijn geworden, dat de geschiktheid tot ver-
andering geheel is verloren gegaan. Zulke soorten kunnen alleen door kunstmatige
kruising tot verandering worden gebracht.”
„Met het oog hierop meenen wij, dat Shirriff juist had gezien, dat vooral.
naar voorkomende afwijkingen moest worden gezöcht om deze aan de kunstmatige
teeltkeus te onderwerpen, daar hierin wellicht de kiem schuilt om voor
verdere volmaaktheid geschikt te zijn. Ook Darwin heeft in zijne werken,
herhaaldelijk er op gewezen, welke groote rol de in de natuur voorkomende
afwijkingen — »Spielarten” — bij het vervormen en volkomener worden,
der soorten hebben vervuld.”
Wij hebben onze lezers de geheele belangrijke passage niet willen onthou-
den. Het door ons gecursiveerde voorbeeld van een niet-bevriezende ver-
sebeidenheid van tarwe is geheel toepasselpk op het door Darwin in den
tekst gezegde, en was de reden, dat wij deze aanhaling inlaschten.
Dr. H. H. H. v. Z.