
lijke teeltkeus en oefening uitsluitend ten voordeele van de dieren zelven
werden verkregen De jonge pointer staat dikwijls zonder onderricht,
nabootsing ot ervaring, hoewel hij zonder twijfel, gelijk wij dit soms
ook bij de oorspronkelijke instinkten zien, uit deze hulpmiddelen dikwijls
voordeel trekt. Daarenboven schept elke nieuwe generatie er behagen
in, de haar aangeboren neigingen te volgen.
Het voomaamste verschil tusschen het staan en dergelijken, en een
echt instinkt van den anderen kant ligt daarin, dat de eerste eigen-
schappen minder streng erfelijk zijn en in den graad hunner aangeboren
volkomenheid zeer varieeren; dit is echter ook a priori te verwachten,
want zoowel geestelijke als lichamelijke kenmerken zijn bij tammedieren
minder best endig dan bij dieren in den natuurtoestand, doordat hun
levensvoorwaarden minder gelijkmatig zijn, en ook het fokken en de
dressuur door den mensch veel minder gelijkvormig zijn en onvergelij-
kelijk korter worden voortgezet, dan bij de in de natuur werkende oor-
zaken het geval is.
De weleerw. heer W. Darwin Fox verhaalt nog, dat hij een vrouwelijken
terner had, welke, als hij ergens om verzocht, zijn pooten op geheel
ongewone wijze snel heön en weder bewoog. Haar jong volbracht, toen
het volwassen was, ofsehoon het zijn moeder nooit om iets had zien
verzoeken, de zelfde eigenaardige beweging op volkomen de zelfde
wijze.
INSTINKTEN VAN PASGEBOREN OF JONGE DIEREN.
De vele gevallen van aangeboren vrees of wildheid bij jonge dieren,
gelijk ook het verlies van deze gei'ndividualiseerde hartstochten schijnen
mij buitengewoon merkwaardig. Ieder, die aan het bestaan daarvan
twijfelt, geve maar eens een muis aan een reeds vroeg van zijn moeder
afgenomen katje, dat nog nooit een muis heeft gezien, en neme dan
waar, hoe het met opstaand haar knort op een wijze, welke geheel
verschilt van die, waarop het zulks doet, als het speelt of als men het
zijn gewone voedsel geeft. Wij kunnen onmogelijk aannemen, dat het
katje het beeid eener muis in zijn geest ingegraveerd mee ter wereld
brengt. Gelijk echter een oud jachtpaard bij den eersten toon van den
jachthoren ijverig snuift, en ons derhalve gemakkelijk tot de onderstelling
brengt, dat het door de oude associaties even snel wordt opge-
wekt, als wanneer een plotseling gedruisch het doet schrikken. zoo-
stel ik my voor, trilt het katje, zonder bepaald voorafgaand begrip,.
van opgewondenheid bij het ruiken van een muis, slechts met dit verschil,
dat bij dit laatste de verbeeldingskracht werd overgeerfd, in plaats
van slechts door gewoonte krachtiger te zijn gemaakt.
Darwin zegt in zijn handschriften, dat hij in het jaar 1840 eenige
kuikens zonder kip had laten uitbroeden. Toen zij precies vier uren
oud waren, liepen en huppelden zij in het rond, piepten en krabden en
doken ineen als onder een kip, alles ten duidelijkste uitgedrukte instinktmatige
handelingen............... Men zou nu kunnen denken, dat de manier
waarop hoenders drinken, door hun snavel te vullen, den kop in de
hoogte te heften en het water dan krachtens zijn zwaarte naar beneden
te laten glijden, geheel in het bijzonder door het instinkt werd ingegeven..
Dit is echter niet het geval, want ik kon er mij positief van overtuigen,
dat men bij kuikens van een kunstmatig uitgebroed broedsel gewoonlijk
den snavel in den trog moet drukken, terwijl in tegenwoordigheid van
eenigszins oudere hoenders, die het drinken reeds hebben geleerd, de-
jongen de bewegingen van deze navolgen, en zieh zoo de kunst eigen maken.
VERANDERINGEN DER INSTINKTEN.
April 1862. Wij hadden een zuigend katje, toen het een maand oud
was, van zijn moeder weggenomen en bij een andere kat gelegd. We-
derom van deze afgenomen, zoog het nog bij twee anderen; toen was
echter zijn instinkt zoo verward en met verstand of ervaring vermengd
dat het herhaaldelijk pogingen aanwendde om bij drie of vier katjes
van zijn eigen leeftijd te zuigen, hetgeen, zoover ik weet, nog niemand
bij een andere jonge kat heeft gezien. Zoo kan aangeboren instinkt
door ervaring worden gewijzigd.
[De hooglandgans van Zuid-Amerika levert een bewonderenswaardig
voorbeeld van een constant geworden wijziging van het instinkt der*
soort. Deze vogels zijn echte ganzen met ontwikkelde zwempooten;
maar toch gaan zij nooit te water, uitgenomen wellicht voor een körten,
tijd na het uitbroeien harer eieren, tot bescherming harer jongen.] In.
overeenstemming daarmede zeggen Darwin’s handschriften van de hoog