Soeli eri
in deze School verfcheide, die de
Meefter niet bequamer, dan zy toen
waren, maken kon -, alzoo zy niet in
de School verfchenen , weshalven wy
den Orangkay en Meefter zeiden, dat
?y besorgen zouden, dat die kinderen,
mdien dat hare fchuld was , volgens ge-
woonte in de Schoolen geftraft, en was
het de Ichuld der Ouders, dat die,door
de zorge van den Orangkay, en zyn
Oudften, tot hun pligt gebragt , o f
dat er anders door hen, kennis van dit
vuil bedryf aan de Edele Heer Gouverneur
mögt gegeven werden , om dit
quaad voor te komen.
W y ontfloegen uit deze Schoole drie
jongens, die te groot wierden, .en von-
den by dezelve deze navolgende Boeken:
t . Oude Brouwerius.
z . Nieuwe Carons Predikatie-boeken.
1. Genefis.
6. Catechifmen.
3. Nieuwe Ichtitzaars.
1. Oude dio.
4 - Djalan Ka Suzga.
z . Pfalm-boeken.
3- A , By C. boeken.
3- Borfiius dto»
Öen Meefter bevonden wy een be-
quaam, en neerftig perzoon, en , Volgens
het gene my uiterlyk bleek , wel
van gedrag te zyn.
Tegen den avond deeden wy de be-
jaarden by een körnen, namen een preu-
ve van hunne bequaamheid, envoomar
melyk van de Ledematen aldaar, die wy
maar redelyk voftden, emftig tot hun
pligt aanmaanden, en tegen ’s morgens
daar aàn ten Avondmaal noodigden.
Op Donderdag den 18den ditb, v o o r
de middag, predikte ik aldaar , bediende
het H. Avondmaal aan de Ledematen na
het doopen van achtien kinderen 3 en
bevqnd alle de zielen van dit Dorp in
deze navolgende te beftaan.
Mannen Vrouwen
Ledematen 18 20
Gemeene Chriftenen 141 iyp
Kinderen in ^ de 42 27
dto buiten j School 77 44
Doopkinderen. y 4
z6i 274
251
sä— / ì-ij-
Na de ffiiddag vertrokkcn ' wy na het
Dorp Soeli, alwaar kort na(.onze komft
in de School traden.
W y bevonden in dezelve, onder het
opzigt van Meefter Jan Sylvefier Pins,
een getal van zeven-en-zeventig kinde»
ren , die tot dezelve behoörden; waar
van ’er egtefmaar 7p. tegenwöördig waren,
vandezelve gaven ons
12^ Veel gettoegen in ’t beantwoorden
van den Icbtitzaar 3 en 00k van de
helft van dien.
4p. Beantwöorddende kleine Vragen redelyk.
iz . Waren’er* die zeer wel lazenj en
12. Gaven preuven van haar fchryven en
zingendie pafleeren konden 3 en 2.
o f 3. die redelyk met een Arabische
letter begonden te fchryven.
W y ontfloegen niemand hier uit de
Schoole, alzoo ’er geen kinderen waren,
ontrent welke dit noodig was. ?
Den Meefter bevonden wy zedig in
zyft gedrag, neerftig in zyn dienft, en
onder zyne bcwäring deze navolgende
Boekenten dienft van de Kerk,en Schoo*
le alhier:
2. Genefis .
3- Cctrms Predihadizieti.
*• Bf. T. van Broiiweriust
1. Heumius.
18. Icbtitzaar.
13*“ Catechifmen.
12- Djalan Ka Surgä.
14* A-, B , C. boekjensc.
y. Pfalmboeken.
Daar na onderzogten wy de Schoolkih-
deren van Tihiel, onder opzigt van Meefter*
Andries Gomes, dewelke veertien
in getal waren, volgens dt Rol * dog
maar e lf’ er van tegenwoordig. Van dc-
zelve waren ’er,
” • D“ ,4e g roo« Vragen, heeluit. of
ter helft opzeiden.
11. Die redelyk waren in ’t opzeggen*
en beantwoorden der kleine Vragen
7. Bevonden wy in ’t lezen wel , dog
het fchryven maar gemeensen in het
gemein flegt in 2t zingen.
W y ontfloegen ’er hier 00k geen, alzoo
zy niet in die ftaat waren 3 en bevonden
den Meefter voor deze tyd, wat
beter in gedrag, dan wy dien bevorens
gevonderi heboen 3 maar in opzigt van
zyn onderwys, bleek ons, dat alles redelyk
wel was.
De Bocken, die wy hier bevonden tot
den Godsdienft en de Schoole te behoo-
ren, waren deze:
4. Carons, dog z. verrot.
1. N. 7“. van Brouwerius, defe&.
4. Genefis, 2. oud.
10. Ca*
io. Catechifmen, i . oud.
p. Icbtitzaar, 1. oud.
3. Pfalmboeken, dog 1. oud;
8. A, Bj C. boeken.
. Ten zeven uuren’savonds ondervraag-;
den wy de bejaärdenj en, voor a l, dq,
Ledematen, zoo van Soeli, As von Thiel,
over de grondän van onzen Godsdienft,;
bevonden die van. het ecrfte Dorp beter,
als van ’t laatfte* maanden hen allen tot
y ver en neerftigheid in het toekoinende
aan , eri; noodigden de Ledematen van
„beide dit Dorpen, tegen daags daar
äan voor'de middag, tot het H. Avondmaal
des Heeren. :
De zielen tot Soeli behoorende zyn
.'d;eze:'
Manien jfrouwen
Ledematen ‘ 13 8
Gemeene Chriftenen 12.2, 148 .
Schoolkindefen ‘ 48 2p
Dto buiten dezelve 33 34
Doopkinderen 1
- / 21(5 220
216
^— / 43<*
De zielen tot Thiel behoorende war
ren. deze:
Mannen Vrouwen
Ledematen 7 4
Gemeene Chriftenen 22 22
Kinderen in ^ ' rde- p y
Dto buiten J School p 4
Doopkinderen. *
i Ü / J 8 42 A6
Op Vryaag deri ipden dito vöor de
middag predikte tot Soeli en bediende,.
na het doopen van twee kinderen , het j
Avondmaal aan de Ledematen van Soeli
en Thiel 3 en vertrok op de middag na
het Dorp Way, daar Wy tegen den a-
\Vay_ vond aanquamen.
Ruim een uur na öiize komft traden
wy in de School, waar in wy onder het
opzigt van Meefter Pieter Saleman ,
een getal van drie-en-vyftig Schoolkin-
deren, volgens de R o l, dog maar negen-
en-veertig ’er tegenwoordig, vonden.
Van dezelve waren ’er T
14. Die de Icbtitzaar1 opzeiden, zotl-
14. Die de kleine j* der byna te mii-
Vragen J fen.
o. Die redelyk konden leezen. -
^’ nDien.haai fchrift vertoonden, het
llcgtfte, dat nog gezien was.
III. Deel.
Het zingen was 00k niet te veel 3 weshalven
00k uitj deze School niemand ont-
floeg 5; ; om dat de.kinderen nog klein
genoeg, waren, en 00k nog wel wat leeren
mogten.
W y verzogten den Pati, den Meefter
behulpzaam te zyn,ten einde de abfente
' leerlingen, zoo nog afwezig bleven, als
den zelven klaagde, dat dikwils gefchie-
| de, evengelyk wy.dat,ook tot Soeli ge-
| daan hadden , ter School mogten komen,
’ alzoo het v.oor de befte Meefter onmp-
gelyk is beq.uame Difcipelen te maken ,
als zy niet in de Schoole, dan zoo nu
en dan eens, komen.
Den Meefter bevonden wy den fchran-
defften niet, hoewel neerftig , eii redelyk
wel in zyn dienft 3 dog vermaanden
hem zig dagelyks meer en meer te bey-
veren.
De B.oeken, tot deze Kerk , en Schoole
,. behoorende, wären
MJm T. van Brouwerius* dog oud en
verfleten. ,
1 .Heurnius.
1. Caron.
z. Icbtitzaar.
4. Catechifmen.
z. A , B , C. boekjens.
4. Djalan Ka Suzga»
1. Pfalmboek.
Op Zattirdag den 2öiten dito vo.ormid-
dags ondervraagde ik de bejaarden in ’t
gemeen * en in ’t byzonder de Ledema-
ten3 'vond dezelve door de bank maar
redely.k, uitgezonderd een jonge Dogter^
Urfula de :tLima genaamd , dewelke ik
hare belydenls af* en * als Lidmaat, yoldrie
v ragen * (alzoo' haar byzonder wel
geoeffend vond) aannam, weshalven hen
alle, en vooral de laatfte,-ernftig ver-
töond hebbende, hoe dit alles van hare
traagheid in ’t komen tot het gehoor
van Gods- Woord, in ’t bywooneö
der Catechizätien. en der Avond-gebe-
den, toequam, alle dezelve op de krag-
tigfte wyze, die my doenlyk was, aan-
zettende, van dit in het toekomende te
verbeteren 5 noodigende daar op de Ledematen
aldaar tegen na de middag teü
H. Avondmaal.
Des namiddags predikte ik alhier,
doopte tien kinderen, bediende het A-
vondmaal aan de Ledematen van dit
Dorp, welker zielen ik bevond in dit
navolgönd getal te beftaan. :
Q . Man«