X667. Macajfar in eigener maarde mede cours
bebben , en voor zoo wo/ mogte bevonden
•worden , dat bet de gemeente tegenfront,
neemt de Regeering aan, met alle vermögen
de zelve Munte onder het gemeenevolk op de
Bafaar mede aangenaam te maaken.
Tot een breuke vaI?n‘ de laatß verbrokene
*vrede, beloven de Koning en de Grooten aan
de Compagnie op te brengen 1000 flaaven en
flaavinnen, jonge gezonäe volwajfe menfchen,
behoudens dat ben vry zal ft aan , de beta-
linge o f met flaaven zelve , of met kanon,
goud, o f met zilver te doen, mordende, in
conformiteit van de Macajfaarze gemoonte,
in zulken geval gerekent op i\ Teyl, of 40
Macajffdarze goude Mäzen yder , mits dat
hier van ten minften de helft met de te doene ■
bezending in Juni aanjfaande na Batavia , !
en de ganfcbe refte ten lang/len 7 voigende
faifoen voldaan morde.
*4-
Dat den Koning en Grooten van Macajfar
voortaanbun niet zullen vermögen te bemoeyen
met ’tland van Biema, en *trefort, maar
de Compagnie daar met laaten geworden mar
hun melgevallen, zönder de zelve nu of oit
naar dezen, op ¿/’oo» of d'andere wyze, di-
reäelyk of indireEtelyk , /»o/ of »*0/
daad, tehulp te komen tegens de Compagnie.
if-
Z>o hoog&gemelte Regeering bekent gedaan
mezende, de grouwlyke moord, en fchelm-
ftu k , maar aan zieh de koning van Biema,
zynfeboonzoon, Crain Dompo,Radja Tam-
bora, Raja Sangarre, enbunvolgers , j?or£
te zamen zy Perfoonen, *»ooy/ Bitnanezen,
/» hunnefurie tegens de Compagnie bebben ver-
grepen -, »ojbo» ¿0» zo/w» Radja Biema,
0» zoo wo/ Vii» zj» medepligtigen als 'er ge-
vonden morden, in banden van de Compagnie
over te leveren , ow regtvaardige ftrajfe te
ontfangen, insgelyks Crain Montemarano,
pp dat hy zyne van misdaad in alle ootmoed
vergiffenis verzoeke.
16.
Zullen aan de koning van Boeton ten eer-
ften vergoeden, enreftitueren, alle zoodanige
menfchen, als met denlaatften oorlog, in een
overval der Macajfaaren, / » ¿orop//
0» meggevoert zyn, wor zoo wo/ ¿0 zo/w
»og V /» leVen morden bevonden, geen üitge-
zondert, en zullen 00k aan den koning van '•
Boeton uitkeeren bet geld , ontfangen voor \
zoodanige Boetonners, alszedert den verkoop !
geftorven zyn , en dienvolgende niet meder-
gegeven können morden , zonder nu of oit,
mmmermeer naar dezen te houden o f te bebben,
eenige de allerminfte pretenfie op eenige
van de landen van Boeton, daar van by
dezen mel expres renuncierende.
l7-
Ook zullen aan den koning van Ternate
•wedergtven, in eygentr myze als in het 16
a rt., de geroofde menfchen van de Xulas,
m daar ienevem io ftukkt* yzer kamm, \
met ale prinze ftukken , en t, baffen , ’tzy
met de zelve die van daar gehaalt zyn of
andere in de plaatze, verklärende op de zdve
eilanden egeene pretenfie te bebben, of te
houden, nevens die opregtelyk renuncierende
ten behoeve van gemelde koning , van alle
gepretendeerde eygendom op de eilandenSaleyer,
en Pantfiano, als mede op de ganfcbe Ooft-
kuft van Celebes, te rekenen van Manado a f
tot aan Pantfiano toe, de eilanden Bangay
enGapy, als andere op dezelve kuft gelegen,
daar onder mede begrepen : item, tujfcben
Mandhaar,Manado, de landen van Lambagv,
Caudiepan, Bool, Tontoli, Dampellas, Balais-
fang , Silenfac, enCajely, vanouds de kroon
van Ternate in eygendom competerende , en
de melke de hocgsigemelde Regeering van
Macajfar opregtelyk afftaat, belovende nimmer
meer na dezen de koning van Ternate
daar irne te turberen.
18.
rvorts renuncieert de hoogStgemelde Regeering
van alle beerjehappye aer ßoegis en Loe-
boe , de zelve Landbeerèn erkennende voor
vrygebooren koningm, princen,en beeren, daar
by geen de allerminfte pretentie op is bebben-
de, belovendemitsdien, zondereeniguitftel,
den ouden koning van Soping, nies alle zyne
landen, vroumen, kinder en, huisgenooten,
goederen , niets uitgezondert, in volle vry-
dom te fiellen, en aan onze banden over te
geven , benevens ook zoodanige andere beeren
ßoegis als elders onder bet Macajfaars gebied
in gevangenis enballingfchap op hedenmogten
zyn: item alle vroumen en kinder en der toe-
gis , melke nog onder de magt van hoogft-
gedagte Majefteit mogten gevonden morden,
geene uitgezondert , op dat alzoo de grand
gelegt morde tot een opregfe vrede envriend-
jebap.
ip.
Zoo verklären ook de kofnngen van Layo
en Bancala , met het ganfcbe land va& Turata
en Badjing , en al mat daar onder boort,
ftaande den oorlog , tot de Compagnie over-
gekomen , te erkennen voor vrye koningen,
beeren> en landen > daarze niet ter mere Id
op en bebben nog eti houden te pretendeeren ,
dezelve ontfiaande van allevoorgaande beer-
febappy en gebied, nuenaltoos.
zo.
Alle landen door de Compagnie en baare
Bontgenootcn i ftaande den oorlog gemonnen
enverovtrt, gerekent van Boèloe - Boeloe a f,
tot aan de landen van Turata toe , voorts
medervan ginder tot hier aan Bongay a , zullen
zyn en blyven als eygen gemonnen landen ,
en haare Bontgenooten > volgens regt van oorlog
, maar op mits dien koning met meer be-
boud eenig regt of eygendom , nog ook niet
op de tnmoonderen van dien > blyvende alleen
ter dijpoßtie van de Compagnie, omme daar
mede te handelennaar melgevallen, zulende
by overkomfte van de koningen van Panna
en
en Bacca können aangemizen morden, mat
ons in kragte voorfz Benoorden Macajfar is
De landen van Wadjo, Boeloe - Boeloe en
Mandhaer, als zynde misdaadig aan de Compagnie
en haare Bontgenooten, verkdaart de
hoogBgemelde Regeeringe te abandonneren,
en ons daar mede te laaten geworden > zonder
dezelve direäelyk of indireßelyk nu o f oit na
dezen, te zullen Jeconderen met volk, ma-
penen, kruit, loot jJpyze, raad > daad, of anderzins
, boe het ook genoemt mogte morden,
ter goeder troume.
z t.
Zynde onderling verfiaan en overeen gekomen
, dat de ßoegis en Toeraters die die Ma-
cajfairze, en weder Macajfaaren die Boegis
ofToeratze vroumenbebben, elk de zyne zal
vermögen na zieh te nemen , ’tzynen belie-
v e, gelyk als dat betaamt, en voorts dat nu
voortaan de Macajfaaren , zieh begevende
onder de Boegis en Toeraters * ook weder de
Boegis en Toeraters onder de Macajfaaren,
niet zullen vermögen aangehouden ofingelaa-
tenteworden, alsmettoeftemming en licentie
van yegelyks mettig Heer en Koning , en
zonder die moeten morden afgewezen , en
weder na huis gezonden.
m
De boogftgemelte Regeering belooft, in
conformiteit van ’t6 art., haare landen voor
alle andere Natten gejloten te houden, en in
cas eenige van dezelve tegens hunnen dank
daar in zieh begeerden ter neder te flaan,
dezelve met alle vermögen en magt te zullen
afweeren volgens baare behoudenijfe in kragt
van dezen Contratte doch in gevalle zy
daar toe niet Vermögens waren, en onder de
band te fmakvielen, als dan de Compagnie ,
als bannen febut- en fchermheer, tot hulp
zouden verzoeken , alzoo zy verklären de
zelve Compagnie in diequaliteit te erkennen,
des zullen zy ook gebouden mezen > daar toe
geroepen mezende , de E . Compagnie te ajft-
fieren met alle vermögen , tegen zoodanige
vyanden als hun hier, by ofontrent Macajfar,
tegen de Compagnie mogten openbaaren, met
verbintenijfe, dat zy in geen onderhandeling
van vrede of anderzints treden zullen met
eenige Natie , daar mede de Compagnie in
oorlog is.
24.
Op alle melke voorfz contratten, envan
nieums geraamde poinften , tujfcben hoog-
gedagte Koning en Grooten van Macajfar is
befloten en gemaakt een aitoosduurende vrede,
vriend- en bontgenootjebap, in de melke ook
morden begrepen de grootmogende koningen
vanTernate,Tidor, Batsjan, Boeton, de koningen
van Boegys, Soping, Loeboc, Toerata,
Laays, Badjing, met alle hunne landen en
onderdaanen-, item ook Biema, ennog zoodanige
andere Landheeren en Porften als
naar dezen , zullen verzoeken mede in dit
bontgenbotfebap te mögen treden.
z f . . 1667.'
O f het geviele dat tujfcben de bontgenooten
en de refpeüive koningen, door het een of
te ontfiaan, zoo zullen partyen niet ßraks
aandoen, maar hun queftte den Capitein der
Holländers bekent maaken, omme (zoo bet
mogelyk is) door bemiddeBng van dezelve *
de oneenigheden uit den weg te leggen , en
goede broederfebap te conferveren, maar in*
dien een van de partyen na geen befniddeling
luifteren en bartnekkig blyven müde, zondet
zieh na de reden tevoegen, alsdan zullen de
gemeene bontgenooten de anderen, naar verm
eifcb en regt van de zaake, te hulpe komen»
z6.
Wänneer nu dit vrediverbohd ondertee-
kent, beeedigt en vprzegeld zal mezen, zal
de Koning en Grooten van Macajfar gehou-
den zyn, nevens den Admiraal, naar Bata*
via te committeeren twee voorname Koningen ■
uit het midden van den Raad * 't zy Grairt
Tello , Linckes , Poppoe, Cröngrop j
Grelle, Cattapan, of ren minften twee uit
de zelve , ter keure van hoogHgmelde Re*
geeringe, om dezen Contrafte van vrede aan
de Ed. Heer Gouverneur Generaal, en de
Heeren Raaden van Indien te prefenteren,
en hun Ed. goedkeuringe daar op te. verzoeken,
onderverzekering, dat getoielde Heeren
met eontentement weder zullen na huts trek-
ken , doch zal het den Heer Generaal vry
ft aan, manne er het hem goeddunkt , twee.
voorname konings zoonen te vorderen, omme.
zoo langt daar als Oftagieren te refideeren,
als zyn Ed: meint noodig te zyn , doch zal
ook weder den koning van Mäeaffar 't zynpii
believe, by langer verblyf van een jäar , de
zelve door andere mögen doen vergangen , en
de Compagnie gebouden zyn zoodanige Prin-
cen te eonjerveren in compatibel refpeft en
eere, zonder van yemant de allerminfte over*
laft te lyden.
S M * 2 ? ' -
Tot dmpliatie van ’/ S am tvehd vergunt
dat de Compagnie de Engelf eben en hunne goe*
deren albier zullen vermögen te ligten , en
naar Batavia te' voeren, zonder dat bet den
koning zal vermögen tegen te ftaan.
28.
Item > tot amplidtie van 7 1 f art. is belooft
, dat indien de koningen van Biema en
Montemaranolevinde of dood, in 10 da-
gen niet morden gevonden, als dan tot borge
in banden van de Compagnie te zullen fiellen
de zoon van Biema, en de zoon van Montemarano.
Z9-
De Regeeringe belooft aan de Compagnie
uit te keeren , in vergoe ding van baate on-
koften ten oorloge, 2 f 0090 Rias -, in vyf
moejfons naaft aan een voigende, ’ tzy in kanon,
7 zy in koopmanfehappen, *tzyingout,
zilver ofjuweelen, elk naar zyn maar de.
X z En