
de Cambodiers A*. 1622 af, die hy wel
verfcheide malen getragt heeft, tot hun-
ne vorige gehoorfaamheit te brengen;
dog alle zyne ondernemingen waren te
vergeefs.
Na dat nu defe Koning in ’t beft van
zyn leven geftörven was, liet hy, be-
fialven f Zoonen , ook een Broeder
na, die volgens de oudftc wetten erfgc-
naam van de.Kroon was» dog de Koning
had by zyn uiterfte wil zyn oudften
Zoon, een Prins van 18 jaaren (fchoon
die mec de wetten der Siammers ftreed)
tot zyn vervanger verklaard , in welk
iecht hy oök door veel duifenden Siammers,
en door 600Q Japanders, onder-
fteund wierd.
’s Konings Broeder, niet weinig hier
Over geraakt, wierd daar op Priefter, ’t
welk de jonge'Koning zeer^qualykjop-
nam, en waär over hy hem niet alleen
uit ’t land bande, maar, om zyn Kroon
zt ker te hebben , ook tc gelyk- beforgde
dat hy by Zyn vertrek van kant geholpen
wierd, nevens alle zoodanige Grooten,
op welke hy fich niet al te veel vertrou-
wen kon;
Onder anderen Was hem ook zyn Vaders
Oom zeer in den weg, dien hy in
een zeer Jonker hol, met een weinig
R y ii, water, en licht, met een wacht
*er by , gevangen zette} in hope dat die
het daar niet lang maken zou; maar de
Priefters, medelyden met dien ouden
Prins hebbende, groevetf uit zekere daar
na bygelegene Tempels een gat onder de
äarde tot in zyn gevankenis , brachten
*er een lyk in, en reddeden hem dus uit
dit hol, en zoo behendig, dat men in’t
eerft niet beter wi.ft, of die Prins was
waarlyk in zyne gevankenis overleden,
gelyk dit den Koning ook zoo gebood-
ichapt wierd.
Kort daar na ontdekie raenegter, dat
hy nog leefdc, en dat hy, liftig ontko-
menzynde, te Piperiwas, daar fich ver-
icheide Grooten by hem vervoegd, en
-fich voor hem verklaard hadden, gelyk
hy fich daar ook voor Koning uitroepen,
en kröoneri liet.
Hy bracht ook een Leger van 20000
man te veld, om den jongen Koningaan
te taften; doch de zelve trok hem met
' 50000 man en 800 Japanders tegen, floeg
hemdeerlyki kreeg hem ook gevangen,
en liet hem met Sandelhoutc ftokken (een
cere, die niemand, dan de Princen van
den bloede, gebeuren mag) doodflaan.
Na ’t overwinnen van zynen Oom,
begaf fich defe Vorft tot een zeer wel-
luitig leven, liet alles opzyngunfteling,
enbevorderaar, OyaSwarowan (dien hy
nu tot Calahan, ofGeneraal der Olifanten
verheven had) ftaan, die voor alles
in ’t Ryk ook zeer goede zorge droeg.
Naderhand wierd de Koning, dopr’c
aanftoken van zyn Moeder, zootoornig
op defen Mandaryn, dat hy laft gaf om
hem te dooden.
Dit gefchiedde echter zoo ftilniet, of
Oya Jwarowan kreeg ’er de lucht af,waar
op hy fich aanftonds tegen den Koning
opwierp, en hem, door hulp van eenige
Japanfche Soldaaten, in zyn Paleisover-
viel, en hem, zoo als hy op zyn Qlifant
over de Rivier vluch tte, gevangen kreeg,
en op de zelve plaats, daar hy zyn Oom
had laten dooden, enop de zelve wyfe ,
dede ombrengen, zonaer, hem te ver-
brahden, welk lot ook zyn Moeder, en
veele anderen, trof.
Hy verhief, met goedvinden der andere
Grooten, ’s Konings. broeder, die
die hem in jaaren volgde j hoewel hy ’er
noch maar 12 bereikte, in zyn plaats5
dog alfoo hy noch te jong was, wierd
dg C#lahap. daor.jie. Grooten des Ryks
voorutter van ’s Konings Raad, en tot
Oppermachtig Ryksbeftierder in ’s Konings
naam gemaakt, dat hyeenigentyd
zeer wel waarnam j maar op dit Opper-
geZag nu vry vcrlekkerd, en niet genegen
die macht, die hein zooWondcrwel
aanftond, aan den Vorft na zekere bc-
paalde jaaren weer over te geven, beftel-
de hy den zelven in een Klooftcr,om
fich daar in de Wetten en Wysheit der
Siammers te oeffenen j en na dat hy ’t
ftuk nu, zoo door de Japanders, als by
de meefte Grooten, meefter geworden
was, dede hy fich eerft tot Koning van
Siam A°. 1628 (hoewel anderen A°; 1630
fteilen) verheffen, en den Koning , en
alle, die van ’t mannelyk oir vanKoning-
lyken bloed waren , dooden , latetfde
maar 2 a 3 perfoonen, die van zynen
aanhang waren, over, en trouwde des
Konings Zufter, waar na hy defe Kroon
zeer geruft befeten heeft.
Hy nam A°. 163 2 de Koningryken van
Ligoor en Lycoon in, en ftelde in yder
Ryk een onder-Koning, om dat in zyn
.naam te beftieren,
Niet lang hier na W£S, ’er een onder-
Koning van Ligoor, die na ’s Konings
fin te Oppermachtig regeerde, zoo
dat hy voor hem wat bekommerd begon
te werden.
Hy was in ’t eerft maar Landvoogd
hier geweeft j maar de Koning had hem
onder-Koning, en die Titel hem zoo
opgeblafen gemaakt, dat hy den Koning
byna niet meer kennen wilde.
De Koning had hem dit egter met
die hope gemaakt, dat hy nu buigfamer
werden zou, en dagt hem zoo. njet een
zoet lyntje aan ri Hof te krygen, en hem
dan te doen van kant helpen.
Defe nieuwe onder-Koning nam dit
ampt, dat hem zeer wel geledt, met
dank-
Van het
Koning-
ryk Pata-
ni,en onfen
Hände)
daar.
dankbaarheit 'aan, dog zei vlak uit tc-
gens’s Konings Gefant, wanneer hy heni
ten Hove roepen quam, dat hy niet ge-
negen was daar te verfchynen, óm eveii
als zyn voorzaat van dien Tirandood geilagen
te werden, f
Naderhand ontbood hem de Koning
w^cr door een Gefant ^ maar hy gaf den
zelven“geen antwoord, en liet heiri inde
Aeten Haan, waar op de Koning, hèm
aoör een gröot gctal welgcwapehde
Vaartuigeni cn Veel Krygs-volk, aan-
taften dede: - 1 .Pf °nder-Koning van Ligoor onder-
tuflehen ftout op de belofte, hem door
aie van Tanäflery en Patani gedaan,
meinde dät hy met zyn Moffcl- Vloöt
. ln “ aac wefen zou, vsin .die Vaar-
tmgen des Konings af te weren ; maar
zyn ßondgenöoten, bang geworden , lie-
ten hem in de pckel, cn zyn Vloorje
wierd deerlyk door ’s Konings volk se
Hagen. 0 . °
_ Daar op traden zy te länd, belegerden
Ligoor wel een jaar lang, eilbefetteden
den onder-Koning daar in zyn Paleis ,
— T
P A T
NU is ’er nietsmeer overig, dan
om noch kortelyk van het Ryk,
cn van onfen Handel in ’t Ko-
ningryk vän Patani; te fpreeken.
Dat dit Ryk al van ouds onder de Köningen
van Siam geftaan heeft, hebben
wy bevorens reeds aangemerkt, doch
wanneer het ’er eerft onder quam, können
-wy niet fifir fpger^n -----
Het wierd geregeerd^ dan eens door
cen Koning, dan eens door een Konin-
gin, by den Adel der Pataniers gekoren
, doch by den Koning van Siam goed
gekeurd, en door dien Vorft met de Titel
van Pretsjauw vereerd} maar na A°. 1630
hebben Zy ,: onder voorgeven van den
Konings-moörder, en verdelger van al ’t
Koninglyk bloed niet te willen erkennen,
iich zelven van de macht des Ufur-
pateursr onttrokken, en zyn openbaar tegen
hem öpgeftaan.
En fchoon de Heer Caan A°. itf$2ge-
fonden wierd, om de zaalc by teleggen,
wilddh zy echter tot geen reden komen,
zoo dat de Koning voornam hen met een
Leger van 60000 man A°. 1634 aan te
taiten* waar toe hy oök de hulp van haar
I I I . D e g l .
alwaar hy gëén nitkomft meer zieridé ,
fich met al zyn Wyven in een kamer,
waar in zeer veél kruit was , opfloor;
dat hy, zoo als ’er de Vyand meendc iii
te berften, zelfs in brand ftak, waar
door zy allen in de lucht bpvlogeri.
Men vond däär echter hoch, na lang
zoeken, 12 Martavaaneh met filvereTi-
cals , en 4 ditö met goiidc ditoindeaar-
dc begraveii. 1
Hy heeft naderhand tot A°. 165-7 ê e~
regeerd, en is toen geruft overleden , ge-
volgd vati zyn Broeder, en zyn Zoon
Priefter geworden.
Wat moèite die van bnfe Maatfchap-
py den 7 .Augufti 1637 ohder defen Vorft
gehad hebben, kan irteri in ’t Dag-regi-
ltcr van Japan onder dat jaar fien.
Tuflchen defen Vor ft, en den Koning,
difcA 0. i/)88*den 11 July,naeen Rcgeering
van 31 jaar - 8 rhaanden, en 14 Jagen ftierf,
is geen andfcr bp den Throon geweeft, eii
de zelve is door Opra Pieteratjay ( gelyk
wy gefien hebben) gevolgd, in Wiens
plaats al voor eenige jaaren weer een ander
gevolgd is.
N
A N I.
Edelheden,' en eenige Schèpen tot oii-
derftànd verfogt, Waar op die hem zes
Schepen, onder den Commandeur Klaas
Bruyn, toefondenj, doch alfoo *t Leger
van den Siamfen Vcldheerte voren (meinende
dat hy Patani al in had) opgebrö-
kenwas, quamen zytelaat, ende Siammers
wierden door die van Patani deer* -4yk-op-dè~vkTchT "grfliageTlT ~''1 •
Na dat nu de Siamfe Leger-hoofdea
hunnen misflag gemerkt hadden, zoch-
ten zy ons, en onfe Vloot, als te laat
gekomen zynde, de fchuld van defe ne-
derlaag te geven, ’t geen van den al te
licht geloovigen Koning zeer qualyk ge-
nomen, en waar over ons volk in Siam
niet weinig door hem geplaagd, en als
in hunne Logie gevangen gehouden is»
tot dat hy k^pnis kreeg, dat wy op onfen
behöorlyken tyd met onfe Schcpen ver-
fcheenen , .maar dat zyne Volkeren tc
vroeg opgebroken, van den vyand geilagen
, en wy toen niet in ftaat waren,-
om hem met onfe Schepen dienft te doen.
Hy liet daar over ook eenige defcr
Hoofden openbaar ftraffen, hen ’t hoofd
afflaan', dat‘op een ftaak zetten, en bc^
M lait- .