
Í8 & Befchryviñg Va h B O OME N* P LA N T E N ,
tot het \ körnt , klaar , dog Wel gepolyft, en droóg zyñdc dikker , àls Tâwak ',
toetzen van goud te gebruiken , en ook
Wel, ais zy nog groen zyn * om ’er een
poets mède te ipceleri, wanneer men die
in ’ t water ímyt en déRievicr afdryven
laatr. Zoo die gekneusde Vrugten dan
mepíchen , die daar waíTchen , aan de
huit (gelyk licht gebeuren kan) raaken,
Zoo geven zy een vèrvaarlyke jeukte,die
niet ücht over gaat, ten zÿ men die party'met
eçn groot Jeuk-blad (dat ander?
nog wel zoo fterken jeukte verwekt)’
wry ve, wàar door de mindere jeukte ge-
heelfen al .overgaat 3 dog die en héèft
men daar altyd niet by de hand. Ook
Verzagt men de pyn wel met wat Olie-,
en andere zeggen, dat ’er water van
éen menfch zelf goed voor- is. Ook ge-
beurd het wel, dat geen van allep helpt,
na dat die Vrugten heel brandig zyn, of
niet.
Deze Vrugten brengt ydér Boom maar
eens voort.
Ontrent den oorfpronk der takken
vertoond zig de Gdmoeto, o f een z warte
läng-hairige ftoffe , die .tot het maken
van^zper goed touw gebruikt werd. Dit
hair* 'dàt zig òm venchéidè dühhè ftök-
jens vertoond, is byna als Paàrden*hair,
dog nog wel zoo ftyf.
De Boom geeft ook Palmiet, maar in
verre na zoo goed niet, als die van de
Calappus-bçom komt.
Men heeft ook onder aan by de Ga-
fnoeto éen zoort van een wolagtige Hoffe,
óf een M ofch, by den Inlander Ba-
roe génaamd, die tot het kalefaten, tin-
t e l , en andere dingen , gebruikt werd.
Voomamèlyk nogtans diend deze Boom
tot het tyfferen van de Zaguweer, zynde
een witte vogt, o f Boom-wyn, die men
zoo verfch en zoet wel drinken kan} dog
hy is dan zoo heel gezond niet, en doet
ook het zelve, dat een zuiver-middel
dpet, voor al als men die nugteren drinkt.
Qin-deze drank te krygen , zoo fnyd
men eeri- Wyf jens Majang, die gemeenelyk
nâ de ändere voor den dag komt,
met- kleine Bezieh ’ér áan, o f na dat zig
die Bezîën openeri,én na dat hy twee of
drie dagen geklopt is, en men hangt ’er
eeh Goer oerong, o f een Bàmboes-lid, aan,
die gemeénèlyk tweemaal daags voi rate
n , en 'geledigd werden. Hier toe ver-
Sedigen zig byzondere menfchen, die dit
werk, verftaan, en die Tyferaars genaamd
werden* in welke behandeling van deze
Boom de Baliers boven alle andere uit-
ffeeken, waarom z y . daar toé ook gebruikt
werden. Aän zoo éen tak kan
men vier ofvy f maanden tyfferen, en dan
neemd men weer een ander, hoewel men
*er verfeheidè te gelyk tyfferen kan.
Deze drank is, zoo als zy van de Boom
zeer zoet en aangenaam van fmaak, byna
als Mofl , werdende daar na-als Witte
Wey, en ook zerp van fmaak j en dikker,
als in ’t eerft.
Om nu dezen drank beter,.duutzaam,
en gezonder tc maken , gieren zy die
in een groote pot, en doen ’fer eenige
bondeltjes van de wortels van de wilde
boom Sefoot in, die zy in- kleine ftukjens
fnyden.
-Van dezè Worteis werd de Saguweer
nog wel zoo dik, en van verw byna als
Melk, krygende een aangenaätne bittere
fmaak, byna als Alzem-wyn, ' dog ee-
nigzins zamentrekkende, zoo dat het
bittere ymand , die dezen drank ge-
wend is, en matig gebruikt, niet tegen
ftaat.
De lief hebbers Van dezen drank zeggen,
dat h y , matig gedronken zynde, zeer
gèzond is j dog de ervarentheid heeft my
grteerd, dat de Zoldaten, en andere geringe
lieden , die zig daar zeer in te biii-
ten gaan , om dat zy voor weinig geld
zig dronken können drinken , daar door
hün gezondheid geheel en al verliezen,
zferide zoo bleek-, Saluw , I en land-
ziek , als o f zy de Water-zugt, en
als of zy uit een Gieter gedronkeh had-
den-, dog dit ziet men van de Inländers
zoo niet,die dezen drank ordentelyk gebruiken,
en ’er zeer gezond af blyven
gelyk hy op groote maaltyden voor
hün Wyn (nevens den Arak) verftrekt :
want anders zyn zy voor den dorft
nooit gewoon iet , dan water, te drinken.
De Holländers willen, in ’t eerft by
hunne komft hier, niet aan dezen drank,
houdende den neus toe , als zy de bit- ,
tere en wränge fmaak , zoo ais zy hen
eerft voorkomt, proeven, of maar rie-
ken} dog als zy die een weinig gewoon
zyn, zoo weten zy daar niet meer a f,
en zy bekomt, die genen, die ze ordentelyk
gebruiken, zeer wel, verwekken-
de ook een goede luft tot eeten. En dat
noemen zy den Geoebatte, ofden bittCr-
gemaakten Saguweer waar toe egter
verfcheide andere bitter-makende mid-
delen, zoo wel als de Sofoot-wortel, gebruikt
werden.
De zoete Saguweer werd ook gebruikt
om ’er Azyn af te maken 3 dog zy valt,
door de bank, zoo-goed, nog zoo fterk
niet, als de Fowak-Azyn. I
Men kan van de Saguweer , even als
van de Towak,óok zwarte en flegte Zui-
ker kooken, die tot het dagelyks Bier ,’
en tot het branden van Arak door de Chi-
neezen veel gebruikt werd, gelyk zy tot
’t branden van den Arak ook zeer veel
zoete Saguweer bczlgen. *
Als
Eta G E L A S S E N vari AM B O I N A
p Als de. Boom met tyfferen, en uitzy-
pelen,. gedaan heeft, dan kan men hem
omhakken , en ook nog een zoort van
Meel ’er uit krygen * dog men heeft ’er
meer moeffe mede,als ontrent de Zdgoe-
boom, en ’t Meel is oók zoo, goed niet ,
om dat de ftòffè harder is, en houtagti- ¿
ger vezelen heeft, en ’t Brood, dat ’cr
a£ komt,is mede zoo gped niét* en ver-
muft van ffnaak.
Men behandeld dien Boom dan verder,
gelyk wy van de Zagoe-boom gezegt hebben.
Van de ftyve ftókjens*, die men in dezen
Boom heeft, maken de Mooren Schryf-
pennen, om ’er het Arabifch,en Male its
in die letter, mede te fehryven.
De Macajfaaren maken ’er ook pylen
voor hare fpatten af.
In ’’t 'Mofch van dezen Boom groeyen
zekere 2warte wormen , die men Sagu-
weers-Torren noemd, diè zig wèl in dat
zap verdrinken. •'
Men maakt zoo van dç Gamçeto, of
Zwarte ' hairèn als ook van Ikeïi's j en
dunne ribbetjes aan de takken van deze
. Boom vallende, huis-bezemen, die zeer
goed zyn, en vah ’t eerfte ook veelerlcy
borftel-werken,
be Nipa- K Onder de Boomen, van welké men
tioomi ook Drank tappen kan, is mede de Ñipa
boom.
Deze gelykt byzonder wel na dé Zagoe
boom j dog heeft diè- doorrien niet,
ook i? hy vry lager van ftam * alzao men
gemakkelyk by zyn top reiken kan* maar
Van dikte overtréft hy de zelve verre,
en heeft ook zyn blaaen vry verdér en
wyder uitgebreid ftaan..
. Zyn takken yertoónertzig mede,byna
als.de Zagoe-takken, fteil overeind } aog
zy zyn zeer wateragtig, en vogtig van
binnen * eri daarom van geen gebruik.
Men heeft ’er ook die geut niet in , zy
zyn ook wat platagtig rond j en ontrent
vier óf vyf voèten latìg , hebbende' zyn
bladen mede aan weerzyden-, -die byna
even éens j dóg wat fmaller , en wel zoo
ftyf, als ook zoo glad j en zonder eeni
gc. doornen zyn. Z-y vallen gemeenelyk
Vier of Vyf voeten lang , en een hand
breed. :
, Midden uit de takken vertbond zig de
Majang, of bloeffem , die zeer dik is.
Aan de. zelve komt een bol voort als een
gemeene .Limoen, waar in veci andere
kleine déeltjes áts kluitjes, òf knikkers,
Van grootte zyn,uit welke naderharid de
ware Vrugt te voorfchyn komt, die ontrent
als een Enden-ey van erootte, hard,
en hairigvan bolfter, van pinnen wit en
zagt van korl * en verder wateragtig en
laf van fmaak is, Deze korlen kan men.
als zy. nog jong zyn , eeten j maar * ouder,
vallen zy te hard , en zy zyn ontrent
zoo groot, als de korl van een Tsjampé-
daha. Men moet hogtans ’er by zeggen**
dat deze Vrugt van geen gebruik,. maar
dat men nu en dari nog wel gewoon is^
die Majang af te fnyden * en uit deze
Boom mede een zoort van Saguweer té
tyfferen ,/ die mede wit ,' zéer koel en
zoet valt j 'overtreffende de Saguweer
nog eenigzins in witheid * maar zy iS
zoo finaakelyk * en zoo gezond niet 3
waarom zy meeft tòt ’t pranden vari
ftegtie Anys-drank) gebruikt
Deze Boom is véci beter in SVernate\
dari in Amboina, bekend , hoewel: hy
hier egter, en voor al op Boero, en oji
de Noord-kuft van Cer am, genoeg valt.
De bladen, die vry ftyvèr als de Za-
goe-bladeren vallen , ¿yn ongemeen goed
tot <’t maken van Doozen , Hoedeni
Matten , e n R in d e re dingen \ die in de
Koo^msúiích^ , of huishouding- te paS
komcn, om iets te bcfehieten,ente dek-
kejn, "waarom zy zeer veel in db Ryft-
Pakhuizeii j en Vaartuigeri , gebruikt
werden^ om ’er de Ryft op te leggeri.
: Ook werden de bladen in aridere Ge-
weften * daar de Zagoe-boom niet valt *
wel mede töt Atap gebfuikt,om de huizen
te dekken.
Onder de Boomen* die drank uitleve- De
ren móèt men vooral de Lontar-boom (in Lontar-
andere Landen ook wel de Jager-boom
genaamd) teilen. Daar zyn tamrfie en
wilde, en van dé eerfte heeft men ook ’t
nnetjen, en Wyf jen. W at nu ’t Wyf-
jen betreff, die valí hier mede* dog niet
zeer overvloedig * zynde een zoort van
Calappus-boomen j zoo hoog niet -, dog
anders den zelven in ftath, c n ledert , al
vry gelyk 3 maar bpven aari zyn kruiri
wat anders van takken* (die vier Voeten
lang zyn) en van blad, die boved in ’t
rond byeen ftaan. Ook is de ftam don-
ker-groen van baft, ■- W y vertooneri die
riiet, om dat zy reeds in de Hortüs Ma-
labaricus Fig. p. in ’t I. Deel vertoond is.
Hy valt gemeenelyk wel zoo dik ali
de Calappa-boom * dog van lengte wat.
hoogèr, als een Pinang-boom, en niet
boven de dertig voeten nalende in hoog-
te , twee in de dikte , dog boven aari
maar de helft, alzoo hy daar maar eene
voet dik valt.
Hy heeft mede eén bloeilèm, ö f Majang
, zynde een tros, offe wel meer -, aari
yder van welke wel in de twintig Vrugten
können komen * hoedariige metí ’et
aan eenen Boom wel vierof vyf*en zom-
tyds ook meer ziet.
De Vrugt, die donkef-groeti Valt, iS
byna als een -Calappus-Noot, dog zoo’
groot niet * vallende ontrent als ten Ca