
Warwyk.
Dat het hier egter niet helder, en een
neßvol fchelmen was, bleek dezenZee-
voogt naderhand zeer klaar, alzoo hy
den i ftei» Januari 1601. agter zekeren
hoek, ontrent i myl van zyn fchip wel
100 praauwen zag vergaaeren, van
welke ’er naderhand zommige met eenige
2akken Peper ontrent zyn fchip quameni
doch hy , hun toeleg gemerkt iiebben-
d e , verydelde den zelven door aan zyn
volk laft te geven , van wel op hen te
paßen, en ’er niet raeer dan 2 of 3 binnen
boord te laaten komen.
üaar drongen ’er wel veelen van hen
tegen inj maar na dat zy mejkten, dat
de onzen vuur op hen geven wilden,
hielden zy af, vraagende, waarom wy
op hen lchieten wilden, waarop hen ge-
antwoord wiert, dat zy met hunqe
praauwen wat verdervan ’t fchip moellen
gaan leggen, gelyk zy toen deden.
, Z y verfchoonden zieh naderhand wel
by hem, van geen quaad in den zin ge-
had te hebben,. maar ’t.vervolg toonde
het tegendeel, alzoo zy denzden ’s nachts
vierfwemmersvoor den boeg zonden, die
de kabel van ’t fchip meinaen af te kappen,
’twelk zoo ’then gelukt was, zou
’t fchip tegen de wal gedreven hebben,
alzoo ’tmaarvoor een anker lag, en dan
was het zekerlyk w eg geweelt j doch de
onzen de praauw, die zy dryven lieten,
gezien, endaar uit hunnen toeleg gegiß
hebbende, wierden dit gewaar, fchoteü
niet weinig op die fwemmers , en be-
letteden hen aus hun voomemen uit te
voeren. Ook hadden zy de onzen al
meer poetzen gefpeelt, met hen goede-
ren te verkoopen , die zy hen noit, na
’tgeldal ontfangen te hebben, leverden.
Zy hebben hier (zoo ’tmy toefchynt)
eenige Peper gekogt} doch alzoo de Heer
•vanNoord bemerkte, dat zy hem niet wel
behandelden , en niet dan quaad in den
zin hadden , is hy den yden Januari van
daar vertrokken.
In t jaar 1604. quam de zeevoogt
van JFarwyk met eenige fchepen voor
*t eiland Crimata, dat ontrent Suqcadana
legt, en den i$denMaart hier ten anker,
daar zy zieh ververfchten , en van waar
hy den 2ffl«» een chaloep na Succadana
zont, die van daar io oR deIS aan diamanten
medebragt , waar na de Zeevoogt
den 7den April ’t anker geligt heeft, en
vah daar vertrokken is.
Naderhand, in Juli-, tot Patani zyn-
de, quam daar een jonk met een Gezaut
van Borneo by Harwyk, met 8 Neder-
landze gevangenen , van den Zeevoogt
Jacob-Heemskerks volk, met hun ongewa •
pende fchuit van eenige Borneers geno-
men } doch de koning, hier over mis-
noegt zynde, zont de zelve nu aan den
Heer Zeevoogt te rü g , cn fchreef hem
een minnelyken brief, waarby hy hem 1607.
den handel in zyn land ook aanbood.
H y , en den adel aldaar, hadden ons
volk zeer wel gehandelt; doch zy hadden
veel fmaadheden van het gemeen
volk moeten lyden.
Ontrent ’t jaar 1607. lag op Succadana n I
als ons opperhooft Hans Roef, koop- *
man, die volgens de berigten van daar,
in grootgevaar was, om van die inwoon-
ders vermoort te worden , alzoo zy
wißen, dat hy een groote party diamanten
by zieh had, waarom hy verzogt ten
eerßen van daar verloß te worden. Ook
hoorde men in Juni tot Bantam, dat de
koning van Banjar Maßin een jonk, door
de Heer Ferfcboor , ons. Bantams opper-
hoofd, gezonden, overvallen, en denM. ..
koopman, Gillis Michtelszoon, door hem 20onlcen
ten handel aan land ontboden, fchendig *
vermoordhad, waarop de Heer Ferfcboor
den ii>f|en dito een chaloep met v o l le n
ammunitie, en Samuel Blommart als bevel- ßlom-
hebber daar na toe gezonden had, om onze mart.
kooplieden met hunpe geßeenten van
Succadana te ligten j hy quam den 13 Juli
weer op Bantam , met tyding dat Hans
Roef vyf.dagen.voor hun komß , alzoo
hy zieh daar niet langer vertrouwen dor ß ,
na Patani vertrokken was.
In ’tbegin van ’tjaar iöop. blykt my,
dat de Heer Samuel Blommart, opper-
koopman met de chaloep de vliegende
Draak op Succadana gelegt was, om
hier als Opperhoofd onze zaaken waar te
nemen. Hy kreeg in Maart laß om we-
gensden diamant-handel een verbond zoo
met den koning van Banjar Maffin, als
met de koningin van Landa, die den koning,
haaren gemaal, in Januari uit ja-
loezy had doen ombrengen, te maaken.
Den io flc“ September 1710. quam hy
van hier met het jagt de Vliegende*
Draak op Bantam, en verzogt, na dat
hy nu een fraaje party diamanten by een
verzamelt had, om zyne verlofling, alzoo
zyn tyd, o f verband om hier te leggen,
uit was.
Hy was by een berigt, in ’tjaar 1709.
gegeven, vanoordeel, datTeyen, (een
plaats in de rivier van Lauwe, van waar
een rivierken na Landa loopt) Sadong,
( Bcnoorden Sambas, onder den koning
van Borneo ßaande , en van waar men
in een dag over land na Landa gaan kan)
Manpana (Bezuiden Sambas) en Borneo,
de beße handelplaatzen hier waren, hoe-
wel hy Sadong nog voor beter keurde.
Hy zeide o o k , dat op Sambas veel
flegt goud, als mede bezoarßeenen vielen.
Hy had daar op de laatße plaats
eenen Pieter Hartszoon gelaaten, om den
handel van Landa waar te nemen, en
ook vernomen , dat ’er ontrent Sambas
een rivier was, die zieh met een fpruit
in de rivier van Landa ontlaß , längs
welke men dus zeer gemakkelyk op
Landa komen kon.
Hy verhaalde, dat die van Sambas en
Landa te dier tyd met malkanderen in
oorlog waren, en dat in de eerße plaats
de ryß veel beter , en tot minder prys,
dan wel tot Succedana, te bekomen
was.
De Heer Blommart had ook een brief
van den Heer Princc van Orangie bekomen,
om dien aan den koning van Borneo
(te weten dat vlek in ’tN . gelegen) te
behandigen, enook laß om met den koning
van Banjar Maßin een verbond te
maaken , twee der grootße ryken hier,
van ’t welke *t eerße aan de N . kant, en
’ t ander aan de Z. kant van dit eiland gelegen
was.
Den zz&ea April had men met een jonk
vanGreffic hier berigt gekregen , dat die
van Palimbang van . voornemen waren,
om met 40praauwen hier te komen, en
om dan Succadana, en den diamanthandel
onder hun gewelt te brengen. Wy
verzogten toen aan de koningin van Landa
wel ( na aanbieding van hunne rivier met
een van onze jagten te dekken) om van
alleEuropifcheNatien hier alleen te mögen
handelen, doch zy gaf tot ant woord,
dat haar land van Landa en de rivier de
Lauwe voor yder een open fiont, om welke
reden zy met ons in geen verbond wilde
treden..
In ’tmidden van ’tjaar 1609- was de
Heer Blommart van Succadana na den koning
van Sambas getrokken , en ’er den
iß«» Juli gekomen, hebbende verder met
den zelven gefproken , om een verbond
wegens den diamant - handel te maaken,
ten welken einde die vorß reets met den
koning der Wilden (daar eigentlyk de
•diamanten vallen) daar over hadde doen
handelen , die ook tot een monßer een
diamant van tuflehen de 30 en 40 caraat
medegezonden had , nevens een berigt,
dat daar veel ßeenen van 4 tot 24 caraat
vielen j een handel, waar op toen de
Portugeezen ook ßerk vifchten, die zieh
ten dien einde met die van Borneo reets
vereenigt, en zieh daar vaßgemaakt
hadden.
Ondertuflchen maakte de Heer Blommart
dit Verbond met den koning van
Sambas.
Eeuwig Contraft, ende Ve r-
bond van wegen de Hoog Mögende
Heeren Staaten Generaal der Per-
eenigde Nederlandze Provintien , zyn
Princelyke Excellentie, ende de Heeren
BewindJdebberen van de zelve
Landen , traffiquerende op Ooß-
indien, ter eenre, ende den Doorlugtigen
Koning van Sambas , ende T/^
omieggende Plaatzen op ’t eiland
Borneo, ter andere zyde, gemaakt
ende vaßelyk beßoten het naar-
volgende.
IN den eerften is gecontrafteert, dat < ^ y erbon(i
Hoog Mögende Heeren Staaten Ge-mct den
neraal, zyne Princelyke Excellentie, ende koning
de Bewinthebberen den Zeer Mögenden^“ Sam-
Koning van Sambas , zyne onderdaanen, ,t jaar
ende landen, zullen belpen befchermen, je? 1609. ge-
gens alle geweld9 ongelyk, ende invafien te maakt,
water ende te lande, die hem door de Span»
jaarden ofie Portugeezen zouden mögen aan*
gedaan worden.
I I.
Ende by zoo verte yemant van buiten den
Koning in zyn land quame aandoen eemgen
oorlog, zullen de Capiteinen ende Qecom-
mitteerden der Vereenigde Nederlanden
tot Sambas reßderende met alle hun volk en
, mag de zelve refißeren , ende den Koning
van Sambas ajjifieren^ zoo veel bet mogelyk is.
I I I .
By zoo verre die ^«»Sambas elders buiten
hun land eenigen oorlog ofte entreprije
aanvaarden , zullen de voorfz Capiteinen
ofte Gecommitterden , met haar magt te
water of te lande niet gebouden zyn eenig
bebulp te doen.
I V.
Hier tegen zal de zeer mögende koning
van Sambas, ende zyn onderdaanen, waar
onder begrepen ward Mompana , Landa,
ende alle andere landen , die onder zyn ge-
bied fl aan, die van de voorfz Provintien,
als Gelderland, Holland,Zeeland,Utrecht,
Vriesland, Overyflel, ende haare Gealli-
eerden, van devoorfzPxo\'vxiitT\ commijfle
hebbende, in zyn land verleenen vryen han-
del9 ende fuffijante vaftigheid9 daar hunne
perfoonen en goederen in goede bewaaringe
mögen zyn, ende de zelve befchermen tegens
allen, ende iegelyk, zonder dat zy lieden,
ofte burme goederen , zullen befwaart worden
met eenige laßen j maar haare goederen
vry uit- ende invoeren zonder eenigen toi, ofte
andere ongelden te betalen.
V.
Desgelyks zal de voornoemde Koning de
geenen, die commiße van de voorfz Provintien
hebben , vry in alle zyn landen laaten
handelen , als Mompana , Landa , ende
voorts heel tot de W ilden, daar de diamanten
gevifcht worden , zonder dat van zyne
onderzaten de zelven eenige verhinderinge ofte
overlaß aangedaan zal worden.
Z a l van gelyken de hooggedagte koning
van Sambas, ende de zynen, niet toelaaten
ofte vergunnen eenige bandelinge , of woon-
plaats, aan eenige Spanjaarts, Portugezen,
EngeUchen, Franfchen, ofte andere Eu-
ropifebe Natien.
H h 3 Fan