
,, de Holländers tot myn hulptcverföe-
,, ken , voorgenoomen hebbe. In ge-
j, valle u Majeileit daar toe verftaanwil,
>, zoo zal ik myn Land voor eeuwigtyk
j, aan uw Land verbinden.
9, Gelieft my dan 3 Schcepen9 en 200
99 uitgelefene mannen, die wel met Ge-
,, fchut Weten om te gaan, tot hulpete
„ leeveren, en in Tonkin te laaten toe-
,, komen. 1k zal myn bloedverwanteft 9
„ en naaftc Edele Soldaaten.1, met fo
,, Galeyen , daar nevens ordonrieeren ,
9, om defe luiden tc water tebeoörlogen.
9, Als dan zal ik 00k regt op dietydmet
,, alle myne magt over Land aldaar aan-
„ komen, om Zoo gelykerhand vanbei-
9, de zyden de plaats (¿uinam te betrce-
99 den, eh te vcmielen.
9, Zy-lieden fietide 9 dat de Landen
9, van Tonkin» en de Holländers haar
„ gefamentlyk op ’t ly f \Villen komen,
9, zullen zig , zonder eenige tegenweer
9, te bieden, uit groote fchrik van zclfs-
9, confumeefen 9 en verloopen. UMa-
9, jeileit zal Gen, dät dit werk zoo kort,
,, als in eens om te fien, verrigt zyn Zal.
9, Ingevalle u Majeileit daar toe refol-
„ veeren wil, zal ik de weldaad grooter
„ achten, als alle bergen* grondelyket
als de Zee* eü die in eeuwigheitnim-
mermeer vergeeteri. Alle onkollen
,, van Viftualiei als anderfins, die daar
,9 toe geguaileerd Werden, wil iklibe-
,, rpal betaalen, tot 2 a 500000 Ryxd. toe:
9, Want als wat daar in werd gefpendeerdj
,, en verloren gaat, my ganfch niet en
9, vcrveeld. .
2 S
,9 Daar eh boven Zal ik u dat Land,
9, met alle de zielen, die daar in woo-
99 nen, endaaronder fortqeren, fchen-
„ ken , mitsgaders alle inkoomen , en
9, vrugten , d ie 'd a t Land opbrengt,
,, zullen uwen wille onderdaanig zyn.
„ U w volk zal aldaar blyven Woonen*
,9 en haar fortificeeren, en ontfangen,
*t gecn ’ t land opbrengt: want ikhetj
9> u gegeven heb tot dankbaarheit van u
9, Majefteits hulpe.
9, Dat uit myne eergierilleit doe, be-
9, loove, en yolbrengen, en daar (dat
„ verfeekefe ik) niet een hair aan vcr-
9, fchillen, nog ontbreeken zal.
9, Dit is de grond van myne meening,
„ gelieft u Majeftit daar toe te bewilli-
9, gen, innerlyk verlange ik, om zulx
,9 te verftaan, en wenfche haaftelykant-
9, woord daar op te hooren. Dat bidde
9, ikandermaal, ’t geene ik gefegt heb,
„ zal niet faljeeren. Dit myn doen,en
9, voorflagzou können gehouden en ge-
,9 nomen werden, zoo als myn uitge-
9, fprookene woorden niet flandvafbg,
9, maar pluimftrykers wyfe gefegt wa- \fyji
,, ren, dat ik met andere Landen ver-
„ eenigd was, en geconfpirecrd had de
39 Holländers alfoo bedriegelyk te ver-
,, nielen, en haare ammuhitie van Oor-
9, log Zoo t’myWaarts te neemen. In-
,, ge valle dat zo o , en myne meening
„ als voorfz. niet opregt en zuiver is*
„ Zoo moet my de groote Godt ftraf-
9, fen. De overvlöedigheit van defe my-
„ he meening en kan alles inet de pen-
„ ne niet uitdrukken. Maar den Godt
„ is myn getuige, dat ik in defen Brief
„ ppregtelyk aan u Majeileit gefchreven
,» hebbe. , . .
,, Ik vereere ¡u Majeileit 20 llukswit-
,'9 te breede Hokjehs.
3ie Jadr, j-de Maan, 8Äe Dag.
In het läatllc van ’t jaar 1657 werd'de
Heer Hartfink weer hier na toe, met het
Schip Sandvöord over Tayouän en uit
Japan, gelöndehj en de Heer Koekebak-
kergtS hem toen vveder een hieuwe In-
llruelie mede.
Inß'ruftie voor den Koopmah
Karel Hartfink , en defs
Raad van ’/ Jacht Sand-
voordy vertrekkende van hier
wer Tayouan na Tonkin, tot
n/ervolg des handeis in gemeld
RyL
” *p\Efen aanllaandeh ihorgehilond, Iniirüc-
” ¿00 Gods weer en wind het toe-
” laat, mitsgaders de mönilering van ’t jcn'
” Volk, en de vifite van ’t Jacht by de Heer
” Japanfche Bohgiois of Regenten ge- Hartfink
” daan zynde, zult onder zeyl gaan, en med6
” in de naam des Heeren uw cours llel- gegeven:
” len bewellen Meaxima na de Rull van
” China, tragt ende de Eilanden van On-
’’ couw, ofStormbaey, gelegen op de
” hoogte van zy graaden, aan boord te
” krygen, en behoorlyk verkend teraa-
” ken.
” Welke Eilanden* of voorh. Kuli*
” verkend zynde, zultvandaar, bymoy
” weder, na de Kuli Formofa overllee-
** ken, om benoorden Gylem, o f ort-
” trent de Zand-duynen te mögen ver-
1 vallen* in ’t overllceken altyd gifling
” en calculatie makende twec. vloederi
’’ vooreenebbe; dogbyaldien hard we-
” der o f Horm quam te beloopen» werd UL
” ten hoogllen gerecommandeerd, lieh
” niet van de kull van China af te bege-
” ven, maar onder den hoek van Sabouw 9
” Engcling of eenige andere, bequaame
” Bueien, ten Anker teloopen, en al-
n daat
daar goed weer waar te neemen. In
’t aandoen van dito kull, ofterRhec-
de loopende, werd Ul. ten hoogllen
gerecommandeerd, wel op uw hoede,
flagvaardig, en op ’t geene voor Branders
noodig is» verdacht te zyn, op
dat van Roovers, o f andere trouw-
loofe Chineelen, geen ander ongeval |
onverwagt töegebragt werde.
” De kull van Formola aan boord kry-
gende, zult de zelve niet nader alsop
12 vademen aangieren, als mede niet
verder als op 30 vademen ter Zeeloo-
pen, altyd goede zorg dragende zoo
t>y dagen als by nagt, ’t lood niet ge-
(paard, maar gelladig gebruikt werde,
alfoo dit by duillerendeyGg wee-
der, dat men in dezentyddesjaars aldaar
continueel ontmoctcnde is, uwen |
eenigen wegwyfer wefen moet.
>r Wat ordre» o f feynen, by den Gou-
neur in Tayouan voor deSchepen van
Batavia, als in ’t Noorder MoulTon
van Japan körnende, ten dienit van de
generaale Compagnie zyn beraamd ,
werd de copye van dien nu mede ge-
geven, . waar na Ul. in ’t aandoen van
de Rheede van Tayouan geheelykfich
hebben te rcguleeren. Het vöorbyof
misdryven werd Ul. ten hoogllen gerecommandeerd
j by welk toeval of
voorby geraaken (dat Godt verhoede)
zult niet vreesagtig, of befchroomd
welcn agter den hoogen hoek van Tayouan
ten Anker te loopen, yan waar
met goed weder in twec getyen opla-
veeren, en onder ’t Noorder R if na
wenfeh ter Rheede komen konde.
” Ter Rheede voor Tayouan wefende
aangeland, zal door Sr. Hartfink defe
onle nevensgaande mifllve, met de ver-
dere bygevoegde papieren aan de Ed.
Heer Gouverneur Johan van der Burg,
zonder eenig verlet van tyd, werden
behandigt, op dat gemelde zyn Ed.
niet alleen het gebeloigneerde alhier in
de Negotie, Zulx Ul., volgensdege-
houdene difcourfen , volkomen ken-
nelyk is, maar 00k het voorgevallcne
in Tonkin, behoorlyke onderrichting
en mondelinge communicatie mag werden
gedaan, en zal UE. aan gemelde
Heer Gouverneur verfoeken , goede
partye goud wefende in voorraaa, en
’t zelve zonder vermindering van des
Ed. Heers Gouverneur Generaais eifch,
en veragtering van den Perfifchen, Su-
ratfen, en Choromandelfchen handel,
können werden afgeileeken, dat met
de valido van ontrent defe 8 a 10, al
was het tot 12000 taylen, om alfoo
een gedeelte van mede genomen contanten
capitaal te gevoeglyker können 1557.
fluiken, en des Konings, Princen, als
andere principaalfte Heeren afperffing
der contanten te mögen ontgaan, maar
’t principaalfte tot procure en bekoo-
ming van grooter partye fyner en be-
ter Zyde, mitsgaders civieler pryle,
als van voorn. Koning, en andere
Heeren mogte gerieft, en geaccom-
modeerd werden.
” By milfive van dato 17 Augußypas-
fado, advifeert voorn. Heer Gouverneur
van voornemen en refolutie te
wefen , de Jachten Kleen Breedam-
me , en Wätcrloofe Werve , in de
maanden van Maart, April, en May,
tuftchen ‘t Eiland Aynam, en de valle
kull van China, op onles algemeenen
Vyands Vaartuig , de Portugeefen ,
om haar Zyde retouren te mögen in
bekoomen , te laaten kruiften ; dog
Contra ftaat te beduchten,- ja vaftelyk
aftemeten, zyn gemekie Ed. (zynde
om Scheeps-ruim tot overvoer der Va-
derlandfe Cargafoenen na Batavia, verr
mits het fpade vertrek der S.cheepen
uit Japan ten hoogllen verlegen enbe-
noodigt geweell) de zelve, nevens andere,
ten fine als vooren , mede zal
hebben verfonden.
” Zulks dan zynde, zal Ul. van 2yn
Ed. verzoeken, en in con'fideratie ge-
ven, gelyk wy over defe zaak mede
zyn advifeerende, dat een Jonk, die
Ul. zoudt oordeelcn in ’tvoornoemde
vaarwater, zoo tot ontdekking van
dien, als af breuk van onfen \ yand te
gebruiken, bequaam te zyn , nevens
’t Jacht Sandvoort derwaards mögt
werden geiargeerd, waar aan wyniec
twyffelen, allbo gemelde zyn Ed. ten
vollen en genoeglaam kennelyk is, wat
de generale Compagnie, dat eenmaal
’t vaarwater daar ontrent werd ont-
dekt, en bequaame rendevous-plaatfen
vbor de kruiflende Jachten werden on-
dervonden, ’eraangelegenzy, temeer
de Tonkinfe Koning, völgens Ül.
gedaane Rapporten rondelyk dccla-
reerd, dat in geener maniere o f wyie
zoude o f wil toeftaan, dat by iemand
zyn Rivieren, Havenen, en Rheede
werden gevioleerd , en onveilig ge-
maakt.
” By uitfetting van voorn. Jach ten, o f
wel eenige Jonker», ten fine hier vooren
verhaald, zullen ons in defen niet
onderwinden eenige ordre te geven,
alfoo met geen fondament (niet we-
tende wat macht gemelde Heer Gouverneur,
volgens Tayouans conftitu-
tie, daar toe zou mögen goedvinden
C z „ tc