
icheidcn, en driemaal ’s weeks op Don-
detdag, Zaterdag, en Zondag, een A-
yond-Gebed te doen , en de Gemeinte
te catechizeeren.
• Hier voor trekt hy, zoo hy eengroote
School heeft, zes, en zoo hy een klein
School heeft , vier Ryksdaalders ter
maand', behalven dat hy gemeenelyk als
het roer van ’t fchip, o f de naafte aan
den Orangkaja , in veel Dorpen, en
voornamelyk op.Geram is : | want als ’er
wat te Fchryven, o f na ’t £Ioofd-Kafteel
bekend te maken valt, dat werd meeft
door de Meefters gedaan.
Het getal Z-oodanige Dorpen nu zyn ’er in de
der vyftig, daar Meefters in zyn , - buiten
Schoden welke; nog een Oppermeefter aan ’t
Meeftfr. Kaftf el is \ -die ’s Zondags als Voorleren.
zer den Dienft doet, in de week op de
Avond-Gebeden paft, en nu en dan ook
Wel eens na de buiten Dorpen gaat zien,
waar voor hy acht Ryksdaalders ter
maand trekt.. Zoo plagt ’er ook een op
Honimoa tezyn , maar dat is , uit zui-
iiigheid, al mede den zoften February in
’t jaar 170z. door haar Edelheden afge-
fchreven, eri die is ’er nu in ettelyke ja-
. ren niet geweeft.
De Dorpen , daar Meefters leggen,
vcjtoonen wy alhier in defe volgende
L y ft, waar in men ’t getal der Meefters,
met de namen der Dorpen, Schoolen,
Chriftenen,.Rinderen , en Ledematen,
200 van ieder Dorp, als *t getal in ’t
geheel, ziet, zvnde het eene jaar wat
minder, het andere wat meer geweeft.
Uit het werk nu, dat ’er te doen valt,
en uit het klein getal van Predikanten,
dat ’er doorgaans, tegen zoo grooten
getal van Chriftenen, en Schoolen, geweeft
is, kan men zeer licht begrypen,
dat dien oegft veeltegroot, tegen zoo
kleinen getal van arbeiders, is.
Het in- Voor dezen Dienft geniet een Predi-
komen kant, ’t zy hy Maleitich predikt, of
Pre/Cn D*et *- cvcnvce^ > dan dat de Maleitfche
kant.1' Predikant voor al zyn reizen , rptzen,
onkoften, o f ?t afflonzen van zyne klee-
deren, voor ’t zoo menigmaal in ’t ge-
vaar ftellen van zyn leven, en ’t verlip-
zen van zyne gezondheid door zoo moe-
jelyke togten, twee laften Ryft meer,
dan de Nederduitfche Predikanten, trekt.
De földy van een Predikant be-
draagd in ’t jaar /1200-0-0
Zyn koftgeld,ä10. Ryksdaald.
i ’s maand, dus in ’t jaar /zp8-id-o
Zeven kannen wyn’s maands,
ä ieder ¿Ryksdaalder, dus/ioo-id-o
Zeven pond kaarilen,ä 14. ftuiv.
’tpond, ’s maands, komt/ f8-i<S-o
Twee kannenOlyven-olie,ä z.
gülden ider, dto / 24-0-0
/1682-8-0
Twee kannen Hollandiche a-ßi68z-8-o
: zyn, a iz . ftuivers yder / 14-8-0
Drie kannen Lamp-ohe , ä f
Ryksdaalder de drie / 14-8-0
Ses Ryksdaalders huishuur ’s
maands /172-id-Q
ßrandhout, twee Ryksdaalders
s maands • / 7*7-12-0
’t Geen te zamen maakt. / ip y - i z
Hier by de twee laften Ryft»
ä 30. Ryksd. of7z. gl.yder/ 144-0-0
IN a verloop vsn de vyf eerfte ja-
ren werd hy verbeterd ä 20*
gl. ter maand meer. Dus in
t jaar ff / 240-0-0
Vry water ä*Ryksd, ’s maands/_ 14- §'-ö
Ditgelykt wel veel inkomcnT ~’
“ °g> getroud zynde, heeft hy
’ t vahnooden, / 2320-0-
De Predikanten plagten bevorens nog
i Ryksdaalder voor ’t leeren van een
Leerling te hebben} dog de Heer Cojett
nam dit D. Bierman in Banda af, en ze-
dert hebben al de Predikanten dit hier
gemift. Had die goede en zuinige Heer
op de Predikanten, het liever op andere
zaken gezogt, en ’t Kafteel Kidtoria wat
hegter getimmert, het zou de E. Compagnie
zoo veel duizenden naderhand
niet gekoft hebben. Ik zwyge van veel
andere zaaken, die ik onder my hebbe,
en maar laat beruften, om niet bitter van
geeft te fchynen.
Een Predikants Weduwe trekt, m Hctink>
na zyn dood, eens f 106-0-0 ®envan
Een vadem brandhout alle een Prev
maand - / J7. I2.0 ^ „ .
V 1er kannen wyn, weerdjg ter we, en
maand 4-16-o dus / f 7« 12-0 van d’in*
Koftgeld alle maand f i Ryks-
daaldrr - _ ^'^öuder-
/ 161-4.-0 ling.mits-
/ 37<S-8-o Sadefs
J J/ • wat een
De Inlandie Ouderling , die met den kanf* by
Predikant mede gaat om de Kerken te zyn
bezoeken, trekt komft
Een half laft Ryft, via“ ?
Vyf-en-twintig pond Vleefch, der-
Vyf-en-twintigditö Spek, waards
Zeven Fleflen Knyp , ofArak. .
Ook krygt een Predikant op deze of
gene buiten gemeene reizen , van Batavia,
en by zyn vertrek derwaards, nog
wel eenige voorraad van wyn, kaarflen,
fpeceryen, enz. buiten. Dog dat is van
weinig belang, gelyk men hier ziet.
Extraft
Extra& uit de Faftura van’t fchip
Y'flelmonde. van BUmvia, van
zoodanige'Vioviiisn , als ’er-in
^ dezelve, tot Extra Provifie van
■ den Predikant de Hr. Nicolaas
GroeiievrQat>verJlrektis> S
Als:
i. Poiid geforte6rdeTSpeceryeri.; T
iz . Kannen Sek-Wyn.
iz . dto Franfche Wyn.
10. dto Hollandfche Azyn.
. 20. -Pond Hollandfche Boter.
i j Bos Waskaarflen.
Amboina den ii'den Maart i 71 i .
Wanneer eeri Predikant op een tocht 1
na de buiten-Kerken gaat, werd ’er de.
iiavolgende Wyn en Brood tot de be-
drening:van het. H. Avondmaalvereifcht.
Wyn Brood
it veA VoorCerani. iz . kannen 1 .Ryksd.
Wynen HonimOa iz.dw \t. dto .
Brood Oma . IZ* dto . i; dto
tdoe“ b ewd.1ie i ’tK• a• ft. Vic1-9H
ning vaa - *oru. 5 en if.
’tAvond- Leytimor, 30. dto z. dtp .
maal ia Boero , Ma-
Amboini - nipa, en^_^_dt9_ . .fdto
van noo- kannen y6i H Ryksd; ft.
den heeft.
Men neemd die Wyn, na dat men die,
op een Ordonnantie aes Landvoogds van
den Opperkoopmanbekomen heeft,in een
Ryskelder, gelyk ook ’t Zilverwerk van
de Kerk tot de bediening van ’t Avondmaal
behoorende (beftaande in een zilve-
re fehotel, en twee zilvere bekers) en ’t
brobdfwaar toe de Kerkmeefter ’t geld
geeft, en dat men bakken laat, mede,
en men bediend zieh daar af in ieder
Dorp'tot de bediening van ’t H. Avondmaal;
- De Nederduitfche Gemeinte, fchoon De ftaäi
de grootfte aan ’t Kafteel, is niet zeer *jerH®*
groot , beftaande , buiten den He^
Lahdvoogd, zynen Raad, en de Heeren meinte \
Predikanten, mitsgaders de andere Com- hier.
' pagnies Bedienden, en de Borgers met
hunne vröuwen (hoewel de Zoldaaten
mede een vry gröot gedeelte uitmaken)
na gifling zamen uit ontrent duizend per-
zoonen, hoewel de helft van dit getal niet
in de kerk komt.
De/Nederduitfche Ledematen zyn wat En der
pver de honderd in getal i dog daar ver- Ledernst
fchynen -’erleiden zoo' veel. ten.
De Inlandfche Ledematen ziet men in
de Lyft van de Meefters en Dorpen ,
zoo als die hier volgt? even na myn Ker-
kelyk bericht, in Oftober en November
1708. gedaan.
Aan ’t Kafteel komen .van deze Inlandfche
Ledematen ftyf twee honderd
aan de Tafel.7 .
- Om. nu te zieh j hoedanigen bericht
van den ftaat der? Kerken -en Schöoleri ,
een Predikant, die de bezoeking waar-
genomen heeft , ge\yoon is aan den Heer
Landvoogd , en zyneii Raad , bver td
geven , hebben wy ’er hier m'aar een*
tot een voorbeeld, bygevoegd.
D E R D E -tL Q O J D S t Ü K.
BEricht van een Üezoek der Kerken en Schoolen op Leytimöf. Päflb Baguwäla, Soe*
li, en Thiel, Way, Larike, Alang, Lilyböy, Hatoe, Soya, Hatala, Na-
ko , Kilang, Hoekorua, Erna, Leahari, Roeton, Hoetoemoeri, Mardheyka*
Sbya beneden, Halong, Noeflanivel, Latoehalat, Hative. Körte ßaat der Kerken
, en Schoolen.M j<
Bericht
van een
bezoek
. der Kerken
en
SchooleQ
opLeyti-
mor.
Paffo Ba-
guwala.
Rapport van een Vifite ¿er Kerken
en Schoolen op ’/ Land van Ley timor
yf~zöp aan de overzyde des-
' ^ zelfs î als'op V gebergte , gedaan
■ - door den Predikant, François Va-
^ kntyn j en den Inlandfchen Ouderling
, Chriftoffel Lukaftbon , in
de maand Oftober en November
des jaars 1708 ; fig
P Woeiisdag den 17^0 Öftö-
ber vertrokken wy na de Pas
de midaag aan, en be- O
Baguwala , quamen daar ontrent
zogten na de middagdeScholle,.in welke,
onder ’t opzigt van den Meefter *
Julius de Lima, een getal van 69. Linderen
by de R o l; dog van dezelve maar
f 3 . tegenwoordig vönden* van welke
14. Zeer wel geoeffend waren in den
1 ichtitzaar.
8. Deseelyks in de_kleine Vragen.
14. Die zeer wel lazen.
12. Die redfclyk lchreven; .
En wat hei: zingen aangaat, dat was iii
het gemeen vry wel 3 maar vbnden ’ef in