îkan
Batoc.
Warna
.Warna.
V E 4 4 * R B A N D EL I"n G e s r.
ftaart to e , al* de vlammen van een ver-
keer-bord zie t, boven eerft een Orangie
•met ’t fcherp na ’t midden , dan een
blaeuwe met ’ t fcherp van de vlam na,
boven, dan eenZee-groene met ’t fcherpi
weer nabeneden, en dan een Purpre met
’t fcherp na boven gaandc. Dan weer
een Orangie, een blaeuwe, cn Zee groene,
dan een Orangie, blaeuwe, en Purpre
, dan een Zee - groene, Orangie, en
blaeuwe, dan een Zee-groene, Purpre,
en blaeuwe, en dän weer een Orangie
Zee-groene, en blaeuwe vlam, die zieh
alle met roode lyften vertoonen , en met
hare fpitzen onder en boven tegen en in
malkandren fluiten.
Beneden zyn ook zulke vlammen , beginnende
van den, kop a f, met een Purpre,
blaeuwe, Zee-groene , en Orangie j
daama een Purpre blaeuwe, Zee-groene,
en Orangie, en dat zoo vier aan vier ver-
volgens , gaande de zelve vlammen zoo'
tot aan de ftaart toe.
De boven -vin is zeer lang , byna tot
den ftaart, boven donker-Zee-groen, onder
licht -Purper , en in ’t midden met
een roode fchey-ftreep, onder een blaeuw
e , en boven een citroen-geele zoom j
dog voor aan een lange blaeuwe doorn
hebbende.
. De onder-vin is ook lang g dog korter
als de bovenfte.. Zy is buiten donker-
Zee-groen , na beneden toe tegen *t f f f
citroen-geel * met èên roode ftreep in ’t
midden en onder, een citroen - geele
buiten - zoom , en voor aan met een He-
mels-blaeuwe groote doorn bezet.
De fchey-band by den ftaart , en tuf-
fchen ’t ly f , beftaat eerft uit een iinalle
roode, en daar tegen aan , na den ftaart
toe, uit vier Purpre halve bollen , met
een langer en langwerpige boven uitfte?
kende in ’t midden, alle zwartgezoomd.
En even zoo een zoom van zulke kleene
Purpre bollekens is ’er ook agter.
De ftaart is citroen - geel,met zwarte
graaten bezet.
No. 30p. Ziet men den Ikan Batoe
Warna Warna , dat is , V veel-verwig
Klip-Vifchje, dat ongemeen ichoon van
teekening, van gedaante als een fraeje
Bo t, en zeer lekker van fmaak is.
Debek is boven donker-Zee-groen,
rood van zoom (met een rood bolleken
op dat Zeergrpen, en de kop daar verder
Zee-groen oploopende, tot aan den rüg)
dog beneden Orangie , waar na zig een
citroen-geele dwars-band, met roode
lyften, en daar naaft nog zoo een blaeuwe
met zulke lyften van boven tot beneden
toe vertoond.
Het 00g ziet men op die geele dwars-
band , zynde Orangie-rood van appel,
en zwart van buiten-kring.
. Daar na vertoond zig tegen den kop
aan, outrent de middel-vin , en pas ’er
boven, een Orangie-binnen 5 en z q q een
breeder buiten - ftrcck , met een roode
zoom ieder, zoodanig, dat de eene ftreek
buiten de andre.omgaat.
Het ganfeh iy£ is verder fchoon Zec-
groen -, met twee langwerpig-ronde Purpre
rood gezoomde banden , die over-
langs in ’t rond loopen -, de eerfte rond*
| om een Zee-groen veldy rondom de mid-
del vin.
Daar na vertoond zig na agter om weer
als zoo een Zee-groene van voren. af
rond-gebogen band, die pas beneden de
Purpre aan den beneden kant weer tegen
de middel-vin komt. En dan nog zoo
een grooter Purper breede band o f bogt ,
beginnende boven by den kop, en die
rondom ’t geheel lyf, gaande onder weer
tegen.den kop aan, komt.-
De vin tegen ’t ly f is Hemels-blaeuw,
onder tegen ’t lyf rood en citroen -geel
gebandeerd ; en de onder-vin, en de
twee tanden ’er pas onder zyn ook van
de zelve verwe.
De boven - vin voor aan , is Orangie
met vyf Zee - groene dooms. De agter-
vin is daar fcherp toe-, en agter breed
rond uitloopende, zynde boven Zee-groen,
met een fyne zwarte boven-zoom, bene-r
den Purper- tuffchen .twee Orangie zoo-
mên , en buiten met nog een fraanjé-
zqom bezet, gaande van de gedoornde
vin tôt aan den ftaart.toe, datmenvande
buiten fraanje van de onder-vin zoo even
eens ziet. g
De onder-vin agter is even eens van
verwen, als de boven - agter - vin, na de
buiten-kant Zee-groen , en na ’t lyf toe
Purper j dog rondom de vin loopt een
roode zoom , en in ’t midden een Orangie
ichey-ftreep.
De ftaart (die zig als ëen waejertje vertoond)
is van ’t onder-lyf (dat voor een
kleen gedeelte Orangie is,) door een
rooden band afgefcheiden. Verder is zy
Zee-groen , met twee regte breede, en
drie imalle zwarte dwars ■; ftreepen, hebbende
aan weerzyden ook zoo een zoom,
en dan buiten eerft met een breeder blaeuwe
zoom , met fyne zwarte lyften j . en
dan nog met een geele en zwarte fraanje
’er buiten tegengefloten zynde. .
N®. 310. Vertoond bns den Ikan Baioe
Panggirgadji, datis, een Klip-Fifchje9 dat
z y , na de Zaag op zyn rug, het Zaagert-. panggir-
je noemen. gadji.
Het is een kleen lekker ViicHje, rood
van binnen, en Zee-groen en rood van
buiten na den kop toe, en pas daar agter,
rondom de bek , ziet men zeven roode
bollekens, hoedanig eene men nog by ’t ,
00g ,; na de kant van ’t ly f toe, en nog,
twee
Ông'emeenè VISSCHEN van Á A4 B Ö î N A. *44'j
twee citroen-geele met roode halve ron-
Hen in *t midden tegen een, cn nog zoo
een by de rug na agteren toe ziet. ■.
Het geheel ly f isjicht Purper , uitge-
nömen een langwerpig"half rond boven,
en zoo' een ook berieden. Het laatft heeft
beneden naaft eeri vier, en ’er boven nog
drie Orangie bollekens, met een rooderi
band boven tegeri ’t Purper lyf geteekend.
Het-bovenfte Zee-grderi is rondom in
een Orangie zoom beiloten, en in ’tiriid-
den heeft mert op de Zee-groene grönd
een Orangie ftreep j die een duith breed
ovcrlangs loopt. Nog is ’er een groene
ftreek een ftroo breed, en een halve vin-
ger lang, met Orangie en Zwarte fyne
buiten-zoömen , : die van den ftaart ä f tot
dicht by de middel-vln lböpert dogby
den ftaart vettoönd zig nog een rondeel,
■ als een groote ilagel, Zee-groen met een
rooden zoom, enkel tot fcfteidingvande
ftaart, en ’t lyf dienende.
Het 00g is Zee - grderi, beneden met
een rood half rond, dat een zwartenbui-
t; teri-zoom, en boVen äan fchuins ’er tegen
een Orangie bo l, met een Zwarte zoom
en nog zoo een ftreekje op ’t Orangie
heeft, bezet.
Op de rug vertoond zig een zaag van
een halve vinger lengte, die aan weerzyden
vol tanden, Zee-groen na den kop,
•rood na den ftaart, en ook boven daar nä
toe gebogen is.
De boven- en onder-vin is geel, met
een roode buiten- j en een fyne zwarte
binnen-zdotri.
' De ftaart isf geel met zwarte graaten,
ter zyden met roode lyften, agter met
een fynen zwarten zoom, en met een dichte
Hetnclsblaeuwe fräanje ’er buiten.
HÄ is een moy bol langwerpig-rond
Viiclijc j hebbende een dikken kop , en
den bek,- als Ceh Papegaey.
■ j^an . N°. 311. Geeft ons den Ikan Mantrt,
Mantri. dat is, de Raadsheer-Vifch te zieri. Deze
is als een groote. Haring van lengte en
gedaante , en Purper van bek, met thien
Orangie bollekens'’er rondom na de binnen
kant. Verder is1 de kop Hemels-
blaeuw, e n ’t 00g als een räd', beftaande
uit drie roode, endriedonker-Zec-groene
vellingen, die zig als blokjens vertoonen.
De appel is ook donker-Zee-groen, en
de buiten-kring fyn , en Orangie, en de
fcheiding van den kop is;een roode ftreek.
Het lyf is Orangie , waar op zieh van
den kop , boven cn onder , twee breede
P u r p r e ftreepen, met roode zoomen, die
fchuins toe na den ftaart loopen, en' daar
tegen een komen, vertoonen.
- Op de Orangie grond van ’t ly f ziet
men by de kop ooven de middel-vin een
verkeerd z w a r t half Maäntje, en zoo een
bolleken’er naaft na den ftaart toe ,< ftaan.
Daar na komt de middel-vin^ diedori-
ker-Zee-groen met zwarte graaten is, eil
zieh met een rood vlammcken ría vóren
tbe, èn zoo een gröot merk in ’t midden
’er op vertoond, verder,tegen ’t lyf licHt
Purpei-, met roode zoömen bezet, zynde.
De vinnen ’er befaeden zyn Zee-
groene Jerusalems - vederén mçt eèn rooden
buiten zoom..
Even onder ft voorfte deél vari dezè
middel-vin ziet meri een zWárte leggende
halve Maan met de bogt na boven, daar
tía een opftàande ruit, die aan weerzyderi
zwart, èri van binnen in geel j met eeri
rood kruis daar In , en nog zoo èén bolleken
in ’t midden gecierd is. Daar ria
volgt al in eeriè rey na agteren toe : een
zwartè bòi met een geele halve búiten-^
lyft na de ftaart to e , met eeri zwarteri
zoom bezet. Dan weer zoo een ruit ¿
dog van birinen in geen rood bolleken,'
anders even èens j aog wat kleender alS
de eerfte ruit zynde.
Dan weer zoo eeri Zwart bolleken, in
alien dèelen even eens, dog wat kleender.
Dan nog zoo een ruit, als de twee-
dej dog nog al wat kíeener, eu dan nog
twee zwarte bollekens vèrvolgeris naaft
malkandcren ftaande.
Op deri rüg vertoond zig een vin , als
eên ichoon op ftaande kléen Bezaan-
Zeyl, dät fchooü Zee-groen ,’ met eeni-
ge roode Slangs - wyzé trekken tegen een
’er op, en met een groote hooge roode
doorn vóor aan voorzien is. De agter-
vin (die korter, dan de onderfte is) zoo
wel boven als ondér, vertoond zig Zee-.
groen, vol fyne zwarte graaten, en rood
van buiten-zoom.
De ftaart, die door een rooderi band
van ’t lyf geicheidçn is j vertoond zieh
fchoon Zee-groen , en met diergelyke
roode merken, als men op die Bezaan
boven zie t, met een rood bolleken ’ér
onder ontrent de rug geteekend , hebbende
rondom, en ook agter (half Maans-
wyze) een fyñen zwarten zoom daar om-
ftaari.
Het is eeri goede Viich , om hem te
eeten, en fraey van teekening. -
N®. 31 z. yertoond ons de Peniop, dat j¡<an;
is , de Trömpetter. Zyn bek is kleen en Peniop.'
rood , de kop Hemelsblaeüw en rood ,
agter ten deele Purper bÿ de fcheiding,
daar de fchey - ftreek eén roode zoom is.-
Hetoögisdöriker- Hemelsblaeüw, met
een witte Purpre buiten-kring, boven
tegen den rug aan vertoond zig een zeer
d'onker - blaeuwe vlek , van waar na deri
bek toe de kop zeer inbuigt.
Het lyf beftaat verder uit eeri ttìeriigte
breede dwars-banden , alle met roode lyften
bezet,' zyndeagt ingetal", en ver-
fmalleüde of verminderende inlengte na
K k k I