
rivieren ontrerjt i of 2 myl^n van Banjar
Maflin, tuflchen beiden onfmoet. Waar
by wy dit ganfch. eiland omgewandelt
Bomco hebbcnde , nu,nog maar weinig,. van
van wn-»t geen meo daar binnens lands heeft, te
zeggen hebben,_ alzoo ’t meeft uit fwaare
jboslchagipn engebergten, gelyk men uit
aeze onze kaart zien kan , beilaat.
By de ftadt en baai van Marudo , in
’tN . , heeft men de St. Pieters berg.
Ontrent Succadana, en Beweften ’t zel-
ve, doenzich laridwaard in de koningry-
ken Hermata, Landa, en Lava, (daar
veel diamanten en oök peerlen vallen)
met hunne groote dorpen... op , zoo als
ziich die ryken na ’t O. van ’t.W. ftrand
af uitftrekken, en Bezuiden de rivier van
Succadana vertoont zieh ’t hopg land van
Kondawanga tuflchen die rivier, en tus-
Meeft fchen die van Mandaway en van Banjar
onbekent. Maflin , en Benoprden Cotaringan, als
een zeer groot en wöeft land , van het
welke, gelyk mede van het zeer woeft,
groot, boflehagtig, en zeer bergagtig
landfchap van Marudo, aan de N. zyde
van het land, niet veel, vermits die landen
nog weinig bekent zyn , te zeggen ,
v a lt} hoedanig het al mede met ’t landichap
der Sambas, Benoorden Hermata,
gelegen is.
Men houd dewelkeren van het dorp o f
ylek Borneo, voor de rykfte van ’t eeneel
eiland, niet alleen om dat ’er mede zeer
veel ftofgoud valt 5 maar o m dat die foort
van gouaveel zuiverder, hooger, en be-
ter van alloi is , dan ’t gene men op alle
die andere plaatzen vint. Daar beneven
heeft men hier 00k veel en zeer goede
ja ( zoo men wil) de belle kamfer van
geheel Indien , en meer andere fraaje
waaren, die hier met groote winil gezogt,
en tegen kleeden fterk geruilt worden.
Deze Borneers hebben 00k ongemeene
fchoone, hegte, en groote praauwen,
waar van ’er zommige wel 8 of 10 voe-
ten w.yt, wel4o of yovoeten lang,, met
een groote tent in ’t midden, en van so
o f 40 lpheppers voorzien zynj hoedanige
men hier al veelvind , alzoo zy wat land-*
waart in groote boflehen , vol fwaare
boomen , en voor den arbeid overvloed
van menfehen hebben ,, alzoo ’tdaar van
hier over, al krioelt.
Dit is wel ’tvoornaamfte, dat wy van
dit groot en woeil eiland weten te zeg**
gen, alzoo ’t van binnen zeer weinig, en
maar hier en daar aan de ilranden bezogt ,
en bekept is. Binnen in ’tland is het vol
fwaare gebergten, en alomme met zulke
digte en akelige boifchagien bezet, dat
’er niet door te komen is.
-Men heeft in de zelve een ioort van
Aapen waar in de belle Bezoars, Aapen»
fteenen genaamt, vallen, en 00k een Ioort
van Bokken , uit welke men mede een
flegter fport van Bezoarileenen in een
groote menigte bekomt. Ik hebbe van
die Aapen gezien die ipierwit, cn 00k
eenige die pikfwart waren } 00k vallen
’er Örang Hoetans, o f bofehmenfehen,
een foort van zeldzaame Aapen, die regt
over eind gaan , in allen aeelen de ge»
daante en manieren van een menfch heb-*
ben , en aan de welke niets, dandefpraak
ontbreekt. Ik heb ’er twee levende van
gezfen, en de laatfte by den Heer Camper ^
Heere van Ouwerkerk aan de Yflel,.welke
zyn Eerw., tot Leyden woonende, nog
(zoo niet beter weet) in een fles o f pot
in liqueur te zien heeft.
Men heeft ’er van die foort van Egels,
o f ilekelverkens , waar in die heerlyke
Pedro, de Porco, of verkenfteen, valt. Mögt
men dit, land eens wat dieper onderzoeken,
men zou ’er zekerlyk' ichatten, die nog
onbekent zyn, vinden.
T W E E D E H O O F D S T U K .
W Anneerx Bornéo den Europeërs bekent voiert. Warmeer de Portugeezen hier quamen.
Nederlanders hier. Van Noord. Warwyk. Roef. Michielszoon , en
Blommart. Ver bond met den koning van Sambas i» 'tjaar idop. gemaakt. Vaak. In
'tjaar idzj. VComptoir van Succadana^/ig/. Hoogkamer hier. In V jaar 1711.
van denBoich hier m toê. In ’tjaar 1712. Gezanten van Banjar Maflxn op Batavia.
Engelichen.
ftelt, als een man, die ’er ganfch niet af
weet.j alzoo de Aurea Cherfonefus hier by
hem in ’t O. geplaatft is, daar die eigent-
lÿkBeweileri Bornéo legt. Ja al dat hy
verder van Indien op ftelt, is geen lezens
waardig.
Onder deEuropiicheNatien komen my
’er drié voor, die dit land eeril ontdekt,
of hier gehandek hebben, te wetep, de
Portugeezen,Nederlanders,enEngelfchen.
De
w 'W T T Anneer dit eiland aan de Euro-
Borndo61 \ \ / peers eerftbekent.geworden is,
den Eu- ^ * können wy niet Zeggen.'
xopeers By den landbeichryver Piolometit komt
vdert* met ^en naam van Infula bona Fortuna,
ö f ’tgoeder gduks eiland.,. yoor 5, maar
die dat eiland, en de Aured. Cherfonefus,
benevens andere landen , ’ daar ontrent,
zoo als hy die in zyn kaart van Indien
fertoont, eens aandagtig beichoüwt, zal
m n p rp n K plrp n n p n Aar n t f v n o r -
B O R N E Ö. Î4J
1,-17, De Portugeezen zyn hier lang voor
ons geweeil, en zyn de eerfte onder de
Wanneer Europeers, dien (voor zoo verre my be-
de Portu- kent is) de cerevan de ontdekking dezes
geexen eilands , dat geene der Ouden gekent
Eier qua- ^ toekomt.
De eerfte, die daar lail toe gaf, was
George Menefes, Landvöogt der Molüccos,
die in ’tjaar 1 f 17. ( in plaats van Garfias
Henrik, die ’t van den onderkoning belaft
was', maar die het geweigert had)' Vdfco
Latirens längs den weg van Borneo zörit ,
om dit eiland wat nader te oiitdekken.
Hy vertrok met eenCoraCöra, en kreeg
by dien koning; ( die by Oroßus niet al te
net uitgedrukt word) door Alfonfo Perez,
die daar fcheen bekent te zyn, toegang,
en verzogt van dien vorft verlof vöör de
Portugeezen, om in dat oiland te„mögen
handelen j om ’twelk te eer by dien koning
te krygen, hy den zelveri een zeer
koftelyk tapyt aanbood, waar in rt hü-
«To welyk des konings van Engeland met de
moeje des Keizers na ’t leven uitgebeeld
was. De koning van Borneo ( mogelyk
wel die van ’t vlek Borneo ) vraagde
heraj wat alle die beelteniflen en figüu-
reri öpdit tapyt te kennen gaven, ’tgeen
hy hem zeer klaar uitlei j maar als hy
hoorde, dat dit een koning , a)s Ky ,: en
een gekroont vorft vän Engeland was,
vermoedde hy , dat deze Portugees hem
met dit tapyt en alle die beeiden een
ouaaden trek Zogt te fpeelen, en dat hy
döbivtoovery al deze beeiden wel levehd
rirnken , en hem met zyn ganfch ryk
daar door bederven kon 5 waar over hy
zoodanig ontftelde , dat hy lall gaf dit
tapyt met ter haaft weg te aöen j eri hy
zou die Portugeezen zeer quaalyk gehandelt
hebben , zoo Alfonfo Perez , eh
eenige Moorfche kooplieden, hem geen
. nader berigt daar al gegeven - hadden.
Egter verbood hy toen de Portugeezen
om ’er te komen handelen , en belaftte
hen aanftonts dit eiland te verlaaten.
Gonfalvo Peretra, vierde Landvoögt van
Temate, gierde, wanneer hy van Malakka
vertrok , in ’tjaar 15*50. op Borneo
mede aan, en maakteby diegelegenheid
vrede met dien koning.
Naderhand zie ik , dat eenen Pedro
leixera dit eiland bevaaren , en daar van
getuigt heeft, dat hy het van den W . hoek
tot de haven van Borneo längs die kuft
zeilende, bevondenhad ontrent 200 my-
len lang te zyn , ’twelk zoo ’twaarjs,
zou ’twcl 7 of Soomylen in den omtrek
zyn. ' '
Buiten dit geval ontmoet ik in de
fchriften der Portugeezen niet meer van
dit eiland j egter is ons klaar uit andere
fchriften gebleken , dat zy van tyd tot'
tyd zeer ilerk hier op gehandelt, en
grootevoordeelen gedaan hebben, gelyk
die van Macao hier op nog fterk hande-1600.
len met kleeden, waar tegen zy zoo veel.
Peper, en andere koftelyke waaren, in-
ruilen, dàt zy ’teene jaar door ’t ändere
hier wel $, 4j o f 5 féhepen met Pepèr
van daar gevoert hebben.
De eerfte N ederlândér, die op dit. eF* Nederland
verfcheen , is de dappere zeeheld-landerj
Olivier van Noord geweeft. 'Wer.
Hy quam den 20ften December 1 fiodi
mét ’t (chip Mauritius in dé groote baai
v an’t vlek Borneo ten anker,’ vöorWelkc Van
h y ’t zeewaard* eenige ‘eilandeh, van’ vis-^00^
fchers bewbont, leggen 'vont',' èh/die’ in
haaren omtrek wel 2 of 3 mylen beiloégén.
Door dien hier nu zéér véël vifch viel,'
hielt deze koning- tot dekking dezer vis-
fchers hier- gemeenelyk een moflelvlooc
van gewapende praauwen-, die 00k ‘dienen
om de rivier vàn rooVérs té bevry-.
den, en om’hem boven in *t vlek Borneo,
dat nog wel 3 mylen1 de rivier op lfegt , t
van alles kondfehap te geyeh..*
Hy ZohtTeen Tsj ihéés' met? éeh gelchehlc?
aan aezen koning± v hiffö• bekent maalcen^
de ,f dat-zy hier in zÿô làhdràls vriendeh
gekomen-waren , die- alleen voor'h un.'
geldvérZôgten vari'4ëvehsmiddélén,. wä*<
ter j ’ eh' ’tf geen; hier‘vêrdér Vàlleh iho^t^
gedient te wordéh.1 -‘J W$ß '
Däägs ’ers aaii Krèe^hyyéel' pVaaùVënf
met- hôëhderen , vifth-, éh ffuîteh' aarf1
boord , Waar van'lry ;*t ëën eri ’t ander-
tégen Guihees lyvraad f( daar zy grbôfë
genegénheid toê hadden*,- hoewel zy geëri'
Hollands lÿwàad be&éërdén ) ’ verruilde. ' 1
Hy kreeg 00k eenige Edden én Orarig-
kaja ’s aan w o rd , - die hy zeer vriendelyk
örithaalde, en aan wdke-hy eenige'-gë-r
fchenkén gaf, om in vrÿhêîd te mögen
handelen y1 maar belafttè zyn vôlk "goede
wagt te houden , cn wel toe te zien , >
dat ’er niet te veel gelyk aan boord;
mogten komen , bm aile ongemalcken,
verraàderyen , en ’c overvallen van zyn
fchip voor te komen.
Den z8ften ditô ^ keerde de Chinees,
dien hy met het gefchenk gezonden had , '
terug , en bragt tÿding , dat de koning
j bekommert zyride , o f wÿ niet'
wel Spanjaârts, met welke hy in oorlog^
was, wezen mogten, in ’t'eerilfwaarig-
heid gemaakt had, om ons het landen en -
handelen hier toe te ftaan y masirdat hy j '
van de zynen nu beter oriderrigt zÿndè,-
wel een Nederlander aan land' by ziçhv
wilde hebben, om op ’tgezigt zelf‘daar.
over te beter te können öordeelen. ; -
De Hêer van Noord zeide', dat hy dit.
gcerne doen zoude, âls de koning hem
maar een gyzelaar in plaats wilde geveri ,
’twelk zyn Edelen aannameri hem-aan te
dienen, aan welke hy toen eenige fraaje
roers, en andere wapenen g a f, om diè
uit zynen naam den. koning"te fchenkén.1
H h 2 Dat