
I f
■ kj}p|píí|iS||] i ,|iy>ìì
‘m m I •
l * l t o - V . i if: S
ill
I K # HH
I
• yeel ylerken, van de wortel boven de grpnd
Vertoonen, hebbende gladde zappigetakr
ken, en lange bladçren, wat na een hert
gelykende, agter rond, voor fpits, outrent
vier duim lang,, en half zoo breed,
yol dwars-ribben, met een friíTe groe-
ne verw , vertoonende zieh glad en
fraay in ’t oog. •
^ TüiTchen deze bladeren in komt zieh
m Auguftus de bíoem bÿ läiige troflen
vertoonen, zeer yeej.in getal by een, en
uit drie .blaadjens beftaande, onder \yel-
ke het bövenite hçt breedfte is , en wat
na buiten toe gebogen { fot. hebbende
van binnen .veel fyne.fmzçj.cn met geele
knopjens, die een byzondere lpkkeregeur
Vap .Ziçh verfpreiden , en, yertponenr
de m de kragt, der bloey-çyd als een
Ichoone geele kruin. Van de, zelve- £p-
ipen in Februari platte Vrugten , (als of
Verfchci- .het dikke, fchyven,. o f bl^derep waren)'
tcn!°0r" yoort 5 ^ie de grootte van zeit eré zoort
van platte Bopnen hebben , die ontrent
.een Daalder groot zyñ.
Het hout van dezen Boom is, pas onder
gg§ra»j|| ten deele wjt,en daar .na rood,
Ja.zoo rood, dat vcele her al mede voor
rood Sandel-hout hòuden , (hoewel het
veeFgrover yan nerf is) Tibedanig ' ván
verw ook de vlerken van dezen Boom,
o f de wortels boven de grond zyn , die
zeer veel tot kifl-plankén gebruikt werden,
om dat zy fchoon geylaind, en gea-
derd .vallen.....
Her hout van de flam heeft een liefFe-
lyke .Specery-reuk, en wer4, nu .en dan^ i
niet alleen tot deze en gene kleinigheden '
yerwerktj mâàr van ’t zelve, en ook
Van de volgende zoort werden veel bal-
ken, en fteilen tot huizen gekapt,, ook
tot allerley timmerwerk gebruikt werden;
hoewel de derde zoort nog de belle
.van duur is.
Hec vjitte Linggoa-hqut verfchild niet
veel Van’t voorige, dan dat het grooter
en langer van blad is, hebbende anders
in alies meeíl een groote overeenkomft
met Het roode y d o g ’t hout valt bleek-
geel, is ook voofer en grover van draad,
zomtyds wel iet van de,roode verw, en
ook zomtyds wel niets daar van heb-
bende , zoo, dat ’er van ’t witte twee
zoorten fchynen tc zyn.
Zoo men in àczen Linggoa-boom y en
voor al in de takken, kapt, loopt ’er een
rood zap uit, dat daar ;na gelyk als een
donker-roode Gomme werd.
Daar is nog een derde.^oort, Linggoa
Baioey o f Steen-Linggoay genaamd niet
veel van de .voorige Boomen verfchillenr
de, dan dai het kleiner en rpnder van
blad, grooter van yfugteri,en veel Kar-
.'der eri vafteryan hout is. Óok blpeid I
. dip. iri Oftober, of November, en valt '
• meeft op dp hpoge, Gebergten J van Ce-
I ram, ‘ .
! Het? hout van dezen Booip is. veel
zwäarder, als ’t andere, zinkende als eeq
iteen, in ’t water. Als men ’t zelve be-
komen kan, houd men het vppr egn van
de. allerbefte timmerhouten.
_ Een ichoone Boom is ocflt.de, Zen DeZes
Bintangor-boom, .juift niet.van f ta lji o f Binan,
ftam, w r . van bloeflem çn bladeren P r"
Hy wérd ook wel, de.CwnMma-beom m'
genaamd.. ....
Hy vertoond zieh gemeenelÿk ontrent
.t Strand,' npoit; recht ; maar .doorgaans
hier o f daar op een hoek, hängende, al-
tyd wat over na.de Zee. .%
(JË&||ÉK van ftam, zoo datT’er zym-
re en breede planken van gezaagd Werden,
en ’t.hout is immers zoo hard als
fteen , om het te zaagen , fchoon van
vlam, geel, en gìad äls“geele zyde^ wan-
neer het wel gewerkt werd. ¿¿kA
Hy valt dik van takken;, 1 ruig en. vuil
van fchors; dog zeer ¡fchopp,,van |>lad ,
die ontrent zeven ofvagt duim lan g ten
we) half .zoo breed , boven yâalagçig-
groen, dog beneden vry gee)er fzyn, heb-
bende een grpote: rib.fin ’t .milddénl, t yol
dwars-.adertjens , beneden ’driekantig en
fcherp, ftaandç; tçgcn. malkandcren aan , ■
en-zoo een kruis makende.
, wltte bloeflem, die*vry i^eric en Verfthei.
byna^ als de fitte._Lfib iriekt, komt. aan dezoor-
de takken yqoy.aiM? r .c« tuflehpn dp¿.|)U- ten»
1 derpa io D.eceqiber .j.ç.gqorfchyji - ineC agt
oftien witte,ronde Haa^èhÇvan'.wd-
I i e de twee buitenfte de andere,in zieh
als bell ui ten, hebbende, van binnen ec-
rilge geele fnazeien„of dràaden, iij, , t
midden van welke een roodagtig flnop-
je is, op ’t wcjke zich een wit draadie
vertoond , waar uit daar. na-.de" Vrugt
voortkomt, die ontrent. ,zoo grpot, als
een witte Prmm , dog ryp geworden ,
Irond en geel is, rhet een korl(van- binnen
, byna als die van de Tisjqmpecia-
ha¡ dog wit van buiten, en zéer.oiiéag-
tig van binnen, gelyk mep ,’er flicuapk
al vry dik zytide, uitpcrft.-en, diein-de
fchors mede gevonden werd. " ’ : ’ I
Uit de ftam ,en toom, komt-dofl een
witzap, als iflelk,, zeer k íé é fá g tig .'‘
De bloemen dienen mede'.VQor ^ijon-
ge Juffers, en de liefhebbérs,,„qm:ze in
’t hair te drágpn, o f om V db bedden ,
kleèderen, mM geurig. mède te maken
Ook werd het zaàd in dp Gems-kund'e,
voor zwakke . Kraamvrouw,qn gebruikt ì
om ’tin-dranken in te nemèn..' AI. ; '*
Het houtiseeri.van .de clyqr?aamfíeen
fräayfte timmerhouten, dip; ’pr, in ’t Bofch
K W » en ik kenne ’er geen ,, : dati-zoo
h^rdy als d it ,is. .
.Daar is nog een wilde Çintwgor-bôom,
die
ili
Hfjf. iff.!
die in de diepfte Boflchen, en boven op
de Gebergten hier valt ;. maar die zeer
Veel van de voorige verfchild : want hy
is zeer recht , fraay, en niet al te dik van
ftam, hebbende een blad van lengte als
dé voorige, dog.fnialler, en fty ver, dan de
Zee-Bint angor y dog voorts byna even eens.
_ Deze valt effcn en geel van fchors , en
heeft een blopm byna zoodanig, cn op de
zelve tyd,als de voorige; dog maar van
vyf ronde wittë blaadjens ; en zoo fterk
van reuk niet, hebbende een ronde Vru gt,
die ook ongelyk kleiner is, en geen Olie'
feeft, gelyk ook de fchors ,nog dc bla-
eren geen Gom uitleveren. .
I Het hout werd tot Mafien en Reëen,
en ook tot Sparren van daken gebruikt,
dog men houd het egter zoo auurzaam
niet, als’t voorige.
W y vertoonen een tak van dezen Boom
met de Vrugt ’er aan op N*. X L V .
waar uit men van de andere zoort cenig-
zins oordeelen kan.
.Onder de ' Bloem-boomen teld men
Verfchei- mC(le - verfcheide zoorten van Gilala-
de andere boomen, als de Zviarte o f Strand-Gi-
Bloem- lala-boomy die in Juli bloeid, zyn blad'
lwomen. wifleid en afwerpt, en .dan een ichoone
roode bloem zeer menigvuldiggeeft,bly-
vendc zoo tot in Auguftus. De -witte Gi-
lala-boomy die in Oftober bloem geeft, en
de Water-Gilala, van welke laattte alleen
wy een afteekening op No. X L V Ï. geven
, waar in men ook des zelfs fraaye
bloeflem ziet, ftaande altyd drie bloemt-
jens byeen , die in Auguftus voor den dag
komen;. dog zy zyn niet zeer geurig.,
' . Zoo zyn 'er ook verfcheide zoorten
van Boomen , . die zy na zyn geduu-
rig weer nieuw uitbottend blad, Dahpn
Bahroey datis, het nieu-we blad, noemen.
Deze, van welke verfcheide zoorten
zyn, gevèn mede een fraaye bloem, zynde
een zoort. van geelägtige, eenigzins
rood geftreep.te klokjens, die wel een
halve vinger lang zyn , en een dubbele
kelk uitmaaken.
Alle de zoorten van deze en de voorige
Bloem-boomen uitvoerig te befchry-
yen, zpu my , wçl geen moeite wezen ;
maar aan de Lezers, die alle van geen
Kruid - kündige genegentheid zyn, eenigzins
verveelen, en my ook verre buiten
myn beftek doen geräken, behaiven
dat het Werk te groot werden zou. :
Men heeft in Amboina een Boom , die
ten, het Mannetjen y en ’t Wyßeh, did
niet veel van malkanderen verfchillen,
zynde een flegte boom van ftam , zeer*
knobbelig, voi knòeften, gefcheurd , en
zeer dikwils hol, zomtyds enkeld , zomtyds
D« de Inlanders Kajoe- Mata-Boeta , o f de
Kajoc- Boóm der blinde oogen, noemen , om dat
Bocta- melk î o f ’t zap, by ongéluk aan de
boom, oogen gebragt, ymand doet blind werden
, zoo men *er ten eerften niet voor
• is, behaiven de vreezelyke pyn, die men
,’cr dpor lyd.
Men heeft van 4ezen Boom twee zoor-
III. D e e l.
met veel flammen opfchietende , en
veeltyds na ftrand toe overhellende.
Het Mannetjen , dat glad van takken
is,heeft bladeren ontrent vier duim lang,
en half zoo breed , met een middel-rib,
en weinig dwars-ribbetjens, zynde glad,
dik , wat, fpits , en eenigzins •, zoo
wel ’t Wyfjen, als ’t Mannetjen ; dog \
laatfte meeft, getand.
De bloeflem, bleek-geel, komt tuflchen
de bladeren in voort, dog zy valt, zon-
der Vrugt te geven, af.
Wy vertoonen een afteekening van ’t
Mannetjen op N°. X L VII. met de bloef-
fem ’er aan.
Het Wyfjen is graauwer en ruiger van
fchors, meer geknöbbeld, ookwatlan-
.ger én fmaller. van blad , en zoo glad
niet, nog zoo fris groen.
De bloeflem en V.rugten koôien in
Januari niet tuflchen de bladeren in, maar
aan de takken te voorfchyn, gelyk men
klaar aan de teekening op N°. XLVIII*
zien kan, als ook ’t fatzoen der Vrügten.
Men krygt de Vrugtjens in Februari,
en ziet die langer,met kleine trosjens by
een aan de takken , zynde driekantige
Beziën, hebbende nog drié hokjens van
binnen, en in yder een klein korltjc.
Sohoon de melk van dezen Boom, on-
voorzigtig behandeld zynde , fehadelyk
is, heeft hy in zieh zelven egter verfcheide
groote deugden.
Ontrent des zelfs holligheden , en
ontrent de wortels, heeft men knoeften,
die. zeer vet zyn , en die in de gedaantc
niet veel. van het beroemd Agelhout, en
Calambac verfchillen, gevende ook veel
Olie van zieh , byna van geur van de
Benzbin y als ’t gebrand werd. Ook
noemd men die wcl Zee-Agelhout. Dat
van de Mannetjens -, boom is wel zoo
bruin, en olieagtig ; dog met ’er tyd
verlieft dit hout zyn geur.
De melk van dezen Boom is ook een
lyf-zuiverend middel, en doet d i t , wat
fterk ingenomen , en met Pinang, wat
van de fchors des zelfs, gegeten zynde,
van onderen en van boven , gelyk ook
de melk, als men een drup drie o í
vier ’er van in andere melk doet ; maar
’t moeten fterke menfehen zyn, die dit
innemen, en voor al geen galagtigc,
want die doet het nadeel.
Men kan van dit hout een. fchoöne
Olie krygen, die heerlyk tegen allerley
fchurft is , als men die met wat Calap-
pus-Olie warm maakt, om zyne kleef-
a gtigheid daar door tc matigen, Eç 9 Dç