
Wüin , metroodeen glimmende pluim- I
kens, en ftreepen ’er tuflchen.
De
ttaam,
De ftaart is van vederen, gelyk aan de
andre Vogels, te zámen gefteld, en niet
van pluimen , gelyk die van de vorige
Vogels} dog de zelve is kort, en ook |
bruin van verwe j maar uit het ftuitbeen
komen mede twee lange zwarte draa-
den, die een hand breed ruim langer dan
de fteert, en aan ’t einde met twee ronde
fchyfkens, o f Pauwen-oogskens, ter
groote van een ftuiver in een gedraeid
tals o f ’t een naveltje was) dog zeer plat,
en fchoon groen van verwe boven , dog
beneden müisvaal zynde, voorzien zyn.
De buik is wit en groen gefpikkeld,
en aan de zyden ziet men eenige lange
pluimen, voor aan breed gezoomd, aan
de eene zyde fchoon groen, en aan de an*
die zyde inuis-.vaal zynde.
De geheele rug is bruin met bloed-
rood gemengd, glimmende als zyde.
De pooten zyn, als die van een Leeu-
werk, verdeéldin vier teenen, enklaeu-
wen } die de Inlanders al mede meeft ,
om de verrotting van ’t Vogeltje voor te
komeii wegfmyten •, wy vertoonen dit,
fchoon het by de liefhebbers reeds ge-
noeg bekend is, dog nu met zyn pooten,
om dat men ze anders aityd zonder de
zelve kr.ygd, by de Letters R.. R* afge-
beeid.
Deze Vogel vliegt noit by de Paradys-
i Vogels • en ook niet met éen troép gelyk
, ook zet zy zieh op geen hooge
Boomen ter neder } maar vliegt alleen ,
én onthoud zieh op läge Boom kens; ,
daar hy mede op eenige roodebezienaaft.
Hy eet ook geerne de Lip-lap van de
jonge Calappus-Noot j dog werd er
(gelyk de onze gezien hebben) lam a f ,
en komen dus zeer licht ’er van te fter- I
Die van Aroe noemen deze Vogel JVo-
wi, Wowi, en die van de Papoenuafcbe
Eilanden, Sopeloo5 dog wy de Komngs-
V ogel.
Men brengt dezelve ook uit de Eilanden
van Jroei en is wel voornamelyk op
Wodjir , een zeer bekend dorp aldaar ,
te vinden. ..
Des zelfs Neit kennen de Aroeeezcn
niet} dog zeggen dat zy gelooven , dat
die Vogel Jaarlyks, even als de Paradys-
Vogel, daar mede van Nova^ Guinea
komt, en in* de droge of Wefter-MoeJfon
maar overblyft. Altoos op hun Land
valt hy niet eigentlyk. jm
Zy werden niet met pylen , gelyk de
vorige, gefchoten 5 maar met ftrikken
van Gamoeto , o f met Vogel-lym van de
Soekom-vrugt gevangen , aanftonds ge-
dood, ontweid,' gedroogd , cn tuflchen
twee Borrekens gebonden. Dus bewa-
I I I . D e e l .
ren zy die, tot dat zy ze na Banda voe-
ren, daar zy die gemeenelyk nog eens
zoo dier, als een Paradys - Vogel, ver-
koopen. .
De Papoewa's vangen deze Vogplke/is
ook zomtyds in hunne Land,fteeken ’er een
Houtje door, en bewaren die in klecne
Bamboesjcns , waar door zy rond werden
j dog die miflen de grootfte pluimen
des büiks j hoewel de Indianen die lie-
ver, dan de fchöondere van Aroe, daar-
om hebben, öm dat zig die befer op hunne
hoofde,om’er die op tefteken,fchik*
ken j dog het is zeker , dat de Aroeee-
fche fchoonder van verwe, en veel frae-
jer zyn. .. . ^ .
Men bewaardze met Spyk-Olie , o f
men beftroid de Vogel met Camfer.
De Aroeeezen, en andren, gebruiken aie
in hunne Scherm- en Tsjakalil-lpeelen ,
omze op hunne Storm-hoeden te fteken,
zoodanig dat zy een Paradys - Vogel in ’t '
midden, en aan wederzyden een Konings-
Vogelken ’er op hebben, en daar na bewaren.
zy die weer ineenBamboesje, om
niet te verderven.
Onder de Ambonfche en Molukze Vo- D6
gels isdeLoerigeenzinseenvandeminfte. LocrL.
Daar zyn ’er velerley i dog wy zullen
maar alleen van de beite en de bekendfte
zoorten , die het bekwaamft zyn om
te leeren fpreken , hier handelen 5 na-
mentlyk, de Loeri met een zwarte kop,
de 'Pernaiaanjche , de Papoefebe,, en de
wilde.
Die met de zwarte kop iseen fchoone, De 1
vroiyke , en vriendelyke Vo g e l, wat
kleener, als cen Papegaey} dog hy heeft
fchooner vederen , hoewel hy in ’t leeren
fpreeken, enleerzaamheid, voordeä ^
zelyen wyken moet r . dat echter dikwils
meer aan die gene , die de Vogel leerd,
1 als aan de Vogel naperd : wdnt ik heb
een Man, in Banda zynde, gekend, die
zulk een Loeri alles, dat,hy begeerde, lee-
reri kon, ’t geenhy dootflagen,. endoor
de zeive blind te zetten, dede.
De hals , de borft , rüg , en ftaart ,
van deze Vogel zyn fchoon helder-rood,
de vlerken zyn boven groen , en onder
geel i dog de flag-vederen aan de einden
zwartagtig, en aan’t voorfte der vlerken
ziet men wat blaeuw. Tuffchen den hais
en de kop heeft hy een geele vlek , als
een halve maan , o f ie t, dat zig als een
hals-band vertoond.
Boven op zyn kop is hy zwart, by nä /
als of hy ’er een muts of* kalotje op hadj
dogby helder weder, en alsfcrdedägop-
fchynd, ziet men in dit zwart een violette
wederfchyn.
Zyn oogen zyn , zoo als men hem eerft
befchouwd , zwart, en ftaap zeer vrö-
lyk; maar als men hem wat naeuwer be-
R r
KS r i