hier eenen Landvöogfc houden , is , om
deze koningen , die ons in vbbrige tyden
in Amboina. zepr geplaagt hebberi , in
toom te houden, alzoo Macaflar de fleu-
tel van de gahfqHe Oöft is.
Buicen den Läridvoogt heeft meri hier
ook diergelyfce- verdere Bedienden, alle
zulke Vergaderingen, en diergelyke
verdere Regeerihg, als wy reets in Am-,
böina, eri in andere Landvoogdyen, of
landen , ons toebehoorende * eri door
*t fwaard. overwonnen , getoont hebben.
En aangezien by ’t veroveren van Ma-
paflar , en van alle deszelfc koningen,
vericheide landen onder ons geblcven zyn
(gelyk men hier ha onder de artikelen
van Vrede* arr. xiv, x x eri x xi zien
kan) zoo 'is de E. Maatichappy hier
gewoon de thienden dezer landen, dieal
vryveel, en groot Zyn, en waar op men
zeer heerlyke ryftvelden in menigte ziet,
te trekken , dat al een groot getal van-
laftenin de eerfte tyden plagt te maaken j.
maar dat nu, daar van zeer veel verfchild,
zedert dat deze en gene Landvoogden,
ommaar hun eigen beurs (zoo geloove)
te maaken , haar Edelheden geraaden
hebben, zoo veel ichoone landen aan de
koningen van Macaflar van tyd tot tyd
weder te geven.
Het voömaamfte , dat hier de Land-
voogt te doen heeft, is maar , om de
rylt, die haar Edelheden van hier vorde-
W a t de
L and -
MrSren en’ te verzorgen » hunne thienden in te
> ~ zamelen, een waakend oog op het doen
cn laaten van de Inlandze koningen te
houden, en voor al om te beletten, dat
*er tuflchen de koningen van Boni en Goa
geen al te naauw verband komen mag,
zoo dat de maatregel van Staat hier de
zelve is, als die dcLandvoogt inTernate
tuflchen de Molukze vorften te bezorgen
cn waar te nemen heeft: wantde handel,
buiten die van de ryft, is hier van geen
groot belang.
De ryfthandel, en verkoop van dien,
plagt, toen Dat» Tahalille, die verftandige'
Bonize koriingin , weduwe van Radja
Palacka^ nogleefde, üit aanmerkingvän
haare dienften wel aan haar alleen gelaa-
ten te worden, waar mede dan zekerlyk
veel geld bver te winnen was 5 doch zedert
is dat weder te niet geloopen , en
yder brengt zyn ryft zelf maar ter
markt.
Deze Macaflaarze ryft is zeer wit,
lieffelyk, engeurig, zoo dat het een luft
is, om de zelve te zien, te eeten , en
maar te rieken * alzoo zy , gekookt op
de tafel ftaande , haaren geur door een
geheel vertrek verfpreid 5 doch zy Word
voor zoo duurzäamniet , als de Javaan-
ze , gehouden, waarom zy ook doorgaans
minder geld. I
heeft.
JDe waaro>i hiergetrokken , zyn deze:
Reaalen van.agten. . I j * , " "
Verfcheidenerki kleeden. .öokbn,
Rood kopef.
Peper.* -
Siftatze Zeep.
Aflä-iastida, bf Duivelsdrek.
:Yzer. ■•-•••• v . • ' g •' | ;
J De waaren a hier vallende, zyn deze:
Ryft. ■ • • - • ff M w
Goudj doch flegt van alloi.
Veel Sappanhbut, eri weinig Sandelhout,
op Bima.
Kbebeeften.
Paardenj vooral Bimaneelehe, dat ichoone
: - Telgarigers, en Bergklimmers zyn.
De ipeceiyen , die hier en daar zoudea
mögen vallen, moeten volgens ’t ver-
drag, voor een gefchenk van i p o
Rd«s jaarlyks , uitgeroeit worden.
Goude en andere kbftelyke kleedjens, die
de Macaflaaren zelf weven.
Allerlei kopere huisraad , die zy maaken.
Endvogels, Ganzen, Koejen, Büffels, enz.
De laften van ’tjaar 170p.
beliepen hier _ 18pi t i - 17 - o
En van ’tjaar te vooren
maar 178327-17-0
Dustoen meer, dan 1708. 30784-18-0
De winften en inkomften
beliepen in ’tjaar 170p.
53407- 1 -0
In ’t voorleden jaar
- 1 7 -0
Schoone
Ry ft.
Endusditjaar 170p. meer 10533 ’
Ontrent het land van Macaflar heeft
men verfcheide droogten,: die ons nu enDrooStc
dan al eeni fchip gekoft hebben ^ ak b y S S .
de Walvilch, en de Leeuwin m ’tjaar
155y., en aan Zilverftein gebleken is, dat
op den Bril bleef.
Ontrent 2 myleri Beridbrdeh de ftadt-, tu*
Macaflar heeft meri de ftadt Goa, die n u -^
ook maar eeri operi vlek is , waar bv *
meri niet alleen mede: een - ibbrtJ van een
vefting heeft, maar welke hy naderhand
heeft beginnen te verfterken j doch wel-
kers walTen die koning ', volgens ordre
haarer Edelheden weer heeft moeten af-
breken , dat ons hier na nadef blvken
zal.
In de zelve plagt deze vorft van ’t jaar
155p. af tot i 6p5. toezyn hof te houden,
doch wegens gefchillen , toen tuflchen
hem en den koning vari Boni voorgeval-
len, raakte hy ’er uit.
De ftadt is maar een gering open- neft,
beftaande uit eenige flegte Macaflaarze
huizen , die gemeenelyk op ftaaken,
eenige voeten van de grond , o f in de
hoogte verheven, ftaan. Men heeft’er
ook eenige. fraaje gebouwen van deze en
gene