
Huurs om ’£ aan. tezien , en vry knob-
belagtiger, dan ’t vorige, hebbende bo-
ven de oogen veel knobheltjens, en daar
tuflchen ook eenige deukjens o f putkens,
eenigermaten na een kroontje, als dät
van de Chamasleon, gelykende. Het is
kort van pooten, en läng van teenen ,
hoekig Van Heere (gelyk de voorgaandö)
dog in allen deelen kleener. De vlerken
zyji, als een dun velleken, met vier rib-
betjens doorregen , die zig in mindere
aderkens verdeclen, by na als de vlerken
van een Vleer-muys , zynde verdermet
graeuwe en zwartagtige vlekken bezet,
die zich by na als de vederen van een Vogel
vertoonens Deze vlerken zyn aan de
voorfte pooten , en aan de zyden des
buyks , vaH, en als dit Dier zic, houd
hyze tegen ’t ly f aan te zamen gevou-
wen, even eens als de Vogels hare vleu-
gels doen $ dog als het lpringen wil, dan
breyd het die u y t , en vliegd ’er mede
van de eene Boom na de andre.
Het lichaam van dit Dierken is don-
kerder,. dan van ’t vorige, trekkende
wat na ’tSpaanfchgroen , en zynde als
met zwartagtige fireepen oflinien gewa-
terd.
Qnder de keel heeft het een kleen
wannetje, dat het opblazen en inhalen
kan. Aan ’t lyf kan men geen o f wey-
nig verandering van verwen gewaar werden,
waar.op men’t,Z£l#e .a.ok nederzet.
Het onthoud %ich. in deJBpomen on-
trent de Huyzen j voor al op'deEimoen-
cn andre vrugt-Boomen, aalende op klee-
ne Wormkens, even als de voorgaande,
ook kan men niet befpeuren , dat zy ee-
nig ander voedzel, dan dit, hebben.
Onder de Dieren,. die veel verwonde-
ririg verdienen , heeft men ’er hier een,
dat by den Inlander, en ook by ons, de
vlicgende Hagedis genaan\d.werd.
Zy is niet grooter, als een gemeene
Hagedis , dog zy vertoönd zig egter wat
grooter, als andre , wanneer zy hare
yleugelen uytgefpannen heeft, die. zy anders
aardig tegen het ly f weet te bedek-
ken, en met welke zy gewoon is zeer
ihel van de eene tak: en Boom op de
andre te vliegen.
. Men ziet de zelve zeer zelden, en
daarom werden zy voor een zeidzaam-
heyd-by deze en gene Lief-hebbers be-
waard. De vleugeltjens , die eygentlyk
als vlerken¿yn, heb ik bevonden eenig-
zins gemarmeld en fraay .geteekend van
bruyn ep geel te zyn. ,
De gemeene Hagediflen zyn hier in de
Huyzen zeer veel tegen de muuren , en
Zolders te zien. Zy is groen van lyf,
zwart gefprikkeld en zommige zyn ook
witagtig. Een zeer bekend Diertje} Dog ’t
verfchild veel van de andre, ’t Heeft aan'
de pooten vyf klauwkens, die niet (als
in de.andre Hagediflen) van een afgozon-
derd $ maar met een, velleken aan een, en
van onder gerimpeld zyn ,, waar mede
het zig , tegen een zolderloopende, yaft
ftouden kan, Zy zyn dood-k,oud , en
Willen niet aangekeken zyn., pf.loopen
dan aanftonds weg.: Van.de drek van dit
Dieronder Tabak gemengd -, is zeker
Man op yan zyn Hoer zonder
hären- toleg, yeigqyen, en geflorven ,
waterende niet dan bloed. :Zyi deed- het
egter op raad van een Moor., om hem te
Herker op haar te doen verlieven.
Ik hebbe van dat flag. van Hagediflen
’er.veel, en veelerley} dog zonder vleu-
gqls,. maar zeer fehoon geteekend, gezien
jwe$halven men van de zelve, des
genegen zynde , zeer veel Zou können
Fchry ven, indien wy.niet voor hadden ,
om van elk maar iets, en ’t voornaamfle
te zeggen , alzoo anders dit werk' zoo
merkelyk hier door zou vergroot werden,
dat het den Lezer zou können ver-
drieten. Om jg welke,voor te komen,
wy hier maar van, eenige van de voornaamfle
zoorten fpreken, die wy mey-
nen genoeg te zullen zyn , om de
nieuwsgerigheyd. van den Lezer, te vol-
doen, en te gelyk ook , om hem kennis
van het noodzaakelykfle,. dat wy.oordeel-?
den niet wel te können voorhygaan , te
geven.
- De Pandangs-Hagedis verfchild in ge- DePaa-
daante met veel van de gemeene.' Zy is £?nSs\
hegen duym lang, 'zynde de helft voor’t
ly l , en ’t overige .veior de Haart gere-
kend. Het hoofd is breeder,, als ’t lyf,
pl a t en by naa driekantig. De bek
loopt ipits toe, de oogen zyn' gtqot,, en.
uytpuylende , van verwe als.’t.lyf, dat
licht Kaitanie - bruyn , dog na den rüg
wat donkerder is, Over de geheele rüg
liep een witte ftreep, een ftroo breed
zynde, die zig op de kop in tween Verdeeide,
en ieder deel eyndigde in de oo-
gen. Agter loopt die een vingerrbreed
op de fteert, daar hy. breeder, we^d,» .en
eyndigd. Een vinger-breed. ’er agter ftaat
een witte kring ontrent tweeilroo^-halmen
breed , en zulke ilaan’er vyftot.by, na
aan ’t eynde, zynde deilaart dun en rond
aan de Hagedis. De pooten zyn in vy f
[ teenen verdeeld , en hangen met velle-
kens aan malkanderen, zynde met körte
fcherpe klauwen bezet.
In de bek heeft dit Dier. fcherpe Idee.-!
ne tandekens , en een fpitze^ong , en des
zelfs inuyt van de neus is rood. Men
ziet dit Dier zelden, en als men ’t yind,
zit het gemeenelyk 9p de Bladeren van
den Strand-Pandang.
Men heeft hier ook een Diertje, by de Dcklee-
Maleijtn. Bingkarong genaamd , en een neBing-
zoort ta,0"Säfoort
van een Hagedis , dog diltker
van lyf,; en wel io a t z . duymenlang.
Vaä kop gelykt het wel wat na een
Leguwaan , zynde plat) en niet breed.
Het heeft een redfclyke grqote bek, met
ydele tanden bezet, die ’t Zoo t i& y »
feu d tn k an , dat die niet w e l, als met
moeite, öp te breiten is.' Hot heeft een
breede tong, die zwart is, en de oogen zyn
langwerpig agter welke het twee ga-
ten, in de plaats yan de ooren , heeft,
Het lyf-is breed, *en by na vierkantig. .
De ftaart is kort, rond, en ftomp aan
t eyndV' hebbende hog eenbyzondeylid,
als eeb kleen Iteenkeri.
■ Over ’t ganfehe lyf is *t bedekt thet
dikke fchubben, die uyt den graeuwe en
zwarte glinileten. De pooten zyn kor-
ter, als die vandeLeguwaan, ook rond,
en in yyf lange teenen verdeeld. Zommige
zyn yuyl-geel van couleur , met
zwartagtige,banden o f ftreepen over de
rüg, aan de zyden als gebruyneerd ftaal
zig vertoonendc.. Verder is dit Dier by-
na even eens'," als’t vorige, behalven dat
deze een dubbele fteert heeft, alzoo het
boven op zyn fteert een vleefchagtige uy t-
wafch heeft ', die fchuyns na agteren
ftaat, even als men aan de Vifch , .die
men de Pyl-ftaart noemd, ziet ; dog niet
ieherp3^’ riog fteltend zyndei Tüflc)ieii
dit uy'twafchje, en het uyterfte van ’t
ly f, ziet men aan zommige aan delinker-
zyde van de ftaart nog een diergelykb
uytwafch ; dog kleener en fcherper.
Hot heeft wel een vereiftiggebit; dog
is gewoon langzaam te byteti, eh by na
niet, dan als ’t getergd werd, ,
Het Önthoud zig in en ontrent de
huyzen in' de ruvgtc en kiuydcn , daar
ontrent zjmde s en voor al in donkere
Combuyzen , Kook - huyzen , en K,eu-
kens, daar ’t voor zieh Holen in de aai'-
demaakt, om voor de Katten bevfyd.tp
¿yn i • H H .
Daar zyn ’e r , die ’t voor een Diertje
houden', dat geen fchade döet j - dog dit
is anders Bevonden j want a l, 'wat doof
dit Dier gebeten is, ver-rot, en werdten
eerften Hinkende j ook zullen de Endvo-
g'els, ipdien zy maar van des zelfs aas ee-
ten ten eerflen Herven, waar uyt blykt,
dat’er iets in dit. Dier i s , dat vergifeig
en doodeTyk wezen moet. ''
Die/’er van gebeten zyn , zullen zig
flräx in ’t koud water dbmpeieri, ' en de
beete verbinden met de fchors van de Le-
moen fwanggi, wiens reuk deze Dieren
niet verdragen können. Om welke Jeden
veel Inländers, in ’t Böfch zullende
gaan, en bekommerd voor djt Dier, huii-
ne voeten met die fcüorze bewinden ,
verzekerd zynde, dat zy ’er dan geen
nood van hebben.
' -Dit is de kleene, die wy dus verre be-
fchreven hebben, buÿten welke ’er ook
de groote Bingkarong , die veel grootet D ^
en fchadelyker, dan dç vorige,, is. Deze ßingka-
is .wit en zwärt geteekend' }• en zommige rong.
der zelve zyn. Göud-geel van verw. Dit
Dier is zéer yfetgiftig van gebit, en brengt
bok iemahd m'et zyn fteert een vergifti-
ge Heek toe.
Men heeft ook’ een ‘fsjitsja Bingkä-
rong die. ruyg en gefchubd over ’t lyf
is,, hebbende een lange bruynagtigç en
grauwe gemengelde Haart. Deze hou-
deri zig meeH in ’t Bofch öp.
Indien nien allé de Slangen, die hier, £)e Petbä
en op de Eylanden hier omHreeks , zeër la-Slang.
veel vallen , befchryven zou, had men
älleen daar toe een groot Boek van
nooden. W y zullen dierhalven maar die
gene, die ’t meeit by den Inländer bekend
zyn, opgeven.
- • DePctolâ-Srang-valt nu hier,overvloe-
digi dog is hier met deÇhineefche^oîja-
vadtifebe Barken; overgebragt. Zy is, nji
een van de gemeènfiie. En die ook tot
een bngelooflyke lengte groeid. Gernee-
lyk is zÿ agt, thien a twaalf voeten lang,,
zoo als zy veeltyds in de huyzen komt 5
dog in'’ t Bofch valt zy doprgaans grooter
, en hoe diepet in ’t Gebergte, hoe
grooter.
Ik" heb ’er een gezien , die agter ’t
Huys van dëHèerLanavoogd in ’t Hoen-
! der-kot (älibo dit Dier ’op Endvogels
en' Hoendercn aail) gevangen ,, en wel
i8 ’a ¿0 voêt lang was. Ook heb ik ’er
een van-24 a z y , .en ’t geraamte van een,
die'wel'36 voeten lang was, gezien.
■ A°i 1706. is ’er een op ’ t Vborgeberg-
te yan Soya ge'vangen j die van dikte als ,
een Menfch in zÿn miâdçl , en die aan
eeti hért, dat zÿ inzwclgen wilde, ge-
H’ikt was.
Dit was een vreezelyke Slang, die
dodr verfcheyde menfehen moeft voort-
gèiïéept Werden, en die een Vore in den
grond, even als een zware balk, die men
’er bveriieept, naliet.
Zy, Zyn’ gemeenelyk zeer fchoon gemarmeld.
van teekening , ten deele geel,
ten deélfe zwart of brüynjigtig van verwi
dog garifch niet vergiftig:
A®. 1676. wierd ’er een Boven aan den
• Olifant van 17 voeten Îàng, en i f duy-
menin' de dikte, door yyf Slaven gevan-
gen.
Men Bevohd ontrent twee voeten verre
op de fleert een gat, waar door dit.
Dier vuyligheycf I00H , en daar ontrent
twee knobbelkens, waar onder twee
klaeuwen verborgen waren-, gelyk zy ’er
roök nog twee boven aan de bori| Had,
die men egter zelden aan de doodên vind.
Deze gebruyken zy zekerlyk, omdaar
N n 3 • mede