4t» V E R H A N D E L 1 N G der
Papoewa. lkan SowanggiParoeParoe Ekor-nja. Ikan Eloc. Ikan TändocJang Adjaib
Katam Jang Koening Batiris Sedikit. Ikan Pifau Gala Roepa-nja. Oedang Pafir
Laoet. Ikan Mole Jang Tadjam. Ikan Peniop Nafiri. Ikan Bibi-, Ikan Am äs.
Ikan Berkaki. Ikan Telor. Ikan Karbauw Jang Badoeri. Kabös Läöet Jang Be-
fär. Ikan Merangkauw Di Pafir. Ikan Kipas. Ikan Batoe Bäfiska. Ikan Lantei Roepa-
nja. Ikan Garopa Biroe-Langit. Ikan Bintang Matanja. Ikan Tato. Naga Laoet
Jang Kitsjil. Ikan Bibi Jang Paroe-Paroe. Ikan Sowänggi, Antele Nama-nja.
Ikan Mata. Ikan Toetombo Koening. Ikan Kajoe Merahv Ikan Badoeri. Ikan
Batoe Jang Hidjoe Laoet. Ikan Baroepa. Katam Radja. Ikan Batoe Karang. Ikan
Batiris Jang Hidjoe. Ikan Tsjakre; Ikan Moeloet Gonting. Ikan Termoelia.
Katam Jang Mahabifei. Ikan Ekor Kipas. Ikan Moeloet Bakambar. Katam
Pantat Babintang. Katam Bitiris Sangat. Ikan Batoe Berdjala. DeRievierDol-
fyn. Ikan Hidong Batoe. Ikan Hati Merah. Ikan Hidong Girgadji. Ikan
Soetra Hidjoe. Ikan Batoe Sem.
Ikan JNo.iOO. r \
Pandara. L / Vifch zien.
Hy is kleen van bek, wat dik , en
hoog oploopende van kop , die boven
donker , (gelyk ook ’t boven- lyf) en
onder, (gelyk ookN’t beneden-lyf) Oran-
gie-verwig is.
Het neusje is Zee-groen , en de bek
van binnen licht- Purper. Het bog rood,
en ook de vin tegen ’t lyf (die een rooden
kring , dicht aan ’t lyf met Zee - groen
heeft) en onder ’t zelve vertoond.
Over ’t lyf loopen twee groote breede
witte dwars* ftreeken o f banden, met
zwarte fyne: zoomen, de eene by den kop,
detweede in ’t midden (die rondis) en
deze tot onder toe, dög de eerfte zoö ver
niet, doorgaande, en by den ilaart is nog
zoo een witte band te zien.
De ftaart zelf is Zee-groen , aan ’t
einde met veel uitftekende torens o f tan-
den bezet.
Het is een zeer fraey, lekker, en
zeldzaam Vifchje.
Ikan No. 201. Is de Ikan Paroeli Betina,
Paroeli dat is, ’/ Wyfken'uanden Paroeli-Vifch: Dit
Berina. is een kleen Pampus-Vifchje , diens kop
dik, kort gedrongen , en citroen - geel,
gelyk mede de bek, die rood van binnen
en van omtrek , hoedanig ook alomme
de kop gezoomt, en door Purper en z wart
van ’t ly f gefcheiden , gelyk de wamme
ook citroen geel is.
Het oog vertoond zig Zee-groen , de
appel zwart, en de buiten-kring rood.
Over ’t lyf loopen twee donker-lever-
verwige* (die in ’t midden Orangiezyn)
waar tegen zig dan vier Steen - graeuwe
vlammen , o f dwars - banden naaft mal*
kandren, die van den kop beginnen, en,
zeer breed zynde , tegen malkandren af-
fteken, vertoonen, van welke de naafte
aan den ftaart de fmalfte, en daar nog längs
de agter-boven-vin met een zwarte breede
Zoom geiloten zyn.
De vin tegen ’t ly f is rood , met een
rooden band tuflchen twee citroen -geele
Iyften tegen ’t lyf. Önder de zelvë zièt
men een dubbele roode fraejc jeruzalem-
veder met zwarte graatjens, en dicht ’er
by wat lager drie roode doorns, hoeda-
nige drie men ook in de boven citroen-
geelé voorvin} dog de agter-boven-vin ,
met hären langen fcherpen doorn^ boven
buiten de Vifch uit-fteekende is j tot aan
den citroen-geelen ftaart toe, Zee-groen
met een fyne körte citroen-gecle fraanje,
en zoo is de agterfte beneden vin ook
Zee-groen, dogkleener, en ook met zoö
een fraanje ’er aan bezet.
Het is een byzonder lekker , vaft <, en
blank Vifchje.
No.'2oz: V cn66W ^ 5%nSaJibanTer- ~ -
nate, dat is,- denKeizer vanTernate, een Ternaté*'
kloeke Vifch, die als een grooteBabara,
en die ohgemeen v e t, lekker, vaft, en
blank.van Vifch is.
Hy is zeer groot eli dik van kop , die
licht-Purper van verwe, vol fyne zwarte
ftaande ruiten , en aan de beneden - zyde
hier en daar met Orangie fpikkelen , en
wat hooger, na ’t oog toe, met een fyn
Orangie drie-hoekje bezet is.
De bek is kleen , met roode tanden
voor, en Hemelsblaeuwe van binnen.
Het oog beftaat uit een Zee - groenen
appel meteen rooden, een Loodverwigen,
en een grooten breeden Orangiçn kring’
van den.welkenadenbek toe, en wat hooger
, twee Orangie ftreepen, met een fyne
zwarte buiten-zoom, loopen, hoedani-
ge kromme groote Orangie tand zig Ook
tegen den bek , pas onder die onderfte
Orangie ftreep, vertoond.
Het geheel ly f van den Vifch isdonker-
Zee-groen , vol roode bollen met een
halven Orangien kring ’er buiten tegen.
De wamme is breed , en Loodver-
wig , met fyne kleene Orangie ruitjens
bezet.
Öe vin tegen ’t ly f is fchoon Orangie,
en met zwarte fyne graaten, zynde Hemels
blaeuw tegen ’t ly f , waarop drie
kleene roode bollckens ftaan , behalven
dat
Ö n g e m k ü n e VISSCHEN v a n AMBOIÎSIA. 4 1 1
dat ’er over ’t einde der Orangie*-vin nog en de buiten-omk; mg Orangie. Dan ziet
een roode fchey-band loopt.
Beneden die. vin tegen de buik aan.vertoond
zig als een poot, die Hemels-blaeuw
met roode lyiren, voor aan met een
klaeuw, als een half Maantje, die Zee-
groen , en van binnen rood is, zynde die
poot van binnen tegen ’t lyf Orangie met
zwarte ftreepkens gcteekcnd. i '
De boven-vin voor is als een kleen
bezaantje, hebbende voor aan een grooten
Hemels - blaeuwen boven uitfteekenden
doorn met roode zoomen , zynde de an-
dre doorns korter, en rood, en de vin
zelf Orangie.
De boven-agter-vin, en ook de onderfte
, zyn byna even eens , dog debovenfte
is wat breeder , zynde beide flets-geel,
met fyne zwarte graaten , die rood van
zoomen, dog aan den buiten-kant gegolfd,
en Hemels-blaeuw van zoom tegen ’t lyf
zyn , waar tegen nog een fynder flets-
Örangie-geele zoom tegen o f längs het
ly f boven en beneden loopt * dog de
Doven-agter-vin is rondom, o f ook aan
de eene kant , en de benedenfte maar
aan de buiten-kant rood gezoomd.
De ftaart is wonderlyk fraey , zynde
voor aan met twee flets - groene ronaeel-
kens yan grond , en door drie Orangie
banden , uit halve bollekens beitaande,
tot affcheiding van ’t lyf, en van de andre
yerwen , buiten van den ftaart afgezon-
derd. Op ieder.rondeelken ftaat ook een
rood bolleken.
Tuflchen die rondeelkens vertoond zig
een fmalle Hemels -blaeuwe grond , als
de fteel van zoo een fchopje, dat zig
wat hooger op eenfchoonenZee-groenen
grond, met fyne zwarte ftreepkens, vertoond
«. loopende aan weerzyde dit Zee-
groeiiwel een vinger lang Slangsgewyze
uit.
Dit Hemels-blaeuwe fchopje komt tegen
een Orangie fraeyc breede en vry groote
leggende Maan aan, die een roode buiten
kring van ’t zelve fatzoen heeft, uit
halve bollekens ’er tegen aan beftaandc,
en dat zieh zeer fraey vertoond.
No. 2.05. Geeftonsden Gouden Spiering,
die ongemeen heerlyk en glanflig van
Spiering. verwc } uitnemend van fmaak , en van
fatzoen en lengte als-een gemeene Snoek
van anderhalve voet, te zien.
De kop, en bek } die vol tanden is,
gelykt wel een Caeymans-kop en bek ,
zynde de laatfte van. binnen Orangie, en
boven längs ’t Orangie Zee - groen , ’t
geen dan nog een fyne zwarte ftreep heeft.
Ook loopt ’er längs de rüg, en onder
längs den buik, een Orangie ftreep, hoe-
danige ftreepen men meer op den kop, die
ook zoo van ’t lyf gefcheiden is, ziet.
Het oog is Zee-groen, de appel rood,
De
Goude
men een rey met zwarte ftippels ’er om^
en daar na nog een Orangie buiten-kring >
dog de ftippels en de laatfte kring ver-*
toonen zicli boven maar.
Agter tegen den bek aan ziet men een
verkeerd kleen Zee-groen half maänken,
en een bolleken, daar buiten van de zelve
verw. In’t boven deel van den kop, voor
aan, ziet men eenigezwartehaakskensop
den grond des kops , die fchoon citroen-
geel is } ook heeft men tuflchen ’t oog
en die haakskens nog een Orangie Slan-
getje met een zwart fyn boven-zoom-
ken gecierd.
. , Het geheel lyf is fchoon citroen-geel,
met een fyne zwarte ftreep överlangs in
’t ’midden, en verder over al met breede
zwarte opftaande ruiten op ’t lyf.
De vin tegen ’t lyf is fchoon Orangie ,
met zwarte graatjens , en met een Zee- t
groenen , en nog een rooden fchey-band
tegen ’t lyf. Beneden die vin vertoonen
zieh twee.zulke Jeruzalems-vederen^ die
wat flaeuwer Orangie zyn.
De boven- en onder-vin doen zichzeer
lang, vol dwars - graaten , Goud - geel
van verwe, dog met een fmallen Zee-
groenen buitenzoom op, hoedanigen band
ook ’t lyf en den ftaart van een fcheyd,
die ook van verw Goud - geelagtig, en
citroen - geel, en uit zulke overlangze
banden beitaande ; dog agter' van een
fmallen Zee-groenep zoom voorzien is.
N«>. Z04. Vertoond ons^» Sofoi%Ptfcb. j . -
Deze gelykt wel wat na een kloeken sofor.
Baars, hoedanig hy ook byna van fmäak j
hoewel hy zoeter en vetter van Vifch, en
grooter van kop is.
De bek is van binnen Zee-groen, •
rood van omtrek, en vol witte tanden.
De kop is boven rood , beneden zeer
licht en witagtig appelbloezem , heb-'
bende boven aan tuflchen ’t oog en den
bek een rood bolleken ftaan.
Op die appelbloezemen grond vertoo- ■
nen zieh verfcheide roode trekken , en
ftreeken , als met zwarte fchrapjens,
fraanjes-gewyze, geteekend.
* Het oog is zwart, de appel wit, de buiten
kring fchoon Goud-geel, en dan nog
met een z warten buiten-kring, die boven
fyn en onder breed is, vöorzien.
Het boven-lyf van dezen Vifch, beftaat
uit zes breede roode, en vyf Goud-geele
banden , die halfwegen ’t ondcr-lyf körnen
, dat Zee-groen en licht-appelbloe- .
zem gemarmerd isj
De boven-vin is Goud-geel van grond,
en rood van doornen, die groöt zyn , en
zwarte zoomen hebben ; en van de zelve
Goud-geele verw, met roode fmalle banden
(die men ook zoo in de bovenfte agter-
. yin ziet) is de twee-kluftise ftaart mede.
F f f 2 Tuf