
40 B E S G H R Y
appels , Pieflang, Limoenen , en an“
dere , reets gemeld | te zoeken , waar
toe zy dagelyks hunne flaaven gebrühten
. Dezevoomoemde dorpen aan deOoib-
zyde gelegen , hadden vtel 40 andere
dorpenopait eiland, meer na’tZuiden,
tot vyanaen, tegfen welke zy vier jaaren
geoorlogt, en in dien tyd wel 460 koppen
verlooren hadden.
Dezen oorlog is alleen daar üit ohtftaan,
om dat zy yder hunne byzondere voor-
regten (volgens oude wetten van hunne
voorouders) hebben, na welke zomtnige
.bevoorregt zyn, om alleen met bobbers
(vifchkorven) andere met fero’s (fiiiken)
eenige andere weer met hoeken, en wät
dies meer is , te mögen viflchen , en
buitenwelkenregelzy, of andere, fchy-
nen gegaan, en daar door hun volk verlooren
te hebben.
Het regt wort by hen in dezer voegen
bedient. 1^—-
Die yemant zonder reden cfoöcl, wort
gekrift, of jnet. pylen doorfchoten, dat
’er de dood na volgt.
Die overfpel beSyft , is daar een man
des doods j en zulk een överipeeler, ge-
lyk 00k de overipeelfter , word den ge-
hoonden man, om zyn moed ’er aan
te koelen , volkomen overgegeven 3 en
gemeenelyk mede gekrift.
Een dief, die iets van waarde geftolen
heeft, worden de vier vingers Zyrier reg-
terhand afgeiheden, öf zömtyds, na dat
de zaaken ligt of iwaar zyn , maar van
een oorberooft* dochoverkleinigheden,
vrugten, ofdiergelyke ¡dingen, wort hy
in een boete, gerigt na zyn vermögen,
gedoemt , die aoor Iicl ganlch Uorp in
vrolykheid verteert word. -
De mans trouwen Zoo Veel vroüwen
als zy voeden können; doch mannen , of
vrouwen, zyn niet langer , dan zy willen
aan malkanderen verbonden, en können ,
*ia de fcheiding, weer een ander nemen.
By ’t aangaan van huwelyk bedingen
de ouders zekere uitzetting voor de jönge
lieden, waar in malkanderen verftaan
hebbende, wort ’er een maaltyd aan het
dorp gegeven , en door de gaften ge-
oordeelt, wie van beiden -, de bruidegom
of bruid , het langft leven zal, dat zy
voorgeven te können zien aaneenPinang,
die zy yder eeten, en diens uitgekaauae
Pinang de bleekfte is, die zal eerft fter-
ven. En daar by is dan hun huwelyk
beveftigt.
t Indien hier yemant van aanzien fterft,
die wort eerft met verfcheide olien en
kruidengebalzemt, en dan in een kift aan
’tdak opgehangen, waar onder cttelyke
en zomtyds wel 6 of 12 maanden (na
zyn ftaat is) aan een zoo lang vuur ge-
iiookt wort , tot hy geheel droog is,
V I N G E v a n
“ ' " 5 he” i S *>rde begraven.
vJok hebben zy de gewoonte, pas na de
dood van zulk een perfooh, een feeft aan
tganfch dorp te geven * en een foofte
van icnerimpel tot een algemeene vreugde
aan te regten. Ook geven zy eenig goud,
kleederen, enz. aan dezen en genen (yder
na zyn vermögen) om den doöden te
helpen beweenen , welk gehüil wel een
maand langduurt, endaar in zy mälkan-
deren vervangenj doch een gernecn man
wort aanftonts begraven.
, Ten teeken van rouw laaten zy hün
hoofdhair aflcheeren, endragen darf öolc
ringen om de armen en beerien , en een
gordel van rotang om *tlyf, die ’er zoo
lang aan blyft, tot hy ’erafvalt. Zy.
onthouden zieh dän ook Wenigen tyd van
zekere fpyze , en wagten zieh te gelyk
van lachen, ö f *tplegen van eenige ydel“
heid. -
°,e gejagten alleen {hunne fchamelheid.
Zy hebben weinig huisraad. Hun fpyze
is meeft fagoe , piefläng, en oebis öf
wortelen. Hun drank töwak, en put-
waterj hunne fehatten beftaaö in goud *
olifantstanden , en eenige kleeden, hen
van de Macaflaaren ,ren anderen, gebragt,
1 ? ^ te£en ^goe 9 olie, enz. geruilt
hebben.
De oudfte zoon vervangt hier zyn vä*
der in de regeering} doch alle de hinderen
erven anders gelyk.
Hun vee beftaat in verkens , en bok-
ken 5 doch paarden , buffels, koejenj
bullen, ö f diergelyk'e hoomdieren, zyn
hier niet, dan zeaert weinig jaaren.
Zy geven voor, datzy, genegen zynde
g| oorl«öcn-, of yet- anders ic ondeme-
men , eerft raadplegen met een vrouw,
die vier oogen heeft, die zieh aan de
Weftzyde des lands onthoud , wellte
vrouw, in hunbywezen, met zekeren
geeftwegens hungeluk of ongeluk raad-
pleegt, waar van zy den galm wel hoo-
ren, doch hebben dien geeft noit gezien s
^ t op een liftigen Priefter uitkomerf zaT.
Tweevan die oogen ftaan in ’tvoorhoofd
dezer vrouwe , en twee in haaren nek.
Zyboden ons volk aan, hen die vrouw te
laaten zien , doch zy dorften zieh zoo
diep landwaart in niet begeven , alzoo
hetd^eerfte maal was, dat zy hier geko-
men waren.
Deze Volkeren zyn zeer begeerig na
Cayin Goelongs met fwarte hoofden en
roode velden , ■ Petas met roode hoofden
en een fchoon weerfchynend veld 5 wit
Gunecs linnen} Negroskleeden 3 Rood
laaken , Tapitsjindos van vier Hafta*
ook eenige Sarongs, roode Dronggangs
Tsjara Malajoe, als ook na yzere parabgs ,
byltjens , oud yzer , mitsgaders* Parys*
werk, kraalen, en eenige flegte ühuifteryen.
zy
B N D 41
Zy kennen ook Teaalen ; alle de voör-
noemde goederen kan men hier verhaii-
delcn o f tegen fagoe , olie, en andere
waaren, or^met groote winft verruilen,
endaar mede Banda grooten dienti doen.
Alle deze zaaken zyn in ’t jaar 1614
den ;io Februari, door die van ’t jacht
-Goa, voor het dorp Har ten anker leggende,
zoo als wy die hier, uiteen nette
.memorie getrokken, opgeven, van tyd
tot tyd ondervonden.
Men heeft ’er ook boontjes, en buiten
de fagoe (die’er zeer weinig is) ook
oebi en combili, een foort van wortelen,
-enz. en veel goed hout, aangezien het
land zeer boichagtig is:
Deze lieden van Key ( gelyk die van
Aroe ) komen jaarlyks met 18 o f zo
kloeke vaartuigen, met 80 tot 100 mannen
bezet, na Banda, om handel te dryven.
Hunne wapenen zyn een fehild, fwaard,
pyl en boog, en hazagayén, die zy wori-
derlyk wel weten te gebruiken. Ook
hebben zy eenige metale ballen op hunne
coracoras.
Vyftien o f zestién mylen Béooften
^ eAr0‘ gro°t Key doen zieh de eilanden van
Eilanden. Atoe öp .
Vier der zelve leggen meelt L ten w .
en N . ten O. als in een lyn, de Noorde-
lykfte 1 ., en de twee Zuidelykfte z o f 5
mylen van een geftrekt, en de andere zes
doen zieh z, 5 o f 4mylenOoftelyfoer op,
van welke zieh ’er éen 3 mylen van
’t Noordelyktle der viervoorige meeft in
de lengte O ten N. en W . ten Z. ge-
ftrekt, ter lengte van f , en ter breedte
van z mylen, vertoont.
Het- tweede der Ooftelyke doet zieh.
pas wat Zuidelvker als het tweede der:
\vier voofigö j 1 éh f "mylen ’ef'vaö geft-
gen, op, zynde ontrent f mylen O. en
W . lang, en z o f 3 mylen breed. Het
legt van ’teerfte Ooftclykfte eiland wel
7 o f 8 mylen.
Het derde der Ooftelykfte legt mede
àf en aan het derde der viervoorige 1 i of
z mylen Beooften *t zélve , en z mylen
van ’tlaatftbefchrevenj hebbende ontrent
de zelve lengte en breedte als het voori-
ge , gelyk zy beiden in ’t Ooften ook
fcherp uitloopen.
t ; Twee mylen ’er af na *t Zuiden van
’tlaatft befchrevbn eiland, en a f én.aan de
Zuidhöekvan het derde der viervoorige,
ziet men O. en W . 1 myl van malkan-
deren twee kleiner eilanden geftrekt leggeri
, zynde het Weftelykfte der zelve
maar z , en ’t Ooftelykfte wel f mylen
lang} en ’teerfte 1 , en ’ttweede z mylen
breed } Bezuiden welk eerfte dezer
twee z o f 3 mylen zieh nog een klein
eilandje van z o f 3 mylen in *t rond,
ontrerit 3 mylen van ’tZuidelyke der vier
voorige eilanden, vertopnt.
III. Debz»
Het Noordelykfte nu der vier Weftelykfte
Aroeze «landen legt meeft N. N.
O. en Z. Z. :W.i f mylen in de lengte,
en z in de breedte geftrekt.
Het naafte daar aan, 1 J myl Zuidely-
ker gelegen, vertoont zieh als een laars,
die met het boveneinde vry war breed na
’t W. ten N. en met de voet watlmaller
na ’t O. ten Z. gelegen is , zynde in ’t W .
ten N. 4 , en in ’tO . ten Z z of 3 mylen
breed , en W. ten N en O . ten Z.
tmtrent f mylen lang. In ’tO N .O . ,
en in ’tZ . ten W . heeft men twee kleine
baaikens.
Her derde der Weftelykfte eilanden
legt met zyn N. einde pas 1 myl, doch
met zyn Oofterkant wel 3 of 4 myleh ^
Zuidelyker, alzoo zieh dit byna als een
verkeert - ftaande laars ’er tegen aan
toont.
Het ftrekt zieh mede ten deele W .
ten N. en O. ten Z. 3 o f 4 mylen verre
uit, doch ’tdraaitdanvlakvan ’tN.door
’t O. na ’t Z wel 3 mylen verre {daar ’t z
mylen, gelyk het anders 3 of 4 mylen ,
en in ’tW . wel ’tbreedfteis) om, zynde
van het derde der Ooltelykfte eilanden
ontrent z mylen gelegen Aan de Z W .
kant loopt de wal aan wederzyden fcherp
in , zieh zelven als een baai vertoonen-
de.
Het laatfte der vier Weftelyke eilan-
den legt ontrent 4 mylen Bezuiden het
voörige, vertoonende zieh meelt rond ,
f mylen lang en 4 breed 3 doch aan de
N . en Z. hoek fmaller , ert ’t legt meeft
N . W . ten N. en Z. O. ten Z geftrekt.
O f ’er na ’tO- nog meer zyn , -können
wy niet zeggen, hoewei het zeer waaf-
jchynely-tc-is.--
Deze eilanden leggen van Banda 6 f ,
en van Nova Guinea 18 o f zo mylen,
beftaande meeft invlakke en bofehagtige
landen.
Om van Banda na de zelve te zeileh ,Tewer
is men gewoon eerft op ’t eiland T e wer en
(daar men na i ö f 1* etmaal zeilens komt) r*
aan, endari verder over Gaüwer te gaan,
waar na men nog wel een gfoöten dag
van nooden heeft, om deze eilanden te
beloopen.
Op de zelve heeft men veel dorpen,
waar onder de bekentrte zyn: Wokam ,
Wodjir, Workey, Wamir, Töetewa-
nang, Saguwading, Bocan, Guamaf,
Bagambel, Maaycoör (dat op een by-
zonder eilandje legt ) Ratoe, Tarangan
en meer anderen, die meeft geitadig tegen
malkanderen oorlogen, behalven dät
die van Nova Guni6a , en ’t Zuidland,
hen dikwils komen verneilelen } eri deze
oorlogsgevangenen zyn het, die zy aän
die van Banda als flaaven in groor ge-
täl 9 en voor een geringe prys, ver-
koopen.
F Dit