Heer Podlvoets tyden y wanneer de Koni
ngons om herftellmg van den handel
verlogt, verfchilde , behalven dat hen
nu ook allerlei onbillyke voorwaarden
vo'orgelchr^ven wierden.
De Tocht. van de Heer IVouterjfbonvns
egter van dieq uitflag j dar ’er de Heer
Cleur niet lang*-daar na weer als Opperhoofd
na töe'girtg , gelyk hy ’er ook tot
A°. 17 11 gcbleve»,, en toen door de Heer
Dirk Bloem, die ’er tot A°. 1717 gebier
venI en toen doo®- de Heer Wybrand
> vervangen is. Defe Heer bevörens
Hoofd van Ligoor geweeft, heeft
hier tot A°. 171p gelegen j en w,erdA<*
17*0 buiten gemeenRaa4 van Indien, een
bevotderingj die hjiar weergae daar n»et
heeft} en in dit zelve \m is zyn E i hier
vervan gen, door de Heer Henrik van der .
Burgy die ’er* volgens dé laatfte berich-,
ten, in ’c begin van A°. X723 noch.lag,
en doen vervangen is'door. den Heer .Gr®-,•
gorius Henrik Praagwan._ g
• Wy voegen hier een Lyft vandeSiam-,
fe Qpperhoofdepby, voor çooverre.wy.
die hebben kanneqxiagaan, en opdclvçn*
D E R
SIAMSCHE OFFERHOQFDEN,
Lyft der Cornells Specie.
Siimfe Uehr'tk Nagtegaah
Opperhoofden.
J„u f8tu5 s S_c hT a|uHte n.
Jeremias van Pliit.
Herman van Muyders.
Jan van Ryk.
Henoch Poolvoet.
Nicolaas de Roy. ■
Van der Spyk.-
Dirk de Jong.
Aarnold Fa.'
Joannes Keyts..
Pieter van den Hoorn<
'Thomas van Son.
Reynier Boom.
Gideon Tand. .
Aarnold Cleur.
Dirk Bloem.
Wybrand Bloem.
Henrik van der Burg.
Gregorius Henrik Praagmatii
A*. A-;
1604.
1623. 1617.■ belaft door de Heeren
17 dit Gompt. te ligten.
ü ü r 1535.'
1633. . ’t Comptoir datondertuflchcn
weer gelichc
was, herfteld, cn
I ¿34. door Taft van de Heer
Brouwer een fteene Lp»
gie gcbouwd. .
idjp. 164t.
1647. 1650. §
t6 f8. I661. •
1661. 1663. ’tCorapt.opgebrokcn.
1664. zend de Koning CommiflariiTeii
. . om na de reden te verneinen,. Cn
verfoekt herflelling.
herftcllen wy ’t Compt*. 1666.
i6 jz .
1 6 7 7 .- -
1679. ^
1688.
1691.
u-r.-■ 1697: :
. 1703.
. 1703-'
1712.
1717.,
1719-
17 22» z f Nov*. ovcrleden,
*P-July.; W
l 5 5 f .
16(55.
1672.
1677.
i.679.
iö8y.
Ü É É
1691.
15pi?.
1703.
1704.
17.12.
1717.
1720.
1723.
Van de Dat de EfigeWche hier mede cert Comp-
Engel- toi r-gehad hebben, ial ons uit het ver-
F^nfche völgblyken* maar hunnen handel is hier
ran van zoo weinig belang geweeft, dat het
niet weerdig is, om daar van tefpree-
kcn.
Egter hebben. zy hier tot A0. 1704
noch een Logic gehad, die toen. ook af-
geloopen, gelyk hun meefte volk toen
ook door de Siajnmers gekrift, en hun
Opperhoofd Mr. William Thiens met een
fchamp-fcheut gequeft, cenigc tyd hier
ge-
DcGriek
Faulcon
belchrc-
V«.
gevangen gehouden., vandaar ontvlugt,
en; naderhand hun, Opperhoofd op Ban-
jar MdHin geworden is., -
De Franfehen hebben /ich hier eenigen
t.yd vryvafter en aanfienelyker nedergc-
iet.
Wanneer zy hier eerft gekomen zyn,
blykt my nergens klaar; maar men wil ,
dat zy hun meefte aanfiengekregen heb-
ben, terwyl zeker Griek ,, Conßantyn
Faulcon genaamd, hier eerfte.Dienaar van
Staat was,
Defe Heer was vangeboorte , een
Cefalonier, niet,. gelyk Moni*. Tachart
©pgeeft, de Zoon van den Gouverneur
van dat Eiland , een Venctiaans Edek
man , : maar van een zeer geringe raf-
komft.
Hy verliet, pntrent 12jaaren düd zyrt-
d c , zyn. Yaderland, en ging met een
Engelich Sc hip, ontrent A°. i66o. na
E ngeland, daar hy lieh doör zyn verbind
en geeft by een Kiipitein, die na Indien
yertrekken zou, zö'o verre wift in te wik-
kelen, dat hy hem toeftond voor jongen
en jong Matroos mede te gaan,
Hy wierd op de Reis quartier-Mee-
llqr, alfoo.de Kapitein iet groots endef-
tigs in defen borft merkte', entradeindc-
lyk, in Indien gekomenzynde ^ tot hoo-
ger Schelpsdienft op; dog na dat hy hu
wat ouder geworden was» cn al eenige
jaaren met de Engelfchen in Indien ge-
iworvpn had, quam hy cindelyk mep hen
in.Siam, daar hy. lieh uit hunnen:dienft
begaf, en nu zyn, eigen zaalcen begon
waar te nemen, die hy door zyn groote
geeft in körte jaaren zoodanig dede veränderen,
dat men aan zyn vederen nu
iien kon, dat het een vette vogel geworden
was.
Om egter nog grooter zaaken te on-
derneemen, kofe hy eenfraei groot Vaar-
tuigj dog zelfs geen geld genoeg heb-,
bende, om dit Scheepje te betalen ,
leende hy van ’ t Engels Opperhoofd alliier,
Wte. Wyth (die ten tyde van de Hr.
Aarmut Fasi doo.r Mf,, P at^ y ery
isj eenige penningen zoöom die'fchuld
te verefxenen, als om lieh van een goe-
¿e lading te voorfien.
Het ging hem eenigen. tyd byzpndcr
wel, dog naderhand kreeg hy ramp op
ram p), dat hem.egter dqn moet niet be-
nam, om ’t werk te hervatten, cn nog eens
een togt na de kuft van Malabar te'wagen;
maar dit bequam hem zoo qualyk, dat
hy door een fwaren ftormzynSchip, en
byna ook zyn leven, verloor, werdende
nog, door een groot geluk, op de wal
geilagen. ( . . . . ,
Hy verloor daar alles wat hy beiat,en
borg niet meer, dan twee duifendRyx-
daalders van alles, wat hy in dien bodem
gehad had.
Terwyl hy daar zoo elendig en rade-
loos opftrand zat, zag hy van verre een
Heer daar längs komen, die wat verder.
van daar, dooi: dit zelvc onyreer, zyn
Schip verloren had. •
Na dat de zelve by hem gekomen was,,
verftond hy» dat hy een Geiaht was des
Konings van Siam, aan den Koning van;
Perfien, die weer na Siam keerde \ maar
nu, zyn Schip en goederen verloren heb-
bende, geen middel zag, om van daarte
geräken.
Faulcon, die wift hoe ’t fmaakte, zyn
Schip en goederen te verliefen, en met
den ftaat van defen Heer bewogen, had de
grootmoedigheit van hem j na dat hy heni
zyn ongeval van den zelven aard verhaald.
had, zyn laatfte 2000 Ryxdaalders, die,
hy nog behouden had, aan te bieden,
in hope dat die. Heer hem in vervolg
van tyd dit wel weder vergelden, en.
daar door mogelyk gelegenheit geven
zou," om zyne dus verre vervallene zaaken
eens weer gelukkig te herftcllen.
En waarlyk het yiel ook na zyn ont-
werp ui^.
De Geiant, verhaaft over die onver-
wagte aanbieding, nam de zeive met
dankbaarheit aan i waar op hy ten eerften
ccn Vaartuig kögt'^waar .Enedq zy iq
Siam quamen. :
Zoo ras was defe Gefant voor den
Berkclapg (een Heer, die alles met de
vreeipdelingen verhandeld) niet verfchee*
nen, ofhy verhaaldezyn ongeval, roemde
de grootmoedige aanbieding van den Heer.
Faulcon, en, fprak zoo veel lof van zyn
weergaloos yerftand , dat de Berkclang
zeer benieuwd was, om Faulcon te fien.
Hy verfcheen ’er op zyn ontbod; maar
hy had hem zoo ras niet over verfcheide
zaaken hooren redenkavelen, of Hy vond
in hem zulken doordringende geeft, dat
hy voornam hem aan den Koning, als
een van de bequaamfte mannen, die hy
oit gehen had, voorte dragen.
Daar, op voor den Vor ft gekomen zyn--
rde, :jmn(|14ic-hem zoo.vaardig en net in
alfes ,^ a tn yh em voorftelde^ te beant-
woorden, dat hy hem, op aahfaading
van den Berkelang , tot ’t waarnemen
van dienften van belang gebruikte, waar
in hy zieh boven verwagting zoo wel
queet, dat het den Koning veel ontrent
zyne inkomften fcheelde; gelyk dit ook
de grond lag, dat de Koning hem, na de
dood van den Berkelang, die hooge be-
diening aanbood.
Hy had *cr wel fin inj maarwetende,
hoe veel nyd dit hem by de Siammers
baareh zou, daar zoo veel Grooten uit
hunne Natie na ftonden, en dat eeri
Vreemdeling daar mede zou henen gaan j
weigerde die ecrft met veel nederigheit,
en betuigde, ejat hy den Vorft geerhe
K 3 inl