
i öfo. Conßantyn Faulcon zoodanig te voorfien,
dat die ganfche aanflag op een tyd, wan-
neer zy die minft dagten, verideld wierd,
alfoo ’er op alle de \q-egen, daar zy door
trekken moeften, zoo veel volk in hinderlagen
gelegt was, dat zy, merkende
dat de bot vergald wa s, befl keurden
hun werk voor dien tyd te ftaken, om een
beter gelegenheit af te wagten; maar de
Koning, hier mede niet voldaan, overlei
met zyne Mandaryns, wat hier ver-
der in te aoen, en beiloot, na veelover-
wegingen, om defen misilag aan de Ma-
cafläarie Hoofden, mits dat zy hem om
genade quamen verlocken, en fig uit zyn
land begaven, te vergeven.
Zy quamen daar op alle by den Koning,
verfogten hem pardon , en ver-
kregen ’t ook; maar Dain Mangali ver-
fcheen niet, waar over defe Vorft .zoo
vertoornd op hsm wierd, dat hy aan-
ftonds belafte, hem met een Vloot, be-
mand met 7000 Siammers, in zyn quartier,
dat hy zeer fterkgemaakthad, aan
te taften.
De Grick (anders Conßantyn Faulcon
genaamd , en dien wy hier na breeder
befchryven) was Zee-voogd over defe
V lo o t, onderfteund van de meefte Europeers,
hoewel de Nederlanders fig uit
andere infigten- hier van hadden weten te
verfchoonen.
Men taftte de Macaflaaren dapperaan,
en Dain Mangali^ welfiende, dat hydien
dans niet ontfpringen zou, verkogt de
Siammers zyn huid zeer dierj dog ein-
delyk, alfoo hy met zyn kleyn hoopje
zoo grooten Vloot van volk, dat gelia-
dig aangroeide, niet wederftaan kon,
Wierd hy door vyfpylen, en een'Snap-
haanfehoot, in ’t hoofd zoodanig getroffen
, dat hy voor zyn oudfte Zoons
voeten, in ’t midden van een grooten
hoop Siammers, door hem verflagen,
dood nederftorte.
De zynen hielden *t nog eenigen tyd
gaande, maar lieten ’er meeft he't leven,
uitgenomen zyn twec Zoonen, die op
een wonderlyke wyfe nogbehouden, en
zedert zeer genadig door defen Koning
behandeld, en na hunne geboorte Vor-
ftelyk opgevoed wierden, en men zegt
dat zy naderhand ook Chriften geworden
, en in de naam des Konings van
Vrankryk , en van den Heer Dauphin
(die over hen als gevaders itonden) ge-
doopt zouden zyn.
Van de Weinige Macaflaaren , toen
nog overgebleven, is het Macaflaars
quartier, dat men hier nu nog heeft,
metter tyd aangcgroeidj hoewel het van
niet veel belang is.
Van de Dat de Nederlanders hier mede al van
Neder- 0ude .tyden a f fig nedergefet, en fterken
lande». jjancje| gedreven hebben, is een zaakdie
onbetwiftelyk is j maar het zal niet on- 1^04.
aangenaam z y n , dit wat verder op te
halen.
Wanneer de Zee-voogd Wybrand van
Warwyk, den 20 Mey 1004 vanDjohor
t’zeil gegaan, en den 30 op de Rheedc
van Patani gekomen was, alleen met
toeleg, om daar eenige Chineefen aan te
nemen , om hem in de togt na China
behulpläam te zyn , verftond hy daar
van eenige Siammers , dat hun Koning
gewoon was, jaarlyx eenige Gc-
fanten aan de Grooten van China, en
aan dien Vorft te zenden, om aan den
zelven de eerbiedigheit, als zyn Vafal,
te bewyfen, en uit dien hoofde voor hem
te Sombayen (ten welken einde zy ook
doorgaans, om te zekerder dien togt te
doen, die alle anderen verboden is, het
Zegel en Wapen van den Keifer van
China met fig voeren) vpnd hy goed
Cornelis Specx na Siam te zenden, «jagt
verlbek om d^rgunffvandefenKoning,
onder ’t gevolg van defen Gefant, met
eenige Gefchenken na China te mögen
gaan.
Hy vertrok met een neef des Zee-
voogds, benevens een Bootsman, eneen
Jongen, den 9 Juny van Patani na Siam,
en nam 2 Metale Karner-ftukjens, ieder
van 12 o f 1300 pond, een kogel van p
pond fchietende,. ten Gefchenk voor den
Koning, behalven een Cargafoen van
4000 gülden mede, en een Brief, waar
in de Zee-voogd van Warwyk aan dien
Vorft blyken dede, wat de eigentlyke
reden van zyne befending was.
Specx y in Siam gekomen , en daar zeer
wel ontfangen zynde, ontbood in September
160/ meer voorraad tot zyne.Chi-
neefche Reife , dip hy vaftftelde dat
voortgang hebben zou , zoo men hem
maar meer geld zond, waar op hem nog
2000 Ryxdaalders toegelonden zyn.
A°. 1607 den ip December quam ’t
Schip Mauritius van Patani, waar mede
op Bantam toen ook eenige Siamfe Ge-
fanten, nevens Cornelis Specx, vcrfchee-
nen, zonder dat deJg^ypogd Cornelis
MateUeß^^itticf'tmä\s}ioö?d lag, wift,
om wat redenen hy die daar bracht, alfoo
dat vlak tegen de laft der Heeren
Bewindhebberen aan was, en maar on-
noodige koften geven kon.
Hy vraagde dierhalven aan Specx,
waarom hy de zclve buiten laft medege-
bragt hadj dog hy zeide, dat dit niet zyn
bedryf, maar des Konings wil, was, die I
hem wel uitdrukkelyk gevraagd had ,
waarom men zyn Gelanten niet zoo wel,
als die der Köningen van Djohor en
Atsjien (die maar Koninkjens, by hem
te rckenen, waaren) ontfangen wilde,
waar mede de Zee-voogd voor zoo verre
wel voldaan was; maar overleitoen verv
a m S
Itfäig. der met zynen,Raad, o f men defe Ge-
lanten ook mede ha Holland nemen zou-
ae, tgeen, oth veel redeneü, eindelyk
by “ eu Raad befloten wierd. Zy qua-
raen dan aan land, en fchonken een zeer
fraejen kleenen houwer, met eengoud ge-
veft, en overtogen fchede, aan den Zee-
voogd. :
P cn January 1608 nam h y , met’t
P Oranje, van Bantam vertrekken-
de, defe Gefangen , gdyk ook Cornelis
Specx, mede na Holland} doch Specx den
11 July benoorden den Evenaar overle-
den zynde, ontdektede Zee-voogd, dat
defe Gefanten eenige .fteenen van hem onder
fich hadden j hoewel zy zoo ftout
waren, om dit , wetende dat men met
getiiigen hen dit niet bewyfen konden,
te looehenen, dog de Zee-voogd daar
van wel verfekerd, eifchte die zeer fors*
toonendt hbe* weinig zulke lcugens ea-
diefftal de Gelanten vah zullten magti-
gen Koning voegdenj dog als zy egeer
bleven volharden, dit ftyf en ftout te
looehenen, ichold Mateiief, deneerften
in rang, voor een fwarten Schelm, en
dreigde hem, zoo hy die gefteenten niet
aanftonds yoor den dag bragt, de ooren
te zullen laten affnyden, waar op hy% zeer
ontiec., vertrok, en zyh^Tmiea^Geftnt
met een afch - eraeuw Damafte zakjen
zond, waar in de fteenen waren, ieder
in een byfonder papierken, en elk met
een byfonder opfchrift. Zy waren Hegt,
en ongezegeld, zoo dat hy, wanneer fe
hem overgegeven wierden, vreesde,dat
de Siammers de befte genomen, en tegen
anderen verruild hadden. Dogalfoo
hygecn nadere bewyfen ten hunnen lafte
hadde, en de Bricven aan de Moeder van
Specx niet openen dorft (daar ’t anders
wel net in Zou gebleken hebben^ moeft
hy dit hier laten beruften.
Na zyn komft in Holland, bragt hy
defe Gefanten den 11 September i<5o8
in den Hage, by; den Heere Prince van
Oranje, daar zy hunne Geloofs-brievcn,
in een goüde doos, van fraei gedreven
werk, een ipan lang, en in een yvoire
koker geplaatft, nevens 2 andere kleene
goude dooskens, in ’t eene van de welke
een Diamant, en in ’t ander een Robyn
was, en met 2 fraeje Roers, met goud
loofwerk doorwrogt, en nog 2 fraeje
Spieflen, van welke de eene eenigfins
met goud beflagen was, overgaven. Zy
quamen voornamelyk, om ons land te be-
fien, en te vernemen, of hetzeggender
Portugeefen, dat wy geen land befaten,
en maar Zee-roovers Waren, waar was.
Maar gelyk men hen al heel andere ge-
dagten van ons gegeven had, toen onfe
Zee-voogd den Portugeefen onder- Ko-
ning, nu onlangs zoo dapper gellagen
had, alfoo zagen zy , in den Hage ge- 111. D s e l.
| komen zynde j dit oofcgeheel anders, de- t g i i
I wyl zy doof gcftelde gcleiders over
| al ons land döörgebragt, en ten Vollen
van der Portugeefen valfcheit en quaad-
aardigheit overtuigd Wierden.
Na defen tyd komt my van de Siamfe
zaaken nicts van belang, voor, dan dat
de Heer Brouwer, A°. i<Sr 5 als Opper-
hoofd na Japan gaande , toen1 met een
in Siam aangeweeft is, en toen ook de
eerfte gronden tot onfen handel hier, en
van daar op Japan, gelegt heeft, gelyk
wy zedert dien tyd hier ook een vaft
Comptoir hadden.
Hun handel beftönd toert voorname-
lyk in ’t opkoopen van Herten-, Rhee-j
Büffels-, en Roche-veilen, en in *t ver-
voeren van Sappan-hout, waar by naderhand
de handel van R y ft, Namrak,
Gommelak , Agel-hout, Tin , Lood i
•erQiQtz Gambir., Rhinocer-hoorns , en
meer andere Waaren, van tyd tot tyd O
gevoegd zyn, waar tegen zy hier allcr-
^ e<^en invoerden j dog in de eerfte.
tyden met geringe winften, alfoo zy veel
ichade door brand geleden hebben. Hoewel
hen den Koning alle bedenkelyke
eere boven alle andere Europiaanen aan-
dede. . • r
v ermitf'zy egi?r°hetdüs'hier niet ian-
gcr konden gaande houden, vonden de
Heeien op Batavia, en in ’t Vaderland^
goed, die Comptoir, daar Htmik Nag-
tegaal als ons Opperhoofd allereerft gelegen
heeft, ontrent A°; tä aj te ligten. |
Ondertuifchen wierden ’er egter ver-
fcheyde Brieven, tuflfhendefen Koning
en de Princen van Oranje, Maurits en
Fnderik Himik van Najfau, en tuflehen
de Gouverneur Gencraal,gewifleld, waar
door dan de weg gebaand Wierd, om dit
Comptoir, onder den Heer NagtegaalA'.
10*7, weder op te richten,'hoewel die
A". 1035, en 1(534 voornamelyk onder
de Heer Jooft Schauten, die hier al vari
A°. ¡äz8 als ons Opperhoofd gelegen
had, een geheel ander aanfien kreeg ,
wanneer-hierj op een byfonder ‘Eiland,
pas buiten Judia, eenfchoonefteeneLo-
giegebouwd is,' om yoor brand zeker
te zyn.
Hy wierd door de Heer Joaft Schauten
als tweede Opperhoofd gevolgd, .önder
welken defe Handel hier zeer ilerk toe-
genomen heeft,en die ons ook wel het net-
ltc bericht van de Siamfe zaaken (gelyk
aan zeker gedruktopftel van hem dies aangaande
blykt) gegeven Is.
Hy blcef hier S jaaren, en isİ. tS j i
door de Heer Jeremias van Vliet vervan-
geri, die hier tot A ; . 154z gelegen, en
ons mede een net berigt wegens Siam
nagelaten heeft. . In ’t aelve jaar 163S
bragt 1 de Commifläris Scheuten defen
Vorft ook een goude Kroon met Efma-
X rau