
70 B E S C H R Y V I N G E v a n
Menfchen
w en.
*-** 3 «an lAfiia w a i van u c t i i .
O. door *tN. n a ’tW . liep. Ondertus-
fchcn quamen de fchuiten weder aan
boord, mec tyding van geen menfchen,
nog vee, en zeer weinig geboomte, als
■mede een fteene rif ontrent *t ftrand met
veel klippen onder en boven ’t water op
30 graaden 17 min. vernomen te hebben,
gelyk alle de fchepen 00k den iöden dito
’s nachts veel vuuren aan land gezien had-
den.D
en 17^“ dito ging weder een fchuit
met gewaapcnd volk aan land, die niets,
dan eenige meeuwen van de buiten - ei-
landjens en klippen, aan boord bragten.
Den 18den dito bevonden, by een pei-
ling, de N. W . miswyzing hier p graaden
z i min. ( op de Z. breedte van 30
graaden 30 min.) te zyn.
Den zoften dito zagen zy eenige eilan-
dekens, en aan dewalwat kreupelbofch.
Den zjftea dito op 28 graaden 8 min.
peilden zy een Heilen hoogen hoek voor
uit, zonaen de fchuit hier weder na land,
die tyding bragt hier menfchen gezien te
ge- hebben, doch konden, wegens de iwaare
ftorting niet aan de wal komen j ziende
ondeituifchen de menfchen op de duinen
voor hen, doch vry verrevan zieh, hee-
nen loopen.
Deze waren maar van een gemeene
lengte, fwart en naakt van huid.
Kort daar na de fchuit egter aan land
geraakt zynde , zagen zy daar 00k een
zeer zout binneuwater, en den z j&ea
eenige hutjens, 00k voetftappen van menfchen,
en eenig gevogelte 3 maarhadden
niets, dat voedzelgeven kon, vernomen,
dan alleen een plaats daar (by nood) re-
delyk drinkwater, hoewel al teverre om
na boord tebrengen, was. A l ’t geboomte
, dat hen hier ook ontmoete, was maar
kreupelbofch.
Den 30ften dito zonden zy de fchuiten
na de wal, die daar z inhammen, waar
van ’t Zuidelykfte wel drie vierde myl wyd
is , ontdekten , die zy bevonden op z6
graaden 16 min. te leggen.
Den 2d“ Februarii ontdekten zy aan
de wal z rivieren, van welke de eene van
’t Zuiden, en de andere O. aan zeer diep
inliep. Ook waren zy eenen inham wel
8j myl op geweeft , en hadden bevonden
, dat die inham in ’t N. N . W . weer
in zee ftortte.
Den 3dcn dito weer aan land geweeft
zynde, bragten zy niet alleen dit laatfte
berigt} maar voegden ’er nog by, dat de
opperftuurman van de Geelvink een plat-
geklopte tinnefchotel op de aarde had
vinden leggen, die met twee fpykei? aan
een paaltje vaftgeipykert geweeft , en
waar van de eene meeft vergaan , en de
ander nog kenbaar was, op welkenfcho-
tel zy dit gelheden vonden.
gekomen het Jibip den Eendragt van Amfler- blyS '
dam, den opperkoofman Gilhs Mipbaisv a n H m.
Luik, fchipper Dirk Hartog van Amber-
dam, den 27»“ dito t tailgegaan na Ban- f™0“'
tarn -, en was het onderfte (zoo men niet
anders zien kon) met een mes aldus ge-
lheden. De onderkoopman Jan Stins de
opperftuurman Pieter Dookus van Bill
Ao. 1616. *
Deze regte reede van Z>ir* Hartogs baai
(daar die fchotel opgeregt geweeft was)
S °P IT graaden Z4 mm., daar zy na
ook de N . W . miswyzing by een klaare
peiling bevonden 8 graaden 34 min. te
zyn.
Den f den Februari voeren zy na de wal,
hebbende zieh voor 8 dagen van koft en
drank voorzien , te weten de comman-
deur Fläming met zyn fchuit, en de be-
velhebber van de Hoeker de Nyptang
met dezynen, en vonden hier een eilanf
Zy quamen ook in een rivier , die zy
wel 3 of 4 mvlen opvoeren ; vol fteen-
plaaten, en droogten , en zagen verder
I veel binnenwaters als van verdronken
land ; maar geen menfchen, nog iets,
dat voedzel geven kon ; ook was de
grond, waar zy oek groeven, zeer »Itig.
■ Zy quamen tegea den avond nog in
een andere rivier, die zy opvoeren, alzoo
zy wel drie vierde myl ’tland inliep, en
daar een ronde kom, waar by zy eindig-
de, maakte > doch alles was maar zout
1 water j en men zag geen menfchen nog
I beeilen, maar wel eenige fchuwe duikers ;
ook kregen zy kort ’er na fwaaren don-
der , weerlicht en een harde regenbui,
die wel z uuren duurde, zoo dat zy den
nacht vry Hegt doorbragten. Ook zagen
zy hier loof nog gras.
Den ioden zeilden zy deze rivier weer
j af, en ontdekten by eenige grooteplaflen
van binnewateren weer eenige voetftappen
van volwaflche menfchen , en van
kinderen , die van een gemeene lengte
waren , en bevonden verder dezen h o ä ,
I welken zy hier ontmoetten , zeer rood
zand te zyn.
Den i2dc® dito bevonden zy de N. W .
miswyzing 7,graaden 21 min., en zagen
I den I3den een hoek, die heel fteil, doch
met zeer hoog was , ahvaar ook 3 klippen
N. N. O. van de wal ftrekten, aie
met reven aan een gehegt waren; en de
wal liep hier Z. ten O. en N. ten W .,
zynde nu op 24 graaden 4z min.
Den, i<Sdea dito quamen zy onder deO.
w a l, en peilden den Z. hoek (die zy
omliepen) Z. W . van hen, en zagen dat
dit een eiland was , zynde nu op de Z.
breedte van 24 graaden f4 min.
Den I7deu dito vergoeden zy , op 23
graaden 7p min. , de kompallen van 7
graagraaden
N. W . , en zagen 2 mylen Bezügen
deze breedte een imbogt met een
fchörre Z. hoek, en Benoorden die breedte
was ’tlaag land met voetftrand j alwaar
de ävondpeiling van 7 graaden 3 min.
N. W . miswyzing was.
Den ipdeu dito ontdekten zy eenige
reven drie vierde myl van de wal, en ook
een hoek, van welke een rif een halve myl
yerre in zee N. N. W . aan ftrekte, en
Benoorden de zelve was een inbogt, alwaar
de Geelvink ten anker quam , en
wät verder zagen de z andere fcheepjens >
voörtzeilende beneden dezen hoek een
opening, als een rivier, en die wel 3 mylen
voor aan in de mond wyd was. Zy
zeilden ’er wel in, doch vonden nergens
ankergrond} en kregen tegen den avond
weerlicht, en in de wind. Deze inbogt
Willems- word Willems-rivier genaamt, in welke
riwer. aue de fchepen naderhand nög ten anker
quamen. Zy legt op zi graaden 28 min.
Op dezen zelven aag befloot men ook
denziftcadito na Batavia te zeilen, alzoo
Zy nu alles, dat hen belaft was, uitge-
voert hadden ; waar op zy dan ook op
dien dag de ankers ligten, en derwaarts
voortgezeilt zyn.
Den 27ftcn dito raakte de Geelvink van
hun a f , en bevonden den zden Maart 4
graaden 23 min. N. W . miswyzing, en,
by een ävondpeiling, maar 3 graaden z 3
min.N. W . miswyzing} die zy den f dea
dito bevonden op 7 graaden 17 min. te
zyn.
Den zelven dag zagen zy ’t eiland Moni
op p graaden yo min. , en den 6den dito
was de N. W . miswyzing 4 graaden 40
min., den pden dito 4 graaden zp min.,
den ioden 3 graaden 14 min. , doch den
11 Jen op 3 graaden 41 min., en quamen,
ziende nog dien dag het land van Java,
kort ’er aan behouden op Batavia.
Zy hebben hier en daar aan land eenige
bJhern erweten, §er^» en moftaartzaad in göe-
v em den grond gezaaid , en op zekeren dag
öök i wezeltje en z graauwe haazen, en
eeriige bosrotten , als ook eenige pilan-
döks ( doch langer van pooten , dan de
gemeene, en fwart zynde) op dit land
De eilan-gevahgen.
den St. £)0k vertöonen wy hier nevens de
Amfter-" eüanden Amfterdam en St. Paulo , zoo
dam, be-als zieh die uiterlyk opdoen, mitsgaders
nevens de dien inham , daar zy die fwarte wilde
baai^Cn,t fwaanen gevangen hebben, met de letter
Ztüdland,D. gemerkt.
afgebeeld. De laatfte togt (myns wetens) na
’t.Z. land gedaan, is op de raad van een
Pimy’s S w i t z e r , p , Purry gelchied, na dat hy
wSww’t3^11 Heer opperlandvoogt van Smol,
Zuäland. en ’t iaar daar aan hier aan de Heeren Be-
windnebberen der Ooftindifche Maat-
fchappy, te vergeefs zynen dienft aange-
Boden had.
Moni.
by hem
venigt
gezien.
Hy was van oordeel, dat men geen
heerlyker land, om ’er een volkplanting
met veel voordeel te maaken, voor d’E.
Maatfchappy ergens in Indien , dan op
’t Zuidland, ter plaats daar ’tiand van P .
Nuyts legt, dat zieh op 3z graaden ver-
toont) vinden kon , en dat onze Maatfchappy
zieh daar om verfcheide redenen ,
die hy in een boekje geeft, behoorde ne-
der te zetten. "
De Heer van Swol wees hem in ’tlaatft
van zyn leven met deze ftelling, dat de
E. Maatfchappy reets land te veel had,
af, en de Heeren Bewindhebberen.alhier
zeiden tegen hem, na dat hy tot Amfterdam
verfchenen was, 'dat zytien voorflag
hen niet behaagde.
Daar na heeft hy zieh na de Heeren
Bewindhebberen der Weftindifche
Maatfchappy begeven , en die hebben Togt van
goedgevonden in ’t jaar 1 7 z 1. drie de Heer
lchepen, Thienhoven en den Arend ge-'P-°8Sj_
naamr t, en een tHt oe1 ker, met ae wveaearnts d>er-
Heer en Mr. Jacob Roggeveen, gewezen
Raad van Juftitie op Batavia ( die in
’t jaar 1714. na Holland vertrok) als
Hoofd dezer onderneming, derwaarts te
zenden, welke eengeheelandere togt is,
om de Z. wel tot 66 graaden ondernomen.
De hoeker is opdie togt gebleyen , en
zyn die z fchepen in een zeer elendige ftaat
(zoo my gefchreven is) den ioden September
1722. voor Japara ten anker gekomen ,
daar na op de reede van Batavia gebragt,
eh daar verder , ’tzy by aanhaäling , of
op een andere wyze, gebleven; gelyk ook
de Heer Roggeveen , en veel andere van
deze z fchepen, in ’t jaar 1723. met onze
Ooftindifche vloot hier weder aangeland
zyn; doch naderhand heb ik verftaan, en
ook eenigzins gezien, dat deze togt door
zyn E . , en te gelyk door fchipper Jan
Kofter , wöonende te Delfshaven , niet
( gelyk ik in ’t eerft meinde) na ’t Zuidland
; maar alleen ondemomeri is, om na
zekere eilanden , de goud - eilanden genaamt
, en op f 6 graaden £ . breedte gelegen,
te zeilen , en die op te zoeken;
maar die zy ( fchoon zy nog wel 10 graaden
verder dan hun bettek o f lall was,
gezeilt hebben) niet hebben könnenvin-
detr.—Kc meine dat devadervan de Heer
Roggeveen mede eens daar op uit- , hoewel
hy even ongelukkig, geweeft isvan
die niet te vinden. Of dit nu de zelve
goud en zilver eilanden zyn , die (zoo
men wil) Beooften Japan leggen, en
waar na toe haar Edelheden in ’t jaar
1643. fchipper Henrik Schaap , en den
onaerkoopman JVillem Byleveld, met het
jagt Breskens en Caftrikom gezonden
hebben, endieteNambo methuntwaal-
ven gevangen raakten , weet ik niet 5
hoewel ’t my zeer waarfchynelyk voor^-
komt.