
■j7 * V E R H A N D
Verfcheide Kemphaanen lever-verwige *
. en een zeer fraeje, die Appelbloefl'em,
eil de kleenfte van de drie is , die ik
kenne;
Een Appelbloefleme getakte kleene D*p-
H o o rn dog zonder lap ’cr aan.
Twee zeldzame Hoorns met fnuiten, by
na als den Aamiraal van Oma, levcr-
verwig, zynde een zoort van Trom-
pet ten.
Een paar zeldzame korte witte Switzers-
broeken , uit de Middelandlcbe Zee.
Twee kleene witte zwart-getakte Krul-
Horens.
Tweedito, veelbruirfer, dito van grond;
Twee groote kort in een gedronge zwar-
te breede Mooren 5 hoedanige nergens
gezieii heb.
:ie a vier Arguinze Tepel-bakken.
Drie a vier andre dito, rond, bruin , en
kleener, en drie a vier nog kleener dito.
Twee lichte geribde Weft-Indifche Cas-
ketten.
Twee wat zwäarder, dito.
Een paar zeer kleene Ambonfche dito, met
netjens.
T wee roode geribde Arguinze TootjenSi
Twee geele verkeerde Hoorns.
Twee paar Criffen.
Een Appelbloezeme Zwit- C deze heeft
zers-broek. J zyn Ed: al-
Een ditö, . . ; . Stompje. j leen.
Eengeel v ; . * > ditofi v.
Vier Franfche Bel Hoorns, zeer fraey.
Twee groote ItAiaanfche roode Vloerkens.
Een paar bruihe klimmende Leeuwen.
Drie geele kleene dito.
Twee groote dito , met groote drup-
pels.
Een Neptunus-Schacht.
Een groote z warte Moor met eene band,,
degrootiie, eh befte, die oit gezien
heb, zynde vry langer als een Ipan ,
en vry dik.
Twee groote Trompetten.
Een violette Siek, die niemand meer heeft}
dog twyffel, of ik die ook by de Heer
Schot gezien hebbe.
Een a twee zeldzame Luyt-Hoorns.
Twee paar groote Weft - Indifche geele
Kuipers-booren.
Twee geknobbelde Beddetyken.
Een paar gdknobbelde graeuwe Lap-
hoorns.
Een zeldzame groote gekärtelde Doyer:
Een zeer kleen Weft lndifcb Storm-hoedje,
ö f Casket je.
Een zeldzame platte Rudolfus, o f Wyd-
monder, een zoort van Beddetyken.
Een zeldzame Mufycq-Hoorn zonder Mu-
lycq-nooren.
S C H E L P E N .
Smirnafche St. Jacobs Schelpen, vier paar.
E L I N G ü e &
Verfcheide geele Orangie, en ook witte 4
dikke Filoozen, of kleene Poffertjes van
Curaçao, die by niemand gezien heb.
Een groote fraeje Purper-agtige Moffel.
Twee Crijfen.
Een paar diep - ingekorvene Dubbletten
even eens als twee parende Sots-kapjes j
zeldzaam, en heb die alleen ook by de
Heer Kiggelaar gezien.
Drie roode Schelpen vanZ). Adama, vari
Del Mina.
Een groote Compas-Sehelpi
Agt Haanckammen by een, en nog twee
a djie andre.
Een .fchoone licht-Purpre St. Jacobs■*
Schelp.
Een zeldzame Lazarus-klap zonder takj
ken.
My iiaat voor A°. 1718. by de Heer Van de
Jacob Bart in den Haag, wöonende in de ^ cer
Wagen-ftraat, deze fraeje ftukken gezien art‘
te hebben.
t i Ö Ö R N S.
Een paar groote zwarte Mooren.
Een uitnemend - groote, dog wat gö-
fchonde, Bruinet.
Twee minder dito.
Een paar witte zeldzame Spillen, die
noit by iemand anders zag. Zy waren
van de Heer Fagel gekomen jdog A<*.
1710. vond die niet meer by zyn E.
Een zeldzame Appelbloeflbme Siek.
Een zeer fchoone volkomene Najfawwer.
Een paar graeuwe zeldzame Tooten , als
Harts-Hoorns.
De Heer de la Fällte tot Delft, heeft
zekerlyk een zeer fraey Cabinet met Zeld*
Hoornkens j dog wat dien Heer bezit, *?me
weet ik niet, dan alleen dat ik weet vsm™
dat zyn Ed. deze ftukken, waarvaneeni- Heer de
ge gezien heb, heeft* i Failie
tot Delft«
H O 0 R N S.
Een Wentel- trap. Dit is my vah andre
zoo bericht;
Een Opper-Admiraal, by my Ao. 1717*
S C H E L P E N .
Een zeer zeldzame en ongemeen fraeje
Konings-mantel.
Een donker- blaeuwe groote Tour de Bra.
Een zeer fraeje Citroen-geele Dubblet,
uit de Middelandfche Zee ^ die niet kenne,
welke drie ftukken gezien heb. [
Van de ongemeene ftukken , die de Die van
Heer Bloem tot Rotterdam bezit, komen of Hcei
my deze tc binnen. Bloc'"-
H O O R N S .
Een fchoone getakte Switzers-broek.
L IE F H E B B E R S v a n d £
Een geribd Appelbloeflem fraey foot je r
anders de Dadel-Toot genaamd.
Twee fraeje zwärt en wit-gemarmerde
kruiken ,; wat grooter als myn Zuyd-
landers, en in Bonctnnus te vinden |
N0. 2,2.0,
Een groote getakte Weft-Indifche Ship-
Drie Franfche Bel-hoorns.
Een groote Kikvorfch met verfcheide
bruine banden op een witte grond.
Een paar Weft-Indifche Hoorns, als Spellewerks
- kuflens met witte banden van
vlekskens.
Een paar Weft-Indifche fraeje Tootjens.
Een paar Catwykze Tollen.
Ecngraeuwe Rudolfus met een witten band,
en van binnen Orangie.
Een dito zonder band, van binnen wit.
Een paar witte kleene lange Tepelbakjes van
. Curafaö. ,
. Een paar bruine kleene dito. •
Een zeldzame witte Wefierze¥Lr\j\-\lo6YX\
. mer takken, zonder krullen.
Een groote dito , zynde dik en zonder
eenige takken,' byna als die van de Hr.
. Wybers uit het roode Meir.
Een a twee zeer zeldzame AUkruiken \ of
, Slekke-Hoorns. - .
Eenige zwarte Mooren met banden , en
een zeer fraeje, fchoon van band.
Twee a drie kleene graeuwe Mooren.
Een Zeer groote Tepel-bak.
S C H E L P E N .
Een groote Haanekam.
Een zeldzame graeuwe weergadelooze
Bult-Dubblet.
Een volkomene Appelbloezeme Krab met
pooten j Een ongemeen ftiik, en ver-
.. lcheide andre, welke ik voorby gäe.
Een gebucchelde dito , ajs een Kemp-
haantje.
Twee zeer groote Ham-Dubbletlen vah
Curaçao.
. Die van De Heer van Segwaart bezit in zyfi uit-
I3e Heer nemend fraey Cabinet deze zeldzame ftuk-
yan Seg- jcenj 200 verrc het my heugd die gezien
a t> te hebben.
H O O R N S .
Vier Ölte-Hoorns met rofle bänden.
Twee zeer groote dito , met breede rib-
ben, ongemeen.
Een paar kleene, en nog drie paar groote
Caret-hoorns, waär orider zeer fraeje.
Een paai* zeer moye Bagynen-droll'en , of
Tollen.
Twee groote zeldzame geribde Spillen,
ongemeen fraey.
Een paar groote geknobbelde dito.
Zeer groote bonte Knobbel-Hoorns.
Twee zeer groote ,• en vier kleene Nap-
Jens.
III. D e e l.
Z E E -H O R E N K E N S . if )
Een flaeuw-geribde moye groote Spil.
Een zeldzaam paar Tygers, als Vloyd-
fcheeten. .
E'en groote getakte Weit-Indifche SnippeH-
- bek j en drie bonte gebandeerdc dito.
Twee paar groote Orangie Bruinetten.
Vier Kraal Nautuli, öf Kraal Doeken-huyf-
jens, mätig groot.'
Een paar groote Doeken-huyfjcns.
Een paar gern eene fraeje dito, en nog
twee paar kleener zeer fraeje.
Twee paar Franfche Bel-horens. " '
Vier kleene Spaanfihe Horenkeris.
Een glad Weft- Indifch Midas-Oor.
Een groot Zoompje met eennaad’erover j
en nög ettelyke andre zoo.
Drie enkelde Weft-Indifche Casketten, yder
by zonder. .
Een ongemeene groote gedoornde Bedde-
tyk, de grootfte die kenne, eri meer
andre.
V y f a zes geftreepte Bezoars, en eenige
van vericheide gronden en vlammen.
Zes Katwykze Tollen^ eh nog twee groo-
, ter zoort’. >
Een groote bruine Doggerfandze Hoorn
met veel W ormen ’er op.
Een ongemeene groote Marl-priem.
Negenderley Zee-Appels , e'n daär ondei:
• een paar Tulbänden. \
Een paar Orangie gebandeerde Dadels j
weergadeloos.
Een rechte blaeuwe Limoen-doorn.
Een zeer groote baüaard-Wentel- trap.
Een paar witte geknobbelde Lap-hoprns..
Twee Duivels-felaeuwijes , mfet drie viri-
gertjes ’er aan.
Een paar flaeuw-Appelbloefleme Kemp-
Twee Naälderi met witte drüppels.
Een paar roode kleene Weft-Indifche düb-
bel-getakte Lap-horens.
Een paar geele dito, dito enkel getakte,
dito met een wit-agtige bänd boven
by de knobbels; en nog vier andre dito.
Een zeldzame gefpikkelde Lap-hoorn, by
Rumphius Tab. XX XVII. N°. 3. te
zien j en deze heeft de Heer Groen ooki
Een witte eh Appelbloefletae Kemphaan.
Drie leververwige ditoos.
Een paar kleene ditoos.
Twee groote Vleermuyzen, o f wilde Mu-
Jycquen; roode.
Een geele gedrukte Doyer.
Een ongemeene fraeje Arguinze Krul-
hoorn zonder -krullen i dog met fterke
Appelbloefleme baaren, of fcherveri
over dwärs, en met veel banden en
ribben ’er over henen. Een zeer zeldzaam
ftuk.
Een kleen wit en zwart getakt Krul-
Drie Orangie Podagra's.
Een ongemeene Tepel-bak mét drie.over-
D d d d Iarigzd