
3 4 f V E R H A N D E L I N G
jorjgen zuigcn. De teenen der pooten
yy« 90k met vel als overtrokken, ’t welk
er van zynde, gelykt die poot zeer wel
na een hand, waar.door deze Vifch nog
al meer qa een Menfch, . ö f ’t Menlche-
v Iie.» gelykt.
Men zegt oök, dat zy traanen können
itortpn, en zugteq als een Menfch ’tgeen
m7l p bude Heer Rumptyius ver haald heeft,
ten tyde töen hy Hog zienkonde, ge?ieri, |
geho^ t e hebben, aan een Wyf-
j C!L5 -^ri^eveD^ & hem gebragt, en na d e rh a n r f in rrÖTJ • 0 7
i ) E Ä.
zettende;. Zeer hevig vervolgd , eil tatt
.Sdeñn hbeTk Sh e’erf t, dj ohoyra eann.ddoeokrorePig>d so hfaoaend:
kt8h e T ’erZOmmige0pZeCWdontln
M m vait nog een andre Vifch
van deze met dan allem daar in , dat hy
geen Zeil, heeft, verfchiilende. Deze is,.,?'
ulpannen, en f in derondtehng, heb-1 ?
bende ook zoo een hoorn voor uit ilaan ¥ r¡
m ¡M z fpannen lang, en zeerfcherp"/ ,
in haar leven, ookhoeftende, en even eens I p l im m J i í . 1 ’• , tZlIver was,
m eeeenn MMeennffcchh ;; wwaaahr'ra'amn dde TVivfleÄhe£rs Deze T Í buikisnem
hooren, fnuivende.
Zy vallen nu en dan ontrent Hitoe La±
»«y by het R if, en ook wel Ontrent Ha-
W t f e i zy zieh' zelve wel zoo
hoog üit het Water opgerecht hebben,
dat men ze voor Zee-Menfchen aange-
zien heeft. °
i Len van dekloekfteViflchen, diehier
vallen , is öok de Zeil-Viich. Daar zyn
- dif wel elf voeten lang , en wel an-
derhalye voet dik zyn.
v » f e «zwarc van rü g , en Zyn zyden
treicken wat na het violette.
Hy heeft een grooten bek , wadr van
het bdven-deel veel länger , als het on-
derfte, is, gelyk het eene ook wat na bereden
ftaat.
Qp de n,o hefi- I.,, _____
—xer vinnen, nan andre Viflchen, die hy
alseenzeil, drie yoeten hoog, opzetten
kan, laatende die, als hy wil, weder in
hare behoorlyke plaats, die zieh bp den
rüg vertoond , -nederzakken. En zoo
heeft hy nog andre plaatzeo aan ’t lyf
om ook zyne verdre vinnen te bergen. *
Hy is ruw van huid, als de Hayen ■
dog heeft geen fchubbeii.
1 r i .
jV _ 'ñ 7 , ö liy «ok van ouik is.
Deze aaft op de Tsjakalang , en . andre
tSaa d' y- Ze df w- ViVfch tDc izty nfc h, yennd hoey nis .vBe»tf -
en lekker van fmaak. ’
De Tsjakalang is een V ifc h d ie z a z
voeten lang, en zomtyds langer, dog die n É
ÖGeeeepn “ VHyt hh eSe1ft gedeny ^lanngdee bek ,.n,aal s een
hout-Smp , voi fcherpe dünne, landen
is groot van oogen, Zilveragtig van glans .
^ zondet Ichtihben, alzoo d if zeef
- W y Zouden die al mede können vertoonen,
zoo dat niet feeds door de Heer
Nteu'whof gedaan was.
Daar is nog een zoort van Geep , die
™!L4/ 0et<? aDg’ C D Tfompetterge-
naamd werd , een zeldzame en lekkere De
-«»‘■■'-v-aaamihnjneo^omd e c , war!?™1'
voorzigtig eeten moet laaicn> watptKr.
als^eni h ftt í Íer,00k Veel kke“ Vifch,
oni- • * \ T-v P.á>ro9^e als een kleene V^fch-
Spienng.) De Kabalinjo ( als onze Alf kens.
ten ) de Melk-Vifch,. U k t a V * £
kenI ¿ r r ’ en daJtdaa^ Y -h o k -
De kop fehiet zeer fctielyk van de I Zau-Z™'SU i H ÜIH Ü «««nfl
plaats af, daaf zyn zeil op deiug is“ in! L e L n PdTe f t Æ '“ " f nde’ )lka“
by de oogen fchuins afloopende. Zyn een kleèn voet ,anS > ™ als
zeil glimt, als zwarte zyde , zoo lang Ook is’er f t L ? ? ar wat:d™°g isi
het vo«ig « en werd | Ldreogd z y n fU „ d
de, onder de zeldzaamheden der Zee be- lan|, een Rievihr Vift-h^13 We™g be~
waard , te meer, alzoo ’c in zommige flecht volkíc is D a í , i.™ V0° r ’C
ZOO groot is , dat het längs de geheele zeer Heen Vifchie » n“ nog cm
.ruggevondenwerd. & 6 J ^ ' • Ikan Ptzm > dat is,
Men zegt, dat deze Vifch (van welke vinge/lang ein’ h8r " M'?d|’ i.2y',de »
nien groote en kleene zoorten heeft) zeer na de binnfn’ zyde fcherpP “ d ’ “
o— — — ...VW«. *uui lui iicciLj zeer
lekker van fmaak} dog dat de kleene daar
toe wel de befte, hoewel hy, en voor al
de groote, watdroog, endiedaaromook
.niet wel te eeten is. Men fnyd de zelve
in mooten , en kan die, gezouten zynde,
fmaak :kleenedz.r a. d f ? Icî e^-.
in de pekel lang bewaren.
Die van de zelve maar drie voeten lang j
zyn‘, vallen doorgaans vét, en zyn zeer
lekker tòt ipyze.
r^eze Zeil-Vifch, en de Haey ,. zyn
aoodelyke yyanden, die h y, zyn zeil op- <
-----— IGHCI U,
11 # " ^ * iekker^ Viffchen is deBa-
bara, die breed, en dun, van een Zilvre n
glims, en ook gefchubd is. 1 - WÈÊ
? e ,wittf > end e zwarte; dog Twee-'
de laatlle is de v c tfte , cn de lekkerfte; derlT
Z y iS Z voeten lang , en des zelfs mooten
krimpen njede redelyk wel. W y vertoonen
den zelven bier niet in Prent, om
dat hy onder de ongemeene Viflchen zal
gezien werden. .
Een zeer bekende, lekkere , cnXy-
G e m h e n e V I S S CH E N
De Jacob zonder vafte Vifch , is de Jacob Everts-
Evert- zen j deze gelykt wel na een kleene Kàr-
zen, ver-
fcheide
.zoorten
’er van.
■ per , dog is wat róoder van verwe , en
nóg wat anders van kop. Hy is 'zoo be-
kend, dat wy niet noodigàgtenhem ver-.
der te befchryven. Ook zullen wy hem
nóg onder de zeldzàme en ongemeene
Viflchen ontmoeten. Jfy draagd zyn
naam na een Ooflindifche Schippcr , van
die naam , die over zyn ganfch lichaam
zulke fproeten en vlekken, als deze
Vifch , (zoo BontiusLib. j* cap. 24 2egt)
had. Deze Vifch krimpt zomtyds} dog
dan is hy te hard, en Óneetbaar.
Daar is hòg eèn zwarte zoort van de
zelve, van verw uit den geelen en brui*
nen gemengd , en met groote vlekken
bezàeid , zynde zoet -, wit, en vaft van
Vifch j ook krimpt hy zomtyds} dog
dit is geen krimpen op zyn Hollands ¡
maar een zeldzame verftyving van de
Vifch, die hem geheel bederft.
Daar zyn ’er van deize zwarté zóort
gevangen, die 7 voeten lang waren ,
hebbende eep bek, één ípan wyd , en
een kop , die in ’fc rond 6 fpannen
groot, en voorzien van een ftaart, die z
voeten breed was. En zulke heeft men
hier voor ’t Kafteel Vittoria , en Op de
Rheede gevangen } dog die groote zyn
wreed, en oneetbaar.
Een van de fçhoonftê , lekkerfte en
uitnemenfte Viflchen , die ik hier gegeten,^
èn zeer fmajcelyk beyonden heb , ij
de Snöek, een Zee-Vifch , als hier een ■
Kabbeljaeuw van groote, maar die iii ’t
allerminfte niet hairig, gelyk deRivier-
Snoek in Holland is. _ .
Hy is zeer vaft eri blankvàn Vifch, en
zyn mooten vallen als die van een fraeye
Kabbeljaeuw, krimpende mede (op zyn
Hollands , ) dat het een luft om tfe
zien isj dog hy valt zòo vet niet j als de
De Pápe- Konings-Vifch ,
káeys- De Inlanders vangen hier ook veel
°ck’ een Vifch , by hen Ikan Kakatoeha , of
de Kakatöe-Vijch, en by ons de Papegaeys-
bek, genaamd. -7
Hy heeft allerley fchoone vetwen , en
een gladde dog fchubagtige hiiid, zitten-
de zyn kleene fchubbeii zoo dicht op
een, als of het lèder was.
Hy is rood van kop , en heeft ontrent
de Kake-beenen een groene piek. 'Onder
de keel vertoonen z ig , op een roode
grond , verfcheidc Linien ftijflcens ¿ als
ò f ’t Àrabìfche Letters waren. De verw
van zyn vinnen is als die van de Regen-
boog. Zyn bek is alá die van de Vogel,
de Kakatoeha genaamd , of als die van
feen Papégaey , waar ná hy Zyn naam
draagd. Hy is (even eens, als die Vogel
) ook zwart van oogen, die fterk
glimtnen. Zyn rugisdonker-rood* over ¡
De Zee-
knock.
v a n A M B O I N À . 545
den welken dwars henen, eenige groene
ftreepén lóopen, die onder de buik in ,
roode veränderen. Het üiterfte van zyn
lyf is'blaeuw.
Zy zyn gemeenelyk een fpah, o f twee
lang, en vallen zagt en week van Vifch -,
dog zyn vet eri lekker , vòoràl als zy ge-
bradé werden ■.
Deze Vifch houd zig ontrent de ffeen-
ägtige en diepe Oevers op , werd in de
Böbbers ( of groote Vifch - fuiken , die
men 40 a yo vadem , en diepér , in Zee
zinken laat) gevangen. Dezwar-
Daar is nog een andre Papegays-bek, *ePa£e"
die over ’t ganfche ly f zwart en glàd is, bekl^
hebbende een kleene bek vol tànden ,
die in ’t bövenfte Kake-been opwaards,
en -in het benedenfte na beneden toe
gebogen zyn. Zyn oogen zyn àls die vari
een Loeri, hebbende een zwárten 00g-
appel, met een roode kring ’er om,
waar onder een donkere grond is.
Van ’t hoofd tot de ftaart toe is hy
met ettelyke reyen van ronde witte ftip-
pelen , even als öf ’t Hagel-korlen waren
, bezaeid -, dog aan de buik onder zÿri
die ftipkens Blaeuw.
De ftaart is Goud-verwig , voor eri
agter even breed. De riig is laag, hebbende
in de lengte een virine § die vervolgdi
Hy is zeer goed van fmaak , dog heeft,
wegeris dat hy zig ontrent Klippige Oevers
ook onthbud, ältyd een ziltige fmaak. André
■ e lyk e andre zoorten zoorten,
vän deze Viich , die zommige een voet van
grooti zwart-groen, ofdönker-blaeuw
van lyf, en blaeuw van oogen zyri, waar
om men, eerft een bruine , dan nog een
Spááns-groerie, en dan hog een geele
kring, zig om een bleeke o o g -appel,
vertoonende, verneemt. De ftecrt is
zwart Cri groen. De lcánten van de vinnen
zyn zwart, en dáar na biaeuw.
Nog is ’er een, vari 1 voet lang, diens
kop Spaans groen , en die verder zwart '
van nek , en ook zwârt van oog-appel,
waar om eeri dubble geele kring, gelyk
’t geheel Kake-been groen is. Ook is
de vöorfte halve rug fchoon Spaanfch-
groen, het verdre van aicn doriker-
blaeuw, met bruine watering.
Op de rug heeft hy ook een doorgaan-
de vinne , die al medfe Spaanfch-groen}
feri met twee geele ftreepen verdeeld is.
De vinnfen aan weder - zyden zyn ook
Spaanfch-groen aán de kamen, dog in ’t
midden âard-verwlg. In den bek heeft
by', in de plaats van tanden , maar eeri
wit been , dat met kerven voorzien is.
De ftaart is breed , en helder Spaanfch-
groen , gelÿk ook de buik met zyn vinnen.
De 3 of f laatfte fchubben verbergen
den ftaart als in een fchede.
Dezc verfcheide zoorten van Pape-
gaeys-*