
i5>i Befchryving der BOOMEN, PLANTEN,
yder bloemtjen uit vy f blaadjes, die in korls (zegt men) zyn, gewreven en met
groote trosjes byeen ftaan dog uit yder
Bloemtjen ziet men maar eene Trommel-
ßok voortkoraeri, zynde een lange ronde
' bruine harde pyp, o f (chille , die hout-
agtig , ontrent twee voeten lang , een
duim dik, en aan de eene zyde met een
naad is.
Van binnen is die koker vol verdee-
lingen, o f affcheidzels , met een zwart
en zagt merg, waar in een dünne platte
korl is. ,
Wat nuttigheid dit merg (om ’t welk
zy alleen gebruikt werd) geeft, weten
de Genees-kundige, Apothekers, en Kruid-
kerners, zoo wel, dat wy daar niet veel
af behoeven te zeggen.
Het is een zeer zacht en gemakke-
lyk middel, om ’t lyf te zuiveren, en
open te houden. Het doet ook de
Nieren, en de blaas veel goed , zynde
zeer dienftig voor die ’t Graveel hebben,
alzoo het alle verftoppinge zuiverd, den
fteen breekt, de ftoffe ook afdryft, en
wegneemd j dog daar voor behoefd men
het in Ooß-Indien niet te gebruiken, alzoo
men daar zeer weinig van die quäa-
le hoord, gelyk mede vän den Foet-
euvel , daar het egter mede zeer goed
en heerlyk van werking tegen is , als
mede tegen veel andere quälen , en on-
gemakken, die de Geneeskundigen genoeg
bekend 5 en derhalven meer van hunne,
dan van myne behandeling zyn.
Men heeft van de CaJJia wel drieder-
ley zoorten op Java, en in Amboina
is nog een wilde zoort, die aan een
groote , hooge en heel rechte Boom
groeid, die fmal van kruin i s , en een
rond, klein blad heeft, dat al mede by
tien, twaalf, en meer paaren aan een
takje tegen malkanderen over ftaat, hebbende
een ribbe in ’t midden van yder
blad.
De bloeflem is mede in trosjes byeen,
byna even als de voorige, en hier aan
komen dan ook zulke Vrugten , zynde
mede lange pypen, of ronde bûizen van
een voet o f twee lang, een duim dik ,
licht-z wart, dog zoo glad niet, als de
tamme Trommelfiok, agteraan wat gebogen
, en vooraan als met een harde doorn
gewapend , gelyk men dit op N°.
X X X . by een tak van deze wilde zoort
zien kan.
Deze Vrugt is mede in kleine yertrek-
jes verdeeldj dog men heeft ’er zulk een
zwart zappig merg niet in, als in de tamme
} maar wel een wit, voos, en taay
vleefch,vervullende hier dehecle.plaats,
daar de tamme vertrekjens maar half vol
zyn. Daar is ook een korl in , dog die
rond, plat, geel, en klein is.
De Vrugt diend nergens toej dog de ,
water ingenomen, eèn heel goed tegen-
gifc voor die gene, die vergiftige Krabben,
Fijfchen, o fiet diergelyks, gegeten
hebben.
Men heeft in Amboina een Boom, die De groo*
de Inlander na. zyne gedaante of ball, te Cajos,
de groote Gajoe Poeteh, dat is , de groote £oeteh-
JVrt'-Hout-boom, noemd, en die zy jn boom‘
haar eigen taal dç naam van Leit um geven.
Het is een baftaard zoort van Lauw-
rier, zynde een hooge Boom , met een
redelyke dikke ftam 3 dog die in ’t wild
groeid.
Des zelfs blad heeft wel eenige gely-
kenis na ’t Lauwrier-blad, dog ’t is flnal-
ler, wel zoo ftyf, zeer fpits, bleek-groèn,
wat geribd, en eenigermaten ruig. Men
heeft ’er twee zoorten af.
De bladeren van de eerfte zoort zyn
wel v y f duim lang, en ontrent half zòo
breed. Zy groeyen niet dicht byeen,
maar ydel en verfpreid , en de 'Boom
geeft Vrugten, als cen Lanfa-Vrügt, o f
als een witte Pruim van grootte f dog
roodagtig , o f wel tuflehen den rooden
en blaauwen van verwe, hebbende een
bolder, die byna wel een pink dik is ,
en een korl van binnen in de Vrugt, die
zieh in tween fcheidenlaat. Deze Vrugt
heeft een fterke Specery-reuk, fmaken- _
de wat bitteragtig.
Behalven deze is ’er nog een kleine Dekleine
zoort by den Inlander de kleine Cajoe Cajoe-
Poeteh-boom genaamd, diens bladen veel Poeteh-
kleiner,' ontrent drie o f vier duim lang,boom’
en maar een groote duim breed , o f
daar ontrent, vallen, hebbende weinig
(chuinzc ribben, en eenigzins een hars-
reuk.
Deze geeft mede kleine .Vrugten,
van verw ais de voorige, o f wat na
den zwarten , en ook met een korl van
binnen , zynde wel zoo fterk van feük
en fmaak , als de groote V ru g t, wat
hars-agtig , en na de Myrth trekkende.
Men heeft die in Augufius, en eenige
maanden later. ^
De ftam van dezen Boom fchynd be-
neden als verbrand te zyn , fchoon ’er
geen vuur by komt.
De Amboineezen gebruiken de baft van
dezen Boom tot het dichtmaken van hunne
Vaartuigen, zynde als een zoort van
Baroe, en Mojch, die in ’c water zweld,
hoewel zy zomtyds ook wel krimpen
kan.
Men gebruikt de bladen ook wel om
zieh te waflehen, voòr al als ’t ly f wat
jeukt, alzoo zy die jeukte doen over-
gaan.
Behalven de twee zoorten van groo- Verfcheî*
'te Cajoe Poeteh - boomen , is ’er nogdezoor‘
centcn*
npg een byzondere, de kleine Cajoe Poeteh
genäamd) dog in alle deelen, zoo
van Boom als van blad kleiner, en gely-
ken.de zeer wel kleine en fmalle Wilgc-
bladen, hebbende een Speceryagtigcn reük,
byna als de Cardamom. ,\
, De bloeflem en Vrugt j verfçhild niet
van de voorige, dan dat die beide klei-
.ner, hoewel zy wel ^00 fterk en Spece-
ryagtig van- geur zyn. Men gebrqikt
deze Vrugten en bladen in de Genees-kitn-
]de, en in drankjes, die men de Inlanders
ingéeft, zeer ve.el. . ( ,
Hét befte gebruik, dat men hier äf
heeft, is, dat men uit de bladen yan.de«
zen Boom een Olie trekt, Gajoe-Poeteh-
Olie genaamd, die (zoo my zeker Apotheker
hier te Lande gezégt hee,ft be.yön-
den te hebben) in alle deelen met de
Cardamom-Olie oyereenkomt.
Dezt Olie is heerlyk van werking^om
te doen zweçten, als men de koort's heeft,
en om het quaaa dus te doen uitwaze-
ìnen, waar tegen men vy f of zps drüp-
pels ten hpogjten met wàt. W yn voor
’t aánkomen der koorts inneema, £ Veel
van ons Volk op de t’huis-reize heb ik
daar door alleen geholpen.
Uitwendig gebruikt zynde, is die 0 -
Jie heerlyk tegen alle ftrammigheden der
leden, zénuwen,, en gewrigten, en zelf
tegen de volkorfene lamheid, waar van
zekere my bekende Vriendin, diens eene
zÿde en been geheel lam geworden
was, alleen maar door ’t ftryken met? deze
Olie ’s morgens en ’s avonds, volkö-
men herfteld is.
s Daar. is nog een byzonder zoort yan
CajoL- Poeteh - boomen , als een kleine
fräaye zoort van Myrthus-boomtjes, die
oök zeer klein van ftam , blad en. Vrugt,
dog cierlyk van kruin is. De Amboinee-
¿í» noemen hem Hoerong, en anders ook
wel de kleine Kajoe-Poeteh. Zy gebruiken
den zelven nergens toe, dan,d^t,;zy
van ’t hout van dezen Boom , dat zeer
recht van ftam , eñ hard is , hare dak-
ïparren makén.
DeSoela- . Men heeft iq Amboina een Struik ofte
inoe, of Boomtje,de Boha-Hati,dzt is,Hart-Frugt-
Hatí ^00™9 genaamd , die zy op zyn Twnataans
boom. Soelamoe¡ (als o f wy zeiden een Panacea,
en een algeméín Genees-middelj noemen.
Indien hy aan Strand ftaat, zoo blyft
hy maar een Struik ; dog zoo hy zieh
* onder dò fchaduwe van andere Boomen
bevind, zqo groeid hy tot een fraai
Boomtien op, dat weinig brofle takken,
en bladen,die zonder.ordre en door malkanderen
fta!an , heeft. Ook zyn zy gemeenelyk
tien ó f twaalf duim lang 9 en
drie o f vier duim breed, geribd, ¿ieeíi
fond , dog eenigzins .(pits uitloopcnde.
Aan de zelve 'komt een kleine bloef-
III. D e e l .
lem j gclykende wel wat na dat van de
Druivin i .ftaande op zieh zelven aaii
korte takjèns tuflehen de bladen iniwkar
vkn met ’er. tyd. kleine platte Vrugtjens
komen, die de gedaante van eert hertje
hebben, waar. na zy ook harert riaara van
Bsba Unti, dat is, Herí-Vrugt, dragen,
vallehde outrent een dubbeltje grdot:
... Men kan het aan een tak van dézeri
Boom,op N°. XXVIII. zeer klaar zien.
. Deze Vrugtjes werden met’er tyd ros;
en zyn zoo bitter, dat menze gemeenelyk
de Koning der bitterheid noemd , alzoo
geen. bitter daar by te vergelyken is)
Deze.bitterheid blyft altyd in deVrugt-
jens. Zy valt ook in de wortel > maar
die vergaat met ’er tyd.
. Men zet die Vrugtjens op BrandeWyn,
o f eenige andere Drank, en zegt, dat ’er
niets.heerlykèr tegens’t Kolyk, Pleurisy [
enz. is.. Ook gphruikt men deze Vrugt-
jpns tegen de koorts y waar vati mèri ’e f
vier o f vy f inneemdi.
. Maar wat mag. ik van deze o f gerie
pyn o f ziekte praten ; de Inlanders ¿eg-
geri, dat bet tegen.alle ziekten , eh quaa-
len , goed .is,, immers zy geloovèn- dat;
ep Willen met. geweld , dat w y ’t ook
züllen gélooven j, dog wy hebben dat
juift zoo algemein niet, hoewel in veel
ge vallen zeer,goed, en de bitterheid vari
dit klein Vrugtjen wel zeer groot, dog
’t zelve egter zeer zuivér-bitter bèvón*
den. . , .
Men gebruikt ze ook ais eén tegen-
gift in veel gevallen zeér voorfpoedig |
dpende ten eerften fterk overgeveri 3 en
dit is 0.0k een van de befte en gereédfte
middelen tegen de vergiftige beet van
zekerg zoort van groote en vergiftige
Hagedijfen, Pananat genaamd, en onder
de Ambonfche Dieireri by oris beíchré-
ven.
.Op Timor, en daar ontrent , àls ook
op Batavia, valt èen plant, Loe Ja R¿-
dja genaamd., die zy zeggeri, dat nog
wej zoo.bitier, is.
. By dezen Boom eh Vrugt vbegd öok De
de Sofoot-boom, onzes bcdunkens,zeer Sofoot-
we^ die hier mède valt , eri die bittere boom*
wortels. uitléverd, die men in de Sagu-
weer dotty om ze bitter temakeri.
Dit is een hooge Boom,‘ die in ’t wilde
Bofch groeid, zynde redelyk dik vari
ftam, zoo dat men werk heeft, om hém
te pmyadeirien. Hy is klein vari kruin*,
dicht van takken cn bladen ,'eri men heeft
’er twee zoorten a f, waär yan ’t eene het
Mannet je en ’t ander het Wyfje genaamd
werd, hoewel zy weinig van een
verfchillen,' behalven dat de bladen wat
fmaller, langer, en dünner zyn, en dat
de fmaak bitterder, en de Vrugt rörider,'
en korter is. .
Bb Vari