
De geele
Ooftandre
vinnen tegen , en onder ’r lyf zyn.
Het lyf, en de kop, is lever-verwig,
vol witte, zwarte en roode fpikkels.
De ftaart is zeer net Zee - groen, en
graeuw, van banden, met andre van en-
kele zwarte ftippels ’er tuflehen beiden ,
'en agter met een citroen-geele fraanje tegen
een fyn zwart zoompken gefloten.
N°. 422. Vertoönd ons den fchoonen
geelen Ooß - Indifch-vaarder. Dit is een
lekkere, en fraeje Vifch, kleen enftomp
van bek, die van binnen Hemelsblaeuw,
In-difch- met roode geftipte zoomen, en onder en
Vaarder. boven Zee-groen is.
De kop is boven Purper-verwig , en
beneden Goud-geel, hoedanig 00k ’tbe-
neden ly f van de Vifch is , dog boven
aan verbruind die verw wat.
Zyn 00g is lood - verwig, met een
witten appel, en met een fynen zwarten
kring om ’t 00g , dan een kring van
witte ftippen, en dan een breeden donker-
Zee-groenen buiten- kring ’er om, van
welke boven tegen de kop aan nog twee
zulke Zee - groene ftreeken, en nog een
donker-Hemels-blaeuwe, alle met roode
en witrgeilipte buiten-zoomen, zig ver-
toonen.
De boven-voor-vin is als een groote en
een kleene doorn , die Hemelsblaeuw,
met witte ftippels ’er längs, dan rood »
Zee-groen, en weer rood met witte ftip-
v pcls’er tegen aan, is.
De agter-vinnen zyn rondagt'ig, 'Ticfi t-
Zee-groen, met roode ftreepen,en met zulke
wit-geftipte breede zoomen rondom ,
hoedanige roode wit - geftipte zoom van
de bovenfte agter-vin op ’t ly f rondom
een lood-verwigen Zadel tot op een ronde
fyne roode opgebogene overlangze ftreep
doorgaat. Ook doet zig nog zoo een
loodverwige ftreek m’et zulke rood-ge-
fpikkelde buiten - zoomen , en nog een
zoo in ’t midden pas onder ’t 00g op.
De vin tegen ’t lyfis licht Zee-groen,
Hemelsblaeuw tegen’t ly f , en met een
rooden wit-geipikkelden band getee-
kend.
Van de onderfte agter-vin ziet men in
*t ly f als vier ronde ftompen infchieten,
die voor aan Lood - verwig , agter wit,
en rondom rood en fyn van zoom zyn.
Pas boven de onder-vin ziet men nog een
Zee-groeneen roode gebandeerde ftomp
tegen den buik aan, uitkomen.
De ichey - kring van de ftaart is breed,
en ichopn Zee - groen , waar op twee
witte ftippels , met een rood wit-geftipt
bolleken, hebbende na de binnen kant
een zoom van witte ftippels , en na de
buiten kant een fynen zwarten zoom, in’t
midden ftaan.
De ftaart is als een ronde Waejer, die
in *t midden drie fmalle Hemels-blaeuwe
I wit-gefpikkelde overlangze banden , dog
| van welke de middelite roode. ftippels
heeft. Ook ftaat ieder van deze banden
tuflehen twee fyne zwärte banden , hoedanig
ook den omtrek van de geheele
ftaart een fyne zwarte kring is.
N 42 3.. V ertoond ons den grooten Op- De
blazer, een Vifch bevorens al gemeld 3 groote
dog nu hier om zyne zeldzame verwe, Öpblazer
en grootte, die na de vorig« geenzins ge-
lykt, en van veel meer opmerking is, ter
nedergeftcld.
De lengte van dezen Vifch is tuflehen
de drie en vier voeten.
De bek is groot, vol witte fanden,
Hemelsblaeuw van binnen, met een roo- -
den wit-gefpikkclden buiten-zoom boven,
en zoo een binnen-zoom benedeff, met
verfcheide diergelyke roode wit-gefpikkelde
ftreeken zoo längs den ingebogen
neus, als tuflehen ’t 00g en den bek,, en
ook vlak agter dé zelve aan weerZyden
van een witte grond met Zee-groene
zoomen, met een rood bolleken met een
witte ftip opdie grond, en met een groot
hart daar tegen aan , dat midden in wit,
, met een rood half Maanken geteekend ,
en met een breeden Zee-groenen, en dan
nog daar buiten om met een (mallen zwarten
zoom bezet is.
De kop vertoond zig als een groote
breede Oflen-.kop. Het 00g is byna als
een Mcnfchen- oog , zynde rood , met
een witten appèl, wélk 00g eèn fynen
zwarten, dan een breeden Zee-groenen, en
dan eenlicht-graeuwen halven kring’erom
heeft. Dan is ’er een breed Hemels-
blaeuw boven-lid met drie witte ftippels *
overlangs, wat van een geplaatft, tuflehen
zwarte fyne zoomen , met negen roode,
en witte bollekens naaft malkanderen
daar boven zieh vertoonende} dog ’t on-
der-lid beneden het 00g is rood met witte
ftippels geteekend.
De fchey- kring van de kop is breed ,
en Hemels-blaeuw met groote witte ftippels
, en de zelve loopt beneden de kop
ook nog een ftuk weegs na den bek toe;
dog in ’t midden is die fchey-kring wit
en rood gebandeerd.
De verw van de kop en ’t lyf is Goud-
geel , hoewel by den rüg, en aan den buik,
wat donker, zynde over al voi zwarte-
ftippels , en van de helft van ’t ly f, en
zoo verder na beneden toe , vol zwarte
en witte doorns , die kort en (mal zyn,
hebbende de buik midden in die doorns
een zwarte piek van twee duimen lengte,
an een duim breedte, die rondom ge-
golfd is.
De buik is zeer groot en dik , tegen
welke aan een vin loopt, die niet ver van
de kop begind , en tot aan de agter-vin
voortgaat, zynde flets - Zee - groen , vói
- ' fchuin-
O n ò è m e e n e VISSCHEN v a n AMBOIN'A. 48^
fchuinze bruin-geele dwars-banden , met 1 Hemels - blaeuwe en witte kringen tuf?
een fynen zwarten binnen-zoom , en met
een breeden witten,. rooden zpom, dieby
de kop te gelyk met een breeden Hemels-
blaeu wen binnen - zoom begind , gaande
de blaeuwe tot het einde toe door ■, dog ‘
de roode veranderd na de lengte van een
groote vinger (daar de witte ook ophoud)
in een roode fraanje, die tot aan ’t einde
ook doorgaat.
De vin tegen ’t lyf beftaat uit Zec-
groene en licht-geele banden, zynde Hemels
blaeuw tegen ’t lyf met roode wit-
geftippelde zoomen.
De vin ’er onder is ook uit zulke banden
beftaande, gelyk ook beide de agter-
vinnen } dog hare onder - zoomen zyn
breed en zwart, en dan komt een breede
Hemels - blaeuwe ftreek met een rooden
wit-geftipten zoom daar tegen aan.
De boven-voor-vin is licht-Purper en
zwaar gedoornd , met zwarte en witte
doorns , na agteren toe ftaande , en met
een brefeden rooden, en dan nog een breeden
Hemels- blaeuwen zoom , die aan weer-
zyden verder loopt.
De ftaart is door een fynen zwarten, en
dan door een breeden rooden wit ^gefpik-
kelden rooden kringvan’t ly f gefcheiden,
tegen welken fchey - kring drie Hemels-
blaeuwe bollen met wittevlekken komen.
Verder is de twee-klüftige ftaart geel
en Zee-groen gebandeerd 3 dog tuflehen
de kluften of fchaaren van de ftaart, midden
in , | vertoond zig een langwerpige
licht-Purpre ruit, die wat na den Paarfchen
trekt, hebbende zwarte graaten en zoomen
, en aan wederzyden boven een
buiten-zoom van citroen-geele en zwarte
. fraanje.
fchen beiden de zelve, hebbende beneden
eenige fyne fchubben, en boven aan, bor
ven ’t 00g-, drie hälve Hemels- blaeuwe
bollen mep roode en witte gebandeerd^
buiten - zoomen. Ook ziet men tuflehen
den bek en den kop een rooden en witten
band tot fcheiding der zelve. f .
Het 00g is bloed-rood, met een zwar^-
ten appel, die een witteftippelheeft, en
een fynen zwarten buiten-kring. .
De fchey-kring van ’t hoora is w it, en
roqd gebandeerd, en boven aan dien band
zyn als twee Hemels-blaeuwe en roode
oogen, met een witten appel, naaft malkanderen
Deze Vifch doet een heerlyke vertoo-
ning in ’t Water, en geen Goud heeft
zoo een fchoonen glanfch , als deze uit-
muntende Vifch. Hy is zeer goed, en
uitnemend vet , om te eeten 3 d o g,
gelyk bevorens meer malen gezegtis, het
moet met kennis en voorzigtigheid ge-
fchieden, äangezien ’er een aderken in is, ;
dat men ’er uitnemen moet, en waar van
anders veel onkundigen geftorven zyn j
waarom hem veelen ook niet durven eeten.
Ook kan hy met zyn doorns iemand
doodelyk fteken, gelyk ik daar voorbeel-
den van gezien hebbe.
N°. 424 Doet ons de groene Snip , De gröe- een fchoone> lekkere Vifch 3 cn die by-
ne mp. zonj er fraey en flerk vanverwenis, zien.
Hy heeft voor aan in zyn bek vier
groote tanden, hebbende verder een vry
langer donker-Zee-groenen bek, na’tly f
toe een Hemelsblaeuw en wit zeldzaam
buiten - ftek , ontrent een halve vinger
lan&De kop is licht-Zee-groeh , met drie
ftaande. ,-v }
. Het geheel ly f is zeer. donker fchoon
Zee-groeu, en zoo gefchubd 3 dog onder
en boven wat donker , en in de midden
wat helder groen.
De vin tegen ’t lyfis geel en Zee-groen
gebandeerd overlangs, tegen ,’t lyf Zee-
groen en rood, met een Hemels,-blaeu weu
en witten gefpikkelden band voorzien zynde
3 dog tuflehen ’t rood en ’t Zee-groen
ziet men nog een fynen zwarten, en ’er boven
nog een witten band van fpikkels.
De vin ’er onder is Zee - groen en wit
gebandeerd , en pas ’er boven ziet meni
een kleene Hemels-blaeuwe 3 dog een
breede roode ftreek , die tot pas onder
de kop loopt. .
De boven-vin voor aan is rood, zwart
en wit gedoornd , eu beide de agterr.
vinnen zyn-flets-groen met groene dwars-
banden, en met Hemels-blaeuwe buiten-
zoomen bezet.
B e fchey-band van de ftaart is Orangie,
met drie bollen ’er agter tegen aan, twee
roode, en een grooter Hemels-blaeuwe
in ’t midden. 1
De ftaart is ook geel en Zee-groen gebandeerd
3 dog hebbende agter aan een
Breede gebogen Hemels-blaeuwen, dan
een nog breeder rooden met . drie witte
bollen overdwars naaft een, dan nog eeii
fynen zwarten Band , en dan nog een ci-
troen-geele fraanje daar aan.
N°. 42f. Ziet men de wonderlyk fraa- Degrooj
jen9 en grooten Zee- Draak, met Ende poo-
ten. Draak,
De Vifch op zig ze;lven is een grooten Ende-,,
voet lang, behalven de zaag , die hy uit pooten.'
den bek , ter lengte van een vinger, vbor
uitfteeken heeft.,
Deze zaag is Zee-groen, en rood , en
Zee-groen van tanden , die nä boven toe
ftaan.
De kop vertoond zig als dieyan een
Dolfyn , hebbende vbpr, boven aan zyri
fnuit, een Zee-groene tand.
, De verw van de kop,, en ’t l y f , is
geel-bruins dog de kop is wel zoo licBt
van verw, hebbende twee a drie half-
Ppp 2 ronde