
3‘6 B E S C H U Y T I N G E v a n
geen flaavinoen-zynde, mogten met haar’s
mans jonger broedei , doch de oudfte
broeder mogt met de weduwe van zyn
jongften broeder niet hertrou wen.
Die by yemants flaavin betrapt wiert,
inoeft aanftonts, o p ’t getuigenis van vrye
•lieden, doch van geen flaaven, fterven.
Vryfter en Vryer liepen van ouds, en
Zelf in laater tyden , zonder eenige ftraf
by malkanderen > maar overipel wiert
by hen met'de:dood geftraft.- :
Zy mogteri ook haare vroirwen drie-
maal verwerpen, en ze weder aanrtemen j
maar zooditt yemant tenvierdemaal' doen
wilde, moefteh^zy beide fterven, ofle-
vendig, met.’thoofd ’er buiten, begra-
ven , en zöo dood gefteenigt worden.,
ten ware zy in ftaat waren, ony zieh'zoo
dier, als de Primers prys op henftelden,
vry te koopehr7 -
Dievery wierE in de twde' eerfte reizen
by hen niet j Anaar de derdemaal , als I
men ’er yemant op betrapte y met een
geldboete, o f ook wel met oneffen {lagen
geftraft: want die zulk een dief met
evene flagen geftraft had, moeft ’er zelf
weer zoo veel.öntfangen, o f zulks, volf
ens uiripraak der Moorfche Paapen, af-
oopen j om ’t welke te myden, daar
wonderlyk wSFvoorgezorgt word:1
' De dude Bandanezen plagten zieh’ met
twee dingen arm te maaken: devröuwen
met het geven van raaaltyden aan haare
vrienden , terwyl de mans op een töcht
gingen , en dm hen dus een behouden
reize toe tewenfchenj en de mans, weer
behouden t’huis gekomen zynde , door
’ t welkom hieten van hunne vrienden,
die niet vertrokken , voor dat de helft
van de overwind gevlogen was.
Het is van ouds her een hardnckkig,
d!meezea k°°s, trouwloos, verraaderfch en weder-
verder fpannig volk geweeft, op de welke geen
ftaat ter wereid te maaken was, waarom
zy ook meeft uitgeroeid , o f na de na-
buurige eilanden, als Ceram , Goram,
Key, Aroe, Cailolo ( dat meeft Bandanezen
zyn) Soeli, enz. in Amboina, en
andere Landen verdreven , en gevlugt
zyn.
Daar plagten ’er ook op de kuft van
Hitoe te woonen , aan welke in ’t jaar
idfp. toegeftaan is door haar Edelheden,
volgens ichryven van den zzftcn December
aan die van Amboina, om, volgens
hun verzoek , na Batavia vervoert te
worden.
Het Ooftermoeflon begint hier in Mey,
en ’tWeftermoeflori in December , zynde
April en November de kentermaanden,
in welke de Oofter- o f de Wefterwinden
zoo niet doorwaajen, maar ftil zyn, en
wat uitruften.
Het regent hier echter in ’t Oofter-
möeflon zoo lang , nog zoofterk ., o f zoo
belehre-
yen.
vaft, niét, als in Amboina j maar ik heb
gemerkt, 'dat het W eftermoeifon daar
met fwaarder uitberfting van wind , dan
elderè , en als by fwaare vlaagen yi. die
zomtyds honderden van boomen uic.de
aarde rufcken, zyn aanvang neemt.; .
Die: hier eerft komen, raaken gemee-
nelyk aan heete koortzen } doch die
’t land > gewoon ,• en- dat> door zyn , leven
’er gezond-, • en vry.lang. - IJc heb ’êr
zeer oude lieden , en onder andere
een VTQùw op Celamme, ; gezien , die
een aankomende vryfter. was , toen de
Hollanders: in ’tjaar i6 z i. ’t Hoog Land
innamen j' tèn bewyze&ybrengende, dat
zy veel mandekens met aarde aangedr#-
gen, en zelf .mede haaT beft gedàan had j
om hun van ’t land a f te houden. Oôk
zag de onderzeevoogt. Heemskerk meCde
zynëny in ’tjaar i f pp. by hun komft in
Banda',- daar dikwils een man van Ito
jaaren.
In die tien maanden-, ¿dat ik hier geweeft
ben , heb ik dit land zeef onge-
zondvoor my bevondeny ’t geen ik :oor-
deelde door koudedikke dampen, die ik
in ’t Ooftermoeflon ’s- morgens: op ’t ge-
bergtevan’t Hoog Land, regt tegen over
myn kamer (^gemeenelyfc yroeg, op zynde)'
een tyd langaî^'rSfén , en daar na
zoodanig neflerdalen zag, dat ik van tyd
tot tyd de- koude niec alleen op myn
voorhoofc, enherzenen , gevoelde, maar
daar door van yder maand wel drieweken
met den huig gequeld was , waar : uit
dan kooitzen ontftonden , zoo dat ifc
daar ganich niet aarden kon. Ook fterven
veel flaaven op ’t Hoog Land , die
deze koude endampigedugt. niet gewoon
zyn.
A n d e r s h e b ik K e t : dnâr w o n d e r w e l g e -
had, want ik had in. aL dien tyd de- cere
van by den Heer Laridvoogt van ■' Zyll in
huis myn verblyf te houden.
Men heeft hier zulken- overvloed: van
vifch:, of vleefch, en andere ipyzenniet ,
als in Amboina y imaar : de zeëkarper is
’er fçhoon-, en hoewel men ’er veel meer,
en beter ichaapen ,. dan in. Amboina, en
veelgefnedene en gemeftebokjens, heefty
die daar, op die wyze juift niet gemeflz
worden oordeel ifc . !t echter in Amboina
veel beter koop y van levens-
middelbn te zyn -, ; groente. is ’er. ook
maar- paflelykj doch: deiturkze boontjes
aarden’erbeter, alsin.Amboina. Vrug-
ten; Zyn hier overvlöedig/ÿ en byna ae
zelve> als daar y uitgenomen dat ik *er
een vont, Pau,ofdeftinkerd, genaarat,
die in Ambon niet valt. * Zy is als een
Manggavrugt, - dochrwateragtigér van
finaak.
Het:heugt my ^dat ik in- Maart i68^.
den Heer de Hertog j opperkoopmaii .'en
Hopfd tot J a p a ra en beyoorens ^Hôofd
tot
I A A 1 T
D E R
Z T J Y D 'W E S T E R E Y L A N D I
V A N
B A N D A
J . va/iJiraam e t £-■ o.L u iden exetuJ. C u m ,pru n t. I