
1701. . ■ Daar op groetten zy hem , en traden
met den Heer Gouverneur weder binnen,
'terwyl hy na zyn gyzelkamer gebragt
wiert.
Na ’tgedaan berigt dezer Gecommit-
teerden aan de Vergadering wegens Aroe
TafoYantwoord op hunne vraagen, ftelde
zyn Ed. voor, -o f ’er volgens des lands
wetten, nogverder iet in deze zaak , al-
voorens over hem te vonniflen, ve-reifcht
wierd 5 zy zeiden, neen, alzoo ’er de
<ioodflag klaar leg t, en de omfwerving
klaar door hem beleden, waarby de zaak
dan nu 00k in ftaat van wyzen is.
“Waar op °F kerhaa'lde de Heer Beemink
zyn Ed. ( om bier m de laft haarer Edelheden wel
deLedenna te fcomen ) wederom, dat een regter
nogmaals niet opzyn bloote bevatting van een zaak,
vryeßem z^b uit een verkeerde vreeze en
yerindag- ontzag aan ’t gevoelen van andere Leden
tigde. te verilaaven, een vonnis wyzen j maar
voor al overdenken moeft , dat hy een
vrye en onathangende ftem had , en dat
de ftem van het allerminfte en laatfte lid
dezer Vergadering zoo veel gelden zou,
en moeft, als die van ’t eerfte en voor-
naamfte lid , weshalven zyn Ed. hen als
voor Gods aangezigt verzogt, doch niet
uit haat o f gunft, en niet uit aanzien o f
vreeze van dezen o f genen, maar alleen na
hunne gewifle , en na ’s lands wetten, in
dezen te vonniflen , zonder daar in het
zy de E. Maatfchappy, het zy eenige
koningen , hooger m rang dan zy , te
ontzien , verzoekende eindelyk nog te
mögen weten, o f yemant daar iets tegen
had, en, zoo neen, dat dan Aroe Pont
zyn gevoelen maar fchriftelyk geliefde te
geven, om dan alzoo van de andere Le-
•aen gevolgt te worden.
Na dat nu deTolken cenigen tyd rond
geloopen hadden, en zieh een tuflehen-
mompeling der Grooten over de zaak
opgeaaan had , zeide Aroe Pont uit aller
naam : W y hebben den Heer Gouverneur
zeer wel begrepen , hebben daar
ijiets tegen in te brengen, alzoo:’er zeer
regtzinnig, en na eifeh dezer zaak, ge-
fproken is , waar voor wy zyn Ed. bedanken}
doch wy vraagen voor a f , of
'’er, als wy ons gevoelen geuit, en on-
derteekent hebben, na de wetten zal regt
gedaan worden , en o f het den Gouverneur
ernft is , dat wy ons , zonder aanzien
van yemant, daar ftipt aan zullen
houden, om na de meerderheid van ftemmen
te vonniflen, en dat vonnis na ’tge-
wysde uit te voeren.
Hier op wiert, na een beraading van
Zyn Ed. met den Polityken Raad, door zyn
Ed. ja gezegt ,- waar op toen de koning
van Boni öpftont, en zeide vaardig te
zyn 5 doch verzogt, dat de minderen eerft
mogten ftemmen , waar over lange geichulen
vielen , tot dat men ’t eindelyk *
daar toe bragt, dat Aroe Poni (gelyk i7or:
00k behoorde) vöörgaan, enzyn gevoelen
in een zydekamer op een vel papier
ten overftaan van zyn Ed. en eenige Reden
uit den Polityken Raad opftellen
zoude, om dus te beletten, datdebyzon-
dere ftemmen en advyzeh van dezen en
genen niet openbaar mogten worden.
Na dat dit in ’tbywezen yan de Heer
Gouverneur, en deMeflis Hackaaft, vah
der M yl, en Mierop in ’t B.begis door zyn
Hoogheid opgeftelt, -en vertaalt was,
zoo volgde hem de koning van Goa daar
in, na dat Aroe Poni buiteii getreden was,
hoedanig naderhand alle de andere Bond-
genooten volgden , en hunne ftemmen
gaven, hoewel de meefte het door hunne
jehryvers maar deden aanceekenen j dochDeBond-
’’t was zeer opmerkelyk, dat na de ftem-&e"°°tea
ming en onderteekening der vier eerft e ^ “
Bondgenooten de overige opftonden, en overAroe
hen eenpaarig verklaarden met Aroe PoniTcko.
en den Gouverneur, van een gevoelen'te
zyn , endat zy zieh verder aan alles, dat
zy ’er byzetten wilden , zouderi gedra-
gen'j waar op zyn Ed. hen weer toonde,
dat zy nog met hem, nog met Aroe Pont,
te doen hadden, maar dat yder van hen
voor zieh zelven , na zyn gemoed , en
volgens ’s lands wetten , ftemmen , en
dat voor God verantwoorden moeft,
zonder dat het aan hen ftont, om eenige
Hoögheid van menfehen aan, ö f dezelve
eenigzins na de oogen te zien.
Hier op dan, na dat zy Aroe Poni (die
dit niet gaame hoorde) nog eens aange-
zien hadden, traderi zy to e , en quamen
’tverzoek van zyn Ed. na.
Daar op nu zeide de Heer Beemink,
dat hy hun aller gevoelen gezienhad, en
zieh daar mede byvoegde, ichoon hyge-
dagt hadde, dat men de misdaaden hdoger
gehouden en fwaarder geftraft zoude
hebben, waar na de Vergadering, na zeer
deftig met een collation onthaält te zyn,
fcheide.
Het vonnis , tegen hem geveld, quam Dat
by meerderheid van ftemmen daar op uit, zou ge-
dat hy zoo zou geramp^ft worden , dat”®?111 |
men geen reden zou neDben , om meefwor(ien■
voor hem tevreezen. Men meinde hem
daar en boven in ’t eerft 00k nar de Kaap
der Goede Hoope te zenden, doch men
heeft naderhand beter gevönden, liem 11a
Ceylon te voeren. , . 8 t p
Van dit geveld vonnis ovet de möbrd
en verdere misdaaden' van Aroe ePekoi gaf
zyn Ed. ten eerfte het >vereiicht berigt
aan haar Edelheden , •■ verblyd zynde dat
hy ’t reets dus verre gebragt had.
Den iydeu November was ’er in de De ko-
groote tnuin der Ei Maatfchappy cerrning vanj
vergadering der Bondgenooten,. dm eenXeTiea
misflag van Crain Aganötijä 9 koning van^ilag
Tanetta (alzoo ;hy denHeerGouverneurgeftraft.
, vuil
vuil belogen, en voorgegeven had, als
of zyn Ea. met het byzonder gefprek in
der ftilte onlangs met hem iet onbehoor-
lyks in den zin zou gehad hebben , waar
op een groote öpfchudding gevolgt was )
te vonniflen , | en hem te waarienouwen
van zieh in ’t toekomende voor zulke
ftreeken te wagten.
Hy wiert daar en boven in een boete
van elf thail goudgedoemt, die den idden
dito, in ’tbywezen van allen, uitgeno-
men van Aganonja, door Radja Boni vol-
daan, en aan den Gouverneur overgegeven
wiert} doch die koning had Aganonja
verboden , om daar , zoo hy zieh niet
dubbelichuldig maaken wilde, te verichy-
nen, gelyk hy naderhand 00k klaar bly-
ken dede.
Voor de overgave van die boete bedankte
zyn Ed. den koning van Boni, en
00k alle de Bondgenooten , wegens de
agting in dezen voor hem, eiizyngoeden
naam, betoont, betuigde voldaan te zyn,
dat dit by den Raad zoo uitgewezen, en
dat die boete voor een oogenblik in zyn
hand geweeft was, en gar die nu weder
aan Aroe Poni, om die ten dienfte van
deze en gene behoeftisen na hun aller
welgevallen te verdeelen > voor welke
heusheid zyn Hoogheid, en alle de andere
Bondgenooten, zyn Ed. bedankten, en
dat geld wel weder aannamen, doch onder
verzekering, dat zy dit niet anders, dan na
Zyn Ed. goedvinden,- zouden aanleggen.
* Daar op vraagde de Gouverneur aan
Aroe Poni na Aganonja , veinzende hem
nog niet gemift te hebben ) doch Aroe
Poni zeide, dat hy hem dit, om zieh niet
weder fchuldig te maaken , verboden
had } maar de Gouverneur toonde hem
het tegendeel , alzoo zyne verichyning
daar gedient zou hebben, niet om hem
daar in onderdaanigheid te doen.komen,
of om hem zynen misflag opentlyk, te
verwyten } maar alleen om te toonen,
dat hy met voldoening van ’tgewysde de
misdaad 00k vergeten was , en dat de
Gouverneur , om dit te bewaarheden,
hem zyn voörige rang en plaats onder de
Bondgenooten zoude aanwyzen.
Op deze woorden l\ontAroe Poni op,
bedankte den Gouverneur met een be-
wys , als o f hy hem ( vervoert over die
beleeftheid) de hand kuflen wilde , dat
zyn Ed., zoo veel mogelyk was, belet-
te , endaar op dede Aroe Poni den koning
van Tanette roepen , die een half uur
daar na quam , willende , volgens ge-
bruik , op een onderdaanige wyze zyn
handen op zyn hoofd leggen 5 doch de
Gouverneur belette hem dit met een
wenk , en belaftte hem op zyne open-
ftaande plaats en ftoel te gaan zitten, al-
waar de Gouverneur , geen tien tellens
’er na, hem een fnuitje (een ongemeene
I I I . D e e i .
gunft in zulken gelegenheid) toezond, 170t*'
en met genegenheid (ten bewyze , dat
hy aan ’tvoorige, en aan zynen misflag,
niet meer dagt) dat aanbood, voor welke
ongemeene en onverwagte heusheid alle
de Bondgenooten zyn Ed. nogmaals bedankten.
'
Na dat nu alles vergeven en vergeten
was, hefte zyn Ed. een ander gefprek op, Nader.
en verzogt de Bondgenooten, grooten en van'
kleinen , dat zy doch wel geliefden te Ed.
overwegen, dat het voor ons onraogelyk
was, om ’t xviir. en xix. Art. van t Bo-
nayfch Contrail in zyn kragt te houden,
zoo zy de een van den anderen ^ en de
minder van den meerderen, flaafagtig wildert
afhangen , en dat hy derhalven 00k
hoopte, dat de Hoven van Boni en Goa
zieh geenzins eenige oppermagt over
hunne broederen, de andere Bondgenooten,
zouden laaten aanleunen 5 maar dat
zyvoortaan alle zulke Bondgenooten, die
zieh aaii - hunne Hoven wilden komen
vertoonen , om van hen af te hangen ,
beleeft zouden afwyzen.
Hier by was wel de laft van haar Edelheden
opgevolgt j doch dit was voor die
twee koningen veel fmertelyker -, dan of
hen een Jnede in 't aangezigt gegevert
wierd , alzoo men hen daar by in hun
aanzien en gezag niet alleen vefagtelyk
kortwiekte > maar nog daar en boven
wilde , dat zy dat zelf goedkeuren en
verder uitvoeren zouden.
Terwyl zyn Ed. dit nog zeide, kikte .
niemant, en Aroe Poni keek zeer ftemmig
voor zieh neder, veinzende dit niet eens
verftaan te hebben, hoewel de verfcheide
poftuuren, waar in hy zieh draaide, het
tegendeel, en dat hem zulk een vertoog
zeer mishaagde , niet dan al te veS
toonden.
Eindelyk voegde de Gouverneur hier
nog by, dat dit zyn zeggen geenzins tot
kleinagting van Aroe Poni of Radja Goa ,
maar allee-n diende, om aan alle de andere
Bondgenooten te toonen, wie zy waren,
ofte waar voor zy by ons te boek fton-
den, en in wat agting wy hen, volgens
’t Bonayfch Contra6fc, hielden, en verder
wilden houden , alzoo wy daar by niet
anders, dan die gewenfehte eendragt onder
hun allen (gelyk zyn Ed. nog laatft:
met het verzoenen van die twee eerfte
koningen, met zoo veel hartelykheid en
opregtheid betoont had) beoogden.
Zoo ras hadden de koningen van Boni
en Goa dit niet gehoort, of zy fprongen
van vreugde van hunne ftoelen op , en
bedankten den Gouverneur voor den
dienft, daar by aan hun beiden bewezen
(hoedanig 00k alle de andere Bondgenooten
zyn Ed. bedankten) waar na deze
vergadering , na dat zy daar een fraai
collation op gehad hadden, fcheidde.
C c Den