
 
        
         
		de  plaats  waar  een  vruchtdragende  ficus  of  genitri-doom  (Elaeo-  
 carpus  angustifolius)  hun  gedurende  den  nacht  de  gelegenheid  
 zal hieden tot een overvloedigen maaltijd, waarvan zij den volgenden  
 morgen  tot  hunne  slaapplaats  in  den  koesterenden  zonneschijn  
 terugkeeren.  Deze  dieren  zijn  zeer  zachtzinnig  en  yreedzaam;  
 hun  vleesch  is  eethaar,  en  als  het  goed  bereid  is,  zelfs  zeer  
 smakelijk.  Er  wordt  echter  vooral  jacht  op gemaakt om de schade  
 die  zij  aan  de  jonge  kokoshoomen  en  de  djagong  toebrengen,  of  
 aan  de  inlandsche  suikerfabrikanten  berokkenen door het afgetapte  
 sap  uit  de  arenboomen  op  te  zuigen.  Men  vangt  ze  soms  door  
 in  de  nabijheid  der  arenboomen  eene  menigte  vischhoeken  te  
 bevestigen,  waaraan  zij  onder  het  heen  en  weder  fladderen met  
 de  yleugels  blijven  haken,  of  doodt  ze  met  kleine  pijltjes,  die  
 door  soempitans  of  uitgeholde  stokken  geblazen  worden. 
 Geheei anders leven de yleermuizen van het geslacht Pachysoma,  
 die  zieh  bij  dag  nooit  op  de  boomen  nederzetten,  maar  zieh  in  
 holen  en  rotskloven  verbergen,  Waar  zij  verstrooid yan het gewelf  
 of  längs  de  zijwanden  afhangen. Zoolang zij niet gestoord worden,  
 brengen  zij  steeds  weder  den  dag  in dezelfde holen door,  en men  
 vindt  ze  in  iederen  geschikten  schuilhoek  waar  zij  het  hun  zoo  
 hatelijke  daglicht  ontwijken  kunnen,  yan  het läge strand tot hoog  
 in  het  gebergte.  Zij  leven  deels  van  vruchten,  maar  ook  deels  
 yan  insecten, en  vormen  dus  ook  in  dit  opzicht  een overgang  tot  
 de  insectenetende  chiropteren,  die  evenzoo  het  licht  in  rotssple-  
 ten ,  holle  boomen  of  andere  donkere  plaatsen  ontwijken.  Deze  
 zijn op Java vooral vertegenwoordigd door eene menigte soorten yan  
 Rhinolophus  en  Vespertilio,  en  doora Nycticejus  Temminckii, die  
 yan  alle  Indische  yleermuizen  de  gemeenste  is.  Yooral  in  de  
 holen  yan  de  binnenste  deelen  der  kalkbanken  vindt mentallooze  
 zwermen  yan  al  deze  kleinere  soorten  yan  yleermuizen,  die  de  
 Soendaneezen  met een gemeenschappelijken naam  1 a 1 a i  noemen,  
 dikwijls  uit  verschallende  soorten  samengesteld.  Yan  het  gewelf  
 waaraan  zij  zieh  vastklemmen,  laten  zij  hunne  uitwerpselen  op  
 den  bodem  vallen,  zoodat  de  holen  met  een  onverdraagljjken  
 ammoniakalen  stank  vervuld  zijn.  Op  de  diepere  plaatsen  der  
 holen,  gelijk  ook  hier  en  daar  te  midden  der  tempelruinen, ligt 
 de  mest  als  een  dikke  brij  opgehoopt,  waaruit  de  inlanders  van  
 Soerakarta  en Madioen  belangrijke  hoeveelheden salpeter trekken.  
 De  heer  Salomon Muller  ontdekte  eens, aan de noordelijke helling  
 van  den  Gedé,  op  een  gagaveld,  een  verbazend  grooten  rasa-  
 mala-boom,  die  tot  woonplaats  strekte  aan  een  talloozen  zwerm  
 van  vledermuizen  van  het  tot  de Molossidae  behoorende  geslacht  
 Dysopes,  yleermuizen  die  zieh  door  smalle,  spitse  yleugels  en  
 een  snelle  vlucht  onderscheiden.  Op  het  veld  liet  zieh  een  sis-  
 send geluid hooren,  dat,  naar  de  verklaring  der  inlanders,  werd  
 yeroorzaakt  door  de  lalai-s  die  in  den  hollen  stam van den  boom  
 hun  verblijf  hielden  en  er  binnen  drongen  door  eene  spleetvor-  
 mige  opening  op  aanmerkelijke  hoogte  boyen  den  grond.  De heer  
 Muller liet den boom veilen en vond de holte, schoon ze zeer diep en  
 wijd was, door Dysopes dilatatus in zulk eene menigte bewoond, dat  
 zij  de  wanden  van het hol aan alle zijden schier volkomen bedekten. 
 Doch  het  merkwaardigste  voorbeeld  van  opeenhooping  van  
 vledermuizen  biedt  ongetwijfeld  het  in  geheel  Indie  befaamde  
 „huis  van  Canneman“ ,  dat  in  de  negerie  Besoeki aan den  grooten  
 postweg  is  gelegen.  Des  avonds  ziet  men  boven  dat  huis  
 als  het  ware  twee  donkere  wolken  zweven,  die  bij  de  boven-  
 luiken  aan  weérszijden  van  het  gebouw  een  aanvang  nemen  en  
 zieh  verder  als  rook  in  de  lucht  verspreiden.  Die  wolken  worden  
 gevormd  door  millioenen  yleermuizen,  die  in  dat  huis  verblijf  
 houden  en  het  volstrekt  onbewoonbaar  maken.  Yerscheidene  
 malen  heeft  men  gepoogd  het  huis  van  die  plaag  te  bevrjjden,  
 o.  a.  door  de  vleérmuizen  door  den  röok  van  brandende  zwavel  
 te  verstikken;  doch  de  uitkomst was  hoogst  onvoldoende, enmen  
 heeft  zieh  later  te  minder  tot  de  aanwending  van  nieuwe  mid-  
 delen  genoopt  gevoeld,  naarmate  men  meer  vreesde  dat  geheel  
 Besoeki  door  de  uiteengedreven yleermuizen  zou  verpest  worden.  
 Het  huis  van  Canneman  is  dus  thans  de  onhetwiste  prooi  dezer  
 dieren,  die  er  een  steeds  aangroeiend  depot  van  mest ophoopen,  
 dat  door  den  bedwelmenden  stank  het  beste  middel  is  om  alle  
 schending  van  hun  verblijf  te  voorkomen. 
 Tusschen  de  vledermuizen  en  de  lemurieden  of halfapen  plaatsen  
 de  zoölogen  een  in  de  hooge  bergwouden  in  afzondering 
 '  17