
 
        
         
		Bali,  het  merkwaardige,  vruchtbare,  volkrijke,  Madoera  een  
 weinig  in  grootte  overtreffende  eiland,  dat  ten  oosten  van  Java  
 ligt,  wordt  gewoonlijk  niet  tot  de  geographische groep van Java,  
 maar  tot  die  der  Kleine  Soenda-eilanden  gerekend.  Nasporingen  
 van  late  dagteekening  hebben getoond, dat deze verdeeling onjuist  
 is.  Bali  hangt  uit  physisch-geographisch  oogpunt  ten  nauwste  
 met  Java  samen  door  eenheid  van  geologischen  oorsprong  en  
 gelijkheid  van  voortbrengselen,  en  is  slechts  door  de  ondiepe  
 wateren  eener  smalle  zeeengte,  straat  Bali  genoemd,  van  Java  
 gescheiden.  De  wäre  grens  tussehen  de  groep  van  Java  en  die  
 der  Kleine  Soenda-eilanden  ligt  aan  de  andere  zijde  van  Bali,  
 en  wordt  gevormd  door  de  wat  breedere  en  zeer diepe straat van  
 Lombok.  "Wanneer  men  deze  zeeengte  oversteekt, vindt men zieh  
 met  betrekking  tot  de  natuurlijke  voortbrengselen  plotseling  als  
 in  eene  andere  wereld  verplaatst.  Het  verbazend  verschil  vooral  
 in  de  dierenwereld,  gevoegd  bij  de  diepte  der  scheidende  wateren, 
   geeft  de  zekerheid  dat  men  hier  een  gebied  van  geheel  
 verschillenden  geologischen  oorsprong  betreden  heeft. 
 Wij  zullen  echter,  in  onderscheiding  van de vroeger genoemde  
 eilanden,  Bali  in  onze  beschrijving van  Java  niet  opnemen.  Wel  
 zullen  wij  er  vaak  den  blik  moeten  heenwenden,  om  de  sporen  
 van  oude  instellingen  en  gebruiken  die  wij  op  Java  zullen  aan-  
 treffen,  te  verklären;  want Bali heeft den godsdienst en den rechts-  
 toestand  trouw  bewaard,  die  op  Java heerschten voor er de Islam  
 werd  ingevoerd.  Met  zonder  reden  heeft  men  Bali  eene  levende  
 antiquiteit genoemd. Gelijk sommige planten, de cycadeeen b. v ., in  
 het tegenwoordig geologisch tijdperk, als overblijfselenderoudheid,  
 de  vöorwereldlijke  scheppingen  vertegenwoordigen, vertegenwoor-  
 digt  Bali  met  zijn  Siwa-dienst,  zijn  kastenwezen,  zijne  Hin-  
 doesche  gebruiken,  een  elders  in  den  Archipel  geheel  voorbijge-  
 gaan  historisch tijdvak.  Maar  juist  hierdoor  is  Bali, dat bovendien  
 ook  politisch  en  administratief  slechts  door  een  zeer  lossen  band  
 met  het  hoofdeiland  is  verbonden,  zoo  volkomen  van  het  heden-  
 daagsche,  geheel  geislamiseerde  Java  afgezonderd,  dat  de  op-  
 neming  van  zijne beschrijving  in  ons werk de eenheid daarvan  ve'r-  
 storen  en  den  lezer  door  de  dooreenmenging  van  geheel  ongelijksoortige  
 toestanden  het  gemakkelijk  overzicht  bederven  zou. 
 Zien  wij  thans  nog  welke  wateren  de  kusten van Java bespoe-  
 len,  en  wij  zullen  ons  voor  ons  tegenwoordig  doel  zijne  ligging  
 genoegzaam  voor  den  geest  hebben  gebracht. 
 De zuidkust van Java wordt bespoeld door den Indischen Oceaan,  
 die  zieh,  längs  de  zuidelijke  gewesten  van  Azie,  van  Afrika tot  
 aan de Soenda-eilanden en Nieuw-Holland uitstrekt.  Over dien Oceaan  
 voeren  al  de  handelswegen  die  de  eilanden  van  Insulinde  
 met  Hindostan,  Perzie,  Arabie,  de  oostkustlanden  van  A friVa.  
 en ,  hetzij  om  de  Kaap  de  Goede  Hoop  heen,  of  door  het Suez-  
 kanaal, met Europa verbinden.  Sumatra, Java en de Kleine Soenda-  
 eilanden  vormen  een  cirkelboogvormige  landketen  die  de  wateren  
 van  den  Indischen  Oceaan  van  de  Maleische  eilandenwereld  
 afweert,  en  ze  alleen  een doortocht  gunt  door de smalle zeeengten  
 die  de  keten  in  losse  schalmen  verdeelen. 
 De  belangrijkste  van  die  zeeengten  is Straat Soenda, die Java’s  
 westeinde  van  Sumatra  scheidt,  en  waarin  de  stroom  van  den  
 Grooten  Oceaan  zoo  sterk  is,  dat  men  er  met  ongunstigen  wind  
 bezwaarlijk  tegen  kan  opzeilen.  De  straat  wordt  geacht  aan  te  
 vangen  tussehen  Tandjong  Blimbing  of  den  Ylakken  Hoek,  die  
 de  zuidwestpunt  vormt  van  Sumatra,  en  Tandjong  Koelon  of  
 Java’s  Westpunt,  het  noordwaarts  gekeerde  uiteinde  van  Java’s  
 uitersten  westhoek.  De  breedte  bedraagt  hier  ruim  honderd  kilometers, 
   maar  is  al  dadelijk  bij  den  ingang  der  straat  in  twee  
 vaarwaters  van  zeer  ongelijke wijdte gesplitst door het nabij Java’s  
 westhoek  gelegen  Prinseneiland.  De  smalle  straat  tussehen  het  
 Prinseneiland  en  Ja v a ,  de  Behouden  Passage  of  Prinsenstraat  
 genoemd,  wordt  door  de  schepen  die  uit  Europa  naar  Batavia  
 varen,  althans  in  den  oostmoeson,  bij  voorkeur gebruikt.  Yoorbij  
 het  Prinseneiland  gekomen  ontmoet  men  weldra  het  door  een  
 vulkaan  gevormde  Poelo Bakata of Krakataoe.  Tussehen dit eiland  
 en  Java’s  derde  punt  of Tandjong Lesoeng bedraagt  de breedte van  
 het  vaarwater  slechts omstreeks  35  kilometers; maar men kan ook  
 zijn  weg  ten  noorden  van  Krakataoe  dicht  längs  de  kust'  van  
 Sumatra  zoeken.  Nog  verder  ontmoet  men  het  eiland  Soengejan  
 of Dwars  in  den  weg, waardoor het vaarwater nogmaals in tweeen