van 30,000—40,000 beloopt, zou er groote verwarring ontstaan,
wanneer het stemmen en het stemmen-tellen op dezelfde plaats
gebeurden. Daarom is er eene bepaalde plaats aangewezen waar
in den tusschentfld tusschen stemmen en verkiezing de stembriefjes
kunnen geopend en geteld worden. Al de stembriefjes van ieder
stembureau worden verzameld en naar de aangewezen plaats
gebracht, alwaar de stemopnemer ze opent en naziet. De districten,
aan een stemopnemer aangewezen, komen overeen met „goen” of
„sji”, zoodat de persoon, aan wien de opneming van stemmen is
toevertrouwd öf de Goen-tsjo (hoofd van een goen) öf de Sji-cho
(hoofd van een sji) is.
De plichten van een stemopnemer zyn de volgende:
1. Het bekendmaken van de namen der plaatsen die voor stem-
opneming zullen aangewezen worden.
2. Het openen en sluiten van de plaats waar de stembriefjes
moeten onderzocht worden.
3. Het teilen van de stembriefjes.
4. Het bevestigen en bekrachtigen van de bepalingen door den
oppertoezichter van een stembureau p ro t em p o r e gemaakt.
5. Het openen van de stembriefjes.
6. Het vaststellen van den uitslag eener stemming.
7. Het houden van minuten van de handelingen by de stemopneming.
8. Het bewaren van de minuten dezer handelingen.
9. Het verslag uitbrengen van den uitslag der stemming.
10. Het bewaren van de orde in de stembureau’s.
De taak van den president eener verkiezing bestaat uit hetgeen
hieronder wordt opgesomd:
1. Het houden van ’t oppertoezicht over de stemming en het
teilen van stemmen.
2. Het aanwyzen van de plaats voor eene kiesvergadering.
3. Het bekendmaken van plaats en tyd der vergadering.
4. Het benoemen van getuigen by de verkiezing.
5. Het openen en sluiten van eene byeenkomst van kiezers.
6. Het nazien van de verslagen.
7. Het vaststellen welke candidaat gekozen is en het maken
van aanteekeningen daarvan.
8. Het geven van certificaten der verkiezing.
9. Het openbaarmaken van den naam van den gekozen candidaat.
10. Het handhaven van de orde by eene kiezersvergadering.
11. Het houden van eene nieuwe verkiezing, wanneer geen van
de candidaten gekozen is, of ingeval de verkozen candidaat
niet versehenen is.
12. Het nemen van maatregelen, ingeval de verkiezing nietig
en ongeldig verklaard is, wordt by besluit van de rechtbank,
of ingeval de candidaat veroordeeld is geweest overeen -
komstig de daarop betrekking hebbende bepalingen van de
kieswet fHoofdstuk XI).
De vereischten voor kiezers en candidaten voor de verkiezing
zyn herzien geworden. Onder de oude wet was iemand, die 15 jen
of meer directe belasting betaalde, kiezer, maar de nieuwe wet
heeft dat minimum verlaagd tot 10 jen. Behalve deze wyziging,
is er weinig verandering gemaakt in de qualificatie van de kiezers,
maar de nieuwe wet heeft de beperkingen van woonplaats en
belasting-betaling ten aanzien der candidaten afgeschaft. De invoering
van deze nieuwe bepaling heeft het aantal burgers dat verkiesbaar
is uitgebreid en candidaten voor het lidmaatschap van het Huis
der Volksvertegenwoordigers aangebracht, die bekwamer en beter
geschikt zyn voor hunne plichten dan vroegere leden waren.
Onder „Japansch onderdaan” (Art. VIH) verstaat men ieder
persoon van Japansche nationaliteit. Daarom heeft geen vreemdeling
kiesrecht. Maar een vreemdeling die wettelijk genaturaliseerd is,
mag stemmen, vermits hy door voormelde wet den Staat van
Japansch onderdaan kan verwerven. Het is in verband met de
Kieswet, dat wij verschil vinden tusschen de rechten welke aan
een Japansch onderdaan en die aan iemand die dat slechts geworden
is door naturalisatie, zyn toegekend. Iemand die in Japan genaturaliseerd
is, die den staat van een genaturaliseerd burger als kind
van een genaturaliseerde verkregen heeft, of een persoon die het
aangenomen kind is van een Japanner, of de echtgenoot van eene
Japänsche vrouw, welke het hoofd is van zyn huisgezin, alle dezen
hebben het recht om te kiezen, maar niet om candidaat voor de
verkiezing te worden (Naturalisatiewet Art. V, VH, IX —XI, XVI;
Kieswet, Art. VHI en X). De Staatssecretaris voor Binnenlandsche
Zaken kan deze beperking voor vreemdelingen matigen krachtens
Art. XVII der Naturalisatiewet. Voor deze wyziging wordt de
Keizerlyke goedkeuring vereischt en het wordt alleen toegestaan
aan dengene die reeds tien jaar geleden genaturaliseerd is geworden
en zyn Staat als zoodanig verkregen heeft. De oude wet was voor
de qualificatie van een verkiesbaar persoon veel strenger en het
minimum bedrag ten aanzien van de directe belasting was 15 jen.
In de nieuwe wet bestaat zulk eene beperkende bepaling niet.
De verkiezingen voor het Huis der Volksvertegenwoordigers zyn
van veel meer belang dan die voor het verkiezen van leden voor
den „Eoe”-, „Ken”-, „Sji”-, „Tsjo”- of „Son”-vergaderingen. Voor-
zieningen om overtredingen tegen de algemeene wet aangaande de