ZES-EN-TWINTIGSTE HOOFDSTUK.
Kunst en Literatuur
DOOR
BARON SOEJEMATSOE.
Onlangs heb ik dikwyls Europeanen hooren zeggen, dat Japan
buitengewoon snelle vorderingen in den körten tyd van dertig of
veertig jaren gemaakt heeft. Sommigen gaan zelfs zoo ver van te
beweren dat het iets verbazingwekkends is, aangezien Japan vöör
dien tfd in een Staat van halve barbaarschheid moet verkeerd
hebben. De phase van onzen huidigen vooruitgang is nieuw, en wy
erkennen natuurlyk dat wy veel aan de "Westersche volken ver-
plicht zyn; wy bekennen gaarne dat onze tegenwoordige voor-
waartsche beweging op het pad der beschaving in hoofdzaak
gegrond is op Europeesche wy’zen van denken en redeneeren. Maar
te gelyker tyd moet ik opmerken, dat het een groot misverstand
zou wezen, indien de Europeanen dachten dat eene volkomen ver-
vorming van dezen aard mogelyk wäre geweest zonder vooraf-
gaande feiten die ze mogelyk gemaakt hebben.
Japan heeft eeuwen lang zyn eigen wyzen van denken en
gevoelen gehad; zonder eene grondige kennis hiervan, schynt het
byna onmogelyk voor vreemdelingen, te begrypen wat Japan is,
en vandaar hunne verbazing. De geest en het gemoed van een volk
openbaren zieh voomamelyk, en zyn vooral te bespeuren in de
voorwerpen van kunst en in de gewrochten der letterkunde. Het
verheugt my te zien dat er talryke boeken (over Japan) versehenen
zyn in Europeesche talen, waaronder Engelsch eene voorname,
zoo niet de allereerste plaats inneemt. Ik heb eenige ervan ingezien;
de wyze waarop ze generaliseeren en klassificeeren is gewoonlyk
prächtig, en doet altoos de uitnemende bekwaamheden der Wes-
tersche schrjjvers in het licht treden, ofschoon op het gebied der
letterkunde hun aantal minder schont te wezen dan op dat der
kunst. In deze boeken, durf ik zeggen, vinden Westerlingen over-
vloedig de middelen om de geschiedenis van het denken en gevoelen
van Japan zonder veel moeite te bestudeeren. Zy worden trouwens
reeds in ruime mate in zekere kringen der "Westersche volken
bestudeerd, maar het schynt dat zy dit meer doen om de kunst of
de letterkunde als zoodanig, en niet om geest en gemoed der Japan-
ners te bestudeeren. Wy hopen dat men in de naaste toekomst het
meer zal doen met het doel om de Japanners te begrypen. Zoo deze
boeken geen populaire lectuur zyn, waarom zouden er dan geen gewy-
zigde uitgaven of boeken, door goede schryvers speciaal voor dit doel
bewerkt, kunnen zj)n? Met alle hulde aan de Westersche boeken van
dien aard, mag opgemerkt worden dat nu en dan belachelyke flaters
gemaakt worden, ondanks de grondigheid en nauwgezetheid van de
Studien der schryvers. Ik heb dikwyls in Japansche nieuwsbladen „Pall
Mall” phonetisch zoo geschreven gezien alsof het werd uitgespro-
den „paul maul”, naar analogie van zulke woorden als „hall” of
„wall”, en ik heb eens gezien dat het woord „bal” , in den zin
van dansparty, vertaald werd als zynde een „balspel”. Dergelyke
vergissingen zyn niet meer dan natuurlyk by vreemdelingen, en
daarom kan men zieh niet verwonderen, dat ook Europeanen
soortgelyke vergissingen begaan in zake van door Oostersche volken
gebezigde termen. Met al zyne kennis van Japan, vond ik in de
„Japanese Literature” van Mr. W. Gt. Aston, die ik hier en daar
even heb ingezien, voor „Koga” (de naam van een landhuis van
een Daimio, een patroon van den vermaarden Hakoeseki) geschreven
„Foeroekawa”, eene vergissing, daardoor ontstaan dat het Chineesch
karakter op de meer gewone Japansche wyze gelezen werd; voorts
vond ik dat hy den vader van Hakoeseki beschreef als een „Met-
soeke” of opzichter van het Hotel van den Daimio te Jedo”, met
toevoeging van deze noot by „Metsoeke” : „dit woord wordt gewoonlyk
vertaald met „spion” . „Metsoeke” beteekent: superintendent,
inspecteur of opzichter. Het werd eertyds gebezigd om zekere
ambten aan te duiden, bekieed door personen die in sommige
gevallen van hoogen rang en in andere van lageren rang konden
zyn; het onderscheid bleek uit de toevoeging van een voorvoegsel
dat de aan het ambt verbonden verplichtingen aanduidde. Indien
hy dus wil zeggen dat „Metsoeke” beteekent opzichter, hee?thy
gelyk, doch indien hy wil zeggen dat het beteekent opzichter van
het Hotel van den Daimio te Jedo, vergist hy zieh. Maar er van
te spreken als stond het gelyk met spion, is afgryselyk, en ik