moeten vastgesteld worden. Zÿ zullen gerechtigd zijn het ambt
levenslang te behouden, tenzÿ zÿ door een crimineel vonnis of
ten gevolge van een disciplinair gerechtelÿk onderzoek uit den
dienst ontslagen worden. Disciplinaire regelen op rechtsambtenaren
toepasselijk worden bÿ de wet vastgesteld en door de beslissing
van een gerechtshof ten uitvoer gebracht. Gleen inmenging van een
chef van een administratief bureau is geoorloofd. Alle détails
wat aangaat schorsing, h i s j o k o e (tÿdelÿke verwÿdering uit den
Staatsdienst op een derde van het traktement), overdracht van be-
noeming, en ontslag wegens ouderdom, moeten in de wet ver-
meden worden.
59. Dat gerechtelijk onderzoek in ’t openbaar geschiedt en dat
partÿen mondehng in ’t openbaar ondervraagd worden zÿn zeer
krachtige waarborgen voor de rechten des volks. Er zijn twee
Stadien in elk crimineel procès: voorloopig verhoor en gerechtelÿk
onderzoek. Het woord „onderzoek” in voorliggend artikel gebezigd
sluit niet in zieh voorloopig verhoor. De gevallen waarin een
openbaar onderzoek „schadelijk voor vrede en orde” kan wezen,
zÜn ) bÿvoorbeeld, dezulke welke betrekking hebben op overtredingen
in verband staande met een staat van binnenlandsche beroering of
met buitenlandschen onvrede, of dezulke welke betrekking hebben
op samenscholingen van het grauw of op aansporing tot misdaad,
waardoor de gemoederen des volks bewogen en opgeruid worden.
De gevallen waarin een openbaar onderzoek „schadelijk voor de
handhaving der publieke zedelÿkheid” kan wezen, zÿn, bijvoorbeeld,
dezulke welke betrekking hebben op private aangelegenheden, d. i.
schandaal verwekken en de publieke zedelÿkheid schokken wanneer
men ze aan de kennis van het algemeen blootstelt. Uit de uitdrukking
„schadelijk voor vrede en orde, of voor de handhaving der publieke
zedelÿkheid kan wezen” is op te maken dat de vraag of zekere
handeling berekend is om vrede en orde te verstoren of nadeelig
te zÿn voor de publieke zedelÿkheid ter beslissing staat van het
oordeel des gerechtshofs, „volgens de wet” — d.i. volgens de uit-
drukkelÿke bepalingen van het Wetboek van Strafvordering en het
Wetboek van Burgerlÿke Rechtsvordering. ,,Bÿ beslissing van het
hof — d. i. waar geen uitdrukkelÿke wetsbepaling bestaat, zal de
beslissing van het hof voldoende zÿn om het openbaar gerechtelÿk
onderzoek te schorsen. Uit de uitdrukking „het publiek gerechtelÿk
onderzoek mag geschorst worden,” is op te makén dat het
oordeel en de uitspraak van het vonnis altoos in het openbaar
moet geschieden.
60. Zaken betrekkelÿk personen in den krÿgsdienst of de marine
waarvan krÿgsraden kennis nemen, behooren tot de kategorie van
zaken, die binnen de competentie vallen van een speciaal gerechtshof,
een ander dan de gewone gerechtshoven. Voorts, mocht het noodig
worden in de toekomst speciale handelsrechtbanken voor kooplieden
en fabrikanten in te stellen, dan zullen zaken van handel- en nijver-
heid waarvan bedoelde rechtbanken kennis nemen eveneens behooren
tot de kategorie van zaken die onder de jurisdictie van een speciaal
hof, een ander dan de gewone civiele gerechtshoven, behooren. Eene
voorziening voor deze rechtbanken zal by de wet vastgesteld worden.
Gleen verordening kan wettige exceptioneele gevallen vaststellen.
De Constitutie duldt niet de instelling van exceptioneele gerechtshoven
die buiten de contróle der wet geplaatstzyn, daardoor inbreuk
makende op de Rechterlyke macht door den invloed der administra-
tieve autoriteit en -het volk onttrekkende aan de rechtmatig be-
staande hoven waar men recht kan krygen.
61. Onder het „Hof van Administratieve Gleschillen” is te verstaan
eene rechtbank waar gevallen tegen administratieve maatregelen
worden berecht. De Wet bepaalt zekere beperkingen op de rechten
van onderdanen ten einde hunne veiligheid te verzekeren. En geen
deel van het staatslichaam kan aanspraak maken op vrijdom van
den plicht deze wettelijke beperkingen in acht te nemen. De eigen-
aardige taak van gerechtshoven is in civiele zaken recht te spreken,
en zy hebben niet de macht om maatregelen te niet te doen,
waarvan de ten uitvoerlegging bevolen is door administratieve
autoriteiten die door de Constitutie en de Wet met hunne plichten
belast zyn. Want de onafhankelykheid der administratie van de
Rechtsmacht is evenzoo noodig als die van de Rechtsmacht zelve.
Administratieve autoriteiten leggen maatregelen ten uitvoer krachtens
hunne offlcieele functies, en voor deze maatregelen staan zy onder
constitutioneele verantwoordelykheid, en daaruit volgt dat zij de
macht behooren te bezitten om hindernissen in den weg dezer
maatregelen uit den weg te ruimen en over te gaan tot het instellen
van vervolgingen die uit de ten uitvoer legging er van voortspruiten.
Want werd aan het administratieve deze macht ontzegd, dan zou
haar uitvoerend vermögen geheel verlamd wezen en zou het niet
langer in staat zyn de taak door de Constitutie aan hetzelve opge-
legd te volbrengen. Dit is de eerste reden waarom het noodig is
een Hof van Administratieve Gleschillen in te stellen buiten en
behalve de gerechtshoven. Daar het doel van een administratieven
maatregel ib publieke belangen te handhaven, zal het onder be-
paalde omstandigheden noodig worden de individúen op te offeren
ten behoeve van het algemeene welzyn. Doch de vraag van administratieve
nuttigheid is juist iets waarmede rechterlyke autoriteiten
gewoonlyk niet vertrouwd zyn. Het zou daarom vry gevaarlijk