III. F a b r i e k - w e t g e v i n g
DOOR
DEN HEER K. SOYEDA.
(President der Industrie-Bank.)
De toestand der werklieden is door een onpartydigen waarnemer
te beklagen, wanneer men dien vergelykt met de toestanden in
Engeland. Er is niets wat op de „Trade Unions” geiykt, en de
werklieden zyn geheel en al zonder bescherming en zonder organi-
satie. By onderzoek bevinden wjj, dat de fabriekarbeiders, die
164.857 mannen en 248.617 vrouwen teilen, volgens offlcieele
berekeningen voor 1900, armoedig gevoed en overwerkt worden.
De noodzakelykheid om iets te doen wat leiden kan tot bunne lots-
verbetering, komt duidelyk aan den dag. Er is eenige waarschynlyk-
heid, dat een Wetsontwerp by het Parlament zal ingediend worden,
waarvan de inboud in grove omtrekken is zooals bieronder zal
aangegeven worden. Die wet is misschien verre van bevredigend,
maar bescbouwd van het standpunt dat iets beter is dan niets, is
ze met blydschap te begroeten.
De Wet zal toegepast worden op fabrieken die dertig of meer
handen aan het werk hebben. Ten opzicbte van fabrieken die tydelyk
opgericht zyn, of waar de handen, gewoonlyk minder dan genoemd
getal zynde, tydelyk vermeerderd worden, zal eene byzondere wet
gemaakt worden. Het geheel of een gedeelte van deze Wet zal
op andere fabrieken dan de bovenbedoelde toegepast worden by
Yerordening, telkens wanneer daartoe noodzakelykheid bestaat.
Wanneer eene fabriek opgericht, heropgericht of uitgebreid wordt,
is verlof van de bevoegde publieke autoriteit noodig, en ze kan
niet in gebruik genomen worden, vöördat het verlof verkregen is.
Noodzakelyke maatregelen moeten genomen worden tegen gevaar
of schade voor de gezondheid der geemployeerden, en niets zal
toegestaan worden wat in stryd is met de openbare zedelykheid
en het openbaar belang.
De voorzieningen betrekkelyk de regeiing van kosthuizen, byge-
bouwen, enz. zullen by Verordening bekend gemaakt worden.
Machines kunnen niet in gebruik genomen worden, tenzy na
goedkeuring door de bevoegde autoriteit.
Machines zonder een ambtelyk certificaat kunnen niet in gebruik
genomen worden.
Personen beneden den leeftyd van elf jaar zullen niet in dienst
genomen worden, maar deze beperking zal gedurende de eerste
tien jaren op de volgende wyze minder streng gemaakt worden.
Personen van acht jaar of meer mögen in dienst gesteld worden
gedurende twee jaren na het in werking treden van deze Wet, en
die van negen jaar of meer gedurende drie jaren, en die van tien
jaar of meer gedurende vÿf jaren na dat tÿdstip.
Personen beneden de zestien jaar, of vrouwen van zestien jaar
of meer, zullen niet in dienst gesteld worden tusschen tien uur n.m.
en vier uur v.m., behalve in de volgende gevallen:
1. Ingeval van eene byzondere omstandigheid, kan deze beperking
opgeheven worden bÿ Verordening voor eene tusschenpoos.
2. Voor fabrieken van byzonderen aard en voor dringende gevallen
kunnen exceptioneele voorzieningen by Verordening bepaald worden.
3. Ingeval van een afwisselend gebruik van twee of meer ploegen,
kunnen exceptioneele voorzieningen by Verordening bepaald worden.
Voor personen beneden de zestien jaar, of vrouwen van zestien
jaar of meer, zal eene beperking gesteld worden by Verordening
gedurende hun dienstwerk gedurende meer dan twaalf uren.
Eene voorziening betrekkelyk etens- en schafttyden, niet overschry-
dende anderhalf uur, voor personen beneden de zestien jaar en vrou-
wen van zestien jaar en meer, zal by Verordening vastgesteld worden.
Aan personen beneden de zestien jaar en vrouwen van zestien
jaar of meer zullen rustdagen van minstens twee dagen in de maand
toegestaan worden.
Personen beneden de zestien jaar en vrouwen van zestien jaar
of meer zullen niet in dienst gesteld worden by werken die met
lichaamsgevaar of schade aan de gezondheid verbonden zyn.
Voor hen die gewond of gedood worden, terwyi zy in fabrieken
werken, moet de werkgever betalen:
a. De onkosten der modische operatie en verpleging.
b. Het halve loon minstens, wanneer de toestand van den lyder
rust behoeft voor meer dan vÿf dagen.
c. Het loon voor twee jaren minstens (250 jen als maximum), wanneer
de employé bÿ geval levenslang onbekwaam tot werk wordt.
d. De begrafeniskosten van 20 jen als maximum, wanneer het
ongeval den dood veroorzaakt.
e. Een bedrag, gelÿkstaande aan loon voor anderhalf jaar, doch niet
meer dan 200 jen, aan de overlevende familieleden, zoo die er zÿn.
Wanneer werklieden in kosthuizen letsel bekomen of ziek worden,
moet de werkgever gedurende minstens drie maanden voor hen
zorgen. Ingeval zÿ sterven, moeten de begrafeniskosten door den
werkgever gedragen worden.
Fabrieken staan onder de contrôle der Prefecten, en onder den
Minister van Landbouw en Handel.