zieh moeten bewegen; derhalve, wanneer de Regeering een niisslag
heeft begaan, moet de verantwoordelijkheid niet beperkt blyven
tot den Minister of de Ministers, van wie de handteekening is,
maar moeten ook die Ministers welke, ofschoon zy niet onder-
teekenaars zyn, over de zaak geraadpleegd zyn geworden, voor den
misslag verantwoordelyk gesteld worden. Indien dus het feit der
tegen-onderteekening beschouwd werd als het kenmerk waardoor
de grenzen der verantwoordelykheid te onderkennen zijn, zou zulks
leiden tot een onbehoorlyk vertrouwen op eene loutere formaliteit
en tot geringschatting van de werkelykheid. Om te besluiten, hoe-
wel het contrasigne de verantwoordelykheid van den contrasig-
neerenden Minister aanduidt, komt toch de verantwoordelykheid
niet voort uit het feit der handteekening.
56. De Keizer houdt eenerzyds de opperste contröle op bestuurs-
zaken door het medium van het Kabinet, terwyl hij anderzyds den
Geheimen Raad heeft ingesteld, opdat hy in zijne wysheid den
bijstand hiervan te zyner vervoeging hebbe en de inlichting welke
hy ontvangt grondig en onpartijdig zy. Bij het vervulllen van
hunne uit den Hemel ontvangen zending moeten Souvereinen eerst
raad inwinnen alvorens tot eene beslissing te komen. Hierom is de
installing van den Geheimen Raad even noodig als die van het
Kabinet, om te dienen als het hoogste lichaam van ’sKeizers
constitutioneele raadslieden.
Wijders, wanneer eene noodverordening moet uitgevaardigd, of
een Staat van beleg afgekondigd worden, of wanneer een bijzondere
financieele maatregel noodig geoordeeld wordt, is het oordeel van
den Geheimen Raad in te winnen, eer dat de maatregel ten uitvoer
gebracht wordt, waardoor aan de maatregelen van het bestuur in
de zaak gewicht wordt bygezet. Op deze wijze is de Geheime Raad
het palladium der Constitutie en der wet. Daar de belangrijkheid
der functies van den Geheimen Raad zoo groot is, is als regel
vastgesteld dat elke Keizerlijke verordening, waaromtrent het
advies van den Geheimen Raad gevraagd wordt, eene vermel-
ding van dat feit in de inleiding daarvan zal beheizen. De
Geheime Raad heeft alleen wanneer deszelfs oordeel door den
Keizer gevraagd is geworden beraadslagingen te houden, en het
staat geheel aan hem een uitgesproken oordeel aan te nemen
of te verwerpen. De plicht van den Geheimen Raad is , vol-
komen loyaal en rondborstig te zyn by het verstrekken van
advies aan den Keizer. Aan eene zaak waarover het oordeel van
dat lichaam aan den Keizer verstrekt is , kan geen publiciteit
gegeven worden, hoe gering de zaak ook zy, zonder zyne
bijzondere toestemming.
Y. De rechterlyke macht.
De rechterlyke macht is de autoriteit welke, in overeenstemming
met de voorzieningen der wet en overeenkomstig rede en recht-
vaardigheid, de gekrenkte rechten van onderdanen herstelt en
straffen uitdeelt. De rechterlyke en administratieve departementen
hebben ieder hun verschillende organisaties, en geen van beide duldt
bemoeienis met zijn eigen kring van werkzaamheid door het andere.
57. Het onderscheid tusschen het administratieve en het rechterlyke
departement, kan in het kort aldus beschreven worden:
De functies van het administratieve zijn: wetten ten uitvoer te
leggen en zoodanige maatregelen te nemen als dienstig geoordeeld
worden om de gemeene vrede en orde te handhaven en het geluk
des volks te bevorderen; terwyl het de plicht van het rechterlyke
is: vonnis te wijzen op inbreuken op rechten, volgens de voorzieningen
der wet. In het rechterlyke is de wet alles, en blijft de
kwestie van dienstigheid buiten beschouwing. In het administratieve
daarentegen neemt men maatregelen om te gemoet te komen aan
de steeds wisselende vereischten voor den welstand en de nooden
der maatschappy; de wet wyst eenvoudig de grenzen aan welke
zij niet mögen overschrijden. Daarom moeten gerechtelijke onder-
zoekingen geschieden volgens de wet. Maar de Souverein is de
bron der gerechtigheid, en zijn gerechtelyke autoriteit is niet meer
dan een vorm waarin zieh de souvereine macht openbaart. Daarom
moeten vonnissen uitgesproken worden in naam des Keizers, daar
de gerechtelijke autoriteit in dit opzicht hem in zijne souvereine
macht vertegenwoordigt. De organisatie der gerechtshoven moet
bij de wet vastgesteld worden, in tegenstelling tot de organisatie
voor het administratieve. Ambtenaren der justitie bekleeden onaf-
hankelyke, op de wet gegronde betrekkingen. Ofschoon het in de
macht van den Souverein is Rechters te benoemen, en ofschoon
de gerechtshoven vonnis hebben uit te spreken in naam des
souvereins, neemt toch de souverein niet zelf de taak op zieh om
gerechtelyke onderzoekingen te leiden, maar laat hij onafhankelyke
hoven zulks doen, in overeenstemming met de wet en onafhankelyk
van den invloed van het administratieve. Dit is het wat bedoeld is
met de onafhankelykheid van de rechterlyke macht.
58. De taak van Rechters is de wet hoog te houden en aan het
volk recht toe te bedeelen op onpartydige wyze. Speciale ervaring
en kennis zyn diensvolgens de voor Rechters vereischte eigen-
schappen; daarom is in de eerste clausule van voorliggend artikel
bepaald dat zekere eigenschappen voor het-rechterschap bij de wet