anderen kant, niet, dat wjj verouderde staatkundige of maatschap-
pelyke instellingen inoeten behouden, want instellingen moeten
noodzakelyk in den loop der tyden voortdurend veränderen. De
geest van de Boes j ido is steeds bereid om alles wat goed en
welluidend is aan te hooren en aan te nemen. De herschepping
van het moderne Japan is zelfs de vrucht van de leeringen van
de Boesj ido. De wereld erkent dat Japan, na een nul te ztfn
geweest in de politiek der wereld, in den körten t(]d van dertigjaar
zieh verheven heeft tot de positie van eene groote mogendheid.
De verklaring van dit schjjnbare wonder heeft men van verschil-
lende standpunten uit beproefd, maar zjj die niet bekend z\jn met
de Psychologie van ons ras en met de voorschriften der Ridder-
schap, hebben gewanhoopt, eene bevredigende theorie te vinden
en, wat in werkelykheid volstrekt geen wonder is, in het kort
toegeschreven aan eene aapachtige nabootsing. Het is waar, dat
wjj in zekeren zin zucht tot navolging bezitten. Welk vooruitstre-
vende natie heeft die niet bezeten en er gebruik van gemaakt?
Denk eens hoe weinig van de Q-rieksche beschaving op Helleenschen
bodem gesproten is. Wat de Romeinen in hun besten tjjd betreft,
wie weet niet, dat zii vryelyk aan de Grieken ontleenden? Hoeveel
van de Spaansche glorie en grootheid ten tyde van hun hoogsten
bloei, was niet van de Mooren afkomstig? Ik behoef niet meer
voorbeelden aan te halen. Het komt my voor, dat het origineelste —
dat is het minst navolgende volk — de Chineezen zyn, en wy zien,
waartoe hunne oorspronkelijkheid hen gebracht heeft. Navolging
is opvoedend en opvoeding zelve is in hoofdzaak navolging. Wal-
lace, en na hem vele andere zoölogen, hebben ons bewezen, welk
eene groote rol navolging en nabootsing in het onderhouden van
het leven in de natuur speelt. Wy huiveren by de gedachte, wat
ons lot geweest zou zyn, in deze cannibalistische eöuw, indien
wij altoos consequent origineel gebleven waren. Navolging is zeer
zeker een middel van ons behoud geweest.
Doch het woord navolging heeft eene ruime beteekenis; het kan
beteekenen een blind naäpen zooals het vaak terugkeerend thema
in de Babels van Aesopus is, of men kan er onder verstaan een
beginsel van opvoeding, een bewust volgen van een voorbeeld dat
met zorg en verstand gekozen is. In dit laatste geval is navolging
iets meer omvattend; men veronderstelt hierby eene macht om te
kiezen en dienovereenkomstig te handelen. Zulk eene macht was
de Boesjido, eene leer die gelyk haar symbool, de kersebloesem,
geboren en getogen was op den grond van ons Eilanden-Rijk. Ztf
blies ons den levensadem in de neusgaten, de J amato Damasj i i ,
de ziel van Japan. Tereeht zong de oude dichter:
„Eilanden van gezegend Japan,
Mochten vreemdelingen trachten
Uw Jam ato -g eeß t te leeren kennen,
Zeg: genr ademend in het helder morgenlicht,
Bloeit de kers, zoo wild en echoon.”
En de populaire bailade antwoordde: „Gelyk de S a k o e r a
(de kers) de koningin der bloemen is, zoo is de Samoerai der
menschen heer.”
Maar de S amo e r a i bestaat niet meer, en de Boesjido zal in
zjjne voetstappen treden; gelyk zyn trots opgezwolgen is in den
grooten lichtkrans van eene verlichte volksmassa, zoo zal de leer
van de Boes j ido in een grootscher, hoogerstaand wetboek van
zedeleer opgaan. Welk evangelie de toekomst ook aan ons volk
möge openbaren, het kan slechts zyn om de wet, welke de
Boes j ido ons gedurende de vorige eeuwen ingeprent heeft, te
vervullen. Intusschen voegt het ons trouw te blyven aan het beste
dat wy geerfd hebben en dat ons is toevertrouwd.
II. V e r e e r in g d e r V o o r o u d e r s
DOOB
NOBOESJTGE HOZOEMI, ...
Professor in de Rechten, aan de Universiteit van Tokio, ook van de
Middle-Temple, Barrister-at-Latv.
In Europa en Amerika heeft de vereering der voorouders reeds
lang opgehouden te bestaan. Evenals die *) in Japan steeds in
gebruik is geweest — waar tegenwoordig eene Constitutioneele
Regeering is ingevoerd; waar wetboeken naar het model van die
in Westersche landen in werking zyn; waar, in het kort, bijna
iedere soort van beschaving vasten wortel heeft geschoten — is de
vereering van de overleden voorouders nog in zwang en oefent
eenen mächtigen invloed uit op de wetten en zeden van het volk.
Het gebruik dagteekent uit de vroegste tyden en heeft honderden
geslachten overleefd, ondanks de vele staatkundige en maatschappe-
*) Er etaat in het Engelsoh: Even if it was ever practised in Japan”, maar
dit kan niet bedoeld zijn, want het is het tegendeel van waar. Yoor i f zal
due as gelezen moeten worden. Y e b t .