Er zijn tegenwoordig 91 Studenten in de Japansche taal-onderafdee-
ling, 16 Studenten in de Spoorweg- en Telegraaf-onderafdeeling en
25 Studenten in de Inlandsche Taal-onderafdeeling.
Er zijn ook drie hulpscholen aan de Centrale Taalschool verbon-
den. De eerste hulpschool, met 251 leerlingen, is ten voordeele
van inlandsche jongelieden en is tegeljjkertjjd bestemd om een
toonbeeld van elementair onderwjjs op Formosa te toonen en om
den Studenten der Normaalschool-afdeeling eene gelegenheid te
verschaffen, de kunst van onderwjjzen in practjjk te brengen.
De tweede hulpschool is ten voordeele van Japansche kinderen
en bestaat uit eenen lageren cursus van zes jaar, eenen aanvul-
lenden cursus van twee jaar en eenen middelbare-schoolcursus van
vijf jaar. Het aantal leerlingen is tegenwoordig 339 in den lageren
cursus, 27 in den aanvullenden cursus en 177 in den middelbare-
schoolcursus.
De derde hulpschool geeft aan inlandsche meisjes elementair
onderwjjs en eene opleiding in handwerken. Er zjjn tegenwoordig
131 leerlingen op.
Behalve de bovenbeschreven Centrale Onderwijs-Instelling is eene
serie plaatseljjke onderwjjs-instellmgen gevestigd in de belangrjjke
plaatsen op het eiland. Zoo is er eene gewone normaalschool in elk
der drie groote steden: Taipeh, Taitsjoe en Tainan. De Studenten
op deze normaalscholen zijn alle inboorlingen, die hulponderwjjzers
moeten worden op lagere scholen voor inlandsche kinderen, terwjjl
de Studenten in de Normaalschool-afdeeling der Centrale Taalschool
hoofd- en andere belangrjjke onderwjjzers moeten worden op lagere
scholen. Het aantal Studenten op de gewone normaalscholen is
tegenwoordig 298, zjjnde er 94 in Taipeh, 124 in Taitsjoe en 80
in Tainan.
De lagere scholen voor Japansche kinderen zjjn in de belang-
rjjkere plaatsen gevestigd, waar eene Japansche bevolking is. Er
zijn er 11 met een totaal van 1342 leerlingen.
Lagere scholen voor inlandsche kinderen zijn over het geheele
eiland verspreid; er zijn er tegenwoordig 121 met 16.034 leerlingen.
Er zijn ook 2 taalscholen met 11 branches om de Japansche
taal aan de inboorlingen te onderwjjzen en ze te helpen hun
dageljjksch leven te verbeteren. Zjj hebben eenen staf van 20
onderwijzers en 355 leerlingen.
De door de Regeering geschapen monopolies zijn in opium, zout
en kamfer. Het spreekt van zelf dat de gewoonte om opium te
schuiven verderfeljjk is, maar toen de Japanners Formosa in bezit
namen, vonden zjj daar eene bevolking, meer of minder aan het
gebruik van het heulsap verslaafd. Men besliste het gebruik
trapsgewijze af te schaffen, Alleen hun, die reeds aan het gebruik
van het heulsap waren verslaafd in dier mate dat het tot intense
pijn aanleiding gaf hen van de pijp te berooven, is het nu vergund
bfl eene bijzondere volmacht, welke zij verplicht zijn zieh te verschaffen,
het gebruik ervan voort te zetten. Met opiumschuiven te
beginnen is streng verboden of zelfs het gebruik ervan voort te
zetten, tenzij kan worden aangetoond dat onthouding onmogeljjk
is. Het Regeeringsmonopolie van het artikel werd uitdrukkelijk
gevestigd om ten slotte de afschafflng der opiumgewoonte te ver-
gemakkelijken. De aldus verkregen inkomsten bedragen tegenwoordig
ongeveer £4.000.000 per jaar.
In de Zuidelijke gedeelten van het eiland Formosa wordt zout
verkregen in aanzieniyke hoeveelheden door uitdamping door de
zon van zeewater. Toen de Chineezen de kolonie bezaten, begun-
stigden zjj steeds een officieel monopolie van het produceeren
ervan; maar Gtraaf Kabajama, de eerste Japansche Gouverneur-
Generaal, dacht door de afschafflng van het monopolie het aanzien
te geven aan eene weldadige ontwikkeling dezer industrie onder
particulier ondernemen. Yele der zoutvelden werden opzettelijk
vermeid, en eene soort „corner” werd geschapen met eene onrust-
barende stjjging in den marktprjjs. Baron Kodama vestigde weer
het monopolie, maar op eenen verbeterden grondslag, en daar de
productie is aangemoedigd, voert Formosa nu in werkeljjkheid zout
uit naar het moederland. De inkomsten zjjn van £ 30.000 tot £ 80.000
per jaar en zjj zullen waarsehjjnlijk toenemen.
Formosa voorziet btjna de geheele wereld van kamfer, maar toen
Japan het eiland nam, was de industrie in eenen onzekeren staat.
Kamferboomen werden omgehakt met eene volkomen veronachtzaming
der gevolgen, en de ruwste processen werden bjj de vervaardiging
gebruikt. Een Gouvernementsmonopolie werd ingesteld met het
driedubbele doel, de boomen te beschermen, de productiewjjze te
verbeteren en de industrie op eenen zekeren grondslag te plaatsen.
Het wereldverbruik van kamfer wordt berekend ongeveer 8.000.000
Eng. pond in gewicht te zjjn per jaar, en de opbrengst op Formosa
wordt diensvolgens geregeld. De jaarljjksche afwerp aan de inkomsten
is ongeveer £875.000 per jaar.
Behalve deze Regeeringsmonopolies, is de toekomst van Formosa
hoogst hoopvol, want zjj is gebaseerd op rjjke landbouw- en minerale
hulpbronnen. Thee, rjjst, suiker, hennep en vlas, indigo,
papier, zjjde, vee, zeeprodueten, steenkolen, zwavel en petroleum
zijn alle kenmerkende vormen van den Formosaanschen handel.
De door de Regeering genomen stappen om de industrieen, welke
van deze voortbrengselen afhangen aan te moedigen, kunnen niet