TIENDE HOOFDSTUK.
De Vloot,
door Schout-bÿ-nacht SAITO.
Yroegere tijden. — De Restauratie. — Administrate der Zeemacht. —
Marine-stations en rijkswerven. — Personeel. — Zee-officieren in engere
beteekenis. — Betaalmeesters. — Scheepsbouwkundigen. — Ingenieurs. —
Brevet-officieren. — Subalterne officieren en manschappen. — De Marine-
académie. — Uitgaven voor de marine. — Gages . . . . 138
ELFDE HOOFDSTUK.
De diplomatic,
door Prof. NAGAO ARIGA.
Vöör de Restauratie. — De Koreaansche kwestie. — De kwestie' met
Sachalin. — De Lioekioe-kwestie. — De kwestie van herziening der ver-
dragen. — Date’s zending naar China en de zending van den Edelen Heer
Iwakoera naar Europa en Amerika. — De zaak der M a r ia Luz. — -
Sojedjima’s zending naar China. — De groote Kabinetsbreuk van 1873. —
De Formosa-expeditie en het verdrag van Tientsin. — Oplossing van de
Lioekioesche kwestie. ’ Oplossing van de kwestie van Sachalin. —
De Koreaansche aangelegenheid van 1884. — Oorlog tusschen China en
Japan. — Het stelsel der Japansche d ip lom a t ic ...............................................162
TWAALFDE HOOFDSTUK.
Buitenlandsche Staatkunde,
door Graaf OKOEMA.
Het verkrijgen van een gelijken internationalen grondslag. — Buitenlandsche
betrekkingen. — Het vraagstuk van het Oosten. — Onveran-
derlijke buitenlandsche staatkunde. — B e n o o d ig d h e d e n ............................... 252
DERTIENDE HOOFDSTUK.
Onderwijs.
I. De o n tw ik k e lin g v a n h e t onderwijs,
door Graaf OKOEMA.
Ontwikkeling der Japansche literatuur. — Het begin der Westersche
invloeden. — Opvoedkundige moeilijkheden. — Geen onafhankelijkheid
bij de studie. — H an d e lso n d e rw ÿ s........................................................................257
H. H e t teg e nw o o rd ig Onderwijs s te ls e l,
door Prof. SAWAJANAGI.
lnleiding. — Lagere scholen. — Middelbare scholen. — Hoogere scholen
voor meisjes. — Kweekscholen. — Hoogere scholen. — Keizerlijke
u n iv e rsite iten ................................................................................................................. 263
III. U n iv e rs ite itso p le id in g in J a p a n ,
speciaal opgemaakt aan de Keizerlijke Universiteit te Tokio.
Vraag en aanhod van gepromoveerden. — De behoefte aan meerdere
universiteiten. — Lager onderwijs. — Middelbaar onderwijs. — Het
gebrek aan goede onderwijzers. — Vreemde talen. — Kwazokoes, Sji-
zokoes en Heimins. — Middelbare en Hoogere scholen. — Fouten in de
tegenwoordige samenstelling van het onderwijs-systeem. — De inrich-
ting van de Universiteit te Tokio. — Gepromoveerden in de Rechten
en staatsexamens. — De medische faculteit. — De faculteit der ingenieurs-
wetenschap. — De letterkundige faculteit. — De faculteit der natuur-
wetenschappen. — De faculteit van den landbouw. — Het aantal gepromoveerden
gedurende tien jaren (1890—1900) in de verschillende vakken. —
De tijd welke noodig is voor het volbrengen van academische studie
in Japan 274
IV. H e t onderwijs d e r v ro uw ,
door Barón SOEJEMATSOE.
De positie van de vrouw voorheen en thans. — Beroemde schrijfsters
en dichteressen. — Historische vrouwenfiguren. -— Het vraagstuk van
de opvoeding der vrouw. — Verplicht onderwijs voor knapen en meisjes.
Kindertuinen en elementaire scholen. — De leergang van de hoogere
scholen voor vrouwen. — De hoogere kweekschool voor vrouwen. —
De school voor adellijke dames. — Muziek-academie. — De Tokio-Jio-
gakkwan. — De universiteit voor vrouwen. — De bezigheden der vrouw. —
Instellingen georganiseerd door vrouwen. — De positie der vrouw in
de to e k o m s t ........................................................................................ 297
VEERTIENDE HOOFDSTUK.
Godsdienst.
I. Boesjido. De d enkbeelden o v e r Zed ek u u d e bij d e J a p a n n e r s ,
door Prof. INAZO NITOBE.
Moeilijkheden betreffende een overzicht van het zedekundig stelsel van
een geheel volk. — Verkeerde opvattingen van touristen over Japan. —
De ridderschap in Europa en Japan. — De invloed van het feodale
stelsel. — Waarom vreemdelingen niet aan de moraliteit van Japan ge-
looven. — Boesjido: manieren van strijdende ridders. — De zedeleer van
Boesjido gegrond op menschelijkheid en mannelijkheid. — Het Samoe-
ralsme is geen wetboek. — De invloed der Chineesche klassieken. —