dat de vrede op afdoende wyze worde gehandhaafd. De grondslagen
der groote staatkunde Onzer voorvaderen zyn duurzamer gemaakt.
Wy wenschen, dat Wy, te zamen met Ons volk, in het byzonder
behoed zullen zyn tegen aanmatiging of verslapping.
Waar Wy ten zeerste tegen op komen is, dat het volk aan-
matigend zou worden, opgebiazen van de zegepraal, en voorbarig
anderen zou minachten, hetgeen er toe zou leiden, dat men de
achting van vreemde Mogendheden verloor. Aangezien de ontwik-
keling der natie verkregen kan worden door vrede, is het eene
goddelijke plicht, Ons door Onze voorvaderen opgelegd, en is het
sinds Onze Troonsbestyging Onze bedoeling geweest en Ons streven
den vrede te handhaven, zoodat die voortdurend genoten wordt.
De expeditionaire troepen hebben vermaardheid gekregen door
hunne welwillendheid en gematigdheid.
Wy zijn natuurlyk blyde om de verheerlyking van het ryk door
de overwinningen van dezen oorlog, maar tegelykertyd zyn Wy
ons bewust, dat het ryk evenals de plannen door Ons nagejaagd
sedert Onze Troonsbestyging, nog lange niet voltooid zyn. Wy-
zyn beslist tegen het beleedigen van anderen, en tegen het toe-
geven aan ydelen trots door opgebiazen te zyn van overwinningen,
en tegen het verliezen van het vertrouwen van Ons vriendschap-
pelijke Staten.
Keizer ligk rescript betrekking hebbende op de teruggave van het
schiereiland Feng-Tien (Liaotong). (10 Hei 1895).
Onlangs stemden Wy toe in het verzoek van China, en benoemden
als gevolg van dien Gevolmachtigden, hen latende beraadslagen
met de door China aangestelde GtevolmaGhtigden om een vredes-
verdrag te sluiten tusschen de beide ryken.
Sedert hebben de Regeeringen hunner Majesteiten, den Keizer
van Rusland, den Keizer van Duitschland, en den President van
de Fransche Republiek gezamenlijk aan Onze Regeering aanbevolen
het schiereiland Feng-Tien, Ons pas-verworven grondgebied, niet
blyvend te bezetten, op grond dat zoo’n biy vende bezetting schadeiyk
zou zyn voor eenen duurzamen vrede in het Oosten.
Toegedaan als Wy onveranderlyk zyn, en altyd geweest zyn,
aan de beginselen van den vrede, werden Wy genoodzaakt tegen
China de wapens op te nemen om geen andere reden dan Ons
verlangen, eenen duurzamen vrede in het Oosten te verzekeren.
Nu kwam de vriendschappelyke aanbeveling der drie Mogendheden
eveneens uit hetzelfde verlangen voort. Daarom, beraadslagende over
wat het meest in het belang van den vrede is en bezield door een
verlangen geen nieuwe moeilykheden over Ons volk te brengen of
den vooruitgang der nationale bestemming te vertragen door het
scheppen van nieuwe verwikkelingen en daardoor den toestand
moeilyk te maken en de herstelling van den vrede tegen te houden,
aarzelen Wy niet zulk eene aanbeveling aan te nemen.
Door het vredesverdrag te sluiten, heeft China reeds de oprecht-
heid van zyn berouw getoond over de schending zyner verbintenissen
en daardoor is de rechtvaardigheid Onzer zaak aan de wereld
openlyk verklaard.
Onder die omstandigheden kunnen Wy niets vinden, dat de eer
of de waardigheid van Ons Ryk vermindert, zoo Wy thans toe-
geven aan voorschriften van grootmoedigheid, en, den algemeenen
toestand in aanmerking nemende, den raad der bevriende Mogendheden
aanvaarden.
Dienovereenkomstig hebben Wy last gegeven aan Onze Regeering
en haar aan de drie bevriende Mogendheden in bovenstaanden zin
doen antwoorden. Betreffende de regeling, waarby Wy afstand
zullen doen van de blijvende bezetting van het schiereiland, hebben
Wy aan Onze Regeering in het byzonder last gegeven, dat de
noodige maatregelen het onderwerp van nadere onderhandelingen
en regeling met de Chineesche Regeering moesten uitmaken.
De uitwisseling der stukken van bekrachtiging van het.vredesverdrag
heeft thans reeds plaats gehad; de vriendschappelijke be-
trekkingen tusschen beide rijken zyn hersteld en hartelijke betrek-
kingen met alle andere Mogendheden zijn versterkt.
Wij bevelen daarom aan Onze onderdanen Onzen wil te eerbiedigen;
den algemeenen toestand in zorgvuldige overweging te nemen;
omzichtig te zyn in alle dingen; verkeerde neigingen te vermyden; en
de hooge aspiraties van Ons Rijk niet te schaden of te dwarsboomen.
Keizerligke boodschap aan de Soldaten en de matrozen van het Rijk.
(13 Mei 1895).
Onze geliefde Soldaten en m a tro z en !
Toen in het 15de jaar Meidzji het systeem van reorganisatie van
land- en zeemacht was voltooid, stelden Wij, die het opperbevel
voeren over land- en zeemacht, vyf punten vast, welke gij als
krygslieden met alle uwe kracht behoort in acht te nemen, en
Wy maakten u bekend, dat gij met onverdeelde oprechtheid behoort
doordrongen te zyn van aanhankelykheid, wellevendheid, moed,
oprechtheid en soberheid.
Dat Wij zeer ernstig waren in Onze inzeggingen aan u was,
2