strekken aan heu die in nijverheid, landbouw,' handel, enz. hun be'
staan zoeken. Er zijn industrieseholen, landbouwseholen en handels-
scholen; en van ieder zyn er drie rangen: lager, middelbaar en hooger.
Het aantal hoogere technische scholen van den Staat is zeven:
twee landbouwkundige, twee handele- en drie industrieseholen.
In 1903 waren er 2972 leerlingen, 509 gegradueerden en 236
leeraren. De uitgaven bedroegen £ 80.468. Technische scholen van
middelbaren en lageren rang zijn voornameljjk opgericht en onder-
houden door provincies, graafschappen of hoofdsteden, en ontvangen
een zeker bedrag aan subsidie van de Schatkist des Staats, dat
voor het loopende jaar £ 32.000 bedraagt.
Candidaten voor toelating tot de technische scholen van middelbaren
rang moeten boven de veeitien jaar oud zjjn en een achtjarig
onderwijs op lagere scholen ontvangen hebben. De minimum-cursus
duurt zes maanden, de maximum-cursus meer dan vier jaren. Er
zijn ook aanvullende technische scholen.
De technische scholen in Japan omvatten tegenwoordig alle
mogelyke soorten van technische scholen, en ieder soort heeft drie
rangen; men mag in waarheid zeggen dat het technisch onderwijs
in Japan gestadig is vooruitgegaan. De Regeering spaart geen
uitgave om de ontwikkeling van het technisch onderwijs aan te
moedigen. In 1902 waren er 392 technische scholen, waarvan 221
aanvullende technische scholen met 34.665 leerlingen, 5633 gegradueerden
en 1986 leeraren. De uitgaven bedroegen £ 228.214.
Behalve de bovenvermelde, kunnen verschillende scholen van
gemengden aard opgericht worden door publieke gemeenten of
particulieren, onder goedkeuring der toezicht houdende autoriteiten.
In 1902 waren er 1474 gemengde scholen, de meeste private
inrichtingen, met 96.184 leerlingen, 18.685 gegradueerden en 4938
leeraren. Er waren 15 scholen voor blinden en doofstommen, met
797 leerlingen, in 1902. Het getal kindertuinen beliep in datzelfde
jaar 254, met 23.671 kinderen. Het aantal bibliotheken gaat de 50
niet te boven. Nu zijn er nog weinige, doch hoogst waarschjjniyk
zullen er van lieverlede meer worden gevestigd.
III. U n iv e r site itsop le id in g in Japan.
(Speciaal opgemaakt aan de Keizerlijke Universiteit te Tokio).
In de laatste v\jf-en-twintig jaren heeft de Keizerlijke Universiteit
te Tokio een 5000 gegradueerden afgeleverd, waarvan 300 gestorven
zijn, en de Keizerlijke Universiteit te Kioto nog geen 100; zoodat
de bezitters van een Academischen graad in Japan thans nog geen
4800 in getal zijn. In alle beroepen en de verschillende takken
van bedrjjf zijn de gepromoveerden ') zeer gezöcht, doch de Univer-
siteiten leveren slechts ongeveer 500 gepromoveerden jaarlijks. Dat
de toevoer van gepromoveerden onvoldoende is, bljjkt uit de volgendo
cjjfers, ontleend aan betrouwbare statistieken : Onder do
1700 rechterlyke ambtenaren (rechters en officieren van justitie
medegerekend) zijn er slechts 300. Gepromoveerden die den post
van hooge beambten der uitvoerende macht bekleeden, teilen iets
over de 400, terwijl het geheel dezer beambten 3200 bedraagt. En
van de 4300 leeraren aan middelbare scholen zy'n er slechts omstreeks
300 gepromoveerden. Genees- en heelkundigen teilen over de 40.000;
van dezen hebben slechts 600 eene Academische opleiding genoten.
Ik heb de bovengenoemde vier beroepen opgeteld, omdat de statis-
tieke opgaven gemakkeljjk te verkrijgen zyn, doch dat de behoefte
aan Academische gepromoveerden in alle beroepen gevoeld wordt,
lijdt geen twyfel. Bij dezen Staat van zaken hebben gepromoveerden,
van gewone bekwaamheid zelfs, veel minder moeite om winst-
gevende betrekkingen in beroepskringen te verkrijgen dan het geval
is in Europa en Amerika. Daarom wordt eene Universiteitsopleiding
door alle klassen in Japan begeerljjk geacht. Erzjjn meer jongelieden
die de Universiteiten wenschen te bezoeken dan deze kunnen
bergen en dientengevolge is een zeer streng toelatingsexamen
ingesteld voor admissie tot de hoogere scholen, die de voorbereidende
scholen voor de Universiteiten zijn. Niet meer dan een derde van
de aspiranten komt door het examen en wordt tot de hoogere
schoien toegelaten, terwijl het overige twee derde tot den tföd van
het volgendo examen moet wachten of wel eene andere opleiding
kiezen. De ouders, voogden en vrienden van de teleurgestelde
candidaten roepen daarom luide om de oprichting van meer Universiteiten.
Dit is haast eene nationale kwestie geworden, en de
tegenwoordige Minister van Onderwijs heeft in de laatste zitting
van het Keizerljjk Parlement aangekondigd dat hij de ondersteuning
van het Parlement wilde aanvragen voor eene Universiteit in het
Noordoosten des Rijks in niet verre toekomst. Er is niet de minste
twyfel aan, of wjj zullen binnen weinig jaren het genoegen hebben
de jonggeborene zuster-universiteit, bfjv. in Sendai, welkom te
mögen heeten.
Om de toestanden der Universiteitsopleiding in Japan te begrijpen,
*) Dit zal wel bedoeld zijn met den term „University graduates” in den
Engelscken tekst. 1 Y e e t .