Evenals op de eerste plank, worden op deze tweede offeranden
van rjjst, saké, visch, sakaki-takken en lampen geplaatst.
In het Boeddhistisch gezin is er, behalve het Kamidana, een
Boetsoedan, waarop gedenktafels gelegd zijn, die aan den voorkant
posthume Boeddhistische namen bevatten, en aan den achterkant
de namen welke de voorouders tpdens hun leven droegen. De
gedenkplaat wordt gewoonigk met goudlak vernist en somtyds in
eene doos geborgen „Zoesji” geheeten, terwfll de familie-wapen-
kroontjes dikwpls zoowel op de plaat als op de doos geschilderd
zfln. ßewooniyk legt men offeranden van bloemen, sjikimi-takken
( I l l icium r e l igiosum) , thee, rÿst en ander plantaardig voedsel
voor de gedenkplaten, terwijl men voortdurend wierook laat
branden, en ’savonds kleine lampen aansteekt.
De Boetsoedan vervangt de tweede gödenplank van het Sjinto-
gezin, daar beide gewpd zijn aan den eeredienst van de voorouders
des huisgezins.
De Vereering van de Keizerlijke Voorouders.
Tan deze drie soorten van voorouder-vereering, kan men de
vereering der Keizerlijke voorouders, en in het bijzonder van de
eerste van dezen, Amaterasoe O-Mikami, of „de groote Godin
van het Hemelsehe Licht”, den nationalen eeredienst noemen. Er
zijn drie plaatsen, uitsluitend aan den eeredienst van de Keizerlijke
Stammoeder gewijd: de tempel van Daidjingoe te Ise, de
Kasjiko-Dokoro in het heiligdom van het Keizerljjk paleis, en de
Kamidana, welke in ieder huis te vinden is. In de beide eerste
vertegenwoordigt de goddeigke Spiegel de Stammoeder van het
Keizerhuis. Dit is de Spiegel die, volgens de oude verhalen, door
Amaterasoe O-Mikami aan Ameno Osjiomino Mikoto werd gegeven,
welk geschenk zjj vergezeld deed gaan van het bevel dat haré
afstaminelingen dezen Spiegel zouden beschouwen als vertegen-
woordigende hare ziel, en dat zij dien zouden vereeren als haar
zelve. De goddeigke Spiegel, „Jata-no-Kagami” geheeten, werd in
de Keizerlijke familie vereerd tot in het zesde regeeringsjaar van
Soedjin (92 v. Chr.), toen de Keizer, uit vrees dat vertrouwelyk-
heid er mee gebrek aan eerbied zou doen geboren worden, aan
Prinses Tojokoewairihime-no-Mikoto opdroeg, een tempel op te
richten in het dorp Jamato, en beval dat de Spiegel daar vereerd
en aangebeden zou worden. Deze tempel werd naderhand naar
verschillende plaatsen overgebracht, totdat Ise ten slotte als big vende
verbigfplaats gekozen werd. Yerder Het de Keizer een duplicaat
van den Spiegel maken en in het heiligdom van het paleis plaatsen,
opdat hg en zgne nakomelingen dien konden vereeren als weleer.
Zoo bevindt zieh thans de echte spiegel in den Tempel van
Daidjingo te Ise, en het duplicaat in den tempel van Kasjiko-
Dokoro in het Keizerigke heiligdom. In den tegenwoordigen tgd,
vereert ieder loyaal Japanner Daidjingoe niet alleen in zg'n eigen
huis, maar velen beschouwen het als een plicht, om ten minste
edn keer in hun leven eene bedevaart naar Ise, of „Ise-Mairi” te
doen. Duizenden menschen, hoog en laag, rgk en arm, stroomen
jaarigks uit alle oorden des lands naar den Tempel van Daidjingoe
toe en brengen muziek- en dansoffers, „Dai-dai-Kagoera” genaamd,
ter eere van de Keizerigke Stammoeder.
In het heiligdom van het Keizerlijk paleis zgn drie tempels —
Kasjiko-Dokoro, Kworei-Den, en Sjin-Den. Kasjiko-Dokoro neemt
het middelpunt in, waar de spiegel geplaatst is, en is gewijd aan
de vereering van de Keizerlijke Stammoeder. Kworei-Den staat ten
westen van Kasjiko-Dokoro en is gewgd aan de vereering van
alle Keizerlijke Voorouders, te beginnen met Djimmoe Tenno, den
eersten Keizer en stichter van het rgk. De derde tempel, Sjin-Den,
staat ten oosten van Kasjiko Dokoro, en dient om alle overige god-
heden te vereeren.
Tegenwoordig worden elf „groote feestdagen” als nationale feest-
dagen gevierd. Deze hebben met uitzondering van twee — waarvan
de een de verjaardag des Keizers en de andere de Nieuwjaars-
feestmaaltgd is B- alle betrekking op de vereering der Keizerigke
Voorouders.
De eerste heiligendag is de Nieuwjaarsdag, waarop de Keizer
de ceremonie van „Sjihohai” of de „vereering in vier richtingen”
vervult. Deze ceremonie heeft plaats in het paleis te vier uur
’s morgens op den eersten dag van het jaar. Hg begint met de
Keizerigke Stammoeder te aanbidden in de richting van het Westen,
en daarna in de richting der graven van den eersten Keizer
Djimmoe Tenno en den Keizerigken Vader Komei Tenno en
andere goden.
Na afloop van deze plechtigheid ontvangen de Keizer en de
Keizerin Nieuwjaars-gelukwenschen van de leden der Keizerlijke
familie, vreemde Ministers, ambtenaren, edellieden en andere waar-
digheidsbekleeders; en zoo kan men dus zeggen dat de eerste Hof-
Ceremonie begint met de vereering der Keizerigke Voorouders. De
tweede feestdag heeft plaats op den 3den Januari, en wordt „Q-ensji
Sai” genoemd, wat „offer aan den oorsprong” beteekent. Bg deze
gelegenheid vervult de Keizer in eigen persoon de heilige hande-
lingen in de drie tempels van het heiligdom, vergezeld van de