eenigd. De eerste, die in de gem. van E gm o n d -B in n en , in ver-
eeniging met Heilo, het leeraarambt heeft waargenomen, is geweest
E v e r a r d u s J o h a n n e s L o o t , die in het jaar 1886 herwaarts kwam en in
het jaar 1891 naar Delft, in de Gasthuiskerk, beroepen werd; terwijl
E gm o n d -B in n e n , nadat E gm o n d -o p -d en -H o e f daarmede ver-
eenigd en Heilo er van afgescheiden was, tot eersten Predikant gehad
heeft, P ie t e r J a nsz , die in het jaar 1606 derwaarts kwam en, in het
jaar 1633 emeritus geworden, in 1636 overleed. Het beroep geschiedt
door den kerkeraad met agreatie van den Ambachtshcer.
EGMOND-BINNEN-EN-OP-DEN-HOEF-EN-RINNEGUM, gem. in de
heerl. Egmond, prov. Noord-Holland, arr. en kant. Alhmaar (8 k. di,
11 m. k., 5 s. d .) ; palende N. aan de gem. Egmond-aan-Zee, Wim-
menurn en Alkmaar, 0 . aan Heilo-en-Oesdom, Z. aan Castricum , W.
aan de Noordzee en Egmond-aan-Zee.
Deze gem. bevat, behalve de d. Egm o n d -Bin n en en E gmond-
o p -d e n -H o e f, de b. R in n e g om , alsmede de S am m e rp o ld e r ,
en een gedeelte van het Egmondermeer.
Zij beslaat eene oppervlakte van 2278 bund. 88 v. r. 48 v. eil.,
telt 187 h., bewoond door 186 huisgez., uitmakende eene bevolking van
ruim 900 inw., die meest hun bestaan vinden in den landbouw,
veeteelt, schulperij en visscherij ; terwijl men in deze gem. 1 koren-
molen heeft. Vroeger bestonden er mede 3 linnenbleekerijen , welke
door het heldere duinwater zeer bekwaam geacht werden , om ruwe
linnens te bleeken, doch deze bestaan niet meer.
Men telt er ruim 360 Herv., die de gem. Egmond-Binnen-en-op-den-
Hoef uitmaken, en ongeveer 860 R. K., welke tot de stat. van de
Egmonden gerekend worden , en eene kerk hebben in de b. Rinnegum.
Men heeft in deze gem. twee scholen, als: eene te Egmond-Binnen
en eene te Egmond-op-den-Hoef, welke te zamen gemiddeld door
een getal van ruim 130 leerlingen bezocht worden.
Het wapen dezer gem. bestaat in een veld van goud, beladen met
zeven kepers van keel (rood).
EGMOND-BUITEN, d. in de heerl. Egmond, prov. Noord-Holland.
Zie E gmond- a a n - Z e e .
EGMONDEN, R. K. stat., aartspr. van Holland-en-Zeeland, dek.
Noord-Holland, die 70 zielen te lt, onder welke 860 communicanten ,
en eene kerk heeft te R in n e g um , welke door eenen Pastoor bediend
wordt.
EGMONDEN (BALJUWSCHAP-DER-), voorm. balj., prov. Noord-
Holland; palende N., 0. en Z. aan het balj. van Kennemerland, en
W. aan de Noordzee.
Dit balj. bevatte de d. E gm o n d -B in n en , E gm o n d -o p -d en -
Hoef en E gm o n d■ a a n -Z e e , de buiirt Rinnegum en het Eg-
rao n d e rm eer, en besloeg alzoo de tegenwoordige gem. Egmond-
a an-Ze e en E gm o n d -B in n en -en -o p -d en -H o e f-en -R in n eg um ;
alsmede kleine gedeelten van de gem. A lkm a a r, Heilo-en-Oesdom
en Wimmen um.
EGMONDER-MEER, bedijking in het balj. der Egmonden, prov. Noord-
Holland, arr. en kant. Alkmaar, gedeeltelijk gem. Alkmaar, gedeeltelijk
gem. Egmond-Rinnen-en-op-den-Hoef-en-Rinnegom, gedeeltelijk
gem. Heilo-en-Oesdom, gedeeltelijk gem. Wimmenum; paleude
N. aan het Bergermeer en den Munniken-polder, 0. aan den Weezen-
polder, den Kijf-polder, het Onde-land en den Ba'affies-polder, Z. aan het
Maalwater en den Sammer-polder, W. aan den Polder van Wimmenum.
E G M. 89
Het was vroeger een meer, dat met het Bergermeer in eenen boem
besloten lag, zoo als men op hetart. B e r g e rm e e r nader zien kan.
In het jaar 1836 , werd er begonnen met het droog te maken, volgens
een octrooi door de Hertogen v an P a rm a , aan den Graaf L am o r a a l v a n
E gmond verleend. Het bevat volgens het kadaster 717 bund. 78 v. r.
90 v. eil. land, liggende daarvan 281 bund. 26 v. r. 70 v. eil. onder
Alkmaar. 501 bund. 71 v. r. 70 v. eil. onder Egrnond-Binnen-en-op-
den-Hoef-en-Rinnegum, 48 bund. 24 v. r. onder Heilo-en-Oesdom, en
118 bund. 96 v. r. 80 v. eil. onder Wimmenum. Men telt er 27 h.,
w a a r o n d e r 22 boerderijen , van welke 11 h. en 8 boerderijen onder Alkmaar
9 h., zijnde allen boerderijen, onder Egmond-Binnen-Egmond-op-
den-Hoef-en-Rinnegum, 2 h. en 1 boerdenj onder Heilo-en-Oesdom,
en 8 h. en 4 boerderijen onder Wimmenum. Het land wordt door drie
molens van het overtollige water ontlast. Het polderbestuur bestaat uit
eenen Dijkgraaf, drie Heemraden en twee Molenmeesters.
EGMONDERVAART , vaart in het balj. der Egmonden, prov.
Noord-Holland, die bij Egmond-Binnen een begin neemt, van daar
eerst oostwaarts naar de Yennewatersmolen loopt, Voorts eene uoorde-
lijke rigting neemt, en längs de oostzijde van den Sammer-polder schiet,
vervolgens dien polder van het Maalwater scheidt, en zieh in de Hoef-
vaart ontlast.
EGMONDERZAND, droogte in de Noordzee, aan de kust van Noord-
Holland, ter hoogte van Egmond.
EGMOND-OP-DEN-HOEF, E gmond- t e n - H o e e of E gmond- aan- d en - H o e f ,
d. in de heerl. Egmond, prov. Noord-Holland, arr., kant. en 1J u.
W. van Alkmaar, gem. Egmond-Binnen-en-op-den-Hoef-en-Rinnegum,
l u- JI. -van Egmond-Binnen. Het ontleende zijnen naam van het kasteel
of hof dat de Graven van Egmond hier eertijds staan hadden, en heeft
daaraan vermoedelijk ook zijnen oorsprongte danken.
Men telt er 94 h. en 820 inw., die meest hun bestaan vinden in
landbouw en sckulpvisscherij. Ook had men hier vroeger linnnenble-
kerijen ; alsmede eenen papiermolen, waar zeer goed papier gemaakt
werdt, doch deze laatste heeft sedert het jaär 1798 opgehouden te werken
en is in 1820 gesloopl.
De Herv., die hier -280 in getal zijn behooren tot de gem. van
Egmond-Binnen-en-op-den-Hoef, die hier eene kerk heeft. Ter
plaatse waar deze kprk Staat werd in het jaar 1229 door W il l e m I,
Heer van Egmond, eene hofkapel gesticht, welke in hetzelfde jaar
door H e rm a n n u s , Bisschop van Leone en Wij-bisschop van Utrecht, werd
ingewijd, ter eere van den A lm a g t ig en G od , van de Allerheiligste
Maagd M a r ia , van den H. N ic o la a s en van de H. C a t h a r in a . Deze
kapel werd door J an II, Heer van Egmond, in het jaar 1430, afge-
broken en in de plaats daarvan eene veel fraaijere opgebouwd, welke
met een sierlijk torentje, eenen kruisvleugel en wel geplaatst koor pronkte,
terwijl zij door drie groote kerkglazen het licht ontving. Kort na de
bouwing dezer kapel werd daarin een kapittel van zes Kanunikken opge-
rigt, en nadat dit met rijke inkomsten begiftigd was , zag men de kapel
tot eene kollegiale kerk verbeven. W il l em IV, jongste zoon van J an II
en M a r ia van A r k e l , zocbt de, stichting van dit kapittel ten zijnen
voordeele en ter vernedering der Abten en Monniken te gebruiken,
vindende hij de Kanunniken zijner slotkerk hem volkomen toegedaan.
Hij verzette zieh dus, op alle mogelijke wijzen , tegen genoemde Gees-
telijken, toen zij de buur- of parochiekerk van Egmond-Binnen , bij
hun klooster gelegen, verklaarden ingclijfd te zijn in hunne abdij,