GOO.
ä s j g s s S tä r
i s s a f t S S S S S S Ä i Ä Ä S
. > . « ' S a " ä * : *•“ * “ * 7
k en d ^w o id e n * 6 0 D^APS# eZ-’ WC;lk e , to t d e g««» ..v an Amsterdam g e re -
ö s a “ t™*- ^ ,">i ' - • 1 - «w. 6» . 5™
4H00 r n J 5 , yia n Welke T n e r rü im 7 7 0 0 a a n t r e f t , o n d e r w e ite
4 o 0 0 C om m u n ik a n te n , m a k e n g ro o ten d e e ls d e s ta t. von B l a r i c u m
B u s . u m , H i l v e r s u m , L a r e n e n .N a a r d e n u i t , en b ehooren v l
e e a k le in g cd e e lte to t d e s t a t. v an M u i d e n . Zij h eb b en 5 k e rk en
b e d ie n d wordende d o o r 5 P a sto o rs en 2 K ap e lla an s ’
. De g e z in d h e .d van d e O u d -ß iss c h o p p e lijk Glerezy , welke t e H ilv e r
3 Ä Ä 5 S “ “ J * f e “ k 900 ■ “ d" • » *
‘» ¡ L 16 <;r *'W1 m S e U l l i i D ■* m a k e n d e r i r i f f s y n a g o g e v a n
H ß t J « V M nET, G°01 b e s l a a t i n c e a v e l d v a n z i l v e r , b e l a d e n m e t
een en d u b b e len a re n d van sab e l (zw a rt). , n e iau en m e t
Hakk?1 (B^ EEDp U °f ßa“ ' GooY’ water °P bet eil.flakke, m den Polder van Dirksland, prov. Zuid-H GaolJendnerde de-en-Olver-
o n d e rsch e id en e u it h e t n o o rd e lijk e en zu id e lijk e g ed e e lte v an dien Dolder
v o o rtk om e n d e sp ra n k je s , gevoed w o r d t , en t l z o o e en en b r eden boe em
v o rm t , welke in b e t W e s te n v a n dez en » o ld e r m e t eenen westelHt
GOOiEffRBOds rH ijk van dt n “ Ä Ä S S J
Zie G o o S f „ ’ V°0rm- b0SCh m G°0Uand> Pr°v- Mord-Holland.
,GÖ0IJE j yciorinalige heerl. in het Overkwartier der prov. Utrecht
an■ Amersfoort, kant. WijkMj-Duurstede,, gem. H o u tl ’
»ronkTen i O t t e r s somwijlen m e l d en g ra fe lijk en tite l
p ro n k te n , zo o d a t men , op h e t j a a r 1 1 2 « , e en en T h e o d o r.c o s , G ra a f
^ rm e K n d t n ?P f }aar, i m , f kere ^ a lte ru s ,, Graaf van,Goous
eenhid In 4 -Se^fr.t, °nheugelijke jaren met de heerl. Hoiiten vere
em g d , z o o d a t d i e .b e id e th a n s eene h e e r l. n itm a k e n .
( e n • T n n a h S ß af?onderlij k e L e e rl- Go b ue , b e r a t h e t g e h . H e t
I G o o i b enevens eenige v e rstro o id lig g en d e h u iz e n .
' “ 7 ej aantrafti worden; Jot de gem. van ."¡Schalk-
tToot fddee ^sta3tt< ^ a n Uoiiten.e• n 4 - - ü o 11 K > d ie e r M o n e n , behooren
.voorm. latf. :in- het Overkwartier Aer
Wv e n W ' " ' Z* W- van Amersfmti-,kant. len 3 ».
t v i ■; iT1a ” IPy k -ty -D u u rsted e , , gem . Hottim.*-. / U 6 . ftnZKk
, a w p t e ^ # t | was in e t to re n s .v e rs te rb t , en , ’ n a a r m en u it d e over-
b h jlse ls (pn- s in g e b ,:h e e lt .o p g em a a k t:, v rij g ro o t e n . u itg e s tre k t.. Men
ym d t d a t h e t re ed s - in h e t j a a r 1 1 2 6 a ls een rid d e rh iiis .b ek en d was.
G h s b e r t van Gooue was b e k e n d in h e t m id d en d e r d e r tie n d e eeuw , en
van. d ien p a am was; e r een M a a rtc h a lk ., in .h e t J a a r 1 2 9 4 , De Heeren
vak Gooue bouwden h e t h u is P l e i t e , n b u r g ;, in h e t ia a r 1 5 0 0 . Het
iS o o k - .z e k e r , d a t zij B u y ggraven te . U tr e c h t g ew e e s t: z ijn . Jonke r
J a k ,G r a a f van bentheim, d ro e g , in h e t j a a r 1 5 0 7 , h e t burggraa fscbap
aan den Bisschop op , ten voordeele van Gusbrecdt , Heer van übt Gooue.
En dus nocmt hij zieh zelvcn Burggraaf van Utrecht, in eenen brief
van 1516. De laatste erfdocbter uit dit geslacht trouwde, gelijk men
meent., met Ghsbrecm, zoon van Hendrik, Heer van Vianen, en bragt
deze -waardigheid in dien stam over. Deze laatstgeuoemde Gijsbreciit
heeft, een en andermaal, erkend , dat de groote en kleine tiendcn
in iiet Gooijb toebehoorden aan den Deken en het Kapittel van de
Mariakerk te Utrecht. Doch andere aanteekeningcn meiden , dat eene
erfdochter van den Heer van bet Gooije, aan Zweer van V ianen is ge-
trouwd, en dit slot in dat geslacht overgebragt heeft, in het jaar
1550. Het kan zijn, dat zij niet de dochter, maar de zuster geweest
zij van dien Albrecht, van wien wij , in het jaar 1517, gewaagd vin-
den, en dat zij, door zijnen vroegtijdigen dood, aan de erfenis gekomen
zij. Althans men leest, dat Gijsbrecht van Gooije in dat jaar een
jongeling was, onder de voogdij van Jan van Gbeenboro en Nicotaas
van Kats. Guido van Avesnes , de twee en veerligste Bisschop van
Utrecht, eischte him rekenschap af, of afstand van hnnne voogdij j
doch zij wilden zulks geen van beiden doen. Hierop belegerde de
Bisschop, door Hollandsche benden ondersteund, het slot, dat bij
verdrag werd overgegcveii. Doch denzelfden nacht werd de Bisschop
schielijk krank en stierf. De uitgedrevene bezetting kwam straks we-
derom, overrompelde de bisschoppelijken.en bemagtigde het slot. Het
is niet onwaarschijnlijk, dat bij die gelegenheid de jonge Heer van
bet Gooije tevens omgekomen zij; althans, dat Jan van Culknborg
toen de voogdij over den Heer of de Vrouw van bei Gooije weder
opgenomen , en er mogelijk nooit rekenschap van gedaan hebbe. Na-
derhand had wel Jan van Arkee , de zeven en veertigste Bisschop van
Utrecht , zoo veel vertrouwen op J an van Cdeenborg en Hendrik van
Vianen, dathijhun, met nog vier anderen , toen hij , ten tweede male,
buiten ’s lands trok , de zorg over het Sticht aanbeval; doch weder te-
rug körnende, vondhij, dat zij niet veel goeds gedaan hadden. Nader-
hand matigden dezelfde zes Heeren zieh alle gezag aan in het Sticht.
Gijsbert van Vianen Hendbikszoon, nu Heer van bet Gooije, had zijns
vaders plaats vervangen , en zieh ook , nevens Jan van Culenbobg en anderen
, tegen Bisschop J an verbonden, en stroopten dagelijks uit het slot
ten Gooije in het Sticht. Dit had ten gevolge , dat de Bisschop, in het
jaar 1554 , het slot belegerde, innam en afbrak. Nadcrhand spand-
den Gijsbrecht , Heer van het Gooije , J an van Gueekborg en anderen
wederom zamen met W ileem V , Graaf van Holland, tusschen
wien en den Bisschop, na het overgaan van het Huis-te-Nijeveld
aan den Hertog, den vrede getroffen werd, op die voorwaarde ,
dat elk in zijn vorig bezit zoude hersteld worden, en Gijsbrecot
ean Vianen het Hois-te-Gooije weder opbouwen hioest. Dit deed hij
op de oude plaats , doch zoo, dat hij door de stad Utrecht daarin
geholpen, en door het geld van eenige verzoende ballingen, tot
omtrent vierduizend pond, ondersteund werd. Daarna , in het jaar
ja a o , hield de Heer van bet Gooije het eerst nog met Arnold van
Hoorn , den negen en veertigsten Bisschop van Utrecht, die reeds tot
isschop van Luik aangesteld, echter gaarne het ütrechtsche Bisdoin
aarbij behouden had, en vervolgens hielp hij zijnen broeder, Reinobd
van Brederode , die, door den Avignonschen Tcgen-Paus Clemens VII,
tot Bisschop aangesteld was , tegen F eoris. van W evelikhoven , den vijf-
'gsten Bisschop van Utrecht. Hij nam ook des Bisschops tienden weg,
611 TTi-ra^ d’e *n HET Gooije ; doch Feoris , niettegeustaande zijnen ou-
IV. Deee. s a